Terug
Gepubliceerd op 21/05/2024

2024_CBS_04188 - Omgevingsvergunning - OMV_2024027090. Provinciestraat 26. District Antwerpen - Weigering

college van burgemeester en schepenen
vr 17/05/2024 - 09:00 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tatjana Scheck, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Verontschuldigd

Bart De Wever, burgemeester; Elisabeth van Doesburg, schepen

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur
2024_CBS_04188 - Omgevingsvergunning - OMV_2024027090. Provinciestraat 26. District Antwerpen - Weigering 2024_CBS_04188 - Omgevingsvergunning - OMV_2024027090. Provinciestraat 26. District Antwerpen - Weigering

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2024027090

Gegevens van de aanvrager:

NV WINVEST I met als adres Jordaenskaai 25 te 2000 Antwerpen

Ligging van het project:

Provinciestraat 26 te 2018 Antwerpen

Kadastrale percelen:

afdeling 8 sectie H nr. 1050C6

Vergunningsplichten:

stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

verbouwen van een gelijkvloers appartement

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          17/03/2022: vergunning door de deputatie (20213841) voor het verbouwen van een eengezinswoning met nevenfunctie magazijn naar 4 appartementen;

-          17/03/2022: weigering door het College van burgemeester en schepenen (20213841) voor het verbouwen van een eengezinswoning met nevenfunctie magazijn naar 4 appartementen;

-          20/10/1961: toelating (18#43107) voor een verbouwing naar toonzaal (niet uitgevoerd);

-          13/11/1935: toelating (18#3768) voor het afbreken en herbouwen van een huis.

 

Vergunde toestand

-          meergezinswoning met 4 wooneenheden;

-          3 bouwlagen onder vals mansardedak;

-          open tuin van 27.6 m² achteraan het perceel.

-          inpandige garage voor 1 auto en een gelijkvloerse afval- en fietsenberging voor 6 fietsen;

-          voorgevel in bruine gevelsteen en natuurkleurige zandsteen met zwart buitenschrijnwerk in pvc.

 

Nieuwe toestand

-          meergezinswoning met 4 wooneenheden;

-          de gemeenschappelijke afval- en fietsenberging worden verplaatst naar de inpandige garage;

-          de parkeerplaats verdwijnt;

-          voorgevel in bruine gevelsteen en natuurkleurige zandsteen met bruin geschilderd, houten buitenschrijnwerk op het gelijkvloers;

-          de overige verdiepingen maken geen deel uit van de aanvraag.

Inhoud van de aanvraag

-          wijzigen van de voorgevel;

-          doorvoeren van interne constructieve werken.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

Hulpverleningszone Brandweer zone Antwerpen

25 maart 2024

17 april 2024

Voorwaardelijk gunstig

 

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies

Stadsontwikkeling/ Mobiliteit

25 maart 2024

27 maart 2024

 

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2023 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater, tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 2010 tot bepaling van stedenbouwkundige handelingen waarvoor geen omgevingsvergunning nodig is en tot opheffing van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > Hemelwaterverordening 2023.
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be). 
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):

  • Artikel 12 Levendige plint: na het verdwijnen van de garage wordt er geen levendige plint voorzien.
  • Artikel 26 Afvalverzameling: het is niet duidelijk of de afvalberging verlucht wordt conform artikel 26 van de bouwcode.
  • Artikel 30 Autostalplaatsen en autoparkeerplaatsen: de enige overgebleven autostalplaats na de vorige verbouwing verdwijnt.
     

Sectorale regelgeving

-          MER-screening:

Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

 

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Voor het project is geen pluviale overstromingskans gemodelleerd (score A).

Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd (score A).

Het project is niet gelegen in een signaalgebied.

Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.

(Kijk de score van uw project na op (https://www.waterinfo.be/informatieplicht)

 

-          Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

 

-          Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

De bestaande en vergunde woonfunctie blijft behouden.
De functionele inpasbaarheid blijft gegarandeerd.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De aanvraag voorziet interne wijzigingen aan het gelijkvloers t.o.v. de verleende vergunning OMV_2021146874.


Concreet wordt de vergunde garage omgevormd tot een afvalberging met sas en fietsstalplaats. De oorspronkelijke fietsenberging achter de trap wordt hierbij als uitbreiding bij de oppervlakte van het gelijkvloers appartement gevoegd. De indeling van de andere appartementen blijft ongewijzigd.

De voorgestelde wijzigingen kunnen niet gunstig geadviseerd worden. Na het verdwijnen van de parkeerplaats wordt er geen levendige functie voorzien aan de straatzijde. Er wordt bijgevolg geoordeeld dat het verlies van de autostalplaats en de bijkomende parkeerdruk die afgewenteld wordt op het openbaar domein, niet in verhouding staat tot de beperkte verruiming van het gelijkvloers appartement en de ruimere fietsen- en afvalberging.

De aanvraag dient geweigerd te worden.

 

Visueel-vormelijke elementen en cultuurhistorische aspecten

Bijkomend wordt de voorgevel niet aangepast aan de gewijzigde interne indeling. Zo blijft de garagepoort behouden terwijl de achterliggende parkeerplaats gesupprimeerd wordt. De gevel vormt niet langer een eerlijke vertaling van de achterliggende functie.

Het schrijnwerk wordt ter hoogte van het gelijkvloers evenwel aangepast van zwart PVC naar bruin gelakt hout. Deze wijziging werkt beeld verstorend aangezien het schrijnwerk op de verdiepingen wel in zwart PVC behouden blijft.
De aanvraag dient geweigerd te worden.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Tot slot dient ook opgemerkt te worden dat het onduidelijk is of de afvalberging voldoet aan de bepalingen van de bouwcode. Zo is het niet duidelijk of de ruimte verlucht is zoals wordt opgelegd in bouwcode, artikel 26.
De aanvraag dient geweigerd te worden.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat een omgevingsvergunningsaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeer- en stallingsnormen uit de tabel van artikel 30 van de bouwcode, herzien op 1 maart 2018, dienen te worden nageleefd bij nieuwbouw, herbouw, verbouwing, functiewijziging, volume-uitbreiding en wijzigen van het aantal wooneenheden. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.

 

Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 1 parkeerplaatsen.

 

De parkeerbehoefte wordt bepaald op de uitbreiding en of functiewijziging.

De 4 appartementen blijven behouden. Er is geen uitbreiding van het aantal wooneenheden.

 

De bestaande garage wordt verbouwd tot fietsenstalling en afvalberging voor de appartementen.

Er verdwijnt door de verbouwing 1 parkeerplaats. Deze worden bijgeteld bij de parkeerbehoefte.

Bestaande parkeerplaatsen moeten maximaal behouden worden.

 

De werkelijke parkeerbehoefte is 1

 

De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

Er zijn geen parkeerplaatsen op eigen terrein.

De bestaande parkeerplaats verdwijnt.

 

Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0.

 

Voorliggende aanvraag heeft betrekking op een pand met een perceelsbreedte van minder dan of gelijk aan 8 m. Volgens artikel 12, §3, 1° (Levendige plint) van de bouwcode is een toegangspoort voor een autobergplaats niet toegelaten.

 

Er wordt echter geen levendige plint voorzien ter compensatie van de parkeerplaats die gesupprimeerd wordt, waardoor geoordeeld wordt dat de bestaande en vergunde plaats maximaal behouden dient te worden.

Het (bijgestelde) aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 1.

 

Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 1.

Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 1plaatsen.

 

 

Fietsvoorzieningen:

De fietsenstalling voor 6 fietsen die was opgelegd in de vorige vergunning wordt ingericht op het gelijkvloers.
 

De dienst mobiliteit geeft advies met volgende voorwaarde: Indien mogelijk moeten bestaande parkeerplaatsen behouden blijven.

 

Het advies van de stedelijke dienst mobiliteit wordt bijgetreden.
De winsten die voortkomen uit het supprimeren van de parkeerplaats, staan niet in verhouding tot de bijkomende parkeerdruk op het openbaar domein.
De aanvraag dient geweigerd te worden.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te weigeren, omwille van onverenigbaarheden met stedenbouwkundige voorschriften en onverenigbaarheden met een goede ruimtelijke ordening.

 

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

26 februari 2024

Volledig en ontvankelijk

25 maart 2024

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen

geen

Uiterste beslissingsdatum

24 mei 2024

Verslag GOA

3 mei 2024

Naam GOA

Axel Devroe

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

2

0

0

0

 

Bespreking van de bezwaren

  Tijdens de periode van het openbaar onderzoek werden 2 bezwaarschriften ingediend die zich als volgt laten samenvatten: 

 

  1. Geluidsoverlast: het bezwaar tegen geluidsoverlast door het niet toepassen van de correcte akoestische ingrepen;
    Beoordeling: Vanuit een goed nabuurschap is het evident dat overlast, van welke aard dan ook, steeds beperkt wordt. Geluidsoverlast betreft echter geen stedenbouwkundig aspect. Daarnaast zijn de bezwaren ook uitvoeringstechnisch van aard en staan deze los van de stedenbouwkundige beoordeling van de vergunningverlenende overheid. Uiteraard betekent het verkrijgen van een vergunning geen vrijgeleide voor de bouwheer/aannemer zich te ontzien van burgerrechtelijke plichten.
    Het bezwaar is ongegrond.

 

  1. Rechten op gemene muren: Het bezwaar dat er niet voldaan is aan bepaalde burgerlijke rechten;
    Beoordeling: Overeenkomstig artikel 4.2.22. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening hebben stedenbouwkundige vergunningen een zakelijk karakter en worden ze  verleend onder voorbehoud van de op het onroerend goed betrokken burgerlijke rechten. Het bezwaar is niet van stedenbouwkundige aard.
    Het bezwaar is ongegrond.

 

  1. Uitvoeringstechnisch : Het bezwaar dat de gemeenschappelijke muur niet draagkrachtig genoeg is voor de voorgestelde werken en de gemeenschappelijke muur op plaatsen waar deze in buitenklimaat komt te staan niet geïsoleerd wordt;
    Beoordeling: De bezorgdheden van de bezwaarindiener rond de stabiliteit van de gemeenschappelijke muren zijn een uitvoeringstechnische aangelegenheid die los staat van de stedenbouwkundige beoordeling van voorliggende aanvraag door de vergunningverlenende overheid. Uiteraard betekent het verkrijgen van een vergunning geen vrijgeleide voor de bouwheer/aannemer zich te ontzien van burgerrechtelijke plichten.
    Het bezwaar is ongegrond.

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij:

 

-          de bespreking van de ingediende bezwaren zoals geformuleerd in het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt deze beoordeling tot zijn eigen standpunt;

-          het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

 

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning te weigeren.

Artikel 3

De plannen waarvan het overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, maken integraal deel uit van dit besluit.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.