Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2023155950 |
Gegevens van de aanvrager: | NV AQUAFIN met als adres Dijkstraat 8 te 2630 Aartselaar |
Ligging van het project: | Uitbreidingstraat ZN te Berchem (Antwerpen) |
Kadastrale percelen: | afdeling 21 sectie A nr. 159Z |
Vergunningsplichten: | stedenbouwkundige handelingen, vegetatiewijzigingen |
Voorwerp van de aanvraag: | vellen van vier bomen |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 31/08/2021: vergunning (OMV_2020150654) voor de herinrichting van het kruispunt Grotesteenweg - Mechelsebrug - R1;
- 07/06/2019: vergunning (OMV_2019040615) voor het vellen van twaalf bomen;
- 01/01/2014: vergunning (3582#4348) voor de heraanleg van het Villegaspark.
Vergunde en bestaande toestand
- Villegaspark, gelegen tussen de Uitbreidingsstraat en de Binnensingel;
- rioleringswerken cfr. vergunning OMV_2020150654.
Nieuwe toestand
- vier bomen te rooien in functie van rioleringswerken:
Inhoud van de aanvraag
- vellen van vier bomen:
Omschrijving vegetatiewijzigingen
De aanvraag omvat het vellen van 4 bomen in parkgebied, voor de aanleg van een riolering onder het Villegaspark, waarvoor bijkomende bomen geveld moeten worden. Er wordt geen compensatie voorgesteld.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Agentschap voor Natuur en Bos - Adviezen en Vergunningen Antwerpen | 6 maart 2024 | 18 maart 2024 | Voorwaardelijk gunstig |
Agentschap Wegen en Verkeer - District Antwerpen | 6 maart 2024 | 14 maart 2024 | Voorwaardelijk gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Stadsbeheer/ Groen en Begraafplaatsen | 6 maart 2024 | 6 maart 2024 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een parkgebied. De parkgebieden moeten in hun staat bewaard worden of zijn bestemd om zodanig ingericht te worden, dat ze, in de al dan niet verstedelijkte gebieden, hun sociale functie kunnen vervullen, (Artikel 14 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2023 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater, tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 2010 tot bepaling van stedenbouwkundige handelingen waarvoor geen omgevingsvergunning nodig is en tot opheffing van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > Hemelwaterverordening 2023).
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De bouwcode is niet van toepassing op de aanvraag.
Sectorale regelgeving
- MER-screening:
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Het voorliggende project is geheel de Vlaamse Milieumaatschappij aangewezen is als adviesinstantie.
Voor het project is geen pluviale overstromingskans gemodelleerd (score A).
Het project is gelegen in een zone met een middelgrote pluviale overstromingskans (T100) onder huidig klimaat (score D).
Het project is gelegen in een zone met een middelgrote fluviale overstromingskans (T100) onder huidig klimaat (score D).
Het project is niet gelegen in een signaalgebied.
Het voorliggende project betreft geen bijkomende verharde oppervlakte, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
- Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
De vier hoogstammige bomen bevinden zich in het Villegaspark in het gedeelte Wolvenberg ter hoogte van de Binnensingel. De bomen dienen gekapt te worden in het kader van de uitvoering van rioleringswerken en het uitvoeren van de ontvangstput uit de vergunning OMV_2020150654.
De voorliggende aanvraag betreft enkel de kap van deze bomen. Er wordt geen aanplanting van nieuwe bomen voorzien.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
De bedrijfseenheid Stadsbeheer/afdeling Groen en Begraafplaatsen adviseert voorwaardelijk gunstig met volgende afweging: Er worden vier bomen geveld in functie van een rioleringsproject. Er werd mondeling, niet-bindend advies gegeven over de compensatie voor de gevelde bomen. De aanvrager heeft dit toch integraal overgenomen en stelt geen compensatie voor. Gelet op het feit dat de laatste plannen voor deze parkingang gesupprimeerd werden, is een compensatie voor de gevelde bomen toch van toepassing. Er dient ter plaatse een compensatie uitgevoerd te worden met 4 hoogstammige, inheemse loofbomen met minimale stamomtrek 16/18 cm.
Gelet op de ligging van de werken in het Villegaspark werd ook het advies van het ‘Agentschap Natuur en Bos’ gevraagd. Hieruit volgde een voorwaardelijk gunstige beoordeling.
Vanuit stedenbouwkundig oogpunt worden de voorwaarden van de groendienst en de voorwaarden van het ‘Agentschap Natuur en Bos’ integraal gevolgd. De drie hoogstammige bomen uit het advies van het ‘Agentschap Natuur en Bos’ dienen dus aangevuld te worden met één bijkomende hoogstammige boom, conform het advies van de stedelijke Groendienst.
Het advies van het Agentschap Wegen en Verkeer is als voorwaardelijk gunstig opgeladen in het Omgevingsloket, maar het is een gunstig advies zonder voorwaarden. Om die reden kunnen geen voorwaarden uit dit advies overgenomen worden.
Toetsing van het aangevraagde aan de beoordelingsgronden van het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu
De aanvraag krijgt een gunstig advies onder voorwaarden. De laatste plannen voor deze parkingang werden gesupprimeerd, dus een compensatie voor de vier gevelde bomen is toch van toepassing. Ter plaatse moet er een compensatie uitgevoerd worden met vier hoogstammige, inheemse loofbomen, met minimale stamomtrek 16/18 cm. De volgende boomsoorten en -aantallen voor compensatie gelden: 1x Tilia tomentosa, 2x Acer campestre en 1x Corylus avellana, cfr. advies compensatievoorstel ANB. De compensatie moet uitgevoerd worden in het eerstvolgende plantseizoen volgend op de werkzaamheden. De aanvrager neemt alle nodige voorzorgsmaatregelen met het oog op het welslagen van de nieuwe aanplant. Dit veronderstelt niet alleen een met zorg uitgevoerde aanplanting met kwalitatief degelijk plantgoed, maar ook het gebruik van een steunpaal of wortelverankering en het aanbrengen van een bescherming. Bij uitval dient/dienen het eerstvolgende plantseizoen de opengevallen plaats/plaatsen terug te worden ingevuld. De aanvrager is er toe gehouden de voorgestelde bomen tot volle wasdom te brengen.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. Er dient een heraanplanting uitgevoerd te worden als bepaald in bijlage ‘20231103 MIB Voorstel aanplant thv ontvangsput persleiding_ext’. De beplanting dient uitgevoerd te worden in het eerstvolgende plantseizoen en met een minimum plantmaat 16/18.
2. Behalve de 3 bomen en twee struiken die op het plan ‘20231103 MIB Voorstel nieuwe aanplant thv ontvangspunt persleiding_ext’ zichtbaar zijn, dient er nog één bijkomende nieuwe hoogstamminge boom binnen het projectgebied gepland te worden. Deze vierde boom moet een inheemse loofboom zijn, klasse 1A of 1B met een minimale stamomtrek 16/18 cm.
3. De aanvrager neemt alle nodige voorzorgsmaatregelen met het oog op het welslagen van de nieuwe aanplant. Dit veronderstelt niet alleen een met zorg uitgevoerde aanplanting met kwalitatief degelijk plantgoed, maar ook het gebruik van een steunpaal of wortelverankering en het aanbrengen van een bescherming. Bij uitval dient/dienen het eerstvolgende plantseizoen de opengevallen plaats/plaatsen terug te worden ingevuld. De aanvrager is er toe gehouden de voorgestelde bomen tot volle wasdom te brengen.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 8 februari 2024 |
Volledig en ontvankelijk | 6 maart 2024 |
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 5 mei 2024 |
Verslag GOA | 24 april 2024 |
Naam GOA | Wim Van Roosendael |
Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. Er dient een heraanplanting uitgevoerd te worden als bepaald in bijlage ‘20231103 MIB Voorstel aanplant thv ontvangsput persleiding_ext’. De beplanting dient uitgevoerd te worden in het eerstvolgende plantseizoen en met een minimum plantmaat 16/18.
2. Behalve de 3 bomen en twee struiken die op het plan ‘20231103 MIB Voorstel nieuwe aanplant thv ontvangspunt persleiding_ext’ zichtbaar zijn, dient er nog één bijkomende nieuwe hoogstamminge boom binnen het projectgebied gepland te worden. Deze vierde boom moet een inheemse loofboom zijn, klasse 1A of 1B met een minimale stamomtrek 16/18 cm.
3. De aanvrager neemt alle nodige voorzorgsmaatregelen met het oog op het welslagen van de nieuwe aanplant. Dit veronderstelt niet alleen een met zorg uitgevoerde aanplanting met kwalitatief degelijk plantgoed, maar ook het gebruik van een steunpaal of wortelverankering en het aanbrengen van een bescherming. Bij uitval dient/dienen het eerstvolgende plantseizoen de opengevallen plaats/plaatsen terug te worden ingevuld. De aanvrager is er toe gehouden de voorgestelde bomen tot volle wasdom te brengen.
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.