Terug
Gepubliceerd op 29/04/2024

2024_CBS_03550 - Omgevingsvergunning - OMV_2024021695. Orchideeënstraat 64. District Wilrijk - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 26/04/2024 - 09:00 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tatjana Scheck, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Verontschuldigd

Bart De Wever, burgemeester

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur
2024_CBS_03550 - Omgevingsvergunning - OMV_2024021695. Orchideeënstraat 64. District Wilrijk - Goedkeuring 2024_CBS_03550 - Omgevingsvergunning - OMV_2024021695. Orchideeënstraat 64. District Wilrijk - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2024021695

Gegevens van de aanvrager:

de heer El Hamjan Chakrouni met als adres Orchideeënstraat 64 te 2610 Antwerpen

Ligging van het project:

Orchideeënstraat 64 te 2610 Wilrijk (Antwerpen)

Kadastrale percelen:

afdeling 43 sectie A nr. 127L9

Vergunningsplichten:

stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

uitbreiden en verbouwen van een eengezinswoning, met uitbreiden van scheidingsmuren

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          25/10/2023: proces-verbaal (11002_2023_17936_VPV) voor het uitvoeren van stedenbouwkundig vergunningsplichtige handelingen zonder voorafgaandelijke vergunning;

-          25/10/2023: proces-verbaal (11002_2023_17937_VPV) voor het uitvoeren van werken van constructieve aard zonder de medewerking van een architect;

-          10/09/1930: toelating (Felixarchief inventarisnummer 238#2852) voor huis.

 

Vergund geachte toestand

-          functie:

  • eengezinswoning.

-          bouwvolume:

  • 2 bouwlagen met plat dak; 
  • gelijkvloerse verdieping 56 cm boven maaiveld van voortuin;
  • vooraan een gelijkvloerse erker;
  • totale kroonlijsthoogte vooraan: 6,69 m;
  • bouwdiepte hoofdvolume: 8 m;
  • bouwdiepte uitbouw aan linkerperceelgrens: 13,1 m.

-          gevelafwerking:

  • afwerking ongekend;
  • enkele sierstukken bovenaan de voorgevel.

-          inrichting:

  • 5 m breed en 32,3 m diep perceel;
  • een 4,9 m diepe voortuin.

 

Bestaande toestand

-          functie: eengezinswoning met 3 slaapkamers;

-          bouwvolume overeenkomstig vergunde toestand uitgezonderd:

  • bouwdiepte gelijkvloerse verdieping: 16,30 m;
  • bouwdiepte eerste verdieping: 13,1 m.

-          gevelafwerking:

  • rooskleurige baksteen met donkerblauw pvc buitenschrijnwerk;
  • geen sierstukken in voorgevel;

-          inrichting overeenkomstig vergunde toestand uitgezonderd:

  • in de voortuin een tegelpad naar de voordeur en langs de voorgevel, de rest onverhard;
  • een 11, 2 m diepe achtertuin, waarvan terrasverharding over een diepte van 6,5 m.

 

Nieuwe toestand

-          functie: eengezinswoning met 3 slaapkamers;

-          bouwvolume overeenkomstig vergunde toestand uitgezonderd:

  • achtergevelisolatie met totale dikte van 15 cm (bouwdiepte vergroot maar 5 cm ten gevolge van sloop buitenspouwblad)
  • bouwdiepte gelijkvloerse verdieping: 16,35 m;
  • bouwdiepte eerste verdieping aan linkerperceelgrens: 13,14 m;
  • bouwdiepte eerste verdieping aan rechterperceelgrens: 16,35 m;

-          gevelafwerking:

  • lichtgrijs geschilderde baksteen met donkerblauw pvc buitenschrijnwerk;
  • geen sierstukken in voorgevel;

-          inrichting overeenkomstig vergunde toestand uitgezonderd:

  • in de voortuin een tegelpad naar de voordeur en langs de voorgevel;
  • in de voortuin een wadi met een diepte van 50 cm onder het maaiveld;
  • een 11,2 m diepe achtertuin, waarvan terrasverharding over een diepte van 4 m.

 

Inhoud van de aanvraag

-          uitbreiden van het volume;

-          wijzigen van de voorgevel;

-          wijzigen van de scheimuren;

-          doorvoeren van constructieve werken.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

Er werden geen adviezen gevraagd.

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2023 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater, tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 2010 tot bepaling van stedenbouwkundige handelingen waarvoor geen omgevingsvergunning nodig is en tot opheffing van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > Hemelwaterverordening 2023.
De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.

 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be).
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd Bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De Bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)

De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de Bouwcode op volgende punten:

  • artikel 11 Afwerken van gevels en materiaalgebruik:

§2. Bij het schilderen, pleisteren of kaleien (of isoleren) van een voorgevel dienen elementen en decoraties die niet bedoeld waren om beschilderd, bepleisterd of gekaleid te worden, zoals natuursteen of arduinen plinten en dorpels behouden te worden of opnieuw terug te komen:

De originele sierstukken bovenaan de voorgevel, zichtbaar op de aangeleverde vergunde toestand, zijn gesupprimeerd.

  • artikel 21 Minimale hoogte van ruimten:

§1. Bij nieuwbouw, herbouw, functiewijziging of voor elke nieuwe ruimte bij volume-uitbreiding, dienen verblijfsruimten een minimale vrije hoogte te hebben 2,60 m.

Tegenover de vergunde toestand (2,7 m) bedraagt de vrije hoogte in slaapkamer 1 en 2 op de eerste verdieping 2,5 m.

  • artikel 24 Minimale lichtinval en minimale luchttoevoer:

§1. Elke verblijfsruimte dient openingen te hebben voor de toetreding van daglicht en zicht.

De centrale slaapkamer op de eerste verdieping grenst aan een lichtschacht en heeft bijgevolg geen (uit)zicht.

  • artikel 41 Kenmerken aansluiting van de leidingen met het openbaar rioolstelsel:

§1.1. Zowel de DWA als de RWA moet voorzien zijn van een toezichtsput, gemerkt "DWA" of "RWA" overeenkomstig het type afvalwater. De toezichtsput is gelegen op het private perceel en zo dicht mogelijk bij de perceelgrens.

Er zijn geen toezichtputten voorzien.
 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening:

Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

 

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Voor het project is geen pluviale overstromingskans gemodelleerd (score A).

Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd (score A).

Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.

(Kijk de score van uw project na op (https://www.waterinfo.be/informatieplicht)

 

-          Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

 

-          Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Beoordeling afwijkingen van de voorschriften

De aanvraag wijkt af op artikel 11, 21, 24 en 41 van de bouwcode. Van artikel 24 en 41 kan er niet op geldige wijze worden van afgeweken. Dit wordt als voorwaarde opgenomen bij de vergunning. Voor artikel 11 en 21 wordt er, met toepassing van artikel 3 van de bouwcode, een afwijking verleend. Dit wordt verder gemotiveerd in de rubriek ‘visueel-vormelijke elementen’.

 

Functionele inpasbaarheid

De aanvraag omvat geen functiewijziging. De bestaande functie van eengezinswoning blijft behouden en blijft verenigbaar met de omgeving die gekenmerkt wordt door hoofdzakelijk eengezinswoningen. 

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De aanvraag beoogt de regularisatie van de gelijkvloerse uitbreiding tot een bouwdiepte van 16,35 meter. De aanpassing op de 1ste verdieping maakt eveneens onderdeel uit van deze aanvraag. De bouwdiepte bedraagt hier 13,14 meter aan de linkerzijde en 16,35 meter aan de rechterzijde. De bouwdiepte sluit op het gelijkvloers en 1ste verdieping aan bij het gabarit van het rechter aanpalend perceel. Op de 1ste verdieping houdt het volume een afstand van 1,90 ten opzichte van het linkerbuurperceel. Voor het overige wordt de achtergevel geïsoleerd. Het volume en de bouwdiepte zijn hiermee inpasbaar in de bebouwde context. Na uitbreiding blijft er ook nog voldoende tuinruimte over en wordt er geoordeeld dat de hinder naar de omgeving eerder beperkt is. Schaal en ruimtegebruik zijn gunstig.

 

Visueel-vormelijke elementen

Doorheen de tijd werden de sierstukken bovenaan de voorgevel, strijdig met artikel 11 van de bouwcode, gesupprimeerd. Het is enerzijds jammer dat de originele elementen verdwenen zijn. Anderzijds zien we in dit straatsegment dat er meerdere voorgevels van woningen doorheen de tijd werden aangepast, zowel in materiaalgebruik als in kleur en dat de detaillering in het algemeen versoberd werd waardoor er een afwijking kan worden verleend. In de huidige aanvraag wordt de voorgevel in het lichtgrijs geschilderd. Vanuit stedenbouwkundig oogpunt wordt het gewaardeerd dat de overgebleven detaillering van de voorgevel bewaard blijft. De visueel vormelijke elementen zijn bijgevolg gunstig.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Er wordt echter opgemerkt dat de interne woonkwaliteit op het gelijkvloers onvoldoende is. Zo is de eetkamer, strijdig met artikel 24 van de bouwcode, volledig ingesloten tussen de leefruimte en de keuken. Tussen de keuken en de eetkamer is er een half hoog muurtje waardoor er nog wel zicht is naar de tuin. Indien er een vergunning zou worden verleend, zou er in voorwaarde worden opgenomen om het raam tussen de leefruimte en de eetkamer te verwijderen en de opening open te maken tot op de vloer. Op die manier kan het licht zowel langs de voor- als de achtergevel, als uit de koepel in de lichtschacht, beter tot centraal in de woning treden wat bijdraagt aan de woonkwaliteit.

 

Voor de uitbreiding op de 1ste verdieping wordt er opgemerkt dat er centraal in het volume een lichtschacht is gecreëerd. Hierdoor heeft slaapkamer 2, strijdig met artikel 24 van de bouwcode, geen uitzicht waardoor deze ruimte onvoldoende woonkwaliteit heeft om als verblijfsruimte te fungeren. Indien er een vergunning zou worden verleend, zou er worden opgenomen dat slaapkamer 2 niet kan ingericht en gebruikt worden als verblijfsruimte.

 

Er wordt eveneens vastgesteld dat de binnenhoogte van het voorste deel, strijdig met artikel 21 van de bouwcode, een binnenhoogte heeft van 2,50 meter waar dat dat op het vergund plan 2,70 meter bedroeg. Dit betreft echter een bestaande toestand waarbij de raamoppervlakte van slaapkamer 1 bovendien ruim voldoende is om het licht tot in de volledige slaapkamer te laten toetreden. Bijgevolg kan er met behulp van artikel 3 van de bouwcode een afwijking worden verleend.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

  1. Slaapkamer 2 op de 1ste verdieping wordt uitgesloten uit deze vergunning als verblijfsruimte.
  1. De aansluiting van de riolering dient conform artikel 41 van de bouwcode te gebeuren.
  1. Het raam tussen de leefruimte en de eetkamer dient te worden verwijderd en de opening moet verlaagd worden tot op de vloer.
  1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

 

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

14 februari 2024

Volledig en ontvankelijk

8 maart 2024

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen

geen

Uiterste beslissingsdatum

7 mei 2024

Verslag GOA

15 april 2024

Naam GOA

Gerd Cryns

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

1

0

0

0

 

Bespreking van de bezwaren

Tijdens de bevraging aanpalenden werd er één bezwaarschrift ingediend dat zich laat samenvatten als volgt:

 

Bouwhoogte: het bezwaar dat de hoogte van de opgemetste scheimuur en nieuwe achtergevel over de gehele breedte veel hoger is in vergelijking met de andere omliggende panden.

Beoordeling:

Volgens de actuele voorschriften moeten leefruimtes een binnenhoogte hebben van 2,60 meter.

De voorziene bouwhoogte van de achterbouw betreft hierdoor een gebruikelijke hoogte voor twee bouwlagen. Het bezwaar is ongegrond;

 

Schade aan het pand van bezwaarindiener, waterdichting: bezwaarindiener uit de bezorgdheid over de waterdichting door het verhogen van de scheimuur boven het hoofddak van bezwaarindiener. Bezwaarindiener meldt tevens dat de helft van de gemeenschappelijke schoorsteen zonder toestemming werd afgebroken en de waterdichting niet hersteld werd.

Beoordeling:

Het bezwaar over schade aan de waterdichting en het zonder toestemming uitvoeren van werken aan de gemeenschappelijke delen betreffen uitvoeringstechnische aangelegenheden en aangelegenheden van burgerrechtelijke aard die losstaan van de stedenbouwkundige beoordeling van de aanvraag door de vergunningverlenende overheid. Uiteraard betekent het verkrijgen van een vergunning geen vrijgeleide voor de aanvrager/bouwheer zich te ontzien van burgerrechtelijke afspraken vóór en tijdens de uitvoer der werken. Het bezwaar is ongegrond;

 

Privacy: het bezwaar handelt over de inkijk in de tuin van bezwaarindiener over het raam in de zijgevel op de 1ste verdieping van slaapkamer 3.

Beoordeling:

De uitbreiding op de 1ste verdieping wordt trapsgewijs voorzien op een afstand van 1,90 meter ten opzichte van het linkerbuurperceel nummer 66. Het raam bevindt zich hierdoor ook op een gebruikelijke afstand van 1,90 meter waardoor er vanuit stedenbouwkundig oogpunt wordt geoordeeld dat de privacy impact naar de omgeving minimaal is. Het Burgerlijk Wetboek schrijft dezelfde minimumafstand van 1,90 meter voor in functie rechtstreekse uitzichten op een aanpalend erf. De aanvraag voldoet hieraan. Het bezwaar is ongegrond;

 

Zonlicht: de vrees wordt geuit dat de lichtinval in de tuin van bezwaarindiener zal verminderen door de verbouwplannen.

Beoordeling:

Vanuit stedenbouwkundig oogpunt wordt er geoordeeld dat een achterbouw ter hoogte van de 1ste verdieping volgens de entresoltypologie kenmerkend en inpasbaar is in deze context. Het volume sluit in bouwdiepte aan bij het gabarit van het rechterbuurperceel en bouwt trapsgewijs af tot een bouwdiepte die aansluit bij het gabarit van het linkerbuurperceel. Hierdoor wordt er geoordeeld dat de impact betreffende een verminderde lichtinval te verwaarlozen is. Het bezwaar is ongegrond;

 

Vakkundigheid uit te voeren werken: bezwaarindiener uit de bezorgdheid of de werken vakkundig zullen uitgevoerd worden.

Beoordeling:

Het bezwaar over de twijfel over de vakkundige uitvoering van de werken betreft een uitvoeringstechnische aangelegenheid die losstaat van de stedenbouwkundige beoordeling van de aanvraag door de vergunningverlenende overheid. Uiteraard betekent het verkrijgen van een vergunning geen vrijgeleide voor de aanvrager/bouwheer zich te ontzien van burgerrechtelijke afspraken vóór en tijdens de uitvoer der werken. Het bezwaar is ongegrond.

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij:

 

-          de bespreking van de ingediende bezwaren zoals geformuleerd in het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt deze beoordeling tot zijn eigen standpunt;

-          het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

 

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

  1. Slaapkamer 2 op de 1ste verdieping wordt uitgesloten uit deze vergunning als verblijfsruimte.
  1. De aansluiting van de riolering dient conform artikel 41 van de bouwcode te gebeuren.
  1. Het raam tussen de leefruimte en de eetkamer dient te worden verwijderd en de opening moet verlaagd worden tot op de vloer.
  1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.