Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2023123185 |
Gegevens van de aanvrager: | BV RETAIL CAPITAL met als contactadres Napoleonkaai 15 te 2000 Antwerpen |
Ligging van het project: | Vrijheidstraat 13 te 2000 Antwerpen |
Kadastrale percelen: | afdeling 11 sectie L nr. 3522R |
Vergunningsplichten: | stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | verbouwen van een handelsgelijkvloers tot appartement |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 25/01/1946: toelating (18#19979) voor gevel- en binnenveranderingen.
Vergunde toestand
- gelijkvloerse winkelruimte plus 3 bovenliggende wooneenheden;
- 4 bouwlagen onder plat dak in gesloten bebouwing;
- voorgevel in gele gevelsteen met grijze bezetting.
Bestaande toestand
- gelijkvloers appartement;
- centrale patio overdekt, behoud van buitenruimte achteraan;
- gewijzigde gelijkvloerse voorgevel met verwijdering van de insprong en plaatsing van een kleiner raam;
- gelijkvloerse voorgevel in witte crepi en gele gevelsteen, buitenschrijnwerk in wit aluminium op een plint in blauwe hardsteen.
Nieuwe toestand
- intern heringericht, gelijkvloers appartement;
- fietsenberging voor 2 fietsen op het gelijkvloers;
- gemeenschappelijke afvalberging in de kelder.
Inhoud van de aanvraag
- vermeerderen van het aantal woongelegenheden van 3 naar 4;
- wijzigen van de functie handel naar wonen;
- wijzigen van de voorgevel.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Fluvius System Operator | 2 november 2023 | 13 november 2023 | Voorwaardelijk gunstig |
Hulpverleningszone Brandweer zone Antwerpen | 2 november 2023 | 15 december 2023 | Voorwaardelijk gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Ondernemen en Stadsmarketing/ Klantencontacten en Dienstverlening/ Loket Thema Wonen - huisnummering | 2 november 2023 | 2 november 2023 |
Stadsontwikkeling/ Mobiliteit | 2 november 2023 | 20 november 2023 |
Stadsontwikkeling/ Onroerend Erfgoed/ Monumentenzorg | 2 november 2023 | 6 november 2023 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Binnenstad, goedgekeurd op 26 april 2012. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: artikel 1: zone voor wonen - (wo1).
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan Binnenstad op volgend punt:
- Artikel 2.2.5 Onbebouwde ruimte en tuinen: de onbebouwde ruimte verkleint na het dichtbouwen van de patio.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend punt:
- Stedenbouwkundige lasten: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening ‘Stedenbouwkundige lasten’ (verder genoemd verordening stedenbouwkundige lasten), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 29 april 2024.
(De verordening stedenbouwkundige lasten kan u raadplegen via “https://www.antwerpen.be/nl/overzicht/vergunningen/regelgeving”)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de verordening stedenbouwkundige lasten.
Sectorale regelgeving
- MER-screening:
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Programmatorische Aanpak Stikstof: overeenkomstig het stikstofdecreet, het nieuwe beoordelingskader voor alle aanvragen die stikstofemissies veroorzaken, in werking getreden op 23 februari 2024.
- Op basis van de toepassing van het stikstofdecreet kan redelijkerwijs geoordeeld worden dat voorliggende aanvraag geen project is voor de exploitatie van een IIOA met één of meer stationaire bronnen van stikstofoxiden. Het beoordelingskader uit het decreet is dus niet van toepassing en de opmaak van een passende beoordeling (artikel 28 decreet) is niet vereist.
- Op basis van de toepassing van het stikstofdecreet kan redelijkerwijs geoordeeld worden dat voorliggende aanvraag noch een verkeersdragend noch een verkeersgenererend project is. Het beoordelingskader uit het decreet is dus niet van toepassing en de opmaak van een passende beoordeling (artikel 32 decreet) is niet vereist.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Het project is gelegen in een zone met een kleine pluviale overstromingskans (T1000) onder huidig klimaat (score C).
Het project is gelegen in een zone met een kleine fluviale overstromingskans (T1000) onder huidig klimaat (score C).
Het project is niet gelegen in een signaalgebied.
Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.
(Kijk de score van uw project na op (https://www.waterinfo.be/informatieplicht)
- Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
- Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
De bestemming van meergezinswoning blijft behouden waardoor de functionele inpasbaarheid gegarandeerd blijft.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
In voorliggende aanvraag wordt de gelijkvloerse winkelruimte omgevormd naar een woonfunctie.
Het aantal wooneenheden vermeerderd hierdoor van 3 naar 4.
Er wordt geoordeeld dat de draagkracht van het pand noch van de omgeving met deze vermeerdering wordt overschreden.
Omwille van de functiewijziging van winkel naar wonen moet minimaal 20 procent van de perceeloppervlakte open ruimte zijn ter hoogte van het maaiveld.
De aanvraag ontpit niet maar overbouwd de centrale patio tot bergruimte.
Hierdoor zijn de aangevraagde werken niet alleen strijdig met artikel 27 van de bouwcode, maar ook met artikel 2.2.5 van het RUP-Binnenstad. De bebouwde oppervlakte neemt toe en dit moet minstens gelijk blijven volgens het RUP.
Een afwijking op artikel 27 van de bouwcode en artikel 2.2.5 van het RUP is in voorliggende aanvraag verdedigbaar. De huidige patio heeft in onbebouwde toestand weinig meerwaarde en kan niet gebruikt worden als kwalitatieve buitenruimte.
De oppervlakte wordt betrokken bij de woning wat het wooncomfort ten goede komt.
Om wel te voldoen aan de voordelen van een ontpitting wordt in voorwaarden opgenomen om de achterliggende buitenruimte volledig als groene en onverharde buitenruimte aan te leggen. Zo kan hemelwater maximaal infiltreren in de bodem.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
De centrale koer wordt dichtgebouwd en het nieuwe dak wordt op vloerniveau van de bovenliggende wooneenheid voorzien. Deze ingreep biedt het bovenliggend appartement de mogelijkheid om hier een ruimer terras te voorzien.
De lichtkoepel die in het plat dak voorzien wordt om de berging te verlichten, wordt van de vergunning uitgesloten om het gebruik van het plat dak maximaal te benutten.
Op deze manier krijgt de wooneenheid op de eerste verdieping de mogelijkheid tot een ruim buitenterras waardoor de algemene woonkwaliteit toeneemt.
Visueel-vormelijke elementen en cultuurhistorische aspecten
Gezien de ligging van het pand in een zone die volgens het ruimtelijk uitvoeringsplan werd ingekleurd als een woongebied met culturele, historische en/of esthetische waarde, werd het advies ingewonnen van de stedelijke dienst Monumentenzorg. Dit advies laat zich als volgt lezen:
“De erfgoedwaarde van zowel in- als exterieur is beperkt waardoor er vanuit oogpunt monumentenzorg geen bezwaar is tegen de gewenste ingreep. De aanpassing van de voorgevel dient op welstand beoordeeld door de afdeling Stedenbouw.”
Vanuit stedenbouwkundig oogpunt wordt dit advies bijgetreden.
De aanpassingen aan de voorgevel wijzigen de winkelpui naar een woongevel, dit is aanvaardbaar.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat een omgevingsvergunningsaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeer- en stallingsnormen uit de tabel van artikel 30 van de bouwcode, herzien op 1 maart 2018, dienen te worden nageleefd bij nieuwbouw, herbouw, verbouwing, functiewijziging, volume-uitbreiding en wijzigen van het aantal wooneenheden. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.
Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 1 parkeerplaatsen.
De parkeerbehoefte wordt bepaald op de functiewijziging van handel naar wonen.
Het gelijkvloers wordt heringericht van handel naar een appartement.
Bij projecten tot 5 wooneenheden is de parkeernorm 1
De werkelijke parkeerbehoefte is 1.
|
De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.
|
Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0.
In een aantal gevallen genereert een aanvraag een werkelijke parkeerbehoefte maar kunnen de plaatsen om volgende stedenbouwkundige redenen niet (volledig) gerealiseerd worden:
‘Voorliggende aanvraag heeft betrekking op een pand met een perceelsbreedte van minder dan of gelijk aan 8 m. Volgens artikel 12, §3, 1° (Levendige plint) van de bouwcode is een toegangspoort voor een autobergplaats niet toegelaten. ’
|
Het bijgestelde aantal autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 0.
De berekende parkeerbehoefte van het nieuwe project kan verminderd worden met het aantal parkeerplaatsen van de laatst vergunde toestand dat reeds afgewenteld werd op het openbaar domein. Dit op voorwaarde dat realisatie niet mogelijk is.
De bestaande parkeerbehoefte voor de handelszaak is omwille van de beperkte oppervlakte 0.
Het aantal parkeerplaatsen van de laatst vergunde toestand dat reeds afgewenteld werd op het openbaar domein is 0
|
Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 1 plaats.
|
Fietsvoorzieningen:
Voor het bijkomende appartement moeten er 2 fietsstalplaatsen voorzien worden:
- 1 appartement met 1 slaapkamer = 1 x 2 (1 slaapkamer + 1 extra) = 2
Er worden 2 fietsstalplaatsen voorzien worden op het einde van de gang. De gang naar de fietsenberging is te smal deze moet minstens 1 m breed zijn. Achter elke fiets in een fietsstalplaats moet een vrije ruimte van 1m70 beschikbaar zijn en dat is hier niet het geval.
De dienst Mobiliteit geeft advies met volgende voorwaarden:
- De gang naar de fietsenberging moet minstens 1m breed zijn
- Achter elke fiets in een fietsstalplaats moet een vrije ruimte van 1m70 beschikbaar zijn.
Vanuit stedenbouwkundig oogpunt wordt dit advies bijgetreden en als voorwaarde bij de vergunning opgenomen.
Het is steeds mogelijk om de bijkomstige fietsen binnen de nieuwe berging van het gelijkvloerse appartement te stallen.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
2. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie na te leven.
3. Het voorzien van een dakkoepel in het nieuwe platte dak wordt van de vergunning uitgesloten.
4. De voorwaarden uit het bijgevoegde advies van Fluvius moet nageleefd worden.
5. De in de beoordeling opgenomen voorwaarden uit het advies van de dienst Mobiliteit moeten nageleefd worden.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 20 september 2023 |
Volledig en ontvankelijk | 2 november 2023 |
Start 1e openbaar onderzoek | 13 november 2023 |
Einde 1e openbaar onderzoek | 12 december 2023 |
Beslissing toepassing administratieve lus | 28 december 2023 |
Start laatste openbaar onderzoek | 9 januari 2024 |
Einde laatste openbaar onderzoek | 7 februari 2024 |
Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen | geen |
Uiterste beslissingsdatum zonder noodbesluit | 15 april 2024
|
Uiterste beslissingsdatum met noodbesluit | 14 juli 2024 |
Verslag GOA | 20 juni 2024 |
Naam GOA | Axel Devroe |
Administratieve lus
Op de aanvraag werd een administratieve lus toegepast, omwille van de volgende reden(en):
Omwille van een procedurefout moet het openbaar onderzoek opnieuw worden georganiseerd. Het openbaar onderzoek moest ten laatste 1 dag voor het ingaan van de termijn van het openbaar onderzoek worden aangeplakt en gemeld op het loket. Dit gebeurde pas op 13 november of één dag te laat.
De stappen in de procedure die verkeerd gelopen zijn werden opnieuw uitgevoerd om te voorkomen dat de eindbeslissing over de aanvraag vernietigd wordt omwille van de vastgestelde procedurefout(en).
De aanvraag werd onderworpen aan 2 openbare onderzoeken.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
2. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie na te leven.
3. Het voorzien van een dakkoepel in het nieuwe platte dak wordt van de vergunning uitgesloten.
4. De voorwaarden uit het bijgevoegde advies van Fluvius moet nageleefd worden.
5. De in de beoordeling opgenomen voorwaarden uit het advies van de dienst Mobiliteit moeten nageleefd worden.
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.