De stad Antwerpen en haar burgers worden regelmatig geconfronteerd met afvalstoffen die worden achtergelaten op niet-reglementaire wijze. Het is noodzakelijk dat sluikstort zo vlug mogelijk verwijderd wordt, omdat dit past in een algemeen streven naar een nette en leefbare stad. Het verwijderen en verwerken van deze achtergelaten afvalstoffen vergt extra inspanningen van de stedelijke diensten en gaat gepaard met extra kosten voor de stad Antwerpen (o.a. personeelsinzet, voertuigen, administratieve afwikkeling, verwerkingskosten,…) die variëren in functie van gewicht en volumes. Deze kosten worden berekend en verhaald op de sluikstorter, tegen een louter kostendekkend tarief.
De gemeenteraad keurde op 17 juni 2019 (jaarnummer 784) het retributiereglement voor het verwijderen van sluikstort en achtergelaten en/of hinderlijk gestalde (brom)fietsen en voortbewegingstoestellen goed. Op 29 november 2021 (jaarnummer 697) werd de gewijzigde versie van dit retributiereglement door de gemeenteraad goedgekeurd.
Het retributiereglement wordt opnieuw aangepast, zodat voor het verwijderen van sluikstort ook een retributie op basis van volume kan worden opgelegd. Dit kadert in de kordate aanpak tegen sluikstorters.
Het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid (DABM), artikel 16.1.2., 2° en artikel 16.6.3, §2.
Het decreet van 23 december 2011 betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen (Materialendecreet), artikel 12.
Het besluit van de Vlaamse Regering van 17 februari 2012 tot vaststelling van het Vlaams reglement betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen (VLAREMA).
De code van politiereglementen van de stad Antwerpen en latere wijzigingen.
Artikel 40, §3, en artikel 41, tweede lid, 14°, van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.
In het bestuursakkoord 2020-2025 wordt de strijd tegen sluikstorten als prioriteit benoemd. Dit overlastfenomeen toont niet enkel een gebrek aan respect voor de medeburger en buurt maar tevens ook een gebrek aan respect voor het werk dat stadsmedewerkers dagelijks verrichten met het oog op nette straten en pleinen.
Door het heffen van retributie voor het verwijderen van sluikstort en van achtergelaten en/of hinderlijk gestalde (brom)fietsen en voortbewegingstoestellen wil de stad Antwerpen enerzijds een belangrijk signaal geven aan de overtreders. Anderzijds wil de stad Antwerpen de gemaakte kosten verhalen op de overtreder.
Gelet op de grote sluikstortproblematiek is het toepassen van deze retributie bij vastgestelde sluikstort noodzakelijk. Daarbij dient rekening gehouden te worden met de beschikbare middelen. Om dit zo efficiënt mogelijk te kunnen realiseren wordt een systeem op basis van volume voorzien. Deze alternatieve berekeningswijze op basis van volume laat de stadsdiensten toe aan de nood tot het opleggen op grotere schaal van een retributie tegemoet te komen. Indien de retributie op basis van volume wordt berekend, treft de burger geenszins nadeel ten aanzien van een gewichtsmeting.
De ontvangsten van dit retributiereglement werden budgettair voorzien op 2024/5360100000/7006028/2VGS010302A00000/SUB_NR/2SA03048.
De gemeenteraad keurt de aanpassingen aan het retributiereglement voor het verwijderen van sluikstort en van achtergelaten en/of hinderlijk gestalde (brom)fietsen en voortbewegingstoestellen goed. Dit reglement treedt in werking op 1 juli 2024.
De gemeenteraad neemt kennis van de gecoördineerde versie van het reglement voor het verwijderen van sluikstort en van achtergelaten en/of hinderlijk gestalde (brom)fietsen en voortbewegingstoestellen, met ingang van 1 juli 2024.