Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2024131907 |
Gegevens van de aanvrager: | BV ANTWERP CUT met als adres Hoveniersstraat 51 bus 150 te 2018 Antwerpen |
Gegevens van de exploitant: | mevrouw Yaël Gutkind met als adres Hoge Haar 12 te 2970 Schilde |
Ligging van het project: | Hoveniersstraat 12-14 te 2018 Antwerpen |
Kadastrale percelen: | afdeling 8 sectie H nr. 1179R20 |
waarvan: |
|
- 20241001-0008 | afdeling 8 sectie H nr. 1179R20 (Antwerp Cut - Bemaling) |
Vergunningsplichten: | exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten |
Voorwerp van de aanvraag: | bemaling noodzakelijk voor de uitvoering van bouwkundige werken |
Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten
Inhoud van de aanvraag
De aanvraag betreft een verlaging van de grondwatertafel in het kader van civieltechnische werken.
Aangevraagde rubriek(en)
Aangevraagde rubriek(en) Antwerp Cut - Bemaling
Rubriek | Omschrijving | Gevraagd voor |
3.4.2° | het, zonder behandeling in een afvalwaterzuiveringsinstallatie, lozen van bedrijfsafvalwater dat al of niet een of meer van de gevaarlijke stoffen, vermeld in bijlage 2C, bevat in concentraties die hoger zijn dan de indelingscriteria van artikel 3 van bijlage 2.3.1 van Vlarem II, met een debiet van meer dan 2 m³/uur tot en met 100 m³/uur; | 15 m³/uur |
3.6.3.2° | afvalwaterzuiveringsinstallaties, met inbegrip van het lozen van het effluentwater en het ontwateren van de bijhorende slibproductie voor de behandeling van bedrijfsafvalwater met een effluent van meer dan 5 m³/uur tot en met 50 m³/uur; | 15 m³/uur |
53.2.2°b)2° | bemaling die technisch noodzakelijk is voor de verwezenlijking van werken of de aanleg van nutsvoorzieningen, beide met inbegrip van terug in de ondergrond brengen van bemalingswater in dezelfde watervoerende laag en het nuttige gebruik tot maximaal 5.000 m³ bemalingswater per jaar. Dit voor bemalingen niet gelegen in beschermde duingebieden, in een groengebied, een natuurontwikkelingsgebied, een parkgebied of een bosgebied met een debiet van meer dan 30.000 m³ per jaar en de verlaging van het grondwaterpeil bedraagt meer dan vier meter onder het maaiveld. | 65.700 m³/jaar |
Aangevraagde bijstelling bijzondere milieuvoorwaarden in afwijking van algemene of sectorale voorwaarden
Antwerp Cut - Bemaling
1. | Bij te stellen voorwaarde: Afwijking op bijlage 4.2.5.1. Controle-inrichting voor lozingen van afvalwater Aangezien het een tijdelijke bemaling en tijdelijke lozing betreft wordt er geen meetgoot en speciale meetapparatuur geplaatst, enkel een staalnamekraan. De debietmeter die geplaatst wordt, is conform Vlarem II artikel 5.53.3.32. $12 (meetinrichting tijdelijke bemaling).
Afwijking op bijlage 4.2.5.2. Controle en beoordeling van de meetresultaten op lozingen van bedrijfsafvalwater en koelwater Staalname bemalingswater gedurende de bemaling door middel van staalnamekraantje op de collector.
Afwijking lozingsnormen voor wat betreft arseen: 50 µg/liter (10 x IC), chroom: 250 µg/liter (5 x IC), lood: 100 µg/liter (2 x IC), nikkel: 60 µg/liter (2 x IC) en PFAS zijnde 100 ng/liter per individuele stof. |
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) - Advies grondwater Antwerpen | 24 oktober 2024 | 21 november 2024 | Geen advies |
Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) - Advies Vergunning Afvalwater en Lucht | 24 oktober 2024 | 22 november 2024 | Voorwaardelijk gunstig |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de binnenstad van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Leien en de Kleine Ring.
De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:
- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;
- de eigen aard van het betrokken gebied;
- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
Programmatische Aanpak Stikstof
Overeenkomstig het stikstofdecreet, het nieuwe beoordelingskader voor alle aanvragen die stikstofemissies veroorzaken, in werking getreden op 23 februari 2024.
Op basis van de toepassing van het stikstofdecreet kan redelijkerwijs geoordeeld worden dat voorliggende aanvraag geen project is voor de exploitatie van een IIOA met één of meer stationaire bronnen van stikstofoxiden. Het beoordelingskader uit het decreet is dus niet van toepassing en de opmaak van een passende beoordeling (artikel 28 decreet) is niet vereist.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
De aanvraag betreft een tijdelijke bemaling die noodzakelijk is voor de aanleg van een ondergrondse bouwlaag voor een nieuwbouwproject. De stedenbouwkundige handelingen werden reeds eerder getoetst aan de verenigbaarheid met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening. Het project kan beschouwd worden als verenigbaar met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening.
Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen of activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu
Voor de uitvoering van een nieuwbouwproject in de Hoveniersstraat te Antwerpen is een verlaging van de grondwatertafel vereist. Het project voorziet de aanleg van een ondergrondse parking.
Volgens het grondonderzoek bedraagt het gemiddelde maaiveldpeil ter hoogte van de site +7,15 m-TAW. Op 23 juli 2024 werd een manuele boring uitgevoerd op de projectsite. Hieruit werden de grondlagen afgeleid.
Volgens het bemalingsconcept zal er uitgegraven worden tot circa +1,29 m-TAW. Rekening houdend met een grondwaterstand van +2,04 m-TAW (of 5 m-mv) en een bemaling tot 0,5 meter onder het uitgravingspeil, dient het grondwater circa 1,25 meter verlaagd te worden (tot circa +0,79 mTAW). De bemaling kan uitgevoerd worden met een gravitaire filters.
Het initiële en het stationaire bemalingsdebiet voor de uitgraving van de kelder worden berekend op respectievelijk circa 15,0 m³/uur en 11,0 m³/uur. Het cumulatief onttrokken volume bedraagt circa 65.700 m³, uitgaande van een bemalingstermijn van 8 maanden. De invloedstraal reikt tot maximaal 285 meter ver.
Binnen deze invloedstraal werden 25 OVAM-dossiers gescreend, waaronder drie met een mobiele grondwaterverontreiniging (binnen de 10 cm-verlagingscontour) met name OVAM-dossiers 11582, 11817 en 20419. Uit onder andere een simulatie via een stroombaanberekening in het grondwatermodel, blijkt dat de bemaling geen significante invloed zal hebben op deze grondwaterverontreinigingen.
De studie geeft ook aan dat er geen zettingsrisico’s te verwachten zijn. De deskundige raadt wel aan om na de afbraakfase sonderingen uit te voeren op de projectsite zelf om lokaal een beter beeld te krijgen in differentiële zettingen. Voor de studie werd gebruik gemaakt van een sondering beschikbaar op DOV.
Uit de analyseresultaten van de grondwaterstaalname op de projectsite bleek er overschrijding te zijn van de indelingscriteria voor arseen, chroom en enkele PFAS-verbindingen. Voor lood, nikkel en enkele andere PFAS-verbindingen wordt het indelingscriterium benaderd. Bijgevolg wordt door de bouwheer een bijstelling van de lozingsnormen aangevraagd, als volgt:
Parameter | IC | Gevraagd (µg/liter) |
arseen | 5 | 50 |
chroom | 50 | 250 |
lood | 50 | 100 |
nikkel | 30 | 60 |
PFAS (ind) | - | 0,100 |
De Vlaamse Milieumaatschappij adviseert de gevraagde bijstelling gunstig. Verder wordt er een afwijking gevraagd op bijlage 4.2.5.1. met betrekking tot de controle-inrichting voor lozingen van afvalwater. Aangezien het een tijdelijke bemaling en tijdelijke lozing betreft wordt er geen meetgoot en speciale meetapparatuur geplaatst, enkel een staalnamekraan. De debietmeter die geplaatst wordt, is conform artikel 5.53.3. van Vlarem II.
Tenslotte omvat de aanvraag de exploitatie van een grondwaterzuiveringsinstallatie. Indien er in het bemalingswater concentraties boven de toegestane lozingsnormen worden aangetroffen, dient het bemalingswater gezuiverd te worden voor lozing in de openbare riolering.
Advies aan het college
Advies over de ingedeelde inrichtingen of activiteiten
Aan het college wordt voorgesteld de omgevingsvergunning voorwaardelijk te vergunnen voor acht maanden vanaf de opstart van de bemaling en de gevraagde bijstellingen goed te keuren.
Geadviseerde rubriek(en)
Rubriek | Omschrijving | Geadviseerd voor |
3.4.2° | het, zonder behandeling in een afvalwaterzuiveringsinstallatie, lozen van bedrijfsafvalwater dat al of niet een of meer van de gevaarlijke stoffen, vermeld in bijlage 2C, bevat in concentraties die hoger zijn dan de indelingscriteria van artikel 3 van bijlage 2.3.1 van Vlarem II, met een debiet van meer dan 2 m³/uur tot en met 100 m³/uur; | 15 m³/uur |
3.6.3.2° | afvalwaterzuiveringsinstallaties, met inbegrip van het lozen van het effluentwater en het ontwateren van de bijhorende slibproductie voor de behandeling van bedrijfsafvalwater met een effluent van meer dan 5 m³/uur tot en met 50 m³/uur; | 15 m³/uur |
53.2.2°b)2° | bemaling die technisch noodzakelijk is voor de verwezenlijking van werken of de aanleg van nutsvoorzieningen, beide met inbegrip van terug in de ondergrond brengen van bemalingswater in dezelfde watervoerende laag en het nuttige gebruik tot maximaal 5.000 m³ bemalingswater per jaar. Dit voor bemalingen niet gelegen in beschermde duingebieden, in een groengebied, een natuurontwikkelingsgebied, een parkgebied of een bosgebied met een debiet van meer dan 30.000 m³ per jaar en de verlaging van het grondwaterpeil bedraagt meer dan vier meter onder het maaiveld. | 65.700 m³/jaar |
Geadviseerde bijzondere milieuvoorwaarden
1. De lozingsnormen worden vastgelegd als volgt:
Parameter | Lozingsnorm (µg/liter) |
arseen | 50 |
chroom | 250 |
lood | 100 |
nikkel | 60 |
PFAS (ind) | 0,100 |
2. In afwijking van artikel 4.2.5.1.1. §1 van Vlarem II moet er geen meetgoot voorzien worden.
3. De kwaliteit van het bemalingswater wordt geanalyseerd voor het lozingspunt (na schoonpompen van de bemalingsinstallatie) of op voorhand in een representatieve peilbuis maximaal 3 jaar voor de opstart van de bemaling. De te analyseren parameters zijn minstens de kwantificeerbare PFAS-componenten opgenomen in het WAC_IV_A_025. De bemaling mag pas in gebruik genomen worden als de analyseresultaten beschikbaar zijn en getoetst werden aan de geldende normen. De verdere monitoring van het opgepompte bemalingswater gebeurt aan volgende frequentie:
- bij concentraties hoger dan 80% van de norm: analyse in de eerste maand wekelijks en vervolgens maandelijks tot het einde van de bemaling of tot wanneer de recentste analyse zonder zuivering maximaal 80% van de norm bedraagt;
- bij concentraties lager dan 80% van de norm: geen herhaling noodzakelijk.
Bij inzet van een waterzuivering gebeurt de analyse op het effluent van de waterzuivering ter vervanging van de monitoring van het opgepompte bemalingswater als volgt: in de eerste maand wekelijks en vervolgens maandelijks tot het einde van de bemaling.
De analyseresultaten van de PFAS-stoffen worden bezorgd aan de PFAS-coördinator van stad Antwerpen via mi@antwerpen.be
4. De exploitant dient de startdatum van de bemaling voor de opstart van de bemaling te melden aan de diensten Vergunningen (milieuvergunningen@antwerpen.be) en Milieu-interventie (mi@antwerpen.be) samen met de contactgegevens van de werfverantwoordelijke. Het einde van de bemalingswerken wordt eveneens gemeld aan voornoemde diensten.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 3 oktober 2024 |
Volledig en ontvankelijk | 24 oktober 2024 |
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 23 december 2024 |
Verslag GOA | 6 december 2024 |
Naam GOA | Bieke Geypens |
Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Bijzondere milieuvoorwaarden
1. De lozingsnormen worden vastgelegd als volgt:
Parameter | Lozingsnorm (µg/liter) |
arseen | 50 |
chroom | 250 |
lood | 100 |
nikkel | 60 |
PFAS (ind) | 0,100 |
2. In afwijking van artikel 4.2.5.1.1. §1 van Vlarem II moet er geen meetgoot voorzien worden.
3. De kwaliteit van het bemalingswater wordt geanalyseerd voor het lozingspunt (na schoonpompen van de bemalingsinstallatie) of op voorhand in een representatieve peilbuis maximaal 3 jaar voor de opstart van de bemaling. De te analyseren parameters zijn minstens de kwantificeerbare PFAS-componenten opgenomen in het WAC_IV_A_025. De bemaling mag pas in gebruik genomen worden als de analyseresultaten beschikbaar zijn en getoetst werden aan de geldende normen. De verdere monitoring van het opgepompte bemalingswater gebeurt aan volgende frequentie:
- bij concentraties hoger dan 80% van de norm: analyse in de eerste maand wekelijks en vervolgens maandelijks tot het einde van de bemaling of tot wanneer de recentste analyse zonder zuivering maximaal 80% van de norm bedraagt;
- bij concentraties lager dan 80% van de norm: geen herhaling noodzakelijk.
Bij inzet van een waterzuivering gebeurt de analyse op het effluent van de waterzuivering ter vervanging van de monitoring van het opgepompte bemalingswater als volgt: in de eerste maand wekelijks en vervolgens maandelijks tot het einde van de bemaling.
De analyseresultaten van de PFAS-stoffen worden bezorgd aan de PFAS-coördinator van stad Antwerpen via mi@antwerpen.be
4. De exploitant dient de startdatum van de bemaling voor de opstart van de bemaling te melden aan de diensten Vergunningen (milieuvergunningen@antwerpen.be) en Milieu-interventie (mi@antwerpen.be) samen met de contactgegevens van de werfverantwoordelijke. Het einde van de bemalingswerken wordt eveneens gemeld aan voornoemde diensten.
De vergunning omvat thans volgende rubriek(en):
Rubriek | Omschrijving | Gecoördineerd |
3.4.2° | het, zonder behandeling in een afvalwaterzuiveringsinstallatie, lozen van bedrijfsafvalwater dat al of niet een of meer van de gevaarlijke stoffen, vermeld in bijlage 2C, bevat in concentraties die hoger zijn dan de indelingscriteria van artikel 3 van bijlage 2.3.1 van Vlarem II, met een debiet van meer dan 2 m³/uur tot en met 100 m³/uur; | 15 m³/uur |
3.6.3.2° | afvalwaterzuiveringsinstallaties, met inbegrip van het lozen van het effluentwater en het ontwateren van de bijhorende slibproductie voor de behandeling van bedrijfsafvalwater met een effluent van meer dan 5 m³/uur tot en met 50 m³/uur; | 15 m³/uur |
53.2.2°b)2° | bemaling die technisch noodzakelijk is voor de verwezenlijking van werken of de aanleg van nutsvoorzieningen, beide met inbegrip van terug in de ondergrond brengen van bemalingswater in dezelfde watervoerende laag en het nuttige gebruik tot maximaal 5.000 m³ bemalingswater per jaar. Dit voor bemalingen niet gelegen in beschermde duingebieden, in een groengebied, een natuurontwikkelingsgebied, een parkgebied of een bosgebied met een debiet van meer dan 30.000 m³ per jaar en de verlaging van het grondwaterpeil bedraagt meer dan vier meter onder het maaiveld. | 65.700 m³/jaar |
Het college beslist dat de omgevingsvergunning geldig is voor een periode van 8 maanden vanaf de opstart van de bemaling.