2024_CBS_09308 - Omgevingsvergunning - OMV_2024084086. Van Craesbeeckstraat ZN. District Antwerpen - Goedkeuring

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

Bestaande toestand  

-          functie: straat (openbaar domein);

-          afmetingen: lengte van 213 m;

-          inrichting:

• tweerichtingsverkeer;
• langsparkeren: aantal parkeerplaatsen niet gedefinieerd;
• 1 hoogstammige boom:
• geen gescheiden rioleringsstelsel.

Nieuwe toestand

-          functie: heraangelegde straat (openbaar domein), met rooilijn op 2 plekken overgedragen;

-          afmetingen: Van Craesbeeckstraat met lengte van 213 m:

• Willem Lepelstraat: kruispunt met de Van Craesbeeckstraat en de zone tot aan nummer 50 in de Willem Lepelstraat; 
• Prekerstraat, vanaf nummer 40 tot nummer 51;

-          inrichting:

• woonerf én tuinstraat;
• eenrichtingsverkeer: noord naar zuid;
• dwarsparkeren en langsparkeren: 36 parkeerplaatsen voor auto’s (waarvan 2 voor andersvaliden), 16 fietsparkeerplaatsen en parkeerplaatsen voor deelsteps/-auto’s;
• ontharding;
• gesaneerde bodem;
• gescheiden rioleringsstelsel RWA en DWA;
• infiltratie- en bufferput met een bovengrondse waterpomp;
• 37 hoogstammige bomen met een leeflaag van 1 m;
• 1 gevelde boom.

Inhoud van de aanvraag

heraanleggen van de Van Craesbeeckstraat als woonerf en tuinstraat:

-          voorzien van een eenrichtingsstraat;

-          aanleggen van dwars- en langsparkeerplaatsen: 36 autostalplaatsen, 16 fietsparkeerplaatsen, ook voor deelsteps/auto’s;

-          ontharden en saneren van de grond;

-          aanleggen van gescheiden rioleringsstelsel RWA en DWA;

-          plaatsen van een infiltratie- en buffervoorziening;

-          planten van 37 hoogstammige bomen;

-          vellen van 1 boom.

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

Gemeentewegen

Artikel 31 van het Omgevingsvergunningendecreet stelt dat indien de vergunningsaanvraag de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg omvat, de gemeenteraad een beslissing over de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van de gemeenteweg neemt, alvorens de bevoegde overheid een beslissing neemt over de vergunningsaanvraag.

Omschrijving beslissing

De gemeenteraad besliste in zitting van 25 november 2024 (jaarnummer 618) om zijn goedkeuring te hechten aan de wijziging van het gemeentelijk rooilijnplan goedgekeurd bij Koninklijk Besluit van 16 september 1939 ‘VAN CRAESBEECKSTRAAT - OPENEN STRAAT TUSSEN DE LEPELSTRAAT(momenteel Willem Lepelstraat) EN DE KRONENBURGSTRAAT EN HET VERBREDEN VAN DEEL VAN LEPELSTRAAT’ zoals voorgesteld op het bijgevoegd rooilijnplan ‘20230720_12724_Van_Craesbeeckstraat_Rooilijnplan’.

De gemeenteraad besliste in zitting van 25 november 2024 (jaarnummer 617) om:

• de bezwaren over de 'aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg' te verwerpen;
• zijn goedkeuring te hechten aan het bijgevoegd rooilijnplan ‘20230720_12724_Van_Craesbeeckstraat_Rooilijnplan’;
• zijn goedkeuring te hechten aan de ligging, uitrusting en inrichting van de Van Craesbeeckstraat onder volgende voorwaarden:

Voorwaarden

• de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie na te leven;
• de voorwaarden uit het advies van Wyre moeten worden nageleefd.

Adviezen

Externe adviezen

Interne adviezen

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Binnenstad, goedgekeurd op 26 april 2012. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: artikel  3:   zone voor wonen - (wo3) en artikel  8:   zone voor publiek domein - (pu).

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan.

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2023 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater, tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 2010 tot bepaling van stedenbouwkundige handelingen waarvoor geen omgevingsvergunning nodig is en tot opheffing van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > Hemelwaterverordening 2023.
De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.
 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de verordening toegankelijkheid.

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de verordening voetgangersverkeer.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

• artikel 17 Behoud en heraanplanting:

De inplanting van de vergunningsplichtige en meldingsplichtige werken worden zo bepaald dat de aanwezige bomen maximaal behouden kunnen blijven. Er wordt één boom geveld omwille van saneringsredenen.

Bij het verlenen van de vergunning kan de vergunningverlenende overheid bij gemotiveerde beslissing beplantingsbepalingen opnemen met het doel aanplantingen aan te leggen en/of te herstellen. Deze voorwaarden slaan op de boomsoort, de hoeveelheid bomen, de kwaliteit en de stamomtrek alsook de wijze van aanleg. Elke opgelegde beplanting of herbeplanting moet uiterlijk in het derde jaar dat volgt op de stedenbouwkundige vergunning worden uitgevoerd, tenzij anders werd bepaald in de vergunning.

-          Stedenbouwkundige lasten: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening ‘Stedenbouwkundige lasten’ (verder genoemd verordening stedenbouwkundige lasten), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 29 april 2024.

(De verordening stedenbouwkundige lasten kan u raadplegen via “https://www.antwerpen.be/nl/overzicht/vergunningen/regelgeving”)

De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de verordening stedenbouwkundige lasten.

Sectorale regelgeving

-          MER-screening:
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving besluit de toegevoegde project-MER-screeningsnota dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
 

-          Programmatische Aanpak Stikstof: overeenkomstig het stikstofdecreet, het nieuwe beoordelingskader voor alle aanvragen die stikstofemissies veroorzaken, in werking getreden op 23 februari 2024.

Op basis van de toepassing van het stikstofdecreet kan redelijkerwijs geoordeeld worden dat voorliggende aanvraag een verkeersdragend of een verkeersgenererend project is. Het beoordelingskader uit het decreet is dus van toepassing. De berekende impactscore is kleiner dan of gelijk aan 1%. De opmaak van een passende beoordeling van de effecten van stikstofdepositie via de lucht ten aanzien van SBZ-H is niet vereist.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Het voorliggende project is gedeeltelijk gelegen in een zone waarvoor De Vlaamse Waterweg – Centraal aangewezen is als adviesinstantie.

Het project is gelegen in een zone met een kleine pluviale overstromingskans (T1000) onder huidig klimaat (score C).

Het project is gelegen in een zone met een kleine fluviale overstromingskans (T1000) onder huidig klimaat (score C).

Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.

(Kijk de score van uw project na op (https://www.waterinfo.be/informatieplicht)

-          Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
 

-          Archeologienota: overeenkomstig artikel 5.4.1 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 moet aan bepaalde aanvragen een archeologienota worden toegevoegd waarvan akte werd genomen
Van de archeologienota opgemaakt door Monument werd akte genomen door het agentschap Onroerend Erfgoed op 18/07/2024 (https://loket.onroerenderfgoed.be/archeologie/notas/notas/30242). De nota bevat voorwaarden, die worden opgelegd in de vergunning, conform artikel 5.4.4 van het Onroerendefgoeddecreet van 12 juli 2013. Gezien het hoog archeologisch potentieel wordt verder onderzoek in de vorm van een archeologische opgraving geadviseerd. Deze opgraving wordt gezien als een op zichzelf staande fase tijdens de uitvoering van de werken.

-          Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is van toepassing op de aanvraag. De aanvraag is hiermee in overeenstemming.

Omgevingstoets

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

Functionele inpasbaarheid

De aanvraag omvat de heraanleg van de Van Craesbeeckstraat en delen van de Willem Lepelstraat en Prekersstraat in de wijk Sint-Andries. Met deze aanleg wenst de stad de straat in te richten als tuinstraat waar wordt ingezet op de leef- en verblijfskwaliteit. De Van Craesbeeckstraat wordt als onderdeel beschouwd van de groene ader door Sint-Andries. Een groene aaneenschakeling van straten waar de trage weggebruiker voorop staat. De heraanleg zorgt voor een opwaardering van de straat door het verhogen van het comfort en de verkeersveiligheid en het creëren van een aangename verblijfsomgeving. Het statuut van de straat zal wijzigen naar woonerf.

De aanvraag is functioneel inpasbaar.

Ruimtegebruik – visueel-vormelijke elementen – cultuurhistorische aspecten

De voorliggende aanvraag omvat de heraanleg van de Van Craesbeeckstraat en delen van de Willem Lepelstraat en de Prekersstraat. Bij de voorbereiding van het project werd de stedelijke dienst Monumentenzorg nauw betrokken. Het aanvraagdossier bevat daarnaast voldoende erfgoedinformatie om de aanvraag te kunnen beoordelen.

Langsheen de Van Craesbeeckstraat bevinden zich verschillende relicten met erfgoedwaarde, meer bepaald de collectieve woningbouw, opgericht door Onze Woning, met daartussen de voormalige commandobunker van de Civiele Bescherming en – meest beeldbepalend – het modernistisch woningbouwcomplex van de hand Van Gustaaf Fierens in het zuidelijk deel van de straat, bekend als de Fierensblokken. Dit complex is opgenomen op de bij Ministerieel Besluit van 14 maart 2019 vastgestelde inventaris van het bouwkundig erfgoed.

Met de heraanleg van de straat wil men inzetten op vergroening en het verbeteren van de leef- en verblijfskwaliteit. De heraanleg zorgt voor een opwaardering van de straat door het creëren van een aangename verblijfsomgeving, die ook de historische kwaliteit van de omgeving ten goede komt. De gebruikte materialen sluiten aan bij deze gebruikt in de wijdere omgeving en komen de beleving van de straat eveneens ten goede.

Ter hoogte van de Fierensblokken worden twee zones overgedragen naar het openbaar domein. De rooilijn komt hier gelijk met de gevel te liggen. Zo kunnen deze zones mee ingericht worden als openbaar domein, en kunnen de Fierensblokken verbonden worden. Aan de oostzijde blijft de oorspronkelijke voortuinstrook enerzijds bewaard en kan die anderzijds als deel van het openbaar domein gebruikt worden. Dit draagt bij tot een betere beleving van de gerenoveerde Fierensblokken.

De stedelijke dienst Monumentenzorg adviseert de voorliggende aanvraag gunstig. Dit advies wordt gevolgd.

Het projectgebied bevindt zich binnen een archeologisch vastgestelde zone. Het projectgebied is gelegen binnen een woon- en recreatiegebied met een oppervlakte boven 300 m² (4.400 m²) en een ingreep in de bodem boven 100 m² (ca. gelijk aan projectgebied). Volgens het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013, artikel 5.4.1 is hiervoor een archeologienota verplicht.

De archeologienota werd opgemaakt door Monument en er werd akte van genomen door het agentschap Onroerend Erfgoed op 18/07/2024 (https://loket.onroerenderfgoed.be/archeologie/notas/notas/30242). Er werd een programma van maatregelen opgemaakt voor een opgraving van het projectgebied.

In het advies van de stedelijke dienst Archeologie worden volgende voorwaarden opgelegd:

-          De bouwheer voert het programma van maatregelen uit de archeologienota (https://loket.onroerenderfgoed.be/archeologie/notas/notas/30242), nl. een opgraving, gedegen uit.

-          De bouwheer meldt twee weken voor aanvang de start van de werken aan de stedelijke dienst Archeologie (archeologie@antwerpen.be).

-          De bouwheer laat werfcontroles toe door stadsarcheologen.

Dit advies moet worden nageleefd.

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

De brandweer gaf een voorwaardelijk gunstig advies dat strikt moet worden nageleefd.

Wyre regiobeheerder wegeniswerken gaf volgend voorwaardelijk gunstig advies:

“Er is impact op onze kabelinfrastructuur. U kan uw aanvraag indienen op volgend mailadres: netaanleg.antwerpen@wyre.be.” Dit advies moet worden nageleefd.

Er wordt één boom geveld. Artikel 17 van de bouwcode stelt maximaal behoud van groen en hoogstammige bomen voorop. Het vellen van de bestaande boom om saneringsredenen wordt ruim gecompenseerd door de aanplanting van 37 nieuwe bomen.

Advies aan het college

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie na te leven.

2. De voorwaarden uit het advies van de stedelijke dienst Archeologie moeten worden opgevolgd:

-          De bouwheer voert het programma van maatregelen uit de archeologienota (https://loket.onroerenderfgoed.be/archeologie/notas/notas/30242), nl. een opgraving, gedegen uit.

-          De bouwheer leeft het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 na.

-          De bouwheer meldt twee weken voor aanvang de start van de werken aan de stedelijke dienst Archeologie (archeologie@antwerpen.be).

-          De bouwheer laat werfcontroles toe door stadsarcheologen.

3. De voorwaarden uit het advies van Wyre moeten worden nageleefd.

De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek. Er werden standpunten, opmerkingen en/of bezwaren ingediend tijdens de openbaarmaking.

Bespreking van de bezwaren

1. Kadastrale gegevens en inbreuk eigendomsrechten:

In de omgevingsvergunningsaanvraag wordt niet benoemd dat een deel van het ontworpen terrein eigendom is van Woonhaven Antwerpen. De kadastrale gegevens van de aanvraag zijn bijgevolg niet correct. Woonhaven Antwerpen werd niet aangeschreven over het openbaar onderzoek. Er is geen overeenkomst om deze werken uit te voeren op grond van Woonhaven. Dit is echter noodzakelijk om het ontwerp te kunnen realiseren. Dit betreft bovendien een manifeste inbreuk op onze eigendomsrechten.

Beoordeling:

Er wordt verwezen naar de oorspronkelijke plannen, opgesteld door landmeter Stockmans. Deze beschrijven, samen met het goedgekeurde collegebesluit, de overdracht van het gehele binnenplein, inclusief de stroken in de Van Craesbeeckstraat en Willem Lepelstraat, in het kader van artikel 80 (later art. 65, nu art. 5.24 van de Vlaamse Codex Wonen). In de oorspronkelijke akte van overdracht werd Woonhaven al opgelegd dat de gronden moesten worden overgedragen. Hoewel de overdracht nooit notarieel is geformaliseerd, doet dit geen afbreuk aan het feit dat in het ontwerp terecht werd uitgegaan van de toekomstige overdracht naar openbaar domein. De projectgrens volgt de huidige voetpadafbakening en de toekomstige rooilijn die gerealiseerd wordt door de latere overdracht en affectatie. Het feit dat de stad deze delen al meer dan 30 jaar beheert en onderhoudt, bevestigt tevens hun statuut als gemeenteweg.

Het bezwaar is niet gegrond.

2. Parkeerdruk:

Het vrijwaren van auto’s t.h.v. het zuidelijk deel zorgt voor een onevenredige parkeerdruk t.h.v. het noordelijk deel.

Beoordeling:

De publieke ruimte ter hoogte van de Fierensblokken wordt ingericht als een kwalitatieve, autovrije verblijfsruimte om zo de binnenhoven tussen de bouwblokken te verbinden met de openbare ruimte. De blokken zijn opgenomen in de inventaris van bouwkundig erfgoed en worden door deze autovrije zone extra benadrukt conform de randvoorwaarden en het advies vanwege Onroerend Erfgoed. Als gevolg werd het parkeren gefaciliteerd aan de zuidelijke kant van de straat.

Het volledige project werd verder afgestemd en ontworpen naar de principes van een tuinstraat om de ambities en kwaliteit van de publieke ruimte te verhogen. Er werd gezocht naar maximale vergroening, ontharding en infiltratie rekening houdend met het comfort en de veiligheid van alle weggebruikers. Door te kiezen voor de inrichting van de Van Craesbeeckstraat als woonerf wordt bovendien de nadruk in deze straat gelegd op verblijven.

In deze zone werden bijkomend recente aanpassingen doorgevoerd inzake het parkeerbeleid. Alleen bewoners mogen hier nog parkeren, waardoor de parkeerdruk aanzienlijk zal verminderen. Daarnaast zijn er op loopafstand twee grote, ondergrondse parkings voorzien onder het Zuidpark waar bezoekers kunnen parkeren.

Het bezwaar is niet gegrond.

3. Voetpadinrichting en dwarsparkeerplaatsen:

Het ontbreken van een voetpad in een gedeelte van het noordelijk deel dwingt voetgangers op de rijstrook te wandelen, wat samen met dwarsparkeren het risico op conflicten vergroot en de verkeersveiligheid dus niet ten goede komt. We verzoeken daarom om een voetpad over de volledige lengte van de straat.

Beoordeling:

De volledige straat is ingericht als woonerf. Bij de aanleg van een straat als woonerf is er geen sprake van een rijbaan, maar wordt een gelijkgrondse aanleg voorzien van gevel tot gevel. Hierdoor ontstaat er een zone voor gedeeld ruimtegebruik zowel voor voetgangers, fietsers als gemotoriseerd verkeer. In deze gedeelde zone geldt er een snelheidsbeperking van 20 km/u, waardoor het voor zowel voetgangers en fietsers comfortabel wordt om deze ruimte te gebruiken. De auto is er te gast.

In een woonerf met een lage snelheid, een lage turnover en geen openbaar vervoer, zijn haakse parkeervakken een weloverwogen maatregel in functie van de parkeerbehoefte en de ruimtelijke inrichting van de straat.

Het bezwaar is niet gegrond.

4. Toekomstige ontwikkeling Woonhaven:

Het ontwerp beperkt het ontwikkelingspotentieel van Woonhaven Antwerpen. Het parkeren van auto’s wordt t.h.v. het noordelijk deel van de Van Craesbeeckstraat en t.h.v. de Willem Lepelstraat dwars op de straat ontworpen tot tegen en over de eigendomsgrens van Woonhaven Antwerpen. Doordat het bestaande voetpad verdwijnt, kan Woonhaven in de toekomst niet meer tot op de perceelsgrens bouwen. In de omliggende en ruimere stedelijke context volgt de bouwlijn de perceelgrens. Wij verzoeken om dit ontwikkelingspotentieel voor onze site te waarborgen.

Om tegemoet te komen aan het bezwaar over het ontwikkelingspotentieel, werd tijdens een overleg met de bevoegde stedelijke dienst gesuggereerd om het dwarsparkeren in de toekomst te vervangen door langsparkeren. Deze wijziging zal echter een negatieve invloed hebben op de parkeerbalans. We zien nergens in de omgevingsvergunningsaanvraag enige flexibiliteit voor deze aanpassing opgenomen.

Beoordeling:

Momenteel zijn er nog geen concrete plannen gekend omtrent nieuwe ontwikkelingen van Woonhaven Antwerpen ter hoogte van de Van Craesbeeckstraat. Een goedkeuring van het definitief ontwerp door het districtscollege Antwerpen voor de Van Craesbeeckstraat dateert echter al van mei 2023. De omgevingsvergunning en aanbestedingsprocedure voor de heraanleg zijn lopende met een geplande start van de werken in het voorjaar van 2025. De geplande werken aan de Van Craesbeeckstraat dienen dus voor potentiële en toekomstige ontwikkelingen als bestaand en huidig openbaar domein beschouwd te worden. De huidige ontwerpplannen bieden – mede omwille van het gelijkgronds profiel – bovendien voldoende flexibiliteit om op toekomstige ontwikkelingen te kunnen inspelen.

Het bezwaar is niet gegrond.

5. Uitvoerbaarheid van de parkeerplaatsen:

De parkeerplaatsen worden t.h.v. de Willem Lepelstraat een deel ontworpen op eigendom van Woonhaven Antwerpen. Er is geen overeenkomst tussen Woonhaven Antwerpen en de stad om dit uit te voeren. Het niet kunnen uitvoeren van het totaal voorziene aantal parkeerplaatsen zal een negatieve impact hebben op de parkeerbalans.

Beoordeling:

Wij verwijzen naar eerdere argumentatie waarbij terecht werd uitgegaan van de toekomstige overdracht naar openbaar domein. De projectgrens volgt de huidige voetpadafbakening en de toekomstige rooilijn die gerealiseerd wordt door de latere overdracht en affectatie. Het feit dat de stad deze delen al meer dan 30 jaar beheert en onderhoudt, bevestigt tevens hun statuut als gemeenteweg.

Het bezwaar is niet gegrond.

6. Gebruik en inrichting van twee parkeerplekken ter hoogte van de Prekersstraat:

Er staan twee parkeerplaatsen ingetekend in het korte stukje Prekerstraat ter hoogte van nummer 63 en 34. Omdat dit een zeer kort stukje dubbelrichting, enkelrichtingsstraat is in een woonerf, is er eigenlijk geen goeie en veilige manier om deze parkeerplaatsen te gebruiken. Vooral bij het wegrijden ontstaan er ongetwijfeld problemen. Door het intekenen van een terraszone en de dropzone is er namelijk geen ruimte voor wegrijdende auto's om te keren in de straat. Het stukje Prekersstraat is vandaag een weinig betekenisvol stukje straat dat slecht is voor de leesbaarheid van het verkeersconcept. Dit is een kans om dit onnodig stukje straat, zonder inritten naar parkings mee tot pleintje op te waarderen.

Beoordeling:

Met de opmaak van de plannen werden de bochtstralen en de draaibeweging van auto’s gesimuleerd en gecontroleerd. Deze geven aan dat een keerbeweging tussen de palen en de bomen mogelijk is. De stedelijke dienst Publieke Ruimte begrijpt echter wel de bezorgdheid over de beschikbare ruimte en zal eventuele optimalisaties onderzoeken en voorleggen in overleg met district Antwerpen. Het opnemen van dit deel van de Prekersstraat bij het Prekersplein werd onderzocht maar niet weerhouden omwille van de randvoorwaarden in het ontwerp met betrekking tot voldoende parkeerruimte.

Het bezwaar is niet gegrond.

7. Inplanting van de Japanse Honingboom:

De Japanse Honingbomen zijn niet alleen prachtige bomen, ze zijn ook ideaal voor insecten. Voor mij is dit een goede keuze in de Prekersstraat. Het zijn wel bomen die relatief groot kunnen worden. Zelfs een 'Regent' wordt gemakkelijk 10 meter breed. Hierdoor vind ik het jammer dat deze schitterende bomen in de Prekersstraat toch relatief dicht tegen de gevels worden gezet. Een asymmetrisch straatprofiel zou hier al veel oplossen.  Als de Honingbomen langs de noordkant worden voorzien kunnen ze schaduw voorzien voor de zuidgevels en kunnen de bomen groter worden en hun verkoelende rol spelen, krijgt het woonerf meer karakter. Bovendien komen op deze manier ook de terraszones beter tot hun recht. Ook voor de wortels kan dit alleen maar positief zijn. In mijn ervaring heeft de Japanse Honingboom de neiging om tegels naar boven te duwen. Het lijkt mij belangrijk dat dan ook voldoende diepe wortelplaten worden voorzien zodat de wortels onder de straat groeien en niet tegen de gevels gaan duwen.

Beoordeling:

De inplanting van de bomen, boomtype en het ondergrondse wortelvolume in de Van Craesbeeckstraat werden bepaald in nauw overleg met de Groendienst van stad Antwerpen. Dit conform de visie en richtlijnen vanuit het Groenplan Antwerpen zoals goedgekeurd in februari 2017. Zij vragen dat het midden van de stam ten minste 2.7 meter van de gevel wordt geplaatst. De Japanse Honingboom werd in de Van Craesbeeckstraat voorzien in de categorie ‘small boom’. Dat wil zeggen dat de boom ondergronds voldoende ruimte krijgt om uit te groeien tot deze small categorie met een maximale kroonprojectie van 8,5 m². Door de voorziene ondergrondse ruimte wordt ook wortelopdruk voorkomen.

De Groendienst zal bijkomend instaan voor het onderhoud van de bomen zodoende de gevels gevrijwaard blijven.

Daarnaast werd dit deel van de Prekersstraat ingericht conform de standaardeisen voor de brandweer, omdat de brandweerroute er doorheen loopt. Hierdoor is een asymmetrische inrichting niet mogelijk.

Het bezwaar is niet gegrond.

8. Inplanting palen tussen de Prekersstraat en het Prekersplein:

De paaltjes die voorzien worden in het ontwerp tussen de Prekersstraat en het Prekersplein staan op een niet-logische plek. Als het niet lukt om bovenstaand voorstel mee te nemen en de onveilige situatie toch behouden blijft, dan lijkt het beter om de paaltjes te voorzien ter hoogte van de boombeugels. 

Beoordeling:

De Prekersstraat is onderdeel van de brandweerroute, daarom moet deze toegankelijk blijven voor de brandweervoertuigen en conform de eisen worden ingericht. Door de inplanting van de bomen op het Prekersplein en de terraszones is het voor de brandweer enkel mogelijk om op deze manier het Prekersplein op te rijden. De palen moeten op deze plaats gepasseerd worden om de draaicirkel van de brandweer te kunnen vrijwaren. Wanneer de palen dieper in de Prekersstraat ingetekend zouden worden, blijft er geen keerruimte meer over voor auto’s en zullen er parkeerplaatsen verloren gaan.

Het bezwaar is niet gegrond.

9. Slimme schakel:

Er is een velostation op het Prekersplein aanwezig aan de kant van de Lange Vlierstraat. Om de visuele knooppuntwaarde van deze plek te vergroten kan het nuttig zijn om de dropzones ook hier in de directe nabijheid van het velostation in te tekenen. 

Beoordeling:

Om een zo groot mogelijk gebied te bedienen door dropzones, worden deze verspreid voorzien. Specifiek in dit project zijn elektrische laadplaatsen voorzien en autodeelplaatsen. Op wandelafstand is er een velostation en zijn er dropzones aanwezig.

Het bezwaar is niet gegrond.