Er werd bij de deputatie een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend. De aanvraag wordt behandeld volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
De deputatie verzoekt het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar om:
- een openbaar onderzoek te houden;
- advies uit te brengen.
Projectnummer: | OMV_2024119783 |
Gegevens van de aanvrager: | zie exploitant |
Gegevens van de exploitant: | BV Warmtenet Antwerpen Oost (0792422989) met als adres Kempenlaan 2 bus A te 2300 Turnhout |
Ligging van het project: | Slachthuislaan zonder nummer te 2060 Antwerpen (openbaar domein) |
Kadastrale percelen: | afdeling 5 sectie E nrs. 384P7, afdeling 7 sectie G nrs. 333S3 en 367D5 |
waarvan: |
|
- 20240417-0067 | afdeling 7 sectie G nrs. 333S3, afdeling 5 sectie E nrs. 384P7 en afdeling 7 sectie G nrs. 367D5 (Bemaling omgeving Aquafin te Deurne) |
Vergunningsplichten: | exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten |
Voorwerp van de aanvraag: | de exploitatie van een bemaling voor het uitvoeren van grondwerken voor de aanleg van nutsvoorzieningen |
Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten
Voorgeschiedenis
Op 29 augustus 2024 werd aan bv Warmtenet Antwerpen Oost een omgevingsvergunning verleend voor een grondwaterbemaling in het kader van de aanleg van het warmtenet aan de Noordersingel. Deze vergunning met kenmerk OMV_2024056586 werd verleend voor 8 maanden.
Inhoud van de aanvraag
Voorliggende omgevingsvergunningsaanvraag betreft een verlaging van de grondwatertafel in het kader van de aanleg van een warmtenet te Antwerpen.
Aangevraagde rubriek(en)
Aangevraagde rubriek(en) Bemaling omgeving Aquafin te Deurne
Rubriek | Omschrijving | Gevraagd voor |
3.4.2° | het, zonder behandeling in een afvalwaterzuiveringsinstallatie, lozen van bedrijfsafvalwater dat al of niet een of meer van de gevaarlijke stoffen, vermeld in bijlage 2C, bevat in concentraties die hoger zijn dan de indelingscriteria van artikel 3 van bijlage 2.3.1 van Vlarem II, met een debiet van meer dan 2 m³/uur tot en met 100 m³/uur; | 73 m³/uur |
3.6.3.3° | afvalwaterzuiveringsinstallaties, met inbegrip van het lozen van het effluentwater en het ontwateren van de bijhorende slibproductie voor de behandeling van bedrijfsafvalwater met een effluent van meer dan 50 m³/uur; | 73 m³/uur |
53.2.2°b)2° | bemaling die technisch noodzakelijk is voor de verwezenlijking van werken of de aanleg van nutsvoorzieningen, beide met inbegrip van terug in de ondergrond brengen van bemalingswater in dezelfde watervoerende laag en het nuttige gebruik tot maximaal 5.000 m³ bemalingswater per jaar. Dit voor bemalingen niet gelegen in beschermde duingebieden, in een groengebied, een natuurontwikkelingsgebied, een parkgebied of een bosgebied met een debiet van meer dan 30.000 m³ per jaar en de verlaging van het grondwaterpeil bedraagt meer dan vier meter onder het maaiveld. | 134.466 m³/jaar |
Aangevraagde bijstelling bijzondere milieuvoorwaarden in afwijking van algemene of sectorale voorwaarden
Bemaling omgeving Aquafin te Deurne
1. | Bij te stellen voorwaarde: Afwijking voorwaarden: afwijking op bijlage 4.2.5.1. - artikel 4.2.5.1.1 §1 Controle-inrichting voor lozingen van afvalwaters: aangezien het een tijdelijke bemaling en tijdelijke lozing betreft wordt er geen meetgoot geplaatst. Er wordt enkel een staalnamekraan voorzien. De debietmeter die geplaatst wordt, is conform Vlarem II artikel 5.53.3.32. §12 (meetinrichting tijdelijke bemaling). Er worden verhoogde lozingsnormen aangevraagd voor N-totaal (15 mg N/liter), chloride (1.100 mg/liter), P-totaal (1,4 mg/liter), geleidbaarheid (2.000 µS/cm), PFAS (100 ng/liter per individuele stof) en arseen (50 µg/liter). |
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 24 en 42 van het Omgevingsvergunningsdecreet heeft het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar de bevoegdheid advies uit te brengen voor de vergunningsaanvragen op haar grondgebied waarvoor de deputatie, de Vlaamse regering of de gewestelijke omgevingsambtenaar de bevoegde overheid is, tenzij:
Het college heeft op 17 november 2017 (jaarnummer 2017_CBS_08858) beslist om de adviesbevoegdheid op te nemen.
Adviezen
Er werden geen adviezen gevraagd.
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: afbakeningslijn grootstedelijk gebied Antwerpen.
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Slachthuissite, goedgekeurd op 25 februari 2019. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: artikel 16. aanduiding - ontsluitingsweg, RUP contour - algemene voorschriften, artikel 6. zone voor wonen (wo2) - marbaixwijk, artikel 1. zone voor centrumfuncties (ce1), artikel 12. zone voor groen (gr2) - hallenplein en artikel 10. zone voor publiek domein (pu).
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Overeenkomstig artikel 10 van het vrijstellingsbesluit zijn ondergrondse constructies en aansluitingen van warmteleidingen op openbaar domein vrijgesteld van vergunning.
Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen en activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu
De werkzaamheden bestaan uit circa 60 m sleufbemaling met uitgravingen tot 7 m diep (of -2,5 mTAW). Bijgevolg dient het grondwater bemaald te worden tot 0,5 m onder de uitgraving, tot -3 mTAW. Het maaiveld binnen het projectgebied bedraagt ongeveer +4,5 mTAW. De bemaling werd in één fase berekend voor een duurtijd van 84 dagen. Er wordt uitgegaan van dieptebronnen tot 15 m diep. Volgens de opgestelde grondwatermodellering bedraagt de maximale invloedstraal na 84 dagen bemalen circa 1.500 m. Het initiële debiet van de bemaling bedraagt circa 1.751 m³/dag, naarmate de bemaling vordert zal dit debiet dalen tot circa 1.560 m³/dag in de stationaire situatie. Voor de gehele bemaling wordt er een verwacht volume opgepompt van 134.466 m³.
De invloedstraal van de bemaling reikt maximaal circa 1.500 m ver. Uit een screening van het OVAM-geoloket is gebleken dat er verschillende OVAM-dossiers bekend zijn binnen de invloedstraal van de bemaling. De invloed op de OVAM-dossiers werd nagegaan door gebruik te maken van ‘particle tracking’ via de MODPATH-module in het grondwatermodel. Op basis van de gemodelleerde stroombanen wordt er geen significant verspreidingsrisico van de verontreinigingskernen verwacht als gevolg van de bemaling.
Binnen de oppompingszone van de bemaling werden er verhoogde concentraties van PFOA (480-4.100 ng/liter) en PFOS (230 ng/liter) in het grondwater aangetroffen. In de peilbuizen met diepe filterstelling (28-38 m-mv) werden er geen overschrijdingen voor PFAS vastgesteld. Verder werd ten gevolge van verzilting chloridegehaltes van 110 tot 1.110 mg/liter aangetroffen en verhoogde geleidingsvermogen. De overeenkomstige geleidingsvermogens variëren tussen 976 en 3080 µS/cm (bij 20°C).
Het bemalingswater wordt via een brug over de Slachthuislaan naar de mobiele zuiveringsinstallatie gebracht. Indien nodig wordt het water gezuiverd en rechtstreeks in Lobroekdok geloosd. Het retourneren van het bemalingswater is niet mogelijk gezien de globale kwaliteit niet voldoet aan de grondwaterkwaliteitsnormen. Bovendien is het retourneren van belucht water technisch niet mogelijk (verstopping van de retourbronnen door neerslag van o.a. ijzer en mangaan).
Op basis van de uitgevoerde desktopstudie worden de volgende lozingsnormen aangevraagd in kader van de lozing van het effluent van de bemaling op oppervlaktewater:
Parameter | Lozingsnorm | IC/MKN | Eenheid |
Arseen | 50 | 5 | µg/liter |
N-totaal | 15 | 2,5 | mgN/liter |
chloride | 1.100 | 200 | mg/liter |
P-totaal | 1,4 | 0,14 | mg/liter |
geleidbaarheid | 2.000 | 1.000 | µS/cm |
Individuele PFAS | 100 | - | ng/liter |
Ook een afwijking op de controle-inrichting voor lozingen van afvalwaters wordt gevraagd. De sectorale voorwaarden gebonden aan de Vlarem-rubriek 53 vangen deze verplichting op.
Tenslotte worden er, door middel van de samendrukkingswet van Terzaghi, geen zettingsrisico’s verwacht ten gevolge van de bemaling. Aan de Noordersingel ter hoogte van het waterzuiveringsstation van Aquafin, wordt er ook een verlaging van het grondwater voorzien. Het is bijgevolg niet duidelijk of de werken al dan niet gefaseerd zullen uitgevoerd worden.
Het is aan de vergunningverlenende overheid om, op basis van alle onafhankelijk uitgebrachte deskundige adviezen, tot een gemotiveerde en integrale beslissing te komen.
Advies van het college
Gunstig advies te verlenen voor de aanvraag tot omgevingsvergunning onder voorwaarden. Het advies werd gegeven op basis van PIV5.
Geadviseerde rubriek(en)
Rubriek | Omschrijving | Geadviseerd voor |
3.4.2° | het, zonder behandeling in een afvalwaterzuiveringsinstallatie, lozen van bedrijfsafvalwater dat al of niet een of meer van de gevaarlijke stoffen, vermeld in bijlage 2C, bevat in concentraties die hoger zijn dan de indelingscriteria van artikel 3 van bijlage 2.3.1 van Vlarem II, met een debiet van meer dan 2 m³/uur tot en met 100 m³/uur; | 73 m³/uur |
3.6.3.3° | afvalwaterzuiveringsinstallaties, met inbegrip van het lozen van het effluentwater en het ontwateren van de bijhorende slibproductie voor de behandeling van bedrijfsafvalwater met een effluent van meer dan 50 m³/uur; | 73 m³/uur |
53.2.2°b)2° | bemaling die technisch noodzakelijk is voor de verwezenlijking van werken of de aanleg van nutsvoorzieningen, beide met inbegrip van terug in de ondergrond brengen van bemalingswater in dezelfde watervoerende laag en het nuttige gebruik tot maximaal 5.000 m³ bemalingswater per jaar. Dit voor bemalingen niet gelegen in beschermde duingebieden, in een groengebied, een natuurontwikkelingsgebied, een parkgebied of een bosgebied met een debiet van meer dan 30.000 m³ per jaar en de verlaging van het grondwaterpeil bedraagt meer dan vier meter onder het maaiveld. | 134.466 m³/jaar |
Geadviseerde bijzondere milieuvoorwaarden
1. De exploitant hoeft geen meetgoot (artikel 4.2.5.1.1§1 van Vlarem II) te plaatsen. Controle van het geloosde bedrijfsafvalwater kan gebeuren via staalname ter hoogte van het lozingspunt of aan de waterzuivering. De exploitant voorziet hiervoor een staalnamekraan. 2. De exploitant dient de startdatum van de bemaling voor de opstart van de bemaling te melden aan de diensten Vergunningen (milieuvergunningen@antwerpen.be) en Milieu-Interventie (mi@antwerpen.be) met vermelding van het projectnummer en de contactgegevens van de werfverantwoordelijke. Het einde van de bemalingswerken wordt eveneens gemeld aan voornoemde diensten. 3. De lozingsnormen worden als volgt vastgesteld:
|
Procedurestap | Datum |
Ontvangst adviesvraag | 7 februari 2025 |
Start 1e openbaar onderzoek | 1 november 2024 |
Einde 1e openbaar onderzoek | 30 november 2024 |
Beslissing toepassing administratieve lus | 7 februari 2025 |
Start laatste openbaar onderzoek | 27 februari 2025 |
Einde laatste openbaar onderzoek | 28 maart 2025 |
Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen | geen |
Uiterste adviesdatum | 9 maart 2025 |
Administratieve lus
Op de aanvraag werd een administratieve lus toegepast, omwille van de volgende reden(en):
Op 14 februari 2025 werd een nieuwe PIV overgemaakt door exploitant, die aanvaard werd op 17 februari 2025. Zoals voorgesteld door de POVC, is de ‘wijzigingslus’ zoals bepaald in artikel 30, laatste lid van het Omgevingsvergunningsdecreet hierdoor van toepassing.
De stappen in de procedure die verkeerd gelopen zijn, werden opnieuw uitgevoerd, om te voorkomen dat de eindbeslissing over de aanvraag vernietigd wordt omwille van de vastgestelde procedurefout(en).
De aanvraag werd onderworpen aan 2 openbare onderzoeken. Er werden geen standpunten, opmerkingen of bezwaren ingediend tijdens de openbaarmaking.
Het openbaar onderzoek was echter nog lopend op de moment van schrijven van dit verslag. Eventuele bezwaren ingediend na 26 februari 2025 dienen in beoordeling worden genomen door de vergunningverlenende overheid.
Informatievergadering
Een informatievergadering was niet vereist en werd niet gehouden.
Het college beslist een gunstig advies, zoals geformuleerd in de argumentatie, te geven op de aanvraag, onder volgende voorwaarden.
Geadviseerde bijzondere milieuvoorwaarden
1. De exploitant hoeft geen meetgoot (artikel 4.2.5.1.1§1 van Vlarem II) te plaatsen. Controle van het geloosde bedrijfsafvalwater kan gebeuren via staalname ter hoogte van het lozingspunt of aan de waterzuivering. De exploitant voorziet hiervoor een staalnamekraan. 2. De exploitant dient de startdatum van de bemaling voor de opstart van de bemaling te melden aan de diensten Vergunningen (milieuvergunningen@antwerpen.be) en Milieu-Interventie (mi@antwerpen.be) met vermelding van het projectnummer en de contactgegevens van de werfverantwoordelijke. Het einde van de bemalingswerken wordt eveneens gemeld aan voornoemde diensten. 3. De lozingsnormen worden als volgt vastgesteld:
|