Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2024112683 |
Gegevens van de aanvrager: | BV KABIN met als adres Heistraat 2 te 2500 Lier |
Ligging van het project: | Cuylitsstraat 83 te 2018 Antwerpen |
Kadastrale percelen: | afdeling 11 sectie L nr. 3757G2 |
Vergunningsplichten: | stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | verbouwen van 8 studentenkamers met 2 appartementen naar 8 studentenkamers en een eengezinswoning |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 18/04/2024: vergunning deputatie na weigering RvvB (OMV_2020142870) voor het
verbouwen en omvormen van een woning met architectenbureau en 11 studentenkamers naar een meergezinsgebouw met 8 studentenkamers en 2 appartementen;
- 14/11/2019: vergunning geschorst door RvvB (2019743) voor het verbouwen van een meergezinswoning;
- 29/03/2019: vastgesteld bouwkundig erfgoed:
https://inventaris.onroerenderfgoed.be/erfgoedobjecten/6655
- 09/02/2015: proces verbaal (AN/2014/KIS/0385) voor werken uitgevoerd niet conform de vergunning van 14/05/1976, het wijzigen van het aantal woongelegenheden en het omvormen van de architectenbureau in het achterhuis naar een woning.
- 23/07/1992: conformiteitsattest (GK/40) voor het verhuren van 11 gemeubelde woongelegenheden voor één persoon;
- 14/05/1976: vergunning 18#58076) voor een verbouwing;
- 07/05/1931: toelating (1931#39149) voor binnenveranderingen;
- 29/10/1895: toelating (1895#1564) voor het bouwen van twee huizen.
Vergunde toestand
- functie:
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
- inrichting:
Bestaande toestand
- functie en bouwvolume overeenkomstig vergunde toestand, uitgezonderd;
- voorhuis uitgevoerd conform vergunning OMV_2020142870.
Nieuwe toestand
- functie:
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
- inrichting:
Inhoud van de aanvraag
- inrichten van een eengezinswoning in het achterhuis;
- verbouwen van het volume van het achterhuis;
- wijzigen gevels achterhuis;
- wijzigen van de scheimuren;
- doorvoeren van interne constructieve werken.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
De Vlaamse Waterweg - Afdeling Regio Centraal | 25 november 2024 | 25 december 2024 | Geen advies |
Hulpverleningszone Brandweer zone Antwerpen | 25 november 2024 | 13 december 2024 | Voorwaardelijk gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Ondernemen en Stadsmarketing/ Klantencontacten en Dienstverlening/ Loket Thema Wonen - huisnummering | 25 november 2024 | 27 november 2024 |
Stadsontwikkeling/ Mobiliteit | 25 november 2024 | 25 november 2024 |
Stadsontwikkeling/ Omgeving/ Vergunningen Milieu | 25 november 2024 | Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag |
Stadsontwikkeling/ Omgeving/ Water | 25 november 2024 | 26 november 2024 |
Stadsontwikkeling/ Onroerend Erfgoed/ Monumentenzorg | 25 november 2024 | 26 november 2024 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied met culturele, historische en/of esthetische waarde. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen). In gebieden en plaatsen van culturele, historische en/of esthetische waarde wordt de wijziging van de bestaande toestand onderworpen aan bijzondere voorwaarden, gegrond op de wenselijkheid van het behoud, (Artikel 6 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de binnenstad van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Leien en de Kleine Ring.
De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:
- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;
- de eigen aard van het betrokken gebied;
- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2023 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater, tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 2010 tot bepaling van stedenbouwkundige handelingen waarvoor geen omgevingsvergunning nodig is en tot opheffing van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > Hemelwaterverordening 2023)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening hemelwater op volgend punt:
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
- Publiciteit: het besluit van de Vlaamse regering van 12 mei 2023 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening voor publiciteitsinrichtingen.
(De verordening publiciteit kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > Gewestelijke publiciteitsverordening 2023)
De gewestelijke publiciteitsverordening is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 25 maart 2024 en in werking getreden op 15 juli 2024.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de bouwcode.
- Stedenbouwkundige lasten: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening ‘Stedenbouwkundige lasten’ (verder genoemd verordening stedenbouwkundige lasten), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 29 april 2024.
(De verordening stedenbouwkundige lasten kan u raadplegen via https://www.antwerpen.be/nl/overzicht/vergunningen/regelgeving)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de verordening stedenbouwkundige lasten.
Sectorale regelgeving
- MER-screening:
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving werd geoordeeld tijdens het volledig- en ontvankelijkheidsonderzoek dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Programmatische Aanpak Stikstof: overeenkomstig het stikstofdecreet, het nieuwe beoordelingskader voor alle aanvragen die stikstofemissies veroorzaken, in werking getreden op 23 februari 2024.
Mobiliteitsgerelateerde projecten:
Op basis van de toepassing van het stikstofdecreet kan redelijkerwijs geoordeeld worden dat voorliggende aanvraag een verkeersdragend of een verkeersgenererend project is. Het beoordelingskader uit het decreet is dus van toepassing. De berekende impactscore is kleiner dan of gelijk aan 1%. De opmaak van een passende beoordeling van de effecten van stikstofdepositie via de lucht ten aanzien van SBZ-H is niet vereist.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Het voorliggende project is geheel gelegen in een zone waarvoor De Vlaamse Waterweg aangewezen is als adviesinstantie.
Het project is gelegen in een zone met een kleine fluviale overstromingskans (T1000) onder huidig klimaat (score C).
Voor het project is geen pluviale overstromingskans gemodelleerd (score A).
Het project is niet gelegen in een signaalgebied.
Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.
(Kijk de score van uw project na op (https://www.waterinfo.be/informatieplicht)
Op volgende website worden oplossingen aangereikt om gebouwen te beschermen tegen waterindringing of in het geval van onvermijdbare waterindringing de kans op schade te verkleinen. https://www.vmm.be/water/overstromingen/hoe-je-woning-beschermen/
- Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
- Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
De aanvraag voorziet de omvorming van een meergezinswoning bestaande uit 2 woonentiteiten in de achterbouw naar een eengezinswoning. De in 2024 vergunde studentenkamers ter hoogte van de voorbouw blijven ongewijzigd en maken geen deel uit van de aanvraag.
In 2024 werd een vergunning verleend voor het inrichten van twee appartementen in deze achterbouw. De voorgestelde woonfunctie blijft vervolgens inpasbaar in de omgeving.
De voorgestelde woonfunctie is stedenbouwkundig aanvaardbaar en inpasbaar in de omgeving.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
Het bouwvolume van het achterhuis wordt beperkt gewijzigd ten opzichte van de laatst vergunde toestand. Achteraan het perceel wordt de eerste verdieping ingeperkt en verkleind. Het inpandige terras, horende bij appartement 2, wordt gesupprimeerd. Achteraan het perceel wordt het gebouw grondig aangepast. De vrijgekomen scheimuur blijft behouden. Echter heeft deze scheimuur geen functie meer en is het wenselijk deze mee af te breken. Daarom wordt in voorwaarden van de vergunning opgelegd om de vrijgekomen scheimuur ter hoogte van de eerste verdieping mee af te breken.
Verder blijft het volume nagenoeg hetzelfde als in de laatst vergunde toestand. De overige werken situeren zich intern in het volume in functie van het omvormen van een meergezinswoning naar een eengezinswoning. Bijgevolg wordt geoordeeld dat de draagkracht van het perceel, noch de omgeving wordt overschreden.
Visueel-vormelijke elementen en cultuurhistorische aspecten
Voor de voorbouw werd bij de vorige vergunning voorwaardelijk gunstig advies verleend door de stedelijke dienst Monumentenzorg. Deze voorwaarden dienen nog steeds toegepast te worden. Echter maakt de voorbouw nu geen deel uit van de aanvraag.
De gevels van de achterbouw worden voorzien in rood/bruin parament met antraciet aluminium schrijnwerk. Deze materialisatie is hedendaags en aanvaardbaar.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
In de achterbouw wordt een eengezinswoning aangevraagd. Echter tonen de plannen veel slaapkamers met telkens een afzonderlijke badkamer. Het voorzien van meerdere woonentiteiten in de achterbouw zou stedenbouwkundig niet aanvaardbaar zijn wegens de overschrijding van de draagkracht. Het inrichten van de achterbouw als eengezinswoning is wel aanvaardbaar aangezien dit een vermindering is van het aantal vergunde entiteiten.
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening hemelwater op artikel 8§3. Er wordt een ondergrondse infiltratievoorziening aangelegd. Echter is er onvoldoende motivatie om een afwijking toe te staan. Het perceel is groot genoeg en er is voldoende ruimte om een bovengrondse infiltratievoorziening te plaatsen. Op dit moment moet er minimaal voor 133,1 m² (73,5 m² + 74,6 m² + 15 m² verharding - 30 m² voor aansluiting EGW) afwaterende oppervlakte een infiltratievoorziening aangelegd worden. Dat resulteert in minimaal 4392,3 liter op minimaal op 10,648 m². Dit wordt opgelegd in voorwaarden.
Mits het naleven van de gestelde voorwaarden voldoet de woning aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. De vrijgekomen scheimuur achteraan de eerste verdieping, dient mee afgebroken te worden.
2. De voorwaarden zoals opgelegd in de verleende vergunning OMV_2020142870 blijven van toepassing.
3. Alle handelingen, werken en wijzigingen ten opzichte van de laatst vergunde toestand ter hoogte van de voorbouw worden uitgesloten van de vergunning.
4. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
5. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie na te leven.
6. Er dient een bovengrondse infiltratievoorziening voorzien te worden met een minimale inhoud van 4392,3 liter en een minimale oppervlakte van 10,648 m².
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 17 september 2024 |
Volledig en ontvankelijk | 25 november 2024 |
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 24 januari 2025 |
Verslag GOA | 6 januari 2025 |
Naam GOA | Cynthia Steurs |
De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd. Er werden standpunten, opmerkingen of bezwaren ingediend tijdens de openbaarmaking.
Bespreking van de bezwaren
Beoordeling: Het aantal keer dat het dossier werd ingediend heeft geen impact op de lopende procedure. Volgens de informatie waarover wij momenteel beschikken is er geen procedure meer lopende bij de RvVB. Op 18/04/2024 werd er een voorwaardelijke vergunning verleend door de Deputatie. Dit bezwaar is ongegrond.
Beoordeling: De beoordeling van de Stad tijdens de vergunningsprocedure van de laatst vergunde toestand (OMV_2020142870) betreffende de woonentiteiten in de achterbouw is de volgende: “De aanvraag voorziet de omvorming van een eengezinswoning met architectenatelier naar 8 studentenkamers in de voorbouw en twee zelfstandige wooneenheden in het achterhuis. Door middel van onder andere verhuurcontracten kan worden aangetoond dat de woning voor 2009 reeds werd opgedeeld in 11 studentenkamers. Het opdelen van de eengezinswoning in studentenkamers en twee wooneenheden is hierdoor gerechtvaardigd. De voorgestelde woonfunctie is stedenbouwkundig aanvaardbaar en inpasbaar in de omgeving.” Het klopt dus niet dat het wonen in de achterbouw werd uitgesloten. Het bezwaar is ongegrond.
Beoordeling: Er kan niet met zekerheid worden bevestigd dat wonen in het achterhuis en op de eerste verdieping geacht vergund was. Echter betreft de laatst vergunde toestand (OMV_2020142870) wel wonen, zowel in het achterhuis als in het hoofdgebouw. Er dient geen rekening gehouden te worden met deze historische toestand. Het startpunt van de huidige vergunningsaanvraag betreft de vergunde toestand (OMV_2020142870). Het bezwaar is ongegrond.
Beoordeling: Het klopt dat deze vergunning niet correct werd uitgevoerd. Er werd hieromtrent een PV opgemaakt in 2015 (AN/2014/KIS/0385). Echter wordt de aanvraag nu afgetoetst aan de laatst vergunde toestand (OMV_2020142870). De PV welke in 2015 werd opgemaakt, is vervolgens tijdens deze beoordeling niet relevant. Het bezwaar is ongegrond.
Beoordeling: De aanvraag wordt momenteel afgetoetst aan de laatst vergunde toestand (OMV_2020142870). Het huidige dossier werd ter advies voorgelegd aan de dienst Monumentenzorg die een voorwaardelijk gunstig advies gaf. Het bezwaar is ongegrond.
Beoordeling: Binnen de huidige aanvraag wordt de nieuwe toestand afgetoetst aan de laatst vergunde toestand (OMV_2020142870). Het al dan niet geacht vergund zijn van het historische volume van de achterbouw is vervolgens niet relevant binnen deze aanvraag. Het bezwaarschrift is ongegrond.
Beoordeling: In de laatst vergunde toestand werd als voorwaarde opgenomen dat de kamers te klein zijn om tot zelfstandige wooneenheid omgevormd te worden. De vergunning werd vergund conform de toen ingediende plannen en de aanvrager is verplicht de werken uit te voeren volgens de plannen en de vergunning. Binnen de huidige aanvraag worden hier geen wijzigingen aangevraagd en maken deze kamers geen deel uit van de aanvraag. Het bezwaar is ongegrond.
Beoordeling: Binnen de huidige aanvraag wordt de nieuwe toestand afgetoetst aan de laatst vergunde toestand (OMV_2020142870). Er wordt geen wijziging gevraagd betreffende het aantal parkeerplaatsen waardoor de parkeerdruk ten opzichte van de laatst vergunde toestand niet wijzigt. Het bezwaar is ongegrond.
Beoordeling: Binnen de huidige aanvraag wordt de nieuwe toestand afgetoetst aan de laatst vergunde toestand (OMV_2020142870). Ten opzichte van de laatst vergunde toestand wordt het aantal woonentiteiten in de achterbouw verminderd (van 2 naar 1). De woonfunctie werd vergund en maakt vervolgens geen deel uit van de inhoud van deze aanvraag. Het bezwaar is ongegrond.
Beoordeling: Binnen de huidige aanvraag wordt de nieuwe toestand afgetoetst aan de laatst vergunde toestand (OMV_2020142870). Ten opzichte van de laatst vergunde toestand wordt er een beperkte wijziging aan het bouwvolume aangevraagd (een volume vermindering achteraan de eerste verdieping ter hoogte van de rechterperceelsgrens). Echter werd het rechttrekken van de achtergevel beoordeeld tijdens de vorige vergunningsprocedure en als aanvaardbaar beschouwd. Het bezwaar is ongegrond.
Beoordeling: Binnen de huidige aanvraag wordt de nieuwe toestand afgetoetst aan de laatst vergunde toestand (OMV_2020142870). Ten opzichte van de laatst vergunde toestand wordt er geen wijziging aangevraagd betreffende de bebouwde oppervlakte en maakt dus geen deel uit van de huidige aanvraag. Het bezwaar is ongegrond.
Beoordeling: Binnen de huidige aanvraag wordt de nieuwe toestand afgetoetst aan de laatst vergunde toestand (OMV_2020142870). Ten opzichte van de laatst vergunde toestand wordt er geen wijziging aangevraagd betreffende de boom en maakt dus geen deel uit van de huidige aanvraag. Het bezwaar is ongegrond.
Beoordeling: Binnen de huidige aanvraag wordt de nieuwe toestand afgetoetst aan de laatst vergunde toestand (OMV_2020142870). Ten opzichte van de laatst vergunde toestand wordt er geen wijziging aangevraagd betreffende deze ramen in de achtergevel. De beoordeling hiervan maakt vervolgens geen deel uit van de huidige aanvraag. Het bezwaar is ongegrond.
Beoordeling: Binnen de huidige aanvraag wordt de nieuwe toestand afgetoetst aan de laatst vergunde toestand (OMV_2020142870). Ten opzichte van de laatst vergunde toestand wordt er een beperkte volumewijziging aangevraagd, namelijk een volume vermindering, en wordt het aantal vergunde woonentiteiten (2) verminderd (1). Ten opzichte van de laatst vergunde toestand vermindert de algemene druk op het binnengebied. De beoordeling hiervan maakt vervolgens geen deel uit van de huidige aanvraag. Het bezwaar is ongegrond.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. De vrijgekomen scheimuur achteraan de eerste verdieping, dient mee afgebroken te worden.
2. De voorwaarden zoals opgelegd in de verleende vergunning OMV_2020142870 blijven van toepassing.
3. Alle handelingen, werken en wijzigingen ten opzichte van de laatst vergunde toestand ter hoogte van de voorbouw worden uitgesloten van de vergunning.
4. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
5. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie na te leven.
6. Er dient een bovengrondse infiltratievoorziening voorzien te worden met een minimale inhoud van 4392,3 liter en een minimale oppervlakte van 10,648 m².
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.