2025_CBS_00683 - ISVAG werkingskosten verwerking restafval - Vastlegging krediet 2025 - Goedkeuring

Het college bevestigde op 15 oktober 2004 (jaarnummer 11107) de beheersoverdracht aan ISVAG, wat de verwerking (verbranding) van brandbaar restafval betreft.

Aan deze opdracht is een milieuheffing verbonden.

Artikel 398 uit het Decreet Lokaal bestuur bepaalt in paragraaf 1 dat de gemeenten beslissen over de beheersoverdracht overeenkomstig de statuten van het samenwerkingsverband, waarbij in paragraaf 2, 3° de opdrachthoudende vereniging wordt gedefinieerd als een samenwerkingsverband met beheersoverdracht waaraan de deelnemende gemeenten de uitvoering van een of meer duidelijk omschreven bevoegdheden met betrekking tot een of meer functioneel samenhangende beleidsdomeinen toevertrouwen.
Onder beheersoverdracht wordt verstaan het toevertrouwen door de deelnemende gemeenten aan het samenwerkingsverband van de uitvoering van door hen genomen beslissingen in het kader van zijn doelstellingen, in die zin dat de deelnemende gemeenten zich het recht ontzeggen zelfstandig of samen met derden dezelfde opdracht uit te voeren.

Artikel 30§3 (gezamenlijke In-house-toezicht) van de wet van 17 juni 2016 is van toepassing.
§ 3. De aanbestedende overheid die op een privaat- of publiekrechtelijke rechtspersoon geen controle uitoefent in de zin van paragraaf 1, kan een overheidsopdracht plaatsen bij die rechtspersoon zonder deze wet toe te passen, indien aan elk van de volgende voorwaarden is voldaan:
1° de aanbestedende overheid oefent, samen met andere aanbestedende overheden, op die rechtspersoon toezicht uit zoals op hun eigen diensten;
2° meer dan 80 % van de activiteiten van die rechtspersoon behelst de uitvoering van taken die hem zijn toegewezen door de controlerende aanbestedende overheden of door andere, door diezelfde aanbestedende overheden gecontroleerde rechtspersonen; en
3° er is geen directe participatie van privékapitaal in de gecontroleerde rechtspersoon met uitzondering van geen controle of blokkerende macht opleverende vormen van participatie van privékapitaal, vereist krachtens de nationale wetgeving, in overeenstemming met de verdragen, die geen beslissende invloed uitoefenen op de gecontroleerde rechtspersoon.

Dit besluit legt het krediet vast voor de uitbetaling van de bijdrage aan de werkingskosten 2025, inbegrepen de milieuheffing, aan ISVAG voor de periode vanaf 1 januari 2025 tot en met 31 december 2025. Op basis van de raming van het te verwerken afval wordt het jaarbedrag 2025 voor de werkingskost door ISVAG op 13 november 2024 geraamd op 17.172.930,76 EUR. In de meerjarenplanning werd al een budget van 16.681.193,33 EUR voorzien. Dit laatste budget is inclusief de bijkomende milieuheffing op bedrijfsafval geraamd op 115.000,00 EUR. 

Met onderstaande bonnen wordt alvast 16.566.193,33 EUR voor de werkingskosten, en anderzijds 115.000,00 EUR voor de milieuheffing, vastgelegd. Het saldo wordt later vastgelegd. Momenteel wordt dit bedrag geraamd op minstens 606.737,43 EUR. 

De verantwoording volgt uit de 'ontwerptekst begroting' zoals deze door ISVAG, november 2024, werd bezorgd en bijkomende informatie:

• Budget van de stad Antwerpen in haar meerjarenplan is gebaseerd op de meerjarenplanning van ISVAG. De voorgaande jaren was dit voldoende;
• De 'gate fee' van ISVAG wijzigt van 133,00 EUR/ ton naar 149,00 EUR/ ton; 
• Er wordt in 2025, door de gewone bevolkingstoename en het samengaan met Borsbeek, meer afvoer voorzien van afval ten opzichte van de meerjarenplanning ISVAG (circa + 2.200 ton);
• In normale omstandigheden voorziet ISVAG een creditnota. In 2024 en 2025 is vanwege inflatie, gestegen kosten, terugval inkomsten uit warmtekoppeling en de opgelegde sluiting, geen budgettaire ruimte om dit te doen. Voorgaande jaren was dit telkens 620.000,00 EUR en meer;
• De opgelegde sluiting brengt extra kosten voor behandeling van afval met zich mee. Door het gefaseerd opstarten begin 2025 is dit waarschijnlijk eerder beperkt.

Bestelbonnen 4005651647 en 4005651646 werden opgemaakt, zodat de maandelijkse bijdragen in de werkingskosten en de bijkomende milieuheffing aan ISVAG in 2025 kunnen betaald worden.

Op 6 december 2024 (jaarnummer 9381) keurde het college goed dat overheidsopdrachten boven 100.000,00 EUR (exclusief btw) in individuele besluiten worden voorgelegd aan het college ter goedkeuring.

Het bedrag wordt bepaald op basis van jaarlijkse raming die ISVAG aan de stad Antwerpen geeft. 

Er wordt niet verrekend op een toelagekrediet maar op algemene werkingskosten. 

De bedragen vallen buiten het toepassingsgebied van btw op basis van artikel 6 van het BTW-wetboek cf. Circulaire 2017/C/91.