Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2023030817 |
Gegevens van de aanvrager: | NV PR Haven van Antwerpen - Brugge met als adres Zaha Hadidplein 1 te 2030 Antwerpen |
Ligging van het project: | Treurenborg te 2030 Antwerpen |
Kadastrale percelen: | afdeling 15 sectie A nrs. 223D5, 223A4, 223Y4, 223K5 en 223X5 |
Vergunningsplichten: | stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | Aanleg fietspad Treurenborg |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 17/09/2021: vergunning (OMV_2021085594) voor de aanleg van een fietspad langs de Zomerweg;
- 14/10/2008: vergunning (HVN/2008/B/0083) voor het aanleggen van een fietspad langs de Noorderlaan;
- Treurenborg wordt vergund geacht daar deze reeds aanwezig is op de luchtfoto van 1971 (bron: Geopunt.be) en dateert dus van vóór de inwerkingtreding van het gewestplan Antwerpen.
Bestaande toestand
Treurenborg betreft een havenweg die gelegen is in het gebied tussen het Churchilldok en het 6de Havendok en loopt parallel met de Noorderlaan. In het zuidwesten sluit deze weg aan op de Zomerweg en in het noordoosten op de Noorderlaan. Treurenborg loopt over een afstand van 1,3 kilometer, is een asfaltweg met een gemiddelde breedte van 10 meter en heeft twee rijstroken. Tussen de rijweg en de bedrijfsterreinen bevindt zich een onverharde berm. Momenteel is er geen fiets- of voetpad aanwezig.
Nieuwe toestand
Langs de zuidoostelijke zijde van de rijweg wordt, in de onverharde berm, een dubbelrichtingsfietspad aangelegd. In het noorden sluit het nieuwe fietspad aan op de recentelijk vernieuwde oversteek van de Noorderlaan. In het zuiden sluit het fietspad aan op de oversteek van het recent aangelegde fietspad van de Zomerweg. De berijdbare breedte van het fietspad bedraagt overal minstens 2,5 meter.
Inhoud van de aanvraag
- aanleggen van een fietspad
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Fluvius System Operator | 7 januari 2025 | 8 januari 2025 | Geen advies |
Infrabel Antwerpen, Limburg, Vlaams Brabant | 7 januari 2025 | 22 januari 2025 | Geen bezwaar |
Water-link | 7 januari 2025 | Geen advies ontvangen bij opmaak van dit advies |
|
Indaver | 7 januari 2025 | Geen advies ontvangen bij opmaak van dit advies |
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Stadsontwikkeling/ Mobiliteit | 7 januari 2025 | 17 februari 2025 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het goed is gelegen in het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan (GRUP) Afbakening zeehavengebied Antwerpen (Besluit van de Vlaamse regering van 30 april 2013), binnen de afbakeningslijn.
De gebieden binnen de afbakeningslijn behoren tot het zeehavengebied Antwerpen.
Met uitzondering van de deelgebieden waarvoor in dit plan voorschriften werden vastgelegd, blijven de op het ogenblik van de vaststelling van dit plan bestaande bestemmings- en inrichtingsvoorschriften onverminderd van toepassing.
Het goed is volgens voornoemd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan bestemd als Gebied voor zeehaven- en watergebonden bedrijven.
Zulk gebied is bestemd om te functioneren als Vlaams havengebied als onderdeel van de haven van Antwerpen. Het is bestemd voor zeehavengebonden en zeehavengerelateerde industriële en logistieke activiteiten en distributie-, opslag- en overslagactiviteiten die gebruikmaken van en aangewezen zijn op de zeehaveninfrastructuur.
Alle handelingen die nodig of nuttig zijn voor de realisatie van de bestemming en voor de exploitatie van de haven en de bedrijven zijn toegelaten.
Daartoe worden ook de volgende werken, handelingen, voorzieningen, en wijzigingen gerekend:
- de aanleg en het onderhoud van infrastructuur die nodig is voor de toegankelijkheid of voor verbindingen langs de waterzijde en langs de landszijde;
- het laguneren of op een andere wijze bergen of verwerken van baggerspecie.
Daarnaast is de ontwikkeling, het herstel en de instandhouding van tijdelijke ecologische infrastructuur toegelaten.
In het gebied zijn eveneens gebouwen of lokalen voor bewakingspersoneel toegelaten.
In het gebied zijn kantoorgebouwen niet toegelaten, tenzij ze noodzakelijk zijn voor en een inherent onderdeel zijn van de exploitatie van haven- en industriële activiteiten. De bestaande kantoorgebouwen kunnen behouden blijven binnen het bestaande bouwvolume op het moment van definitieve vaststelling van dit gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan. Uitbreidingen zijn niet toegelaten.
De aanvraag dient beoordeeld te worden aan de hand van de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan.
De aanvraag is in overeenstemming met de bestemming en de voorschriften van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
Hemelwater: het besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2023 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater, tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 2010 tot bepaling van stedenbouwkundige handelingen waarvoor geen omgevingsvergunning nodig is en tot opheffing van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag daar de verharding wordt aangelegd op openbaar domein en de aanvraag werd ingediend vóór 7 januari 2025. Het hemelwater dat op het fietspad valt, zal afwateren naar de naastliggende, lager gelegen onverharde berm tussen de rijweg en het fietspad.
Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Publiciteit: het besluit van de Vlaamse regering van 12 mei 2023 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening voor publiciteitsinrichtingen.
De verordening publiciteit is niet van toepassing op de aanvraag.
Sectorale regelgeving
MER-screening:
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving werd geoordeeld tijdens het volledig- en ontvankelijkheidsonderzoek dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
Programmatische Aanpak Stikstof: overeenkomstig het stikstofdecreet, het nieuwe beoordelingskader voor alle aanvragen die stikstofemissies veroorzaken, in werking getreden op 23 februari 2024.
Het stikstofdecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Het project is zowel in een zone met een kleine pluviale overstromingskans (T1000) onder huidig klimaat (score C) als in een zone met een middelgrote pluviale overstromingskans (T100) onder huidig klimaat (score D) gelegen.
Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd (score A). Het project is niet gelegen in een signaalgebied.
Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.
Rioleringstoets: overeenkomstig artikel 4.3.9 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 moet een omgevingsvergunningsaanvraag getoetst worden aan de zogenaamde rioleringstoets.
De rioleringstoets is niet van toepassing op de aanvraag aangezien deze vóór 31 december 2024 ingediend is en het geen gebouwen (met lozing van huishoudelijk afvalwater) betreft.
Archeologienota: overeenkomstig artikel 5.4.1 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 moet aan bepaalde aanvragen een archeologienota worden toegevoegd waarvan akte werd genomen
Het voorliggende project betreft ingrepen in de bodem binnen de bestaande lijninfrastructuur waardoor een archeologienota waarvan akte is genomen, niet van toepassing is.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
Het Havenbedrijf Antwerpen-Brugge wenst mee te werken aan de ambitie om meer mensen op de fiets te krijgen als vervoersmiddel voor woon-werkverkeer. Om dit te bewerkstelligen, is het van belang dat de fietsinfrastructuur in het havengebied goed en veilig is en verder wordt uitgebouwd. Daarvoor is een masterplan ‘fietspaden haven Antwerpen’ opgemaakt waarin de bestaande situatie wordt geïnventariseerd en een oplijsting wordt gemaakt van de knelpunten en missing links.
Voorliggende aanvraag is een concrete uitvoering van het masterplan waarbij over het volledige wegtracé van Treurenborg een dubbelrichtingsfietspad wordt aangelegd.
De werken omvatten:
- Het aanleggen van een asfaltverharding in de onverharde berm langs de zuidoostelijke kant van Treurenborg met een totale oppervlakte van 3.070 m². Het fietspad heeft overal een breedte van minstens 2,5 meter.
- Over de volledige lengte van het traject wordt het fietspad door een verlaagde groenberm afgescheiden van de rijweg. De breedte van de groenberm bedraagt steeds 1,2 meter waardoor de totale afscheiding ten opzichte van de rijweg 1,6 meter bedraagt.
- De rijweg van Treurenborg wordt versmald naar 6,8 meter voor het deel tussen de Zomerweg en net voorbij het kruispunt met Moleneind en 8,6 meter voor het vervolgtracé. Dit gaat gepaard met een ontharding van circa 2.570 m².
Aangezien met de aanvraag de verbetering van de fietsinfrastructuur in het havengebied wordt bewerkstelligd, is het project functioneel inpasbaar.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
Het project wordt grotendeels gerealiseerd binnen het bestaande ruimtebeslag van het openbaar domein. In totaal is er sprake van een beperkte bijkomende verharding van circa 500 m² over het gehele tracé van ruim 1,3 km. De aanvraag is verenigbaar met de ruimtelijke context van het havengebied waarbinnen deze aanvraag is gesitueerd.
Visueel-vormelijke elementen
Het fietspad wordt aangelegd in zwarte asfaltverharding die wordt ingesloten door betonnen boordstenen. Ter hoogte van in- en/of uitritten wordt een rode slemlaag aangebracht met bijhorende markering.
De materialisatie is conform het fietsvademecum en het masterplan dat bij alle nieuwe fietspaden in havengebied wordt toegepast. De uitvoering en markering is volgens de gemaakte afspraken tussen de stad en het Havenbedrijf Antwerpen-Brugge.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
Door de nabijheid van spoorwegen en de opbraak van (in onbruik geraakte) sporen, werd advies gevraagd aan de beheerder van deze sporen. Infrabel heeft geen bezwaar voor zover zij, zoals reeds overeengekomen met de aanvrager, een vlotte toegang krijgt tot de sporenbundel.
Wegens de situering van de aanvraag in de directe nabijheid van pijpleidingen werd tevens het advies ingewonnen van de beheerders van deze leidingen.
- Fluvius heeft geen advies uitgebracht met als opmerking dat voor afbraak, bouwen of verbouwen van dit type project Fluvius geen specifiek advies verleent voor gas, elektriciteit, KTV en riolering.
- Indaver, als mede-eigenaar van het Warmtenet Antwerpen Noord, heeft geen tijdig advies uitgebracht waardoor het geacht wordt gunstig te zijn.
Wegens de nabijheid van een waterleiding werd advies gevraagd aan Water-link. Zij hebben echter geen tijdig advies uitgebracht. De aanvrager is wettelijk verplicht om voor de start van de werken een KLIP-aanvraag in te dienen.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Voorliggende aanvraag genereert geen bijkomende parkeerbehoefte noch automobiliteit. Er is enkel een effect op de mobiliteit gedurende de werken. De bouwheer dient de nodige (organisatorische) acties te ondernemen om de hinder op de openbare weg te beperken.
Advies werd gevraagd aan de dienst mobiliteit van de stad Antwerpen. Zij hebben volgende opmerkingen:
- Waar het fietspad bedrijfsinritten kruist, wordt het asfalt met een rode slemlaag afgewerkt met bijhorende markering. Dit om de nadruk te leggen op de aanwezigheid van de fietsers ten opzichte van gemotoriseerd verkeer. Bijkomend dient er aan de inritten een rij met haaientanden aangebracht om de voorrang van de fietser te accentueren. Deze markeringen zijn niet voorzien op de inplantingsplannen.
Dit wordt opgelegd als voorwaarde.
- Er dienen asmarkeringen, fietssymbolen en pijlen in twee richtingen te worden aangebracht op het fietspad.
Deze markeringen worden reeds voorzien door de aanvrager waardoor dit niet als voorwaarde opgelegd dient te worden.
- Het schrappen van parkeerplaatsen op het openbaar domein mag geen aanleiding geven tot foutparkeren of onveilige situaties in Treurenborg. Door de aanleg van het fietspad verdwijnen een aantal autoparkeerplaatsen op openbaar domein. Daarnaast wordt er momenteel ook door vrachtwagens geparkeerd in de berm. Bij rondvraag bij de bedrijven in de buurt bleek dat deze vrachtwagens vooral voor de firma GTM komen. De overige bedrijven in de buurt hebben voldoende parkeerplaats op eigen terrein. Na overleg met het Havenbedrijf blijkt dat om het verlies in parkeerplaatsen op het openbaar domein op te vangen, het terrein van de firma GTM zal uitbreiden met een naburig terrein waarop momenteel nog een (vervallen) gebouw van de NMBS staat. Daarnaast krijgen zij ook enkele meters extra terrein ter beschikking, als gevolg van het opschuiven van de concessiegrens door het verdwijnen van de parkeerplaatsen op het openbaar domein. Door deze uitbreiding van het eigen terrein zal de parkeerbehoefte van de firma GTM in de toekomst volledig op eigen terrein kunnen opgevangen worden. GTM heeft reeds een vergunningsaanvraag ingediend voor het parkeren van voertuigen op eigen terrein (OMV_2024167756). Er dient in voorliggende aanvraag geen voorwaarde meer opgelegd te worden.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. Haaientanden voorzien ter hoogte van de inritten naar aanliggende percelen.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 29 oktober 2024 |
Volledig en ontvankelijk | 7 januari 2025 |
Start openbaar onderzoek | 16 januari 2025 |
Einde openbaar onderzoek | 14 februari 2025 |
Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 22 april 2025 |
Verslag GOA | 12 maart 2025 |
Naam GOA | Katrine Leemans en Bieke Geypens |
De aanvraag werd onderworpen aan een openbaar onderzoek. Er werden geen standpunten, opmerkingen of bezwaren ingediend tijdens de openbaarmaking.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. Haaientanden voorzien ter hoogte van de inritten naar aanliggende percelen.
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.