Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2024129953 |
Gegevens van de aanvrager: | BV ZAKENKANTOOR JANSSENS EN CO met als adres Berg en Dal 5 te 2288 Grobbendonk |
Ligging van het project: | Bisschoppenhoflaan ZN te 2100 Deurne (Antwerpen) |
Kadastrale percelen: | afdeling 27 sectie A nr. 161F4 |
Vergunningsplichten: | stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | bouwen van een meergezinswoning met 8 appartementen en een gelijkvloerse handelsruimte |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- er werd geen relevante voorgeschiedenis teruggevonden.
Bestaande toestand
- inrichting:
Nieuwe toestand
- functie:
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
- inrichting:
Inhoud van de aanvraag
- bouwen van een meergezinswoning met 8 wooneenheden en gelijkvloerse detailhandel;
- inrichten van het perceel;
- plaatsen van een afvalstraatje in de voortuinstrook;
- wijzigen van de scheimuur.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Agentschap Wegen en Verkeer - District Antwerpen | 19 december 2024 | Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag |
|
Fluvius System Operator | 19 december 2024 | 10 januari 2025 | Voorwaardelijk gunstig |
Hulpverleningszone Brandweer zone Antwerpen | 19 december 2024 | 27 januari 2025 | Voorwaardelijk gunstig |
Politiezone Antwerpen/ Verkeerspolitie |
| 7 januari 2025 | Geen bezwaar |
De Lijn Entiteit Antwerpen | 19 december 2024 | Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag |
|
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Ondernemen en Stadsmarketing/ Business en Innovatie | 19 december 2024 | 7 januari 2025 |
Ondernemen en Stadsmarketing/ Klantencontacten en Dienstverlening/ Loket Thema Wonen - huisnummering | 19 december 2024 | 23 december 2024 |
Stadsbeheer/ Groen en Begraafplaatsen | 19 december 2024 | 6 januari 2025 |
Stadsontwikkeling/ Mobiliteit | 19 december 2024 | 24 december 2024 |
Stadsontwikkeling/ Omgeving/ Vergunningen Milieu | 19 december 2024 | 22 januari 2025 |
Stadsontwikkeling/ Omgeving/ Water | 19 december 2024 | 14 januari 2025 |
Stadsontwikkeling/ Publieke Ruimte | 19 december 2024 | 27 januari 2025 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: afbakeningslijn grootstedelijk gebied antwerpen.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de stedelijke agglomeratie van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Kleine Ring en respectievelijk de reservatiestrook voor de aanleg van lijninfrastructuur (de A102) tussen Merksem en Wommelgem, de R11 tussen Wommelgem en Mortsel, de oostelijke grens van Mortsel en Hove en de reservatiestrook voor pijpleidingen tussen Hove/Kontich en Hemiksem.
De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:
- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;
- de eigen aard van het betrokken gebied;
- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de stedelijke agglomeratie van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Kleine Ring en respectievelijk de reservatiestrook voor de aanleg van lijninfrastructuur (de A102) tussen Merksem en Wommelgem, de R11 tussen Wommelgem en Mortsel, de oostelijke grens van Mortsel en Hove en de reservatiestrook voor pijpleidingen tussen Hove/Kontich en Hemiksem.
De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:
- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;
- de eigen aard van het betrokken gebied;
- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2023 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater, tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 2010 tot bepaling van stedenbouwkundige handelingen waarvoor geen omgevingsvergunning nodig is en tot opheffing van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > Hemelwaterverordening 2023)
De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening toegankelijkheid op volgend punt:
- Publiciteit: het besluit van de Vlaamse regering van 12 mei 2023 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening voor publiciteitsinrichtingen.
(De verordening publiciteit kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > Gewestelijke publiciteitsverordening 2023)
De gewestelijke publiciteitsverordening is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 25 maart 2024 en in werking getreden op 15 juli 2024.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:
Voor platte daken of delen ervan die niet als dakterras of als groendak worden ingericht, is een lichtkleurige dakbedekking verplicht. De plannen geven geen uitsluitsel over de kleur van de dakbedekking;
- Stedenbouwkundige lasten: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening ‘Stedenbouwkundige lasten’ (verder genoemd verordening stedenbouwkundige lasten), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 29 april 2024.
(De verordening stedenbouwkundige lasten kan u raadplegen via https://www.antwerpen.be/nl/overzicht/vergunningen/regelgeving)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de verordening stedenbouwkundige lasten.
Sectorale regelgeving
- MER-screening:
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving werd geoordeeld tijdens het volledig- en ontvankelijkheidsonderzoek dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Programmatische Aanpak Stikstof: overeenkomstig het stikstofdecreet, het nieuwe beoordelingskader voor alle aanvragen die stikstofemissies veroorzaken, in werking getreden op 23 februari 2024.
Mobiliteitsgerelateerde projecten:
Op basis van de toepassing van het stikstofdecreet kan redelijkerwijs geoordeeld worden dat voorliggende aanvraag een verkeersdragend of een verkeersgenererend project is. Het beoordelingskader uit het decreet is dus van toepassing. De berekende impactscore is kleiner dan of gelijk aan 1%. De opmaak van een passende beoordeling van de effecten van stikstofdepositie via de lucht ten aanzien van SBZ-H is niet vereist.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd (score A).
Het project is gelegen in een zone met een middelgrote pluviale overstromingskans (T100) onder huidig klimaat (score D).
Het overstromingsveilig pluviaal peil bij een middelgrote kans toekomstig klimaat bedraagt 4,63 mTAW. Bij een middelgrote kans toekomstig klimaat bedraagt de pluviale waterdiepte die gemodelleerd wordt tegen het gebouw circa 15 cm. De vloerpas van de gelijkvloerse verdieping zit daarboven.
Het project is niet gelegen in een signaalgebied.
Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.
(Kijk de score van uw project na op (https://www.waterinfo.be/informatieplicht)
Op volgende website worden oplossingen aangereikt om gebouwen te beschermen tegen waterindringing of in het geval van onvermijdbare waterindringing de kans op schade te verkleinen. https://www.vmm.be/water/overstromingen/hoe-je-woning-beschermen/
- Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
- Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
De aanvraag betreft het bouwen van een meergezinswoning met gelijkvloerse handelsruimte op een hoekperceel aan de Bisschoppenhoflaan en de Jan Welterslaan in Deurne. De omgeving wordt gekenmerkt door meergezinswoningen en handelsfuncties in gesloten bebouwing. De aanvraag is in harmonie met de kenmerkende functies in de omgeving.
Er werd advies gevraagd aan de stedelijke dienst Ondernemen en Stadsmarketing/ Business en Innovatie. Het advies is gunstig:
“Gunstig advies voor het inrichten van een kleinschalige commerciële ruimte (detailhandel) in een nieuwbouwontwikkeling met voornamelijk een residentiële functie. Aan de Bisschoppenhoflaan is er gelijkvloers een mix van wonen en andere functies. Het pand is gelegen in de zone voor verspreide bewinkeling (Beleidsnota Detailhandel). Kleinschalige, nieuwe complementaire commerciële ruimten zijn hier mogelijk ter ondersteuning van de aanwezige bewoning.”
Schaal – ruimtegebruik – bouwdichtheid
Het bouwvolume met 5 bouwlagen en een teruggetrokken dakverdieping onder plat dak herbergt 8 appartementen met doorzontypologie en terrassen achteraan het gebouw. De gelijkvloerse bouwlaag wordt naast parkeren van auto’s en fietsen ingevuld als handelsruimte.
Het volume sluit in grote lijnen aan bij het kenmerkende gabarit van de Bisschoppenhoflaan, en accentueert tegelijkertijd de hoek met de Jan Welterslaan. Dankzij de verhoogde plint krijgt het gelijkvloers meer uitstraling. Deze volumetrie is ruimtelijk inpasbaar.
Voorafgaandelijk werd gunstig advies bekomen van De Lijn betreffende de oprit langs de Jan Welterslaan langsheen het bestaande bushok. Het perceel wordt groen ingevuld, met uitzondering van de essentiële verhardingen, namelijk de oprit langs de Jan Welterslaan en een toegangspad langs de Bisschoppenhoflaan. De voorziene verharding wordt waterdoorlatend aangelegd.
Visueel-vormelijke elementen
De gevelmaterialen van de nieuwbouw zijn een combinatie van beton en lichtkleurig metselwerk. Het doortrekken van de betonboorden geeft het geheel een horizontale geleding, terwijl inpandige en uitpandige terrassen dieptewerking creëren in de gevel. Het buitenschrijnwerk wordt uitgevoerd in donker bruin-grijs aluminium, in combinatie met plaatmateriaal in dezelfde kleur. Bij de teruggetrokken daklaag wordt dit materiaal herhaald.
De vormgeving relateert op een hedendaagse manier aan de bestaande bebouwing in de omgeving. Er wordt gekozen voor een kwaliteitsvolle afwerking en materialisatie, die inpasbaar is in het straatbeeld.
Hinderaspecten – gebruiksgenot – gezondheid – veiligheid in het algemeen
De wooneenheden zijn geschakeld rond een trapkern centraal in het gebouw, waaraan telkens 2 doorzonappartementen zijn gekoppeld. Er wordt een mix van appartementen voorzien: 3 met 1 slaapkamer, 4 met 2 slaapkamers en 1 duplexappartement met 3 slaapkamers. Alle wooneenheden beschikken over een voldoende ruim terras, comfortabele woonruimtes en voldoende bergruimte.
Op het gelijkvloers is enerzijds een ruime fietsenberging voorzien, en anderzijds een handelsruimte die de hoek een levendige invulling geeft. Aan de achterzijde is de toegang voor het ondergronds parkeersysteem. In de kelder is verder bergruimte voorzien voor zowel de appartementen als de handelsruimte.
Er werd advies gevraagd aan de stedelijke dienst Stadsontwikkeling/ Publieke Ruimte. Het advies is voorwaardelijk gunstig:
“De aanvraag vereist de inrichting van een voetpad met afgeschuinde boordsteen om de toegang tot de nieuwe garage mogelijk te maken.
De bouwheer dient voor de werken contact op te nemen met Stadsontwikkeling – afdeling Publieke Ruimte, postadres aangetekende zending: Grote Markt 1, 2000 Antwerpen of via mail: herstellingopenbareruimte@antwerpen.be, betreffende de opmaak van een plaatsbeschrijving en de herstellingen aan het openbaar domein na afloop van de bouwwerken. Meer informatie vindt u op:
Dit wordt opgenomen in de voorwaarden bij de vergunning.
Artikel 19 van de bouwcode (afvalverzameling) voorziet dat functies anders dan wonen een afgescheiden ruimte voor afvalberging moeten hebben die voorzien wordt van verluchting en minimaal 4 m² groot is. Er wordt opgelegd in de voorwaarden bij de vergunning dat er een afgescheiden afvalberging moet voorzien worden voor de handelsruimte.
Verder wordt er een ondergronds afvalverzamelsysteem voorzien in de tuinzone langs de Jan Welterslaan. Het voorzien van dergelijk systeem voor een meergezinswoning met slechts 8 wooneenheden waarbij de inplanting gebeurd in de voortuinstrook is niet wenselijk. Omwille van die reden wordt het afvalverzamelsysteem in de voortuinstrook uitgesloten van de vergunning en wordt er in voorwaarden opgelegd dat men een inpandige gemeenschappelijke afvalberging dient te voorzien in de kelder van het pand.
Artikel 20 van de bouwcode (daken) bepaalt dat nieuwe daken van meldings- en vergunningsplichtige constructies moeten aangelegd worden als een groendak indien deze daken een helling hebben van minder dan 15° en een oppervlakte hebben van ten minste 20 m². Aan dakopstanden, rond lichtkoepels, afvoerbuizen enzovoort moet eveneens een niet-brandbare strook van 30 cm aangebracht worden om branduitbreiding te beperken. Voor platte daken of delen ervan die niet als dakterras of als groendak worden ingericht, is een lichtkleurige dakbedekking verplicht. Aangezien de plannen hier geen uitsluitsel over geven, wordt dit opgelegd in de voorwaarden bij de vergunning.
Mobiliteitsimpact
Toetsing parkeerbehoefte:
Het algemene principe is dat een omgevingsvergunningsaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeer- en stallingsnormen uit de tabel van artikel 32 van de bouwcode van kracht sinds 15 juli 2024, dienen te worden nageleefd bij nieuwbouw, herbouw, verbouwing, functiewijziging, volume-uitbreiding, wijzigen van het aantal wooneenheden en wijziging tussen de gedefinieerde subfuncties in paragraaf 3. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.
Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 11 parkeerplaatsen.
De aanvraag betreft het bouwen van een meergezinswoning met 8 appartementen en een gelijkvloerse handelsruimte. Het project ligt in centrumschil op minder dan 800m van een P&R. De bijhorende parkeernormen uit de bouwcode worden gehanteerd.
De parkeerbehoefte wordt bepaald op de uitbreiding en/of functiewijziging. Het gaat over een nieuwbouw met 8 wooneenheden en op het gelijkvloers een commerciële ruimte.
3 appartementen tussen 60m² en 90m² met parkeernorm 1.14 à 3 x 1.14 = 3,42 5 appartementen > 90m² met parkeernorm 1.39 à 5 x 1.39 = 6,95 47m² commerciële ruimte met parkeernorm 2,81/100m² à 47m² x 2,81/100m² = 1,3
De parkeerbehoefte voor wonen is 10 en voor de commerciële ruimte 1. De werkelijke parkeerbehoefte is 11.
|
De plannen voorzien in 5 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.
Er worden 5 autostaanplaatsen voorzien. Van deze plaatsen zijn er 4 in een deels ondergronds parkeersysteem met een lift. De andere parkeerplaats wordt op het maaiveld voorzien maar wel overdekt. De inrit is voorzien langs de Jan Welterslaan, naast het bushokje.
|
Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 5.
In een aantal gevallen genereert een aanvraag een werkelijke parkeerbehoefte maar kunnen de plaatsen om volgende stedenbouwkundige redenen niet (volledig) gerealiseerd worden: ‘Dit perceel betreft een hoekperceel. De grootte en de vorm van het perceel laten het bouwen van het aantal te realiseren plaatsen niet toe.’
|
Het (bijgestelde) aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 6.
Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 11 – 5 = 6. Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen.
|
Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 6 plaatsen.
|
Bewonersvergunningen bij nieuwbouw of herbouw:
Op 25 maart 2024 keurde de gemeenteraad een gewijzigd reglement goed voor de gemeentelijke parkeervergunning. Hierin werd het aantal bewonersvergunningen bij nieuwbouw en herbouw gewijzigd. Deze is toepasbaar voor bouwdossiers die ingediend zijn op of na 15 juli 2024, met name het moment dat de nieuwe bouwcode van kracht is.
Om de publieke ruimte verder beschikbaar te maken voor andere zaken dan geparkeerde voertuigen, wil de stad het aantal parkeervergunningen gekoppeld aan nieuwe bouwprojecten of herbouwprojecten beperken. Bewoners hebben bij deze projecten namelijk een hoogwaardig alternatief (inpandig parkeren) ten opzichte van parkeren op straat.
Het betreft een project met 6 tot 29 wooneenheden. Er kan één bewonerskaart per wooneenheid toegekend worden aan de bewoners van dit gebouw.
Fietsvoorzieningen:
Er worden 18 fietsstalplaatsen met een ophangsysteem aan haken voorzien en 6 gewone. Er is dus plaats voor 24 fietsen in de gemeenschappelijke fietsenberging.
De fietsparkeerbehoefte bedraagt:
- 3 x 1 slaapkamer appartement – 3 x 2 fietsen = 6
- 4 x 2 slaapkamer appartement – 4 x 3 fietsen = 12
- 1 x 3 slaapkamer appartement – 1 x 4 fietsen = 4
- Commerciële ruimte: 1 fietsstalplaats voor personeel
In totaal moet de fietsenberging dus plaats bieden aan 23 fietsen. Vanwege het grote aanbod aan soorten fietsen is het noodzakelijk dat minstens de helft van de fietsenstalplaatsen in een klassiek stallingssysteem gelijkgronds voorzien worden. De andere helft mag met een ophangsysteem aan de muur. Dit betekent dat er maximum 12 plaatsen met fietshaken aan de muur mogen voorzien worden.
De tussenruimte tussen de fietsen moet steeds minimum 0,4m zijn (ook in een ophangsysteem). Er zijn voldoende plaatsen voorzien voor buitenmaatse fietsen.
De dienst mobiliteit geeft advies met volgende voorwaarden:
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 23 oktober 2024 |
Volledig en ontvankelijk | 19 december 2024 |
Start openbaar onderzoek | 31 december 2024 |
Einde openbaar onderzoek | 29 januari 2025 |
Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 3 april 2025 |
Verslag GOA | 14 maart 2025 |
Naam GOA | Cynthia Steurs |
De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek. Er werden geen standpunten, opmerkingen of bezwaren ingediend tijdens de openbaarmaking.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.