Terug
Gepubliceerd op 27/01/2025

2025_CBS_00328 - Omgevingsvergunning - OMV_2024128282. Bosduifstraat 9. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 24/01/2025 - 09:00 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Koen Kennis, schepen; Patrick Janssens, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Lien Van de Kelder, schepen; Johan Klaps, schepen; Ken Casier, schepen; Karim Bachar, schepen; Stijn De Rooster, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Verontschuldigd

Bart De Wever, burgemeester

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur
2025_CBS_00328 - Omgevingsvergunning - OMV_2024128282. Bosduifstraat 9. District Antwerpen - Goedkeuring 2025_CBS_00328 - Omgevingsvergunning - OMV_2024128282. Bosduifstraat 9. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2024128282

Gegevens van de aanvrager:

Axel Devroe - Tim Van Haute met als contactadres Bosduifstraat 9 te 2018 Antwerpen

Ligging van het project:

Bosduifstraat 9 te 2018 Antwerpen

Kadastrale percelen:

afdeling 6 sectie F nr. 1283V9

Vergunningsplichten:

stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

verbouwen van een eengezinswoning

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          29/03/2019: vastgesteld bouwkundig erfgoed: Neoclassicistische huizenrij:

-          https://id.erfgoed.net/aanduidingsobjecten/98798;

-          30/04/1981: vergunning (1981126) vergunning voor een verbouwing.

 

Vergunde toestand

-          functie: wonen – eengezinswoning;

-          bouwvolume:

  • pand in gesloten bebouwing met 2 bouwlagen onder hellend dak;
  • kroonlijst- en nokhoogte van respectievelijk 9,95 en 12,23 m;
  • bouwdiepte hoofdgebouw 8,70 m;
  • perceelsbrede uitbouw op het gelijkvloers met een variërende bouwdiepte;
  • dakterras in hellend dak achteraan;

-          gevelafwerking:

  • wit bepleisterde en beschilderde gevel;
  • plint in blauwe hardsteen;
  • wit geschilderd houten buitenschrijnwerk;
  • dak afgewerkt met roofing;

-          inrichting:

  • stadstuin.

 

Bestaande toestand

-          afwijkend bouwvolume en gevelafwerking.

 

Nieuwe toestand

-          functie: wonen – eengezinswoning;

-          bouwvolume:

  • aantal bouwlagen en kroonlijsthoogte ongewijzigd;
  • nokhoogte van 12,41 m;
  • bouwdiepte hoofdvolume 9,10 m met op het gelijkvloers een uitbouw tot 12 m;
  • dakterras met pergola op gelijkvloerse uitbouw en dakterras in hellend dak vooraan;

-          gevelafwerking:

  • voordeur in grijsblauw aluminium;
  • dak afgewerkt in grijze zink;
  • overige materialen ongewijzigd;

-          inrichting:

  • stadstuin.

Inhoud van de aanvraag

-          gedeeltelijk slopen en verbouwen van een eengezinswoning;

-          wijzigen van de gevel- en dakafwerking;

-          voorzien van een inpandig dakterras (zijde voorgevel);

-          isoleren van het dak;

-          doorvoeren van wijzigingen aan de scheidingsmuren.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

Er werden geen externe adviezen gevraagd.

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies

Sporting A & Sociaal Ruimtelijke Veiligheid - Trage wegen

6 december 2024

Geen advies

Stadsontwikkeling/ Mobiliteit

6 december 2024

9 december 2024

Stadsontwikkeling/ Onroerend Erfgoed/ Monumentenzorg

6 december 2024

16 december 2024

 

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: afbakeningslijn grootstedelijk gebied antwerpen.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied met culturele, historische en/of esthetische waarde. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen). In gebieden en plaatsen van culturele, historische en/of esthetische waarde wordt de wijziging van de bestaande toestand onderworpen aan bijzondere voorwaarden, gegrond op de wenselijkheid van het behoud, (Artikel 6 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de binnenstad van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Leien en de Kleine Ring.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:

- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;

- de eigen aard van het betrokken gebied;

- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2023 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater, tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 2010 tot bepaling van stedenbouwkundige handelingen waarvoor geen omgevingsvergunning nodig is en tot opheffing van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > Hemelwaterverordening 2023)
De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.

-         Publiciteit: het besluit van de Vlaamse regering van 12 mei 2023 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening voor publiciteitsinrichtingen.
(De verordening publiciteit kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > Gewestelijke publiciteitsverordening 2023)
De gewestelijke publiciteitsverordening is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 25 maart 2024 en in werking getreden op 15 juli 2024. 
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):

  • artikel 8 Visuele en vormelijke inpassing:
    De vergunde voordeur werd gewijzigd;
  • artikel 9 Minimale hoogte van ruimten:
    De delen van de kelder die wijzigen beschikken na afwerking niet over een minimale plafondhoogte van 2,20 m;
  • artikel 15 Technische installaties:
    De buitenunit van de warmtepomp moet voorzien worden op minstens 1 m van de perceelgrens en van het dichtstbijzijnde raam van een verblijfsruimte van zowel het eigen pand als dat van de aanpalenden;
  • artikel 18 Stabiliteit en scheidingsmuren:
    Ter hoogte van het groendak wordt de scheimuur met de linkerbuur niet uitgevoerd met een opstand van 0,30 m ten opzichte van het hoogst aangrenzende dakvlak.

-          Stedenbouwkundige lasten: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening ‘Stedenbouwkundige lasten’ (verder genoemd verordening stedenbouwkundige lasten), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 29 april 2024.

(De verordening stedenbouwkundige lasten kan u raadplegen via https://www.antwerpen.be/nl/overzicht/vergunningen/regelgeving)

De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de verordening stedenbouwkundige lasten.
 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening:

Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Programmatische Aanpak Stikstof: overeenkomstig het stikstofdecreet, het nieuwe beoordelingskader voor alle aanvragen die stikstofemissies veroorzaken, in werking getreden op 23 februari 2024.

Op basis van de toepassing van het stikstofdecreet kan redelijkerwijs geoordeeld worden dat voorliggende aanvraag een verkeersgenererend project is. Het beoordelingskader uit het decreet is dus van toepassing. De berekende impactscore is kleiner dan 1%. De opmaak van een passende beoordeling van de effecten van stikstofdepositie via de lucht ten aanzien van SBZ-H is niet vereist.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).

Het project is gelegen in een zone met een kleine pluviale overstromingskans (T1000) onder toekomstig (2050) klimaat (score B).

Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd (score A).

Het project is niet gelegen in een signaalgebied.

Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.

(Kijk de score van uw project na op https://www.waterinfo.be/informatieplicht)

-          Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

-          Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.

 

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

Voorliggende aanvraag omvat geen functiewijziging. De bestaande functie van eengezinswoning blijft behouden en is daarmee in overeenstemming met de kenmerkende woonfuncties in de omgeving.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De aanvraag omvat een grondige verbouwing van de eengezinswoning. De bestaande achterbouw en groot deel van alle binnenmuren en tussenvloeren wordt gesloopt en de woning wordt volledig gereorganiseerd.
Het gelijkvloers krijgt een nieuwe, rechte uitbouw tot op een bouwdiepte van 12 m. Deze uitbouw is minder diep maar hoger dan de bestaande waardoor de linkerscheimuur beperkt opgehoogd dient te worden. Deze ophoging genereert geen onaanvaardbare hinder voor de naastgelegen buren en is dus aanvaardbaar. In de stadstuin wordt een beperkt terras aangelegd op binnenvloerniveau. De rest van de tuin wordt volledig onverhard en groen ingericht.  Op het gelijkvloers worden de keuken, eethoek en een leefruimte ondergebracht.

Op de 1e verdieping worden de zitkamer en een bibliotheek geplaatst, die via een vide contact krijgen met de leefruimten op het gelijkvloers. Verder is er op deze verdieping een compacte afgesloten ruimte met gastenkamer en badkamer. Op het platte dak van de gelijkvloerse uitbouw wordt een dakterras met groendak onder een pergola gerealiseerd.

Onder het hellend dak op de 2e verdieping worden een ruime slaapkamer met badkamer geplaatst. Aan de voorzijde van het hellend dak wordt een inpandig dakterras gemaakt. Het vloerniveau is voldoende laag ten opzichte van de kroonlijst van de voorgevel, waardoor het dakterras geen visuele impact heeft op de voorgevel of de leesbaarheid van de dakvorm.

 

In de nieuwe toestand krijgen de leefruimten meer ruimtelijkheid en daglicht, verbetert de relatie tussen de leefruimten en de straat en wordt een grotere en kwalitatieve stadstuin gerealiseerd. De aanvraag voldoet aan de goede ruimtelijke ordening op vlak van schaal, het ruimtegebruik en de bouwdichtheid.

 

Visueel-vormelijke elementen en Cultuurhistorische aspecten

De aanvraag omvat enkele voorgevelwijzigingen. De originele houten voordeur werd vervangen door een deur in grijsblauw aluminium. Het hellend dak wordt afgewerkt met grijze zink.
Gezien de aanvraag betrekking heeft op een pand dat is opgenomen in de vastgestelde inventaris van het bouwkundig erfgoed, werd intern advies opgevraagd bij de stedelijke dienst Monumentenzorg. Hun advies is voorwaardelijk gunstig en kan als volgt samengevat worden:

“Het pand werd vastgesteld als bouwkundig erfgoed omwille van de historische en architecturale waarde. Het pand is beeldbepalend in deze context omdat het deel uitmaakt van een ensemble. Het interieur werd grondig verbouwd door Bob Van Reeth. Er wordt dan ook niet ingezet op behoud van interieurelementen zoals de structuur of afwerking, maar hoofdzakelijk op het gevelbeeld om de ensemblewaarde te behouden.
Het pand blijft een eengezinswoning en wordt intern verbouwd.

In de voorgevel blijven het bestaande houten schrijnwerk en de voordeur in aluminium behouden.

We gaan ervan uit dat wanneer de voordeur gewijzigd zou worden, deze vervangen wordt door een gepast historisch model. De huidige voordeur dient uitgesloten te worden uit de vergunning aangezien deze eerder beeldverstorend is dan beeldversterkend voor het ensemble.”

Dit advies wordt vanuit stedenbouwkundig oogpunt bijgetreden en het wijzigen van de vergunde houten voordeur naar een voordeur in aluminium wordt uitgesloten van de vergunning.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

De nieuwe plafondhoogte in het achterste gedeelte van de kelder bedraagt 2,06 m terwijl artikel 9 van de bouwcode een minimumhoogte van 2,20 m oplegt. Gezien de bestaande, vergunde kelder slechts 1,85 m hoog is, betreft de nieuwe toestand een verbetering. Het verder ophogen van de vloerplaat in het achterste gedeelte van het gelijkvloers zou een extra hoogteverschil tussen de gelijkvloerse leefruimten veroorzaken, wat minder wenselijk is voor de ruimtelijkheid en woonkwaliteit. Daarom kan de afwijking op artikel 9 toegestaan worden.

 

De buitenunit van de warmtepomp wordt in een schouwvolume geplaatst zodat deze architecturaal geïntegreerd wordt, wat gunstig geadviseerd wordt. De positie van de buitenunit wijkt wel af van artikel 15 van de bouwcode, aangezien deze op minder dan 1 m van de perceelsgrens of het raam van een verblijfsruimte staat. Gezien de buitenunit voorzien is van een omkasting en schouwen tegen de perceelsgrens kenmerkend zijn binnen de typologie van aaneengesloten bebouwing, kan de afwijking op artikel 15 toegestaan worden.

 

Ter hoogte van het groendak wordt de scheimuur met de linkerbuur niet uitgevoerd met een opstand van 0,30 m ten opzichte van het hoogst aangrenzende dakvlak. Dit is strijdig met artikel 18 van de bouwcode. Deze opstand is echter niet vereist indien tussen de scheidingswand en de vegetatie van het groendak een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed wordt voorzien. Dit wordt opgelegd als voorwaarde voor vergunning.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

2. Op het voorzien van een nieuwe dakbekleding en dakterras na, worden alle werken, wijzigingen of handelingen aan de voorgevel van de vergunning uitgesloten.

3. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed voorzien tussen het groendak en de scheidingswand.

 

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

13 november 2024

Volledig en ontvankelijk

6 december 2024

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen

geen

Uiterste beslissingsdatum

4 februari 2025

Verslag GOA

13 januari 2025

Naam GOA

Cynthia Steurs

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd. Er werden geen standpunten, opmerkingen of bezwaren ingediend tijdens de openbaarmaking.

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

2. Op het voorzien van een nieuwe dakbekleding en dakterras na, worden alle werken, wijzigingen of handelingen aan de voorgevel van de vergunning uitgesloten.

3. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed voorzien tussen het groendak en de scheidingswand.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.