Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2024128095 |
Gegevens van de aanvrager: | de heer Evert Dekker met als adres Merellaan 65 te 2950 Kapellen |
Ligging van het project: | Ballaarstraat 103 te 2018 Antwerpen |
Kadastrale percelen: | afdeling 10 sectie K nr. 1641L3 |
Vergunningsplichten: | stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | verbouwen en uitbreiden van een meergezinswoning en vermeerderen van het aantal woongelegenheden van 3 naar 5 |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 08/05/2024: statusrapport;
- 08/11/1968: vergunning (18#80455) voor een verbouwing.
Vergunde toestand
- functie:
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
- inrichting:
Bestaande toestand
In overeenstemming met de vergunde toestand met uitzondering van:
- functie:
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
- inrichting:
Nieuwe toestand
- functie:
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
- inrichting:
Inhoud van de aanvraag
- slopen van een afdak;
- vermeerderen van het aantal woongelegenheden van 3 naar 5;
- wijzigen van de functie gelijkvloerse handel naar wonen;
- uitbreiden van het volume;
- wijzigen van de voorgevel;
- wijzigen van de scheimuren;
- doorvoeren van interne constructieve werken.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Fluvius System Operator | 3 december 2024 | 5 december 2024 | Voorwaardelijk gunstig |
Hulpverleningszone Brandweer zone Antwerpen | 3 december 2024 | 13 december 2024 | Voorwaardelijk gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Ondernemen en Stadsmarketing/ Business en Innovatie | 3 december 2024 | 12 december 2024 |
Ondernemen en Stadsmarketing/ Klantencontacten en Dienstverlening/ Loket Thema Wonen - huisnummering | 3 december 2024 | 3 december 2024 |
Stadsontwikkeling/ Mobiliteit | 3 december 2024 | 4 december 2024 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de binnenstad van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Leien en de Kleine Ring.
De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:
- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;
- de eigen aard van het betrokken gebied;
- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2023 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater, tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 2010 tot bepaling van stedenbouwkundige handelingen waarvoor geen omgevingsvergunning nodig is en tot opheffing van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > Hemelwaterverordening 2023)
De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
- Publiciteit: het besluit van de Vlaamse regering van 12 mei 2023 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening voor publiciteitsinrichtingen.
(De verordening publiciteit kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > Gewestelijke publiciteitsverordening 2023)
De gewestelijke publiciteitsverordening is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 25 maart 2024 en in werking getreden op 15 juli 2024.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):
§2. De afwerking van gevels moet het straatbeeld en de architecturale kwaliteit van het gevelbeeld respecteren of opwaarderen.
§3. Volgende handelingen aan alle voorgevels en aan zijgevels van (half)open bebouwing zijn verboden: C: Het vervangen van bestaand schrijnwerk door schrijnwerk in een ander materiaal, in een andere kleur of met een andere raamverdeling. De indeling van de vergunde voorgevel en het aluschrijnwerk werden aangepast.
§1. Bij nieuwbouw, herbouw, verbouwing waarbij de hoogte tussen de constructieve vloerplaten en/of dakplaten gewijzigd wordt, volume-uitbreiding of functiewijziging waarbij de hoogte tussen de constructieve vloerplaten en/of dakplaten gewijzigd wordt, moeten deze ruimten een minimale vrije hoogte hebben zoals aangeduid in de tabel:
de gelijkvloerse verdieping heeft maar een vrije hoogte van 257 cm en de eerste verdieping van 254 cm t.o.v. de vergunde toestand waar dit 280 cm is.
Bijkomend geldt voor enkelvoudige scheidingsmuren dat ze uitgevoerd dienen te worden in massief, ongeperforeerd materiaal, met een minimale dikte van 0,18 meter. De opbouw van de scheimuren is niet duidelijk weergegeven.
§1. Bij nieuwbouw, herbouw, functiewijziging of het vermeerderen van het aantal woongelegenheden, waarbij het project minimaal 4 woningen telt, gegroepeerd in een meergezinsgebouw, moeten de bepalingen van dit artikel worden nageleefd.
§2. Deze gebouwen moeten een gemeenschappelijke afgescheiden afvalberging hebben die voorzien is van verluchting. Deze afvalberging moet bereikbaar zijn via een gemeenschappelijke ruimte van waaruit men het huisvuil vlot naar de openbare weg kan verplaatsen. Bij gebouwen van maximaal 7 woongelegenheden moet de nettovloeroppervlakte minimaal 4 vierkante meter bedragen. Per begonnen schijf van 4 bijkomende woongelegenheden dient een bijkomende nettovloeroppervlakte van 1,5 vierkante meter te worden voorzien. Vanaf de 56ste woongelegenheid wordt dit een bijkomende nettovloeroppervlakte van 1 vierkante meter per begonnen schijf van 4 bijkomende woongelegenheden. Er wordt in het project geen afzonderlijke afvalberging voorzien.
Voor het centrale gebied en het collectief geoptimaliseerd buitengebied zoals opgenomen in de zoneringsplannen van de Vlaamse Milieumaatschappij is de aanleg van een septische put verplicht. Septische putten in PVC beschikken over het erkend kwaliteitslabel. De aanvrager legt de gescheiden riolering tot aan de rooilijn en volgt daarbij de specificaties zoals opgelegd door de rioolbeheerder.
De werkelijke parkeerbehoefte is 2. Er worden geen parkeerplaatsen voorzien.
De ingetekende fietsenstalplaatsen voldoen niet aan de inrichtingsprincipes.
- Stedenbouwkundige lasten: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening ‘Stedenbouwkundige lasten’ (verder genoemd verordening stedenbouwkundige lasten), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 29 april 2024.
(De verordening stedenbouwkundige lasten kan u raadplegen via https://www.antwerpen.be/nl/overzicht/vergunningen/regelgeving)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de verordening stedenbouwkundige lasten.
Sectorale regelgeving
- MER-screening:
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving werd geoordeeld tijdens het volledig- en ontvankelijkheidsonderzoek dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Programmatische Aanpak Stikstof: overeenkomstig het stikstofdecreet, het nieuwe beoordelingskader voor alle aanvragen die stikstofemissies veroorzaken, in werking getreden op 23 februari 2024.
Op basis van de toepassing van het stikstofdecreet kan redelijkerwijs geoordeeld worden dat voorliggende aanvraag een verkeersdragend of een verkeersgenererend project is. Het beoordelingskader uit het decreet is dus van toepassing. De berekende impactscore is kleiner dan of gelijk aan 1%. De opmaak van een passende beoordeling van de effecten van stikstofdepositie via de lucht ten aanzien van SBZ-H is niet vereist.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Het project is gelegen in een zone met een kleine pluviale overstromingskans (T1000) onder huidig klimaat (score C). Het project is gelegen in een zone met een kleine fluviale overstromingskans (T1000) onder huidig klimaat (score C).
Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.
(Kijk de score van uw project na op https://www.waterinfo.be/informatieplicht)
- Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
- Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
De laatst vergunde toestand van het pand betreft een handelsgelijkvloers met hierboven 3 appartementen. De aanvraag voorziet in totaal 5 appartementen. Betreffende de functiewijziging van handel naar wonen werd advies gevraagd aan de stedelijke dienst Business en Innovatie. Dit advies luidt als volgt:
Gunstig advies voor de (regularisatie van de) functiewijziging van (voormalige, vergunde) handelsruimte naar woonst, gelijkvloers in een pand gelegen buiten de afgebakende kernwinkelgebieden (verspreide bewinkeling). Gelet op het principe van clustering winkelvloeroppervlakte in afgebakende kernen, is behoud van commerciële ruimte in de zone voor verspreide bewinkeling niet op te leggen en kan er gelijkvloers woonruimte voorzien worden.”
Vanuit stedenbouwkundig oogpunt kan dit advies gevolgd worden. De meergezinswoning past zich in binnen de Ballaarstraat waar woonfuncties kenmerkend zijn.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
Het vergunde bouwvolume bestaat uit 4 bouwlagen met plat dak. De gelijkvloerse bouwdiepte bedraagt 20 meter ter hoogte van de rechter perceelgrens en 17,07 meter ter hoogte van de linker perceelgrens. De bouwdiepte op de verdiepingen bedraagt 18 meter ter hoogte van de rechter perceelsgrens en 12 meter ter hoogte van de linker perceelsgrens (inclusief terrassen).
Het voorgestelde volume voorziet een extra bouwlaag. De Ballaarstraat wordt gekenmerkt met panden bestaande uit 4 bouwlagen. Echter bestaat de gelijkvloerse verdieping van de panden uit een extra hoge bouwlaag, waardoor het toevoegen van een 5de bouwlaag bij het betreffende pand aanvaardbaar is. De bijkomende bouwlaag bevindt zich een stuk lager dan het aanpalende linker pand. Er wordt beoordeeld dat de volume-uitbreiding op zich aanvaardbaar is.
Visueel-vormelijke elementen
De bestaande gevelafwerking in licht geglazuurde plaketten en een plint in donkergroene marmer blijft behouden. Het schrijnwerk wordt gewijzigd naar wit geschilderd hout. De nieuwe bouwlaag wordt uitgewerkt boven de bestaande kroonlijst in grijze vezelcementpanelen en een dakrand in zwart aluminium.
De wijziging van het schrijnwerk is aanvaardbaar. De uitwerking van de bijkomende verdieping is strijdig met artikel 8 van de bouwcode. Hierin wordt opgenomen dat de afwerking van gevels het straatbeeld en de architecturale kwaliteit van het gevelbeeld dienen te respecteren of op te waarderen. De gevel dient over de optopping te worden doorgetrokken volgens het principe van het ‘weiterbauen’. Hierbij wordt het metselwerk doorgetrokken en wordt de bestaande kroonlijst afgebroken en wordt de kroonlijst voorzien boven de nieuwe bouwlaag. Bijkomend is de uitwerking van een gevel in gevelbeplating niet kenmerkend binnen de stad. Er wordt aangeraden een nieuw gevelontwerp voor te leggen alvorens de aanvraag opnieuw in te dienen.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
De aanvraag wijkt af van artikel 9 van de bouwcode. Dit artikel legt eisen op betreffende de minimale vrije hoogte van ruimten. De gelijkvloerse verdieping heeft maar een vrije hoogte van 2,57 meter en de eerste verdieping heeft een vrije hoogte van 2,54 meter. Echter betreft dit een bestaande situatie eigen aan de constructie en is de afwijking beperkt. Mits toepassing van artikel 3 van de bouwcode kan een afwijking worden toegestaan.
De opbouw van de scheimuren is niet duidelijk weergegeven. Mogelijks wijkt de aanvraag af van artikel 18 van de bouwcode. Bij een vergunning dient te worden opgelegd om te voldoen aan artikel 18 van de bouwcode.
Artikel 19 van de bouwcode legt op om vanaf 4 woningen een afvalruimte te voorzien. Deze wordt niet voorzien. Samen met het voorzien van een fietsenstalplaats (zie verder), zijn de planaanpassingen van deze schaal dat het plan opnieuw bekeken dient te worden. Dit kan niet worden opgelegd in voorwaarden. De aanvraag dient geweigerd te worden.
Artikel 21 van de bouwcode legt eisen op betreffende het voorzien van een septische put. Er wordt geen septische put voorzien. Bij een vergunning dient dit te worden opgelegd.
Artikel 26 van de bouwcode legt eisen op betreffende de minimale nettovloeroppervlakte van een woongelegenheid. Zo dient een éénslaapkamerappartement een minimale oppervlakte te hebben van 51 m². Het appartement ter hoogte van de uitbreiding heeft volgens de plannen een oppervlakte van 53,64 m². Echter blijkt, na nameten van het plan, dat de nettovloeroppervlakte ongeveer 47,8 m² bedraagt. Het voorzien van een éénslaapkamerappartement over deze oppervlakte is vervolgens niet mogelijk. Bij een vergunning dient te worden opgelegd dat de muur tussen de ‘slaapkamer’ en de ‘eetruimte’ verwijderd dient te worden, zodat een studio ontstaat.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat een omgevingsvergunningsaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeer- en stallingsnormen uit de tabel van artikel 32 van de bouwcode van kracht sinds 15 juli 2024, dienen te worden nageleefd bij nieuwbouw, herbouw, verbouwing, functiewijziging, volume-uitbreiding, wijzigen van het aantal wooneenheden en wijziging tussen de gedefinieerde subfuncties in paragraaf 3. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.
Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van [2] parkeerplaatsen.
De parkeerbehoefte wordt bepaald op de uitbreiding en functiewijziging. De meergezinswoning met handel op het gelijkvloers en 3 wooneenheden wordt verbouwd naar een meergezinswoning met 5 wooneenheden. Er komen 2 wooneenheden bij.
Bij projecten tot 5 en met wooneenheden is de parkeernorm 1
De werkelijke parkeerbehoefte is 2
|
De plannen voorzien in [0] nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.
|
Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt [0].
In een aantal gevallen genereert een aanvraag een werkelijke parkeerbehoefte maar kunnen de plaatsen om volgende stedenbouwkundige redenen niet (volledig) gerealiseerd worden: ‘Voorliggende aanvraag heeft betrekking op een pand met een voorgevel van minder dan 8 m breed. Volgens artikel 8, §3, 1° (Visuele en vormelijke inpassing) van de bouwcode is een toegangspoort verboden. ’ |
Het (bijgestelde) aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 2 – 0 = 2.
Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 2 – 0 = 2. Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen.
Echter kan de berekende parkeerbehoefte van het nieuwe project worden verminderd met het aantal parkeerplaatsen van de laatst vergunde toestand dat reeds afgewenteld werd op het openbaar domein. Dit op voorwaarde dat realisatie niet mogelijk is. Bijgevolg kan de parkeerbehoefte van de vergunde toestand in mindering gebracht worden voor [0] parkeerplaatsen. Het bijgestelde aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 2 – 0 = 2.
|
Fietsenstalplaatsen
Voor de 5 wooneenheden moeten er in totaal 13 fietsstalplaatsen voorzien worden.
Er worden op het gelijkvloers 4 fietsstalplaatsen voorzien in de gang. Achter elke fiets in een fietsstalplaats moet een vrije ruimte van 1m70 beschikbaar zijn en dat is hier niet het geval. De doorgang naast de trap moet minstens 1 m breed zijn om met je fiets te kunnen passeren.
Het voorzien van deze ruime fietsenstalling heeft een grote impact op het ontwerp. Dit kan niet in voorwaarden worden opgelegd. De aanvraag dient geweigerd te worden.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te weigeren, omwille van onverenigbaarheden met stedenbouwkundige voorschriften.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 24 september 2024 |
Volledig en ontvankelijk | 3 december 2024 |
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 1 februari 2025 |
Verslag GOA | 14 januari 2025 |
Naam GOA | Cynthia Steurs |
De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd. Er werden geen standpunten, opmerkingen of bezwaren ingediend tijdens de openbaarmaking.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning te weigeren.
De plannen waarvan het overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, maken integraal deel uit van dit besluit.