Artikel 2.2.14 §1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) dat zegt dat de gemeenteraad het ontwerp-RUP voorlopig vaststelt.
Op 11 mei 2012 (jaarnummer 4820) besliste het college een positief planologisch attest af te leveren aan Van Gansen Services. Van Gansen Services is een bedrijf dat 2 automerken verdeelt en ook herstellingen uitvoert. Om de geplande reorganisatie en uitbreiding van dit bedrijf mogelijk te maken was een planologisch attest nodig. De geplande uitbreiding gebeurt immers in landbouwgebied waardoor het bedrijf juridisch zonevreemd wordt.
Na afgifte van een planologisch attest moet het bestuur dat het attest afleverde binnen het jaar een voorontwerp van ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) opmaken. Dit is decretaal vastgelegd in de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO).
Op 19 april 2013 (jaarnummer 3881) nam het college kennis van het voorontwerp-RUP.
Op 21 maart 2014 (jaarnummer 2901) keurde het college de vergunningsaanvraag “Uitbreiden van een garage met nieuwe werkplaats” goed, mits voldaan werd aan de gestelde voorwaarden. De aanvraag heeft betrekking op het het plangebied (Leugenberg 103, 2180 Ekeren).
Het plangebied voor het RUP, waar het bedrijf zich bevindt, ligt op de hoek Leugenberg en Bredeweg te Ekeren, nabij het op- en afrittencomplex van de A12. Het RUP omvat de percelen 277C3, 277D3 en 277E3 en is ongeveer 1,4 ha groot.
Het RUP verankert de aanvraag van het planologisch attest om de huidige bedrijfsvoering met drie vestigingen te wijzigen naar één vestiging. Door de uitbreiding van de vestiging aan Leugenberg 105 worden de overige twee vestigingen verlaten wat zowel naar bedrijfsvoering, ruimtelijke impact als naar mobiliteitsimpact een verbetering is.
Het RUP heeft als doel:
De bestaande bedrijfssite en de percelen van de uitbreiding worden bestemd als ‘zone voor bedrijf’. Binnen het plangebied kunnen de bestaande bedrijfsactiviteiten verder worden gezet en zullen de bouwwerken die met het planologisch attest werden aangevraagd, juridisch mogelijk worden. Het RUP zal tevens voorschriften opnemen om het bedrijf ten opzichte van de aangrenzende percelen te bufferen.
MER-screening
Stap |
Datum |
aanvraag adressen adviesinstanties |
17 januari 2013 |
aanvraag advies bij adviesinstanties |
4 februari 2013 |
rappelbrief raadpleging adviesinstanties |
7 maart 2013 |
verzending screeningsdossier naar dienst MER |
16 april 2014 |
beslissing dienst MER |
29 april 2014 |
Besluit dienst MER
Op 29 april 2014 besliste de dienst MER (Vlaams gewest, departement Leefmilieu, Natuur en Energie) dat het plan geen aanleiding geeft tot aanzienlijke milieugevolgen en dat de opmaak van een plan-MER niet nodig is.
Waterparagraaf
In toepassing van artikel 8 van het decreet betreffende het integraal waterbeleid van 18 juli 2003 moeten alle uitvoeringsplannen worden onderworpen aan een watertoets. Op 1 maart 2012 is het aangepaste besluit tot vaststelling van de nadere regels voor de toepassing van de watertoets in werking getreden. Het RUP werd afgetoetst aan de opgelegde regels en heeft geen negatieve effecten op de waterhuishouding.
Planbaten
Uit het grafisch register, dat als bijlage bij dit RUP wordt gevoegd, blijkt dat er geen bestemmingswijzigingen voorkomen die mogelijk planbaten kunnen doen ontstaan voor percelen eigendom van de stad en/of dochters.
Artikel 2.2.13 en volgende van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) die de procedure vastleggen voor de opmaak van een RUP.
Met de goedkeuring van het besluit betreffende de milieueffectrapportage over plannen en programma’s door de Vlaamse regering op 12 oktober 2007, moet de initiatiefnemer van een plan met - mogelijk - aanzienlijke milieueffecten, zoals bijvoorbeeld ruimtelijke uitvoeringsplannen, deze milieueffecten en eventuele alternatieven in kaart brengen.
Decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, artikel 8, §1 en 2, gewijzigd op 19 juli 2013.
Besluit van de Vlaamse regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, artikel 2 en 4.
Besluit van de Vlaamse regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets in bijlage IX tot XV opgenomen kaarten.
Stap |
Datum |
collegebesluit: kennisneming voorontwerp- RUP |
19 april 2013 |
GECORO: advies |
8 mei 2013 |
plenaire vergadering en adviezen |
23 mei 2013 |
districtsraad: advies |
27 mei 2013 (jaarnummer 39) |
collegebesluit: voorstel aan gemeenteraad om ontwerp RUP voorlopig vast te stellen |
26 februari 2016 |
gemeenteraad: voorlopige vaststelling ontwerp-RUP |
21 maart 2016 |
openbaar onderzoek (60 d) |
11 april 2016 – 9 juni 2016 |
collegebesluit: sluiting openbaar onderzoek |
juni 2016 |
GECORO advies |
juli 2016 |
collegebesluit: voorstel aan gemeenteraad om RUP definitief vast te stellen |
augustus 2016 |
gemeenteraad: definitieve vaststelling |
september 2016 |
schorsingstermijn Vlaamse regering/deputatie (30 d) |
oktober 2016 |
publicatie Belgisch Staatsblad |
november 2016 |
Data in vet cursief zijn raming
Advies plenaire vergadering
Op 23 mei 2013 vond de plenaire vergadering plaats met de deputatie, de gewestelijke stedenbouwkundig ambtenaar en de andere adviserende diensten zoals opgelegd in de VCRO. De adviezen waren overwegend gunstig. Er werden adviezen en suggesties voor toevoegingen bij voorschriften en toelichtingsnota meegegeven. Naar aanleiding van de adviezen werd het voorontwerp-RUP Hoek Leugenberg aangepast en verduidelijkt. O.a. volgende aanpassingen werden doorgevoerd:
In de toelichtingsnota van het RUP wordt een onderzoek naar compensatiegebied toegevoegd waarbij een potentieel compensatiegebied werd gedetecteerd: de terreinen langs de oostelijke zijde van de Leugenberg/ Kloosterstraat zijn opgenomen als landbouwgebruikspercelen en hebben de bestemming ‘bufferzone’ binnen een reservatiegebied.
Dit potentieel compensatiegebied sluit aan op structureel agrarisch gebied. Zoals de omzendbrief aangeeft is de compensatie niet louter kwantitatief, maar biedt het bij voorkeur een meerwaarde voor de landbouwstructuren. Omwille van de grootte van het potentieel compensatiegebied, de ligging langs een infrastructuurcomplex van bovenlokale aard en de eigendomsstructuur is het aangewezen het verdere onderzoek voor een eventuele herbestemming binnen een ander planproces te onderzoeken.
Het voorontwerp werd op 8 mei 2013 voorgesteld aan de gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening (GECORO). De GECORO ondersteunt de visie en uitwerking ervan in voorschriften en grafisch plan. Voor wat de bufferzone betreft adviseert de GECORO om, naar analogie met de borgstelling voor het openbaar domein bij bouwwerken, ook een borgstelling op te leggen voor de aanleg van de buffer. Dergelijke borgstelling biedt de garantie dat de buffer daarmee wordt gerealiseerd.
Motivering:
In het RUP worden garanties voorzien zodat de bufferzone wordt aangelegd. In de voorschriften van het RUP wordt opgenomen dat de groenbuffer uiterlijk gerealiseerd dient te worden in het plantseizoen dat volgt op het verlenen van de eerste stedenbouwkundige vergunning voor een inrichting binnen de ‘zone voor bedrijf’.
Het voorontwerp werd op 27 mei 2013 voorgelegd aan de districtsraad van Ekeren. De districtsraad besliste het voorontwerp gunstig te adviseren.
De gemeenteraad stelt het ontwerp-RUP Hoek Leugenberg, district Ekeren (algplanid:RUP_11002_214_50004_00001) voorlopig vast.
Dit ontwerp bestaat uit een grafisch plan, het grafisch register (planbaten-planschade), een plan van de bestaande en de juridische toestand, de stedenbouwkundige voorschriften en een toelichtingsnota.