Artikel 2.2.14 §1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) dat zegt dat de gemeenteraad het ontwerp-RUP voorlopig vaststelt.
Op 4 oktober 2013 (jaarnummer 9951) werden de krachtlijnen van het masterplan Havanastraat door het college goedgekeurd als basis voor de verdere uitwerking van het definitieve programma van de site Havana.
Het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) Havanastraat wordt opgemaakt op basis van de op 19 december 2014 door het college goedgekeurde richtnota Havanastraat (jaarnummer 13001) die het masterplan uit 2013 verder concretiseert.
Volgende programmaonderdelen werden in de richtnota opgenomen voor de ontwikkeling van de site Havana:
De herlocatie van de stedelijke noordelijke cluster stel- en werkplaatsen is in voorbereiding.
Het plangebied van het RUP Havanastraat ligt ten noorden van de wijk Luchtbal, tussen verschillende bovenlokale verkeersinfrastructuren: de Havanastraat, de Noorderlaan, de Ekersesteenweg, de A12 en de spoorlijn Antwerpen – Rotterdam.
De ambitie van het strategisch Ruimtelijk Structuurplan Antwerpen (s-RSA) voor de Havanastraat als strategisch gebied en als poort tot de metropool, werd uitgedrukt in het masterplan Havanastraat en wordt middels een RUP verder vertaald naar stedenbouwkundige voorschriften en een grafisch plan.
Voorliggend ontwerp-RUP Havanastraat legt een nieuw juridisch kader vast dat het mogelijk maakt om binnen het plangebied enkele bovenlokale programma’s te ontwikkelen.
Er worden 5 ontwikkelingsvelden afgebakend:
De ontwikkelingsvelden zijn compact uitgezet aan de zijde van de Noorderlaan om de oostelijke zijde van het plangebied te vrijwaren als een in hoofdzaak open groene ruimte die recreatief kan worden ingezet. De P&R is zo dicht mogelijk bij het openbaar vervoersknooppunt gelegen om het comfort van de reizigers te verzekeren.
De parkeerbehoefte voor de grootschalige detailhandel (deels) en voor de P&R kunnen gekoppeld worden in één groot parkeergebouw.
De hoofdontsluiting voor personenvervoer is gelegen aan de Noorderlaan. Het openbaar vervoerssysteem, het gemotoriseerd verkeer, het vrachtverkeer en het zacht verkeer worden maximaal gescheiden. Een ruime groene centrale as voor voetgangers en fietsers tussen de nieuwe ontwikkelingsvelden garandeert een goede verbinding voor de zachte weggebruiker van de fiets-o-strade Essen-Antwerpen en vanuit Luchtbal doorheen de groene open ruimte naar het openbaar vervoersknooppunt aan de Noorderlaan- Ekersesteenweg.
Het publieke domein op de site zal kwalitatief aangelegd worden door de verschillende actoren op de site, binnen de krijtlijnen van het inrichtingsplan uit de toelichtingsnota. Dit plan zal onderdeel uitmaken van de projectdefinities van toekomstige marktbevragingen ten aanzien van de bouwvelden.
Het plangebied dat tot nu toe uit een voornamelijk afgebakend terrein bestaat, zal dankzij de aanleg van nieuwe wegenis en een aantal nieuwe publieke assen en plaatsen een publiek en stedelijk karakter krijgen. De site wordt middels de voorschriften en het nieuwe grafisch plan een aantrekkelijk stedelijke deel van de harde ruggengraat.
Plan-MER
In het kader van de wettelijke verplichting voor het RUP Havanastraat werd door Antea Group een plan-MER opgesteld (zie besluit college 8 mei 2015, jaarnummer 3946) waarin de milieueffecten van het plan werden onderzocht. De effecteninschatting op vlak van mobiliteit is gebaseerd op het MOBER Havanastraat (Grontmij 24 augustus 2015), dat zelf voortbouwt op het rapport “verkeersonderzoek ontsluiting Havanasite” (Grontmij, 12 september 2013). Er werd geopteerd voor een verkorte procedure met combinatie van kennisgevingsnota en ontwerprapport.
Stap |
Datum |
volledigverklaring kennisgeving |
5 oktober 2015 |
terinzagelegging kennisgeving |
12 oktober 2015 tot en met 10 november 2015 |
richtlijnenvergadering |
19 november 2015 |
beslissing dienst MER goedkeuring plan-MER |
2 februari 2016 |
Besluit dienst MER
Op 2 februari 2016 werd het plan-MER goedgekeurd door de dienst Milieueffectenrapportagebeheer (MER) van het Vlaams departement Leefmilieu, Natuur en Energie.
Waterparagraaf
In toepassing van artikel 8 van het decreet betreffende het integraal waterbeleid van 18 juli 2003 moeten alle uitvoeringsplannen worden onderworpen aan een watertoets. Voor dit plan werd de watertoets onderzocht in het plan-MER.
Het oostelijk deel van het plangebied is volgens de watertoetskaart effectief overstromingsgevoelig.
Hoewel dit knelpunt intussen opgelost is door de werken aan de Schijnpoortkoker, blijkt het een potentiele risicozone. Het plan voorziet daarom een open groene zone in het oostelijk deel van het plangebied (en verwijdering van de bestaande bebouwing). Bijkomend adviseert de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) om bij de nieuwe bebouwing in het N deel van het plangebied een dorpelpeil van minstens 30 cm boven het huidig maaiveld aan te houden i.f.v. de klimaatwijziging. Zoals beschreven is onder “oppervlaktewater” moet voor alle nieuwe bebouwing en private en openbare verharding voldaan worden aan de normen inzake infiltratie en buffering van het Hemelwaterbesluit.
Indien hieraan voldaan wordt, zijn er geen significante effecten te verwachten op de afstromingshoeveelheid en infiltratie naar het grondwater.
Planbaten
Uit het grafisch register, dat als bijlage bij dit RUP wordt gevoegd, blijkt dat er bestemmingswijzigingen voorkomen die mogelijk planbaten kunnen doen ontstaan voor percelen, eigendom van de stad Antwerpen.
Planbaten
Art. nr codex |
omschrijving |
code |
m² |
raming heffing |
2.6.4. 1° |
Van categorie ‘overig groen’ naar de categorie ‘wonen’ |
GR_WON |
606,48 |
170,65 euro |
2.6.4. 6° |
Van categorie ‘overig groen’ naar de categorie ‘bedrijvigheid’ |
GRO_BED |
4498,34 |
9507,55 euro |
Artikel 2.2.13 en volgende van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) die de procedure vastleggen voor de opmaak van een RUP.
Met de goedkeuring van het besluit betreffende de milieueffectrapportage over plannen en programma’s door de Vlaamse regering op 12 oktober 2007, moet de initiatiefnemer van een plan met - mogelijk - aanzienlijke milieueffecten, zoals bijvoorbeeld ruimtelijke uitvoeringsplannen, deze milieueffecten en eventuele alternatieven in kaart brengen.
Decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, artikel 8, §1 en 2, gewijzigd op 19 juli 2013.
Besluit van de Vlaamse regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, artikel 2 en 4.
Besluit van de Vlaamse regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets in bijlage IX tot XV opgenomen kaarten.
Stap |
Datum |
collegebeslissing: richtnota |
19 december 2014 (jaarnummer 13001) |
collegebesluit: kennisneming voorontwerp- RUP |
20 november 2015 (jaarnummer 9682) |
GECORO: advies voorontwerp-RUP |
2 december 2015 |
plenaire vergadering en adviezen |
27 januari 2016 |
districtsraad: advies voorontwerp-RUP |
14 december 2015 (jaarnummer 171) |
infomoment (per brief of moment met presentatie) |
eind februari 2016 |
collegebesluit: voorstel aan gemeenteraad om ontwerp-RUP voorlopig vast te stellen |
26 februari 2016 |
gemeenteraad: voorlopige vaststelling ontwerp-RUP |
21 maart 2016 |
openbaar onderzoek (60 d) |
11 april 2016 – 9 juni 2016 |
collegebesluit: sluiting openbaar onderzoek |
juni 2016 |
GECORO advies |
juli 2016 |
collegebesluit: voorstel aan gemeenteraad om RUP definitief vast te stellen |
augustus 2016 |
gemeenteraad: definitieve vaststelling |
september 2016 |
schorsingstermijn Vlaamse regering/deputatie (30 d) |
oktober 2016 |
publicatie Belgisch Staatsblad |
november 2016 |
Data in vet cursief zijn raming
De plenaire ziet geen strijdigheid met het structuurplan Ruimte Vlaanderen. Het RUP is eveneens in overeenstemming met het Ruimtelijk Structuurplan van de Provincie Antwerpen (RSPA) volgens Provincie Antwerpen Dienst Ruimtelijke Planning.
In de toelichtingsnota worden een aantal elementen uit het s-RSA aangehaald, maar onvoldoende aangetoond dat het RUP effectief in overeenstemming is met het s-RSA.
Op aanwijzing van de plenaire vergadering is de toelichtingsnota aangescherpt.
Voor de plenaire is het belangrijk om op deze locatie te voorkomen dat er een project komt dat een negatief effect heeft op de kernen in de omgeving. Het is dus positief dat er naar één grote detailhandel wordt gestreefd (dit is in de voorschriften opgenomen) want dit heeft minder impact dan bijvoorbeeld een shoppingcenter. De opname van de bepaling dat er slechts één grootschalige detailhandel toegelaten is wordt onderschreven door de Dienst Ruimtelijke Planning van het provinciebestuur. Toch vraagt de plenaire zich af of er is nagedacht over alternatieven mocht er geen partner gevonden worden om op die plaats een project te realiseren, of als deze binnen aantal jaar zou weggaan.
De stad kiest resoluut voor één grootschalige detailhandel omwille van het vermijden van negatieve effecten op winkelkernen in de omgeving, bovendien wordt bij opsplitsing in meerdere zaken de verkeersgeneratie ook anders, wat niet onderzocht is in het plan-MER.
De effecten van het plan zelf op de omgeving zijn redelijk beperkt maar de effecten van de omgeving op het plan zelf zijn groter. Indien maatregelen nodig zijn om negatieve milieueffecten te vermijden vraagt de plenaire om dit maximaal op te nemen in plan en minimaal te verschuiven naar het projectniveau. De milderende maatregelen zoals omschreven in het definitieve en goedgekeurde plan-MER moeten opgenomen worden.
Er is in het plan-MER een duidelijke tabel wat op projectniveau en wat op RUP-niveau kan worden opgelegd. Dit zal respectievelijk worden opgenomen in de toelichtingsnota en in de voorschriften waar mogelijk.
Het RUP ‘Havanastraat’ bevindt zich op ongeveer 230 meter ten noordoosten van Euroports Terminals Antwerp nv., een hogedrempelinrichting gespecialiseerd in de op- en overslag van diverse bulkgoederen en stukgoederen. De aard en hoeveelheid aanwezige gevaarlijke stoffen maakt dat deze inrichting onder de toepassing van de Seveso-richtlijn valt en meer bepaald een hogedrempelinrichting is, en derhalve veiligheidsrapport-plichtig.
Op het moment van de plenaire vergadering (27 januari 2016) waren er onvoldoende gegevens beschikbaar om na te gaan of de voorgestelde ontwikkelingen op de Havanasite verzoenbaar zijn met het risico van het bedrijf Euroports. De dienst Veiligheidsrapportage (VR) van het departement Leefmilieu Natuur en Energie stelt dat op basis van het voorliggende plan en de huidig gekende gegevens er een ruimtelijk veiligheidsrapport noodzakelijk is. Indien voldoende gegevens beschikbaar gesteld worden om de risico’s van het Seveso-bedrijf te beoordelen in relatie tot de geplande ontwikkelingen en indien deze gegevens worden opgenomen in een aangepast plan, dan kan de dienst VR alsnog beslissen dat geen ruimtelijk veiligheidsrapport dient te worden opgemaakt.
Op 11 januari 2016 werd door een extern deskundige voor Euroports een rapport met evaluatie van de externe veiligheidsrisico’s van het bedrijf ten opzichte van het plangebied aangeleverd aan de dienst Veiligheidsrapportage. De dienst Veiligheidsrapportage heeft op 15 februari 2016 in een reactie op het verslag meegedeeld dat, gelet op de aangeleverde gegevens, er geen ruimtelijk veiligheidsrapport dient te worden opgemaakt.
De toelichtingsnota werd uitgebreid met de aftoetsing, het geformuleerde advies en de conclusies uit het document “Evaluatie RUP Havanastraat & Euroports Terminals Antwerp nv, revisie dd. 11 februari 2016.”
De plenaire vindt het positief dat de oostelijke zone effectief als groenzone open is gebleven omdat zo een kans op overstroming mogelijk blijft. De Vlaamse Milieumaatschappij vraagt daarbij om de principes van overstromingsgevoelig bouwen toe te passen in de noordelijke ontwikkelingsvelden en in de groenzone (bvb als er een kantine bij de sportvelden zou worden gebouwd) onder andere door een minimaal dorpelpeil van 30 cm te integreren in de voorschriften.
Op aanwijzing van de plenaire vergadering wordt een minimaal dorpelpeil opgelegd in de voorschriften en worden in de toelichtingsnota extra normen meegegeven over regenwaterafvoer en het onderhoud van filterinstallaties en sedimentopvang die in de latere vergunningen moeten opgelegd worden.
Er wordt in het voorontwerp-RUP aangegeven dat één navigatietoren mag opgericht worden, ongeacht de zone. Volgens de plenaire is het aangewezen om de navigatietoren te beperken tot zone De.
Op aanwijzing van de plenaire vergadering wordt in de voorschriften de navigatietoren beperkt tot de zone De met inbegrip van een straal van 50 meter rondom deze zone om enerzijds voldoende bewegingsvrijheid te bieden in functie van zichtbaarheid vanop de autosnelwegen en anderzijds de toren te beperken tot de korte nabijheid van de zone De.
De plenaire stelt de noodzaak van toegelaten traminfrastructuur in de zone Gr in vraag.
De toegelaten traminfrastructuur binnen zone Gr wordt niet aangepast vermits het niet de intentie is om traminfrastructuur in te richten in de oostelijk gelegen groenzone, maar omdat het vergunde bouwaanvraagplan voor Brabo 2, meer bepaald de tramkeerlus van de Noorderlijn aan de Ekersesteenweg, voor een beperkt gedeelte overlapt met de strip groenzone ten noorden van Ce1, zijnde het ontwikkelingsveld voor de inrichting van een P&R.
De GECORO stelde in haar advies volgende voorwaarden:
- de parking retail verplicht te koppelen met de P&R in zone Ce1 in plaats van de parking op terrein retail (zone De) mogelijk te houden;
De zone Ce1 voor de inrichting van een P&R -mogelijks in combinatie van parkeervoorzieningen voor de detailhandel- is te klein om alle toegelaten 2700 parkeerplaatsen op te nemen, waardoor ook in zone De parkeervoorzieningen moeten mogelijk zijn. Er is slechts één hoofdontsluiting waardoor defacto de P&R en de aanvullende parkeervoorzieningen binnen zone De gekoppeld zullen zijn, en waardoor de positieve effecten van de gezamenlijke inrichting van P&R en parking detailhandel zoals de overlap 15 % minder die je dan moet voorzien zullen gelden.
- de ruimtelijke kwaliteitseisen sterker in te bedden in de voorschriften (zowel voor gebouwen als omgeving: hoogte langs centrale as, levendige plint, perrons, …);
De ruimtelijke kwaliteitseisen zullen verder gespecifieerd worden in de marktbevraging. Bovendien zijn er nog voldoende adviserende organen zoals welstandscommissie, commissie openbaar domein en vergunningverlenende overheid die de ruimtelijke kwaliteitseisen zullen beoordelen. Het streven naar ruimtelijke kwaliteit zit bovendien reeds vervat in de doelstellingen van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (artikel 1.1.4).
- de milieuvoorwaarden (ecologische verbinding, geluidsoverlast, oriëntatie gebouwen, waterhuishouding, …) maximaal in te bedden in de voorschriften. Met name de dwingende milderende maatregelen en aanbevelingen die door de plan-MER worden beschreven opnemen;
Advies wordt gevolgd.
- de locatie voor de ontsluiting van het containerpark te onderzoeken, deze wordt ontsloten via weg naast de groenzone;
De aantakking op de Ekersesteenweg is vanuit verkeerstechnisch oogpunt geen optie.
- om een plafond voor het aantal parkeerplaatsen in de groenzone op te leggen;
Aangezien NMBS/Infrabel niet kan inschatten hoe het aantal reizigers in het station Noorderdokken op lange termijn zal evolueren, is het niet aangewezen om een maximum aantal parkeerplaatsen vast te leggen in het RUP. Desalniettemin wordt in de voorschriften niet het aantal beperkt, maar wordt op het grafisch plan een zone afgebakend waarbinnen parkeervoorzieningen mogelijk zijn waarbij in de rest van de groenzone de inrichting van parking wordt uitgesloten.
- na te gaan of de voorschriften juridisch sluitend zijn.
De voorschriften zijn juridisch gescreend en hier en daar aangepast naar interpretatie en reikwijdte.
- flexibiliteit te houden qua retail programma: om de houdbaarheidsdatum van het RUP voldoende lang te maken de voorschriften ruimer houden en bij de marktbevraging in eerste instantie beperken tot 1 grootschalige detailhandel.
De stad kiest resoluut voor één grootschalige detailhandel. De plenaire vergadering adviseert positief over deze keuze.
De districtsraad geeft op 14 december 2015 (jaarnummer 171) gunstig advies op het voorontwerp van gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) 'Havanastraat'.
De gemeenteraad stelt het ontwerp-RUP Havanastraat, district Antwerpen (algplanid:RUP_11002_214_10017_00001) voorlopig vast.
Dit ontwerp bestaat uit een grafisch plan, het grafisch register (planbaten-planschade), een plan van de bestaande en de juridische toestand, het plan-MER, de stedenbouwkundige voorschriften en een toelichtingsnota.