Terug

2018_CBS_03741 - Milieuvergunningen Vlarem klasse 2 - ADM Antwerp nv, Rostockweg 17, 2030 Antwerpen. Dossiernummer MV2017/747/AVG - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 27/04/2018 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Koen Kennis, schepen; Caroline Bastiaens, schepen; Ludo Van Campenhout, schepen; Claude Marinower, schepen; Marc Van Peel, schepen; Rob Van de Velde, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Fons Duchateau, schepen; Sven Cauwelier, stadssecretaris

Afwezig

Bart De Wever, burgemeester; Glenn Verspeet, waarnemend korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, stadssecretaris
2018_CBS_03741 - Milieuvergunningen Vlarem klasse 2 - ADM Antwerp nv, Rostockweg 17, 2030 Antwerpen. Dossiernummer MV2017/747/AVG - Goedkeuring 2018_CBS_03741 - Milieuvergunningen Vlarem klasse 2 - ADM Antwerp nv, Rostockweg 17, 2030 Antwerpen. Dossiernummer MV2017/747/AVG - Goedkeuring

Motivering

Gekoppelde besluiten

Regelgeving: bevoegdheid

Artikel 36,4° van Vlarem I bepaalt dat het college een uitspraak dient te doen over een milieuvergunningsaanvraag klasse 2.

Argumentatie

Het college beslist op basis van het verslag van de dienst milieuvergunningen, dat als bijlage bij dit besluit is gevoegd en sluit zich aan bij deze motivatie.

Juridische grond

Het milieuvergunningendecreet van 28 juni 1985, meermaals gewijzigd, en haar uitvoeringsbesluiten (Vlarem I en II) bepalen dat niemand zonder vergunning of melding een hinderlijke inrichting mag exploiteren.

Aanleiding en context

Aanvrager: ADM Antwerp nv - Rostockweg 17 - 2030 Antwerpen. De aanvraag omvat: de wijziging en uitbreiding van een bedrijf voor het afvullen van plantaardige oliën en voor kunststofverwerking.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college beslist een milieuvergunning klasse 2 goed te keuren aan ADM Antwerp nv, Rostockweg 17, 2030 Antwerpen, om op de percelen gelegen op hetzelfde adres, een bedrijf voor het afvullen van plantaardige oliën en kunststofverwerking uit te breiden en te wijzigen.

Artikel 2

Het college wijst erop dat de exploitant de algemene en sectorale voorwaarden dient na te leven.

Artikel 3

Het college beslist dat de exploitant de volgende bijzondere milieuvoorwaarden dient na te leven:

  1. binnen de zes maanden na vergunning bezorgt de exploitant het indienststellingsverslag van de nieuwe dieseltank aan de dienst vergunningen van de stad Antwerpen (milieuvergunningen@stad.antwerpen.be);
  2. binnen de zes maanden na vergunning zorgt de exploitant ervoor dat de tekortkomingen aan de bestaande dieseltank opgelost zijn en wordt er een nieuw keuringsverslag aan de dienst vergunningen van de stad Antwerpen bezorgd (milieuvergunningen@stad.antwerpen.be );
  3. binnen de zes maanden na vergunning bezorgt de exploitant een verslag van de emissiemetingen van de stookinstallatie van 1.302 kW aan de dienst vergunningen van de stad Antwerpen (milieuvergunningen@stad.antwerpen.be ).

Artikel 4

Het college beslist dat de exploitant de volgende brandweervoorwaarden dient na te leven:

B1

Onafhankelijk van de verplichtingen aan de houder van de milieuvergunning opgelegd via de vigerende milieureglementering alsmede via het milieuvergunningsbesluit, en onverminderd de maatregelen ter voorkoming en bestrijding van brand, door de houder van de milieuvergunning te treffen in uitvoering van de algemene en sectorale milieuvoorwaarden, dient de houder van de milieuvergunning reeds te voorzien in de hiernavermelde blusmiddelen voor eerste tussenkomst:

S1

Er dienen minstens twee snelblustoestellen van minstens één bluseenheid conform NBN EN 3-7 - bij voorkeur 6 kg poeder type ABC - gelijkmatig verdeeld over de inrichting, te worden aangebracht. 

S9

Een snelblustoestel van 5 kg CO2 - ½ bluseenheid conform NBN EN 3-7 - dient aangebracht nabij de toegang tot de hoogspanningscabine. 

S23

Snelblustoestellen van minstens één bluseenheid conform NBN EN 3-7 - bij voorkeur 6 kg poeder type ABC - dienen aangebracht bij elk punt of lokaal met verhoogd risico, zoals ondermeer pompen, compressoren, lasposten, belangrijke elektriciteitsborden, enz.

In de inrichting dienen minstens twee toestellen aanwezig te zijn.

Er mogen nochtans gedeeltelijk mobiele bluseenheden of snelblustoestellen van een ander type aangewend worden op de plaatsen waar zij meer aangewezen zijn, voor zover de aangebrachte blusmiddelen minstens eenzelfde bluseenheid conform NBN EN 3-7 bezitten en evenwaardig zijn aan de bovenvermelde.

Artikel 5

Het college beslist dat de milieuvergunning ingaat op 27 april 2018 en eindigt op 24 augustus 2020.

Artikel 6

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.