Warmteproject Noord zal, bij realisatie, een project van strategisch belang zijn voor de Antwerpse warmtevoorziening. Deze warmteleiding of backbone vormt de eerste grote connectie tussen de restwarmte die in de Antwerpse haven aanwezig is en zowel residentiële als industriële afnemers. De realisatie van dit warmteproject zal leiden tot een reductie van meer dan 25.000 ton CO2, met potentieel voor het drievoudige. Uit het overleg tussen de partners blijkt dan ook grote interesse en engagement om stappen te zetten richting realisatie van dit warmtenet.
Om de gezamenlijke ambitie en bereidheid tot samenwerking te formaliseren is het aangewezen dat de stad Antwerpen zich samen met de partners Indaver, Fluvius en Havenbedrijf Antwerpen engageert door de ondertekening van een intentieovereenkomst. Omdat sinds de fusie van Eandis en Infrax op 1 juli 2018 Fluvius (Fluvius System Operator) optreedt als warmtenetbeheerder voor stad Antwerpen, wordt de overeenkomst nu ondertekend door Fluvius en niet meer door Eandis.
De intentieovereenkomst bouwt voort op de principes van de eerdere overeenkomst die op 10 juni 2016 werd goedgekeurd. De overeenkomst beschrijft meer in detail de manier van samenwerken die sindsdien vorm kreeg met het opstellen van een gemeenschappelijk economisch model. De partijen verbinden zich onder meer tot:
Volgende stappen
De intentieovereenkomst beschrijft welke aspecten onderhandeld dienen te worden om te komen tot een kaderovereenkomst. De partijen zullen afspraken maken over tarifering, productie-, transport- en afnamegaranties, contracttermijnen, verantwoordelijkheden en aansprakelijkheden.
Ook engageren de partijen zich om maximaal bijkomende afnemers te zoeken en om de steunmogelijkheden vanwege hogere overheden te onderzoeken.
De stad Antwerpen hanteert voor het op te richten backbonebedrijf het voorkeursprincipe om warmtebackbones te laten beheren door publieke entiteiten, hetzij volledig, hetzij via een meerderheidsparticipatie. Een warmtebackbone dient immers een common carrier te zijn waartoe nieuwe warmteproducenten, -leveranciers en –afnemers toegang moeten kunnen krijgen. Bovendien betreft energiedistributie een basisrecht en behelst om het deze reden een publieke opdracht: er dienen voldoende garanties te zijn op het invullen van het niet-meer-dan-anders-prijsprincipe (NMDA-principe) voor residentiële klanten. Tenslotte wordt op deze manier gevrijwaard dat het in de toekomst mogelijk is om een backbone te integreren in een groter stadsbreed backbone-netwerk. De wijze waarop en de termijn waarbinnen dit principe voor deze backbone concreet wordt ingevuld, maakt eveneens deel uit van de besprekingen in de vervolgfase. De definitieve contracten omtrent het backbonebedrijf dienen bijgevolg voldoende ruimte te laten om toekomstige aansluiting van bijkomende producenten volgens een economische logica te kunnen garanderen, en aansluiting van bijkomende afnemers volgens het NMDA-principe.
Op 26 oktober 2015 (jaarnummer 541) keurde de gemeenteraad het geactualiseerde klimaatplan 2015-2020 van de stad Antwerpen goed. Warmtenetten vormen hierin genoemd als belangrijke netwerkinfrastructuur om de beoogde klimaatdoelstellingen van 2020 (onder meer 20% daling CO2 -uitstoot stedelijk grondgebied) en 2050 (CO2-neutrale stad) te bereiken. Ze laten toe om duurzame warmtebronnen te koppelen aan de aanwezige warmtevraag van de bebouwde omgeving.
Op 15 april 2016 keurde het college (jaarnummer 3290) principieel het voorstel goed om transport van warmte in en rond Antwerpen uit te werken op basis van een samenwerking tussen Eandis Assets/Eandis en IVEG/Infrax, om op deze manier de Antwerpse belangen te kunnen behartigen.
Op 10 juni 2016 (jaarnummer 5192) keurde het college de intentieovereenkomst goed tussen Indaver, warmte@vlaanderen en stad Antwerpen ter realisatie van het warmteproject Noord. Hierbij engageerden de partijen zich tot het uitdiepen van een gezamenlijk haalbaarheidsonderzoek voor de uitkoppeling van de restwarmte van Indaver naar een aantal afzetgebieden in Antwerpen Noord en tot het onderhandelen van een kaderovereenkomst. In afwachting van definitieve oprichting van het warmtebedrijf warmte@vlaanderen werd deze versie van de intentieovereenkomst niet door alle partijen ondertekend.
Op 1 december 2017 (jaarnummer 10476) keurde het college de geheimhoudingsovereenkomst goed die werd opgesteld in het kader van de ontwikkeling van warmteproject Antwerpen Noord tussen Indaver, Eandis cvba en de stad Antwerpen betreffende de uitwisseling van vertrouwelijke gegevens tussen deze partijen.
Het college keurt de intentieovereenkomst tussen Indaver, Fluvius, Havenbedrijf Antwerpen en stad Antwerpen in het kader van de ontwikkeling van het warmteproject Noord goed.
Het college geeft opdracht aan
Dienst | Taak |
Stadsontwikkeling / Energie en Milieu | In samenspraak met de projectpartners de verdere stappen uitwerken. |