Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Adviezen
Interne adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ monumentenzorg |
31 juli 2018 |
Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag |
stadsontwikkeling/ ontwerp en uitvoering/ ontwerpers |
31 juli 2018 |
1 augustus 2018 |
stadsontwikkeling/ mobiliteit |
31 juli 2018 |
2 augustus 2018 |
Toetsing voorschriften
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het goed is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s’
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied met culturele, historische en/of esthetische waarde. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.) In gebieden en plaatsen van culturele, historische en/of esthetische waarde wordt de wijziging van de bestaande toestand onderworpen aan bijzondere voorwaarden, gegrond op de wenselijkheid van het behoud. (Artikel 6 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
Het gewestplan kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar PLANNING > Plannen > Bestemmingsplan > Gewestplan
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
Algemene bouwverordeningen
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
Sectorale wetgeving
geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Beoordeling afwijkingen van de voorschriften
De aanvraag voldoet niet aan artikel 27 van de bouwcode. Het artikel stelt dat bij functiewijziging minimaal 20% van de oppervlakte op het maaiveld onbebouwd dient te zijn. In de bestaande toestand is het gelijkvloers volledig dichtbebouwd, net zoals in de aanvraag. De bestaande toestand met dichtbebouwde koer kan echter behouden blijven gezien de kleine oppervlakte van deze ruimte in combinatie met de ingesloten ligging in een scherpe hoek van het bouwblok en de aanwezigheid van de bestaande aangrenzende bebouwing van twee hoge gebouwen (> 6m). Een kwalitatieve buitenruimte creëren op het gelijkvloers is hierdoor niet mogelijk wegens onvoldoende lichtinval en een ondiep perceel. Bovendien betreft het gelijkvloers geen woonbestemming, waardoor een buitenruimte minder aangewezen is. We besluiten dat het volgebouwd gelijkvloers aanvaardbaar is. Een afwijking kan worden toegestaan.
Functionele inpasbaarheid
De aanvraag omvat een functiewijzing van de gelijkvloerse garage naar kantoorruimte. De bouwlagen worden gerenoveerd en intern verbouwd. Bovenaan wordt een dakterras toegevoegd. Het pand waar de aanvraag betrekking tot heeft omvat nog steeds de hoofdfunctie wonen waarbij de kantoorruimte is ingericht voor de bewoners van het pand. Een kantoorfunctie voor intern gebruik is inpasbaar in de omgeving en veroorzaakt geen ongewone storende effecten.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat een bouwaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen de facto de algemene beleidslijn voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.
Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 1 parkeerplaatsen. Er is geen functiewijziging of een wijziging in het aantal wooneenheden. Er is geen nieuwe parkeerbehoefte. Er verdwijnt door de verbouwing een niet-gebruikte parkeerplaats. Deze wordt toch bijgeteld bij de parkeerbehoefte. |
De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen. |
Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0. ‘Voorliggende aanvraag heeft betrekking op een pand met een perceelsbreedte van minder dan of gelijk aan 8 m. Volgens art. 12, §3, 1° (Levendige plint) is een toegangspoort voor een autobergplaats niet toegelaten. ’ |
Het (bijgestelde) aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 1. Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 1. Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen. |
Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen van 5 juni 2017. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 1 plaats. |
Fietsvoorzieningen:
Volgens het advies van mobiliteit (SW/MOB) is het wenselijk om ruimte te voorzien voor het inpandig stallen van fietsen. Als richtlijn worden twee fietsen genomen (1 plaats per slaapkamer + 1 extra plaats). De kantoorfunctie wordt enkel gebruikt door de bewoners waardoor deze niet wordt bijgeteld bij de berekening. Bij voorkeur worden de fietsen gelijkvloers gestald. Dit kan in de bureauruimte of eventueel in de berging achteraan. Indien dit niet wenselijk is, kunnen de fietsen ook in de kelderruimte geplaatst worden, mits de trap van een fietsgoot wordt voorzien.
Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid
Het voorziene volume en de borstwering in de achtergevel wordt aanvaard. Dit volume is het resultaat van een studie om een minimale dakhoogte te bereiken en zo ver mogelijk van de voorgevel verwijderd te blijven en het dakterras direct toegankelijk te maken. Dit gebeurt door middel van een buitendeur en trap om eenvoudig gebruik toe te laten en de woonkwaliteit te maximaliseren. De vorm van het nieuwe dakvolume is eerder amorf maar wordt aanvaard gezien de randvoorwaarden en de besproken alternatieven. Het volume is bovendien niet tot nauwelijks zichtbaar vanaf de openbare weg en de Troonplaats door de teruggetrokken positie, de lage dakhoogte en de hogere bestaande scheidingsmuren. De borstwering werd onder 45° naar achter geplaatst zodat ook de balustrade aan het zicht onttrokken wordt. De hoogte van de kroonlijst blijft dezelfde. Ook monumentenzorg aanvaardt het opgebouwde dakvolume mits de voorwaarde dat de borstwering onder 45° naar achter geplaatst wordt tegen over van de gevellijn. Hier werd aan voldaan.
Visueel-vormelijke elementen
De voorgevel wordt aangepast door het schrijnwerk in een witte kleur te schilderen, net zoals de kroonlijst. Ook het hekwerk van het balkon wordt wit geschilderd. De plint wordt voorzien van een groot (harmonica)raam (zie cultuurhistorische aspecten) en bovenaan wordt een nieuw dakterras toegevoegd. Het dakprofiel van de aanvraag is eerder atypisch in de omgeving, maar omdat het niet zichtbaar is vanuit het straatbeeld of de omliggende woningen tast het de beeldwaarde van de woning en de straat niet aan. Achteraan wordt het schuin dak van de trap naar het dakterras uitgevoerd in witte dakbedekking. De gevel wordt uitgevoerd in een witte bepleistering. Vanuit stedenbouwkundig oogpunt kan een lichte kleurstelling gunstig worden geadviseerd omwille van de stedelijke opwarming en de beeldkwaliteit. Mits voldaan aan de voorwaarden in deze voorwaardelijke vergunning is de aanvraag inzake visuele en vormelijke aspecten aanvaardbaar.
Cultuurhistorische aspecten
Het pand is gelegen in CHE-gebied en heeft een stadslandschappelijke waarde gedefinieerd door de architecturale en esthetische kwaliteiten van het pand. Advies werd gevraagd aan de dienst monumentenzorg. De dienst heeft geen tijdig advies gegeven maar heeft wel enkele randvoorwaarden meegedeeld.
Het volledig beglazen van de garagepoort is a-typisch voor een woonhuistypologie aangezien deze invulling niet aansluit op de kenmerkende buitenarchitectuur voor deze 19e en vroeg 20ste-eeuwse lijstgevels. Een gelijkvloers was steeds voorzien van een blauwe hardstenen plint en ingevuld met raampartijen (1 of 2) en een deur of een winkelpui. Bij dit pand is de oorspronkelijke gevelconfiguratie van het gelijkvloers alsook de ornamentiek in de vorm van een bossage nog afleesbaar. De bovengevel bleef gaaf bewaard. Enkel de blauwe hardstenen plint werd verlaagd. Vanuit oogpunt monumentenzorg is het dan ook aangewezen deze opnieuw te vervolledigen. Het advies van de stedelijke dienst monumentenzorg wordt gevolgd. In voorwaarde wordt opgenomen om de plint door te trekken zoals in de laatst vergunde toestand (09.04.1982), zoals in rood aangeduid op de plannen. Door het doortrekken van de plint blijft een aangename bureauruimte mogelijk binnen een gevelbeeld dat zich inpast in het referentiekader. Een opengewerkte harmonicadeur op het gelijkvloers is niet kenmerkend. Het gelijkvloers betreft geen handel waardoor een etalage tot op de grond atypisch is. Door het doortrekken van de plint wordt er geen afbreuk gedaan aan de authenticiteit en de gaafheid van het pand.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
De wintertuin/ loggia die gelegen is achteraan de woning wordt gunstig bevonden omwille van de ligging aan de leefruimte op de 1ste verdieping en het zicht op de (ontoegankelijke) daktuin. De wintertuin is afsluitbaar met een groot, bijna gevelbreed, raam dat daglicht tot in het midden van de woning brengt wat de woonkwaliteit ten goede komt. De dressing en slaapkamer worden ingericht als 1 doorlopende ruimte waardoor het gebruiksgenot vergroot. Een dakterras bovenaan, dat voldoet aan de privacyregelgeving, is gelinkt via een trap met sas aan de keuken en eetruimte.
De bestaande garage op het gelijkvloers wordt verbouwd naar kantoorruimte. Hierdoor is de bestaande afgeschuinde boordsteen op het openbaar domein niet meer nodig. Indien er ten gevolge van de werken schade optreedt aan deze boordsteen, is het aangewezen dat deze vervangen wordt door een rechte boordsteen. Dit is verder af te stemmen met SW/B&O (procedure schade aan openbaar domein na werken: https://www.antwerpen.be/nl/info/52d5052439d8a6ec798b4a7e/schade-aan-openbaar-domein-na-werken).
Mits voldaan aan de voorwaarden voldoet de aanvraag aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
Procedurestap |
Datum |
Indiening aanvraag |
10 juli 2018 |
Volledig- en ontvankelijk |
31 juli 2018 |
Start openbaar onderzoek |
geen |
Einde openbaar onderzoek |
geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken |
geen |
Uiterste beslissingsdatum |
29 september 2018 |
Verslag GOA |
21 september 2018 |
naam GOA |
Brenda Dierckx |
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Schriftelijke bezwaarschriften |
Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften |
Petitielijsten |
Digitale bezwaarschriften |
0 |
0 |
0 |
0 |
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer : |
OMV_2018047964 |
Gegevens van de aanvrager: |
de heer Toon Haverals met als contactadres Haachtsesteenweg 1137 bus B3 te 1140 Brussel |
Ligging van het project: |
Montignystraat 48 te 2018 Antwerpen |
Kadastrale gegevens: |
afdeling 11 sectie L nr. 3759L |
Vergunningsplichten: |
Stedenbouwkundige handelingen. |
Voorwerp van de aanvraag: |
verbouwen van een eengezinswoning |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 03/05/1935: toelating (18#2506) voor gevel- en binnenveranderingen;
- 09/04/1982: vergunning (18#62154) voor verbouwingswerken.
Laatst vergunde toestand
- een woning opgetrokken over vier bouwlagen;
- op het gelijkvloers is een garage vergund met achterliggend een open koer;
- de laatst vergunde toestand zoals gekend in onze archieven geeft geen informatie over de bovenliggende bouwlagen;
- de voorgevel van het pand is voorzien van een geschilderde bezetting.
Bestaande toestand
- eengezinswoning opgetrokken over vier bouwlagen afgewerkt met een gedeeltelijk plat dak;
- het gelijkvloers is volledig bebouwd en doet dienst als autostaanplaats,
- de bovenliggende verdiepingen hebben een bouwdiepte van respectievelijk 10,00 meter en 8,25 meter;
- in deze bouwlagen bevinden zich de woon- en slaapvertrekken;
- het gebouw is langs de straatzijde afgewerkt met een witte gevelbepleistering met hardstenen dorpels en een smeedijzeren balkon op de eerste verdieping.
Inhoud van de aanvraag
- functiewijziging van gelijkvloerse autostaanplaats naar bureau;
- intern verbouwen en renoveren van de eengezinswoning;
- inrichten van het dak als dakterras;
- oprichten van een constructie op het dak om vlot toegang te kunnen nemen tot het dakterras;
- vervangen van het buitenschrijnwerk;
- vernieuwen van de technische installaties en het bestaande rioleringssysteem.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is:
Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.