Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Interne adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
stadsontwikkeling/ mobiliteit |
26 juli 2018 |
27 juli 2018 |
ondernemen en stadsmarketing/ business en innovatie |
26 juli 2018 |
7 augustus 2018 |
DL adresbeheer (huisnummers) |
26 juni 2018 |
26 juli 2018 |
Toetsing voorschriften
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het goed is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s’.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
Het gewestplan kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar PLANNING > Plannen > Bestemmingsplan > Gewestplan
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
Voor toegangen of deuropeningen moet, na afwerking, een vrije doorgangshoogte van minstens 2,09 meter gegarandeerd worden. De vrije doorgangshoogte is volgens plan slechts 2,01 meter;
De ruwbouwmaten van toegangen of deuropeningen moeten minstens 105 cm breed zijn, zodat na afwerking een vrije en vlakke doorgangsbreedte van minstens 90 cm gegarandeerd wordt. De vrije afgewerkte doorgangsbreedte is volgens plan slechts 0,83 meter.
Algemene bouwverordeningen
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
Functies andere dan wonen dienen een verluchte afvalberging van 4 m² te hebben. Deze afvalberging is niet voorzien;
Er wordt geen stalplaats voor fietsen voorzien zoals opgelegd bij een functiewijziging.
Sectorale wetgeving
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving besluit de toegevoegde project-MER-screeningsnota dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn. De nota wordt niet aanvaard.
De vergunning wordt geweigerd.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
Uit de informatie in de aanvraag blijkt dat een regularisatie wordt aangevraagd van de gelijkvloerse functiewijziging naar een kapperszaak. Op de plannen van de bestaande toestand werd echter de functie ‘handel’ geschreven, wat niet overeenstemt met de bestaande dienstenfunctie en het onderwerp van de aanvraag. De aanvraag wordt behandeld als een functiewijziging naar ‘diensten en vrije beroepen’. Deze werkwijze werd bevestigd door de aanvrager.
Dit werd ook opgemerkt in het advies van de stedelijke dienst ondernemen en stadsmarketing – business en innovatie: “De aanvraag betreft het regulariseren van de wijziging van functie magazijn naar handelszaak (+/- 80 m²). De foto’s laten zien dat er een schoonheidssalon is gevestigd in het pand. Het lijkt daarom beter geschikt om een regularisatie naar diensten aan te vragen dan een handel. Er is geen motivatie toegevoegd dat er een andere invulling in het pand zal komen.”
Een commerciële functie zoals een dienstenfunctie is functioneel inpasbaar op het gelijkvloers in deze omgeving.
Beoordeling afwijkingen van de voorschriften
Bij gebouwen met een publiek toegankelijke oppervlakte kleiner dan 150m², moet de toegang van deze zaak voldoen aan de artikels van de verordening toegankelijkheid. Met het oog op het gebruiksgemak kan geen afwijking toegestaan worden op de toegankelijkheid. In voorwaarde bij deze vergunning wordt opgelegd om conform artikel 22 van de verordening de toegangsdeur uit te voeren met een minimale vrije doorgangshoogte van 2,09 meter en een minimale vrije breedte van 90 centimeter.
Voorliggende aanvraag voorziet niet in een afgescheiden afvalberging van minstens 4m². Dit is strijdig met artikel 26 van de Bouwcode. Het opleggen van zulke berging, die ook niet aanwezig is in het bestaande gebouw, staat echter niet in verhouding tot de aangevraagde werken, zodat in alle redelijkheid een afwijking kan toegestaan worden met behulp van artikel 3 van de bouwcode.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat een bouwaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen de facto de algemene beleidslijn voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.
Volgend advies werd gegeven door de stedelijke dienst Mobiliteit:
“De aanvraag betreft het regulariseren van de wijziging van functie magazijn naar een handelszaak [kapsalon]. De parkeerbehoefte wordt bepaald op de functiewijziging. De oppervlakte hiervan bedraagt +/- 80m². Omwille van de beperkte oppervlakte wordt er geen parkeerbehoefte vastgelegd.”
In verband met de fietsvoorzieningen wordt volgend advies gegeven:
“Voor de fietsparkeerbehoefte wordt er onderscheid gemaakt tussen die voor personeel en bezoekers. Personeel moet in staat kunnen zijn om hun fiets binnenpands te kunnen plaatsen. Voor een oppervlakte van +/- 80m² bedraagt de norm 1. Er moet dus minstens 1 fietsstalplaats voorzien worden. Bezoekers kunnen hun fiets op het openbaar domein plaatsen.”
De voorwaarde om minstens 1 fietsstalplaats te voorzien wordt opgenomen als voorwaarde bij de vergunning.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
De inrichting gebeurt binnen het bestaande vergunde volume van het gebouw. De beoogde wijziging heeft geen noemenswaardige impact op de schaal en de bouwdichtheid en is stedenbouwkundig aanvaardbaar.
Visueel-vormelijke elementen
De gevels blijven hoofdzakelijk ongewijzigd. Enkel op het gelijkvloers wordt de linkse poort ingevuld met nieuw buitenschrijnwerk. De nieuwe raampartij vormt een eerlijke vertaling van de achterliggende functie en zorgt voor een meer levendige invulling van het gelijkvloers.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
Mits het naleven van de gestelde voorwaarden voldoet de inrichting aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
Procedurestap |
Datum |
Indiening aanvraag |
6 juli 2018 |
Volledig- en ontvankelijk |
26 juli 2018 |
Start openbaar onderzoek |
geen |
Einde openbaar onderzoek |
geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken |
geen |
Uiterste beslissingsdatum |
24 september 2018 |
Verslag GOA |
17 augustus 2018 |
naam GOA |
Brenda Dierckx |
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer : |
OMV_2018082774 |
Gegevens van de aanvrager: |
de heer Karoly Schwarcz met als adres Grotehondstraat 30 te 2018 Antwerpen |
Ligging van het project: |
Charlottalei 9 te 2018 Antwerpen |
Kadastrale gegevens: |
afdeling 6 sectie F nr. 1209D8 |
Vergunningsplichten: |
Stedenbouwkundige handelingen. |
Voorwerp van de aanvraag: |
regulariseren van de wijziging van de functie industrie en bedrijvigheid naar een ruimte voor dienstverlening en vrije beroepen |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
Laatst vergunde toestand
Bestaande toestand
Inhoud van de aanvraag
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is:
Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.