Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijk omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Er werden geen adviezen gevraagd.
Toetsing voorschriften
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het goed is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s’.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
Het gewestplan kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar PLANNING > Plannen > Bestemmingsplan > Gewestplan
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
Algemene bouwverordeningen
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
Sectorale wetgeving
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
Voorliggende aanvraag omvat geen functiewijziging. De bestaande functie van eengezinswoning blijft behouden en is daarmee in overeenstemming met de kenmerkende woonfuncties in de Kortemarkstraat.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
In voorliggende aanvraag wordt het bestaande bouwvolume aangevuld met een gelijkvloerse uitbreiding tot een bouwdiepte van 20,70m. Deze voorgestelde bouwdiepte is niet verenigbaar met de goede ruimtelijke ordening.
De kenmerkende bouwdiepte van de betreffende huizenrij bedraagt 17 m en het extra volume van de achterbouw bevindt zich voorbij de achterbouwen van beide buren. Het volume heeft onaanvaardbare gevolgen voor de bezonning van de naastgelegen percelen heeft én houdt geen rekening met een optimale bezonning en daglichttoetreding ten aanzien van de eigen verblijfsruimte in het gebouw.
Het basisvolume van elk gebouw, namelijk de inplanting ten opzichte van de openbare ruimte en de naburige percelen, de bouwhoogte ten opzichte van het maaiveld en de bouwdiepte vanaf de voorgevel is zeer verschillend en wordt bepaald door de ruimtelijke context van het gebouw. Door te veel te bouwen (te hoog, te diep) in verhouding tot de terreinoppervlakte van het perceel en de gevels van het gebouw komt de beschikbaarheid van licht, lucht en open ruimte voor de gebruikers in het gedrang.
Het basisvolume van een gebouw wordt dus bepaald door het referentiebeeld en versterkt mee het straatbeeld of het bouwblok.
Door even hoog en diep te bouwen als de percelen in de omgeving garandeert de bouwcode dat de ontwikkelingsmogelijkheden voor iedereen vergelijkbaar zijn en dat de hinder voor de omliggende percelen, voor bezonning en privacy, beperkt blijft.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
Het grote raam in de oorspronkelijke gelijkvloerse achtergevel wordt volledig gesupprimeerd en vervangen door een deur, waardoor het huidige contact tussen de verblijfsruimte en de buitenruimte verdwijnt. Dit is onaanvaardbaar omwille van het effect op de woonkwaliteit.
Door het supprimeren van de bestaande badkamer vergroot de verblijfsruimte. Het verkleinen (of supprimeren) van de raamopening van de verblijfsruimte staat niet in verhouding met de verandering in oppervlakte van de ruimte.
Daarenboven kan op basis van de beschikbare gegevens worden geoordeeld dat het supprimeren van de bestaande badkamer werkzaamheden zijn die de oplossing van een constructieprobleem met zich meebrengen en/of de stabiliteit van het gebouw wijzigen. De medewerking van een architect is verplicht voor zulke handelingen. Er wordt namelijk een dragende muur gesupprimeerd.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezinswoning waarbij de functie en het aantal woongelegenheden ten opzichte van het bestaande ongewijzigd blijven.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te weigeren, hoofdzakelijk omwille onverenigbaarheden met de stedenbouwkundige voorschriften (te grote bouwdiepte en de impact op bezonning in de tuinzone van de aanpalenden en te weinig minimale lichtinval in de eigen verblijfsruimte) en een goede ruimtelijke ordening (onaanvaardbaar verlies van licht, lucht voor de gebruikers.
Procedurestap |
Datum |
Indiening aanvraag |
21 juni 2018 |
Volledig- en ontvankelijk |
4 juli 2018 |
Start openbaar onderzoek |
geen |
Einde openbaar onderzoek |
geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken |
geen |
Uiterste beslissingsdatum |
2 september 2018 |
Verslag GOA |
13 augustus 2018 |
naam GOA |
Wim Van Roosendael |
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Schriftelijke bezwaarschriften |
Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften |
Petitielijsten |
Digitale bezwaarschriften |
1 |
0 |
0 |
0 |
Bespreking van de bezwaren
Bezwaar
Bezwaarindiener stelt zich vragen bij de maximale bouwdiepte.
De voorziene uitbreiding heeft een effect op bezonning.
Evaluatie
Kenmerkend voor de ééngezinswoningen in deze omgeving is een bouwdiepte van circa 17m op het gelijkvloers. Bijgevolg is dit de maximale bouwdiepte zoals bepaald in artikel 6 en 10 van de bouwcode.
Door dieper te bouwen wordt er geen rekening gehouden met een optimale bezonning ten aanzien van de aanpalende tuinen.
Het bezwaar is gegrond.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer : |
OMV_2018076931 |
Gegevens van de aanvrager: |
mevrouw Fatiha Amajoud met als adres Kortemarkstraat 14 te 2600 Berchem (Antwerpen) |
Ligging van het project: |
Kortemarkstraat 14 te 2600 Berchem (Antwerpen) |
Kadastrale gegevens: |
afdeling 22 sectie A nr. 299M3 |
Vergunningsplichten: |
Stedenbouwkundige handelingen. |
Voorwerp van de aanvraag: |
regularisatie van een aanbouw bij een eengezinswoning |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
Laatst vergunde toestand
Bestaande toestand
Inhoud van de aanvraag
Het college sluit zich integraal aan bij:
Het college beslist om de omgevingsvergunning te weigeren.