Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijk omgevingsambtenaar.
Er werden geen adviezen gevraagd.
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een groengebied. De groengebieden zijn bestemd voor het behoud, de bescherming en het herstel van het natuurlijk milieu. In de groengebieden geldt een principieel bouwverbod. In principe worden enkel de werken toegelaten die gericht zijn op of verenigbaar zijn met het behoud, de bescherming en het herstel van het natuurlijk milieu.
Het gewestplan kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar PLANNING > Plannen > Bestemmingsplan > Gewestplan
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
Algemene bouwverordeningen
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
De levende haag in de voortuin mag slecht 1 meter hoog zijn.
De voortuin moet vrij zijn van verhardingen met uitzondering van de strikt noodzakelijke toegangen.
Sectorale wetgeving
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
De aanvraag betreft een beperkte gelijkvloerse uitbreiding. De functie van de eengezinswoning wijzigt niet.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezins woning waarbij de functie en het aantal woongelegenheden ten opzichte van het bestaande ongewijzigd blijven.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
De aanvraag omvat de regularisatie van een beperkte uitbreiding op het gelijkvloers van de woning in gesloten bebouwing. Op de eerste verdieping en onder het zadeldak werden geen wijzigingen doorgevoerd.
De veranda die tegen de rechtse perceelsgrens was gebouwd, werd afgebroken en vervangen door een volwaardige aanbouw tot een bouwdiepte van 14,10 meter. Hiervoor werd de scheimuur opgetrokken tot 2,85 meter. Het nieuwe scheimuurprofiel past binnen het kenmerkende gabarit van de aanpalende panden.
Visueel-vormelijke elementen
De gevels van de aanbouw worden afgewerkt met witte pleister en grijs aluminium buitenschrijnwerk. Dezelfde afwerking wordt toegepast op de wasplaats tegen de linkse perceelsgrens. Dit kleur- en materiaalgebruik is gebruikelijk als afwerking van achtergevels in de omgeving.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
In toepassing van artikel 27 van de Bouwcode dient de verharding in de voortuin te worden beperkt tot de strikt noodzakelijke toegang tot de voordeur. De voortuin wordt beschouwd als een volwaardig deel van de tuin omwille van een aantal redenen. Een groene voortuin heeft een aangenamer uitzicht in de straat of binnen in een bouwblok en bevordert daarom de leefkwaliteit van bewoners en omwonenden. Door de tuin niet te bebouwen of te verharden blijft een deel beschikbaar voor natuurlijke infiltratie van regenwater in de bodem, zodat de openbare riolering minder belast wordt en het risico op problemen met de waterhuishouding vermindert. Bovendien is elke tuin, hoe klein ook een natuurlijke oase in de bebouwing voor vogels, insecten,… en zorgt ze ervoor dat de opwarming van de stedelijke omgeving licht verminderd wordt.
Uit de aanvraag blijkt dat de voortuin nagenoeg volledig is verhard. Als voorwaarde bij de vergunning wordt dan ook opgenomen dat enkel de strikt noodzakelijke toegang tot de woning mag verhard worden, conform artikel 27 van de Bouwcode.
Aansluitend dient de voortuin te worden afgesloten door een levende afsluiting, een muurtje of een hek met een hoogte van maximum 1 meter in toepassing van artikel 19 van de Bouwcode. Dit wordt tevens als voorwaarde aan de vergunning gekoppeld.
De aanvraag tot regularisatie voorziet in een volwaardige aanbouw zodat in aansluiting met de tuin een open ruimte ontstaat waarin de keuken is ingericht. Het verbeterde contact met de tuin en de open planindeling vergroten de woonkwaliteit.
Stedenbouwkundige handelingen
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
Procedurestap |
Datum |
Indiening aanvraag |
24 april 2018 |
Volledig- en ontvankelijk |
23 mei 2018 |
Start openbaar onderzoek |
geen |
Einde openbaar onderzoek |
geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken |
geen |
Uiterste beslissingsdatum |
22 juli 2018 |
Verslag GOA |
3 juli 2018 |
naam GOA |
Brenda Dierckx |
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Schriftelijke bezwaarschriften |
Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften |
Petitielijsten |
Digitale bezwaarschriften |
0 |
0 |
0 |
0 |
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer : |
OMV_2018045215 |
Gegevens van de aanvrager: |
mevrouw Gianna Delville met als adres Leugenberg 47 te 2030 Antwerpen en de heer Giovanni Van Geel met als adres Leugenberg 47 te 2030 Antwerpen |
Ligging van het project: |
Leugenberg 47 te 2030 Antwerpen |
Kadastrale gegevens: |
afdeling 17 sectie G nr. 284V |
Vergunningsplichten: |
stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: |
regulariseren van de verbouwing van een eengezinswoning |
Omschrijving aanvraag
Relevante voorgeschiedenis
Laatst vergunde toestand
Bestaande toestand
Inhoud van de aanvraag
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is:
Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.