Terug

2018_CBS_06439 - Omgevingsvergunning OMV_2018049287 - Manebruggestraat 389. District Deurne - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 13/07/2018 - 09:00 digitaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Claude Marinower, schepen; Marc Van Peel, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Fons Duchateau, schepen; Sven Cauwelier, stadssecretaris

Afwezig

Caroline Bastiaens, schepen; Ludo Van Campenhout, schepen; Glenn  Verspeet, plaatsvervangend korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, stadssecretaris

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2018_CBS_06439 - Omgevingsvergunning OMV_2018049287 - Manebruggestraat 389. District Deurne - Goedkeuring 2018_CBS_06439 - Omgevingsvergunning OMV_2018049287 - Manebruggestraat 389. District Deurne - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijk omgevingsambtenaar.

Adviezen

Externe adviezen

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

Digit - brandweer/ risicobeheer/ preventie

29 mei 2018

26 juni 2018

Voorwaardelijk gunstig

Fluvius

29 mei 2018

11 juni 2018

Voorwaardelijk gunstig

Digit - FOD Mobiliteit en Vervoer - Dienst Luchtvaart

29 mei 2018

Geen tijdig advies ontvangen

Geen tijdig advies ontvangen waardoor aan de adviesvereiste kan worden voorbijgegaan

Interne adviezen

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

stadsontwikkeling/ mobiliteit

29 mei 2018

31 mei 2018

DL adresbeheer (huisnummers)

29 mei 2018

29 mei 2018

Toetsing voorschriften

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen 

Het goed is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009. 

Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s’. 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.) 

Het gewestplan kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar PLANNING > Plannen > Bestemmingsplan > Gewestplan 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling. 

 De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan. 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

  • Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
    (De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)
    De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.
     
  • Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
    (De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)
    De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.

Algemene bouwverordeningen

  • Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
    (De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
    De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

  • Overwelven waterlopen: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake het overwelven of inbuizen van niet geklasseerde waterlopen en waterlopen van 3de categorie (verder genoemd verordening overwelven waterlopen), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 26 januari 2009 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 4 juni 2009.
    (De verordening overwelven waterlopen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘overwelven waterlopen’)
    De verordening overwelven waterlopen is niet van toepassing op de aanvraag.

  • Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
    (De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘bouwcode’)
    De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de bouwcode.
     
  • Raamprostitutie: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening ‘Raamprostitutie’ (verder genoemd verordening raamprostitutie), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 21 september 2009 en goedgekeurd bij besluit van 17 december 2009.
    De verordening raamprostitutie is niet van toepassing op de aanvraag.

Sectorale wetgeving

  • MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
    Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn. 
  • Watertoets: overeenkomstig artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
    Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
     
  • Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
    (De kwaliteitsnormen  voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
    De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode. 

Omgevingstoets

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening 

Functionele inpasbaarheid

De aanvrager wenst een nieuwbouwappartement met drie woonunits te bouwen op een braakliggend verhard terrein dat gebruikt wordt als parkeerplaats voor het stallen van auto’s. De omgeving van de Manebruggestraat wordt gekenmerkt door een mix van één- en meergezinswoningen in gesloten bebouwing. Bijgevolg is de functie van meergezinswoning inpasbaar in de omgeving. 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De aanvraag betreft het bouwen van een meergezinswoning van drie bouwlagen onder een plat dak. De bestaande verharding alsook een laag muurtje worden hiertoe verwijderd. De kroonlijsthoogte bedraagt 7.08 m met een teruggetrokken daklaag tot een hoogte van 9.15 m. De voorgestelde typologie van drie bouwlagen onder een plat dak sluit aan bij het rechter aanpalende pand en de panden aan de overkant van de straat. Ten opzichte van de rechter buur is er een hoogteverschil. Het betreft echter een plat dak waardoor er technische gezien geen hinder wordt verwacht voor het aanpalende pand (momenteel wordt het plat dak echter ingevuld door een onvergund dakterras).

Achteraan wordt de bouwdiepte van het rechter aanpalende pand doorgetrokken over dezelfde schuine hoek. Het voorgestelde gabarit is vanuit stedenbouwkundig oogpunt aanvaardbaar. 

Visueel-vormelijke elementen

De voorgevel wordt bekleed met grijze genuanceerde paramentsteen en voorzien van goudkleurig aluminium schrijnwerk. De kroonlijst wordt uitgevoerd in grijs beton. De balustrade van de eerste verdieping wordt uitgevoerd in zwarte metalen stijlen. De uitvoering en gebruikte materialen zijn in harmonie met de gebouwde omgeving en stedenbouwkundig aanvaardbaar. 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

De voortuin en de tuin worden onthard, wat positief wordt beoordeeld. Ook alle platte daken worden aangelegd als een groendak. Alle appartementen worden voorzien van een voldoende ruime buitenruimte, hetgeen de leefkwaliteit ten goede komt. De terrassen veroorzaken geen hinder naar de omliggende woningen toe. De fietsenstalling is conform en gemakkelijk toegankelijk. De tussenstafstand tussen de fietsen is beperkt tot 40 cm. Dit betekent dat er een hoog-laag systeem voorzien moet worden zodat alle fietsen effectief vlot bereikbaar zijn. In de vergunning zal daarom als voorwaarde worden opgelegd een hoog-laag systeem te voorzien vanwege de beperkte tussenafstand tussen de fietsen. 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Parkeerparagraaf van toepassing

Het algemene principe is dat een bouwaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein). 

De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen de facto de algemene beleidslijn voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen. 

Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 3 parkeerplaatsen.

De parkeerbehoefte wordt bepaald op de uitbreiding en of functiewijziging.

Bij projecten tot 5 wooneenheden is de parkeernorm 1

De werkelijke parkeerbehoefte is 3.

De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen. 

Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0.

‘Voorliggende aanvraag heeft betrekking op een pand met een perceelsbreedte van minder dan of gelijk aan 8 m. Volgens art. 12, §3, 1° (Levendige plint) is een toegangspoort voor een autobergplaats niet toegelaten. ’ 

Het (bijgestelde) aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 3. 

Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 3 – 0 = 3

Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen. 

Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen van 15 december 2014. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 3 plaatsen. 

Advies aan het college

Stedenbouwkundige handelingen 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen 

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden. 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden 

  1. de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;
  2. in de fietsenstalling een hoog-laagsysteem te voorzien gelet op de beperkte tussenafstand tussen de fietsen;
  3. na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

24 april 2018

Volledig- en ontvankelijk

23 mei 2018

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

22 juli 2018

Verslag GOA

9 juli 2018

naam GOA

Helia Dezhpoor

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd. 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet. 

Projectnummer :

OMV_2018049287

Gegevens van de aanvrager:

MEI met als adres Sint-Michielskaai 11 te 2000 Antwerpen

Ligging van het project:

Manebruggestraat 389 te 2100 Deurne ( Antwerpen )

Kadastrale gegevens:

afdeling 31 sectie B nr. 353Y2

Vergunningsplichten:

stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

bouwen van een meergezinswoning met 3 appartementen

Omschrijving aanvraag

Stedenbouwkundige handelingen 

Relevante voorgeschiedenis

  • 05/11/1981: vergunning (627#28477 ) voor het plaatsen van een poort en verharding op een bouwperceel;
  • 24/08/1976: vergunning ( 627#30128)  voor het bouwen van een appartementsgebouw. 

Bestaande toestand

  • de bouwgrond is verhard en in gebruik als parkeerplaats voor het stallen van auto’s. 

Inhoud van de aanvraag:

  • het bouwen van  een meergezinswoning van 3  bouwlagen onder een plat dak;
  • de kroonlijsthoogte komt op 7.08 m hoogte te liggen met een teruggetrokken daklaag tot een hoogte van 9.15 m;
  • de platte daken worden als groendak aangelegd;
  • de materialisatie van de voorgevel bestaat uit grijze genuanceerde paramentsteen met goudkleurig aluminium schrijnwerk. De kroonlijst wordt uitgevoerd in grijs beton. De balustrade van de eerste verdieping wordt  uitgevoerd in zwarte metalen stijlen;
  • de voortuin wordt onverhard aangelegd met enkel verharding als toegang tot het gebouw;
  • er wordt een afgescheiden fietsenstalling voorzien van 16,63 m2 op de gelijkvloerse verdieping, toegankelijk via de gemeenschappelijke hal;
  • op de gelijkvloerse-, eerste- en tweede verdieping wordt telkens een twee slaapkamer appartement voorzien met een netto-vloeroppervlakte van iets meer dan 80m² en een eigen buitenruimte.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is:

  • de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;
  • de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken, zijn strikt na te leven;
  • in de fietsenstalling een hoog-laagsysteem te voorzien gelet op de beperkte tussenafstand tussen de fietsen;
  • na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.