Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
1° de gemeentelijke projecten;
2° andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse Regering of de deputatie bevoegd is.
Voorafgaand aan de beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar, dat bij dit besluit is gevoegd.
Het project betreft in deze eerste fase een beperkte uitbreiding van een bestaand congrescentrum met bijhorende hotelkamers dat gesitueerd is in een monument of gebouwen opgenomen in de vastgestelde inventaris. De uitbreiding situeert zich hoofdzakelijk in de ondergrondse bouwlagen in de vorm van kelderruimtes (561 m²) en een beperkte uitbreiding van de bovengrondse volumes (74 m²).
Voorliggende aanvraag omvat een eerste fase van de mogelijke verbouwingswerken op de site Elzenveld. Voor de volgende fases wordt op dit ogenblik geen standpunt ingenomen aangaande de mogelijke stedenbouwkundige lasten.
De aanvraag werd onderzocht naar de mogelijke lasten voor de overheid die gegenereerd zouden worden door het afleveren van de vergunning.
Gelet op voorgaande argumentatie kan geoordeeld worden dat door de realisatie van deze fase van voorliggend project er geen bijkomende taken voor de overheid gecreëerd worden die als stedenbouwkundige last opgenomen zouden kunnen worden bij de vergunning.
Aan het college wordt voorgesteld om voor deze fase van het project Lange Gasthuisstraat 45, site Elzenveld de stedenbouwkundige lasten binnen de toepassing, maar niet verschuldigd te laten.
Het omgevingsvergunningsdecreet van 25 april 2014, meermaals gewijzigd, en haar uitvoeringsbesluiten bepalen dat niemand zonder voorafgaande omgevingsvergunning een project dat onderworpen is aan vergunningsplicht mag uitvoeren, exploiteren, verkavelen of veranderen.
Artikel 4.2.20 §1, eerste tot derde lid van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening: het college is bevoegd om aan een vergunning lasten te verbinden.
Artikel 2, §2 van de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening van 28 april 2014 (bouwcode), goedgekeurd bij besluit van de deputatie van 9 oktober 2014: het college toest een project aan de sociale en economische gevolgen en verbindt desnoods de gepaste stedenbouwkundge lasten aan de stedenbouwkundige vergunning.
Er werd een aanvraag tot omgevingsvergunning ingediend bij het college, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Aanvrager: Botanische Tuin Real Estate nv, Lange Gasthuisstraat 35-37, 2000 Antwerpen. De aanvraag omvat het omvormen van de Elzenveld-site naar een hotel en het herinrichten van de polyvalente zalen.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is volgende voorwaarden na te leven:
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;
2. de voorwaarden opgenomen in het advies van Aquafin nauwkeurig na te leven;
3. de voorwaarden opgenomen in het advies van het Agentschap Onroerend Erfgoed nauwkeurig na te leven;
4. gezien zowel de mogelijke gelijktijdige bezetting van meer dan 150 personen als de grondoppervlakte > 2.500 m² heeft de commissie beslist dat er in het hotel indoordekking dient aanwezig te zijn;
5. 4 aangepaste hotelkamers te voorzien conform artikel 4 van de verordening Toegankelijkheid;
6. de balie moet een verlaagd onderrijdbaar gedeelte hebben, conform artikel 28 van de verordening Toegankelijkheid;
7. een afvalberging te voorzien voor iedere functie, conform artikel 26 van de bouwcode;8.
8. de septische putten moeten voldoen aan artikel 43 van de bouwcode;
9. vetafscheiders te voorzien conform artikel 44 van de bouwcode;
10. de commerciële ruimtes ter hoogte van de voormalige apotheek dienen te worden ingericht en gebruikt als nevenfunctie van het hotel;
11. in de onmiddellijke omgeving van de inkom van het congrescentrum een zone ter beschikking te stellen voor het stallen van 8 fietsparkeerplaatsen;
12. de luifel ter hoogte van de inkom van de site moet hoger geplaatst worden zodat deze niet voor de vensteropeningen hangt;
13. de aansluiting van de wintertuinconstructie tegen de gevels moet gebeuren zonder de aanwezige ornamentiek te beschadigen;
14. de 19e-eeuwse vleugeldeur tussen de 16e eeuwse ziekenzaal en de wintertuin moet in situ bewaard blijven zonder aanpassingen ifv brandvoorschriften. De kleurstelling dient in samenspraak met de dienst monumentenzorg te gebeuren na kleuronderzoek;
15. het sarkingdak ter hoogte van de pastorij mag niet zichtbaar zijn ter hoogte van de trapgevels;
16. er dient kleuronderzoek te gebeuren op het te behouden 18e en 19e eeuwse schrijnwerk, op basis hiervan kan een kleurstelling gebeuren voor het buitenschrijnwerk op de site.
17. de waardevolle interieurelementen (de zichtbare en de pas zichtbare na ontmanteling) in de pastorij moeten in situ bewaard blijven;
18. er moet een gedetailleerde optekening gebeuren van het meubilair in de apotheek. Het meubilair moet in situ bewaard blijven en geïntegreerd worden in de commerciële ruimtes; kleuronderzoek is de basis voor een kleurstelling die in samenspraak met de dienst monumentenzorg moet gebeuren;
19. de vloerafwerking op de gelijkvloerse verdieping van de pastorij is te behouden;
20. alle wijzigingen tov de plannen moeten worden voorgelegd aan de dienst monumentenzorg voor advies, zowel wat wijzigingen aan de structuur betreft als aan de afwerking;
21. het programma van maatregelen horende bij bekrachtigde archeologienota dient uitgevoerd te worden (https://loket.onroerenderfgoed.be/archeologie/notas/archeologienotas/7903);
22. de bouwheer laat werfcontroles door de archeologen van de stedelijke dienst archeologie toe;
23. de bouwheer meldt twee weken op voorhand de start van de werken aan de dienst archeologie;
24. voor heel de site een visie en een masterplan op te maken alvorens er verdere ontwikkelingen worden ingeleid via omgevingsaanvragen. De stedelijke groendienst wenst als beheerder uitdrukkelijk betrokken te worden bij de opmaak van de visie en het masterplan, samen met andere betrokken stadsdiensten en beleidsverantwoordelijken. Bij de opmaak van het masterplan dient ook een onderbouwd concept te worden uitgewerkt met betrekking tot de ontsluiting van de site, de doorgang met openbaar karakter en de inrichting van de onbebouwde ruimtes tussen Lange Gasthuisstraat en Leopoldstraat.
25. de voorwaarden uit de bekrachtigde archeologienota zijn strikt na te leven;
Uitsluitingen
26. alle handelingen die ongunstig worden geadviseerd in het advies van het Agentschap Onroerend Erfgoed omwille van de strijdigheid met de direct werkende normen;
27. alle handelingen die ongunstig worden geadviseerd in het advies van het Agentschap Onroerend Erfgoed omwille van onvolledigheid;
28. een inrichting en/of gebruik van de lokalen ter hoogte van de voormalige apotheek als commerciële ruimtes;
29. elke wijziging in de aanleg van de onbebouwde ruimte, met inbegrip van inrichting horecaterrassen, tussen de Lange Gasthuisstraat en de Leopoldstraat.
De brandweervoorwaarden zoals opgenomen in het advies met kenmerk BW/SVE/2018/G.00050.A1.0015 dienen strikt nageleefd te worden.
Het college beslist dat de omgevingsvergunning ingaat op 21 december 2018 voor onbepaalde duur.
Het college beslist de plannen, waarvan een overzicht bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.