Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Interne adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
ondernemen en stadsmarketing/ business en innovatie |
17 juli 2018 |
23 juli 2018 |
Toetsing voorschriften
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het goed is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s’
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
Het gewestplan kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar PLANNING > Plannen > Bestemmingsplan > Gewestplan
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
Algemene bouwverordeningen
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
Sectorale wetgeving
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Beoordeling afwijking van de voorschriften
De aanvraag wijkt af van artikel 12 van de bouwcode. De gelijkvloerse gevelplint wordt volledig ingericht als inkomzone en autostaanplaats en is zo strijdig met de principes van de levendige plint. Een levendige straat is een aangename straat om in te wonen of te wandelen. Levendige ruimtes zijn ruimtes die vaak gebruikt worden door mensen en waar zij ook een tijd blijven. Garages, entree- en circulatieruimtes vallen hier niet onder. Straten met een overdaad aan deze “dode” functies aan de gevel hebben over het algemeen een lage beeldkwaliteit. Ze worden als onaangenaam ervaren.
In de bestaande vergunde toestand is de gelijkvloerse plint reeds een duidelijk voorbeeld van een ‘dode’ gevel: een gesloten gevelvlak met enkel een voordeur en een toegangspoort. De voorliggende aanvraag voorziet dezelfde vergunde functionaliteit met een grotere openheid naar de straat. Deze oplossing laat meer contact toe tussen de straat en de woning, maar wordt dan weer deels teniet gedaan door de wand tussen inkomhal en bureelruitme ‘gesloten’ uit te voeren. Er kan een afwijking toegestaan worden, zoals beschreven in artikel 3 van de bouwcode, onder voorwaarde van een minimale transparantie en openheid zoals verder beschreven.
Functionele inpasbaarheid
De Albert Grisarstraat wordt gekenmerkt door één - en meergezinswoningen in gesloten bebouwing. De bestaande eengezinswoning is inpasbaar in de omgeving. Door het omvormen van het gelijkvloerse atelier/magazijn naar een bureauruimte met buitenruimte wordt het gelijkvloers op een meer kwalitatieve manier bij de woning betrokken.
Visueel-vormelijke elementen
De vormgeving van de gelijkvloerse straatgevel wijkt af van de kenmerkende eigenschappen van de gevelplinten in de straat en de omgeving. Het verwijderen van de typische massieve minerale gevelposten en de herkenbare inkomdeur is in strijd met het principe van de harmonie, zoals beschreven in artikel 6 van de bouwcode.
Het voorgestelde gevelontwerp bestaat uit een plint in geperforeerde metalen panelen. De vormgeving in zwart metaal, hoewel atypisch, refereert naar de kenmerkende stootvaste en structureel dragende gelijkvloerse gevels in de omgeving. De uitlijning van de metalen cassettes is afgestemd op de architectuur van het bestaande gebouw.
Tegelijk zorgt de perforatie voor een meer levendige oplossing dan de bestaande toestand. Een doorzicht is namelijk mogelijk tot aan de royale beglaasde inkomhal en de achterliggende bureau aan de tuin. Hiervoor is het echter noodzakelijk dat:
- enerzijds de openingen voldoende zichtbaarheid toelaten. Om voldoende openmazig te zijn, wordt in voorwaarde opgelegd om de perforaties te vergroten, zodat zij minstens 50% van het materiaal beslagen;
- anderzijds meer contact/doorzicht moet ontstaan tussen bureel en straat. Opgelegd wordt de binnenwand tussen inkomhal en bureel minimaal 50% beglaasd en doorzichtig uit te voeren.
Door de verbetering van de levendigheid ten opzichte van de bestaande situatie en het evenwicht met de functionaliteit en de architecturale inpassing, kan een afwijking toegestaan worden op artikel 6 van de bouwcode.
Mits het naleven van de voorwaarden, biedt de specifieke uitvoering van de gevel die door de aanvrager wordt vooropgesteld als deel van deze aanvraag, voldoende garantie op een goede duurzaamheid en visuele inpassing in het straatbeeld.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
De wijzigingen aan de achterzijde, met name het afbreken van bouwvolumes en het creëren van meer open ruimte, komen de woonkwaliteit ten goede en veroorzaken geen hinder voor de buren.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
De woning voldoet aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot. De aanvraag bevat geen informatie over de aanwezigheid van een septische put. Door de lage stroomsnelheid van het Antwerpse rioolstelsel is het plaatsen van septische putten noodzakelijk voor een goede werking van het afvoerstelsel. Er wordt echter geoordeeld dat het verplicht opleggen van een nieuwe septische put niet in verhouding staat tot de technische aard van de aangevraagde werken. Om wateroverlast, geurhinder en andere hinder te beperken wordt wel aangeraden om een septische put te voorzien.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
In de aanvraag wordt een parkeerplaats gecreëerd.
De ‘parkeerparagraaf’ an sich is verder niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezinswoning waarbij de functie en het aantal woongelegenheden ten opzichte van het bestaande ongewijzigd blijven.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
Procedurestap |
Datum |
Indiening aanvraag |
29 juni 2018 |
Volledig- en ontvankelijk |
17 juli 2018 |
Start openbaar onderzoek |
geen |
Einde openbaar onderzoek |
geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken |
geen |
Uiterste beslissingsdatum |
15 september 2018 |
Verslag GOA |
28 augustus 2018 |
naam GOA |
Karel Bauwens |
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Openbaar onderzoek
De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Schriftelijke bezwaarschriften |
Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften |
Petitielijsten |
Digitale bezwaarschriften |
0 |
0 |
0 |
0 |
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer : |
OMV_2018080444 |
Gegevens van de aanvrager: |
de heer Mathieu Depuydt met als adres Lange Kievitstraat 60 bus 4 te 2018 Antwerpen |
Ligging van het project: |
Albert Grisarstraat 10 te 2018 Antwerpen |
Kadastrale gegevens: |
afdeling 6 sectie F nr. 1349H20 |
Vergunningsplichten: |
stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: |
verbouwen van een eengezinswoning |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
Laatst vergunde toestand
Bestaande toestand
Inhoud van de aanvraag
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is:
Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.