Terug

2018_CBS_07402 - Omgevingsvergunning - OMV_2018075624. Grote Pieter Potstraat 5. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 17/08/2018 - 09:00 digitaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Caroline Bastiaens, schepen; Ludo Van Campenhout, schepen; Claude Marinower, schepen; Marc Van Peel, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Fons Duchateau, schepen; Anne  Baré, waarnemend algemeen directeur

Afwezig

Serge Muyters, korpschef; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2018_CBS_07402 - Omgevingsvergunning - OMV_2018075624. Grote Pieter Potstraat 5. District Antwerpen - Goedkeuring 2018_CBS_07402 - Omgevingsvergunning - OMV_2018075624. Grote Pieter Potstraat 5. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

1.      de gemeentelijke projecten;

2.      andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer :

OMV_2018075624

Gegevens van de aanvrager:

de heer Israel Brody met als adres Britselei 19 te 2000 Antwerpen

Ligging van het project:

Grote Pieter Potstraat 5 te 2000 Antwerpen

Kadastrale gegevens:

afdeling 4sectie D nr. 272G

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen.

Voorwerp van de aanvraag:

regulariseren en aanpassen van een studentenwoning met 26 kamers en 1 studio naar 23 kamers en 2 studio's

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

  • 31/10/2014: vergunning (3582#5615) voor het verbouwen van een RVT tot 26 studentenkamers en 1 studio;
  • 07/12/2016: proces verbaal (11002_2016_2814) voor het uitvoeren van werken in strijd met de op 31 oktober 2014 verleende stedenbouwkundige vergunning AN1/B/STU/20142067 door het college van burgemeester en schepenen.

Laatst vergunde toestand

  • het pand bestaat uit vier bouwlagen en een extra teruggetrokken laag onder een hellend dak;
  • het gebouw is ingericht met een studio en 26 kamers;
  • op de benedenverdieping bevindt zich een studio, een gemeenschappelijke keuken met gemeenschappelijke tuin en een fietsenstalling;
  • op de eerste, tweede en derde verdieping zijn telkens zes studentenkamers ingericht;
  • op de vierde verdieping zijn vijf studentenkamers ingericht;
  • achteraan wordt een brandladder voorzien die uitkomt op de gemeenschappelijke tuin.

Bestaande toestand

  • in de studentenkamers is telkens een kitchenette voorzien;
  • de collectieve ruimte op de gelijkvloerse verdieping die doorliep van straat tot tuin werd opgesplitst in twee ruimten;
  • de brandladder is centraal op de achtergevel geplaatst in plaats van aan de rechterzijde.

Inhoud van de aanvraag

  • de collectieve ruimte op de gelijkvloerse verdieping -die conform de laatst vergunde toestand doorloopt vanaf de voorgevel tot aan de collectieve tuin achteraan- werd opgesplitst in een ruimte aan de straatzijde en een ruimte aan de tuinzijde;
  • voorliggende aanvraag omvat de inrichting van een zelfstandige wooneenheid in de voormalige collectieve ruimte aan de straatzijde;
  • bijkomend omvat de aanvraag de rechtzetting van een aantal wederrechtelijk uitgevoerde werken:
  • zo worden alle kitchenettes in alle kamers verwijderd waardoor deze wederom het statuut ‘kamers’ verkrijgen;
  • de kamers 2.2, 3.2 en 4.2 worden omgevormd tot gemeenschappelijke keuken;
  • de brievenbussen krijgen plaatst ter hoogte van de inkom;
  • de bouwhoogte, bouwvolume en alle gevels blijven ongewijzigd.

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

brandweer/ risicobeheer/ preventie

4 juli 2018

13 juli 2018

Voorwaardelijk gunstig

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

stadsontwikkeling/ mobiliteit

 

9 juli 2018

DL adresbeheer (huisnummers)

4 juli 2018

4 juli 2018

stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ monumentenzorg

4 juli 2018

6 juli 2018

 

Toetsing voorschriften

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

 

Het goed is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Binnenstad, goedgekeurd op 26 april 2012. Volgens dit ruimtelijk uitvoeringsplan ligt het goed in een artikel  1:   zone voor wonen - (wo1) en in een zone voor wonen - (wo1).

 

Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s’

 

Het goed is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s’

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

        De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de verordening toegankelijkheid.

 

Algemene bouwverordeningen

Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

Overwelven waterlopen: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake het overwelven of inbuizen van niet geklasseerde waterlopen en waterlopen van 3de categorie (verder genoemd verordening overwelven waterlopen), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 26 januari 2009 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 4 juni 2009.
(De verordening overwelven waterlopen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘overwelven waterlopen’)
De verordening overwelven waterlopen is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘bouwcode’)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de bouwcode.
 

Sectorale wetgeving

MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt

geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
Watertoets: overeenkomstig artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
 

Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen  voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.

 

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

De aanvraag omvat een rechtzetting na vaststelling van een bouwinbreuk. Een zelfstandige wooneenheid wordt geplaatst in de voormalige collectieve ruimte aan de straatzijde. Alle kitchenettes in alle kamers worden verwijderd. Kamers 2.2, 2.3 en 4.2 worden gewijzigd naar een gemeenschappelijke keuken. Voorliggende aanvraag omvat geen functiewijziging. De bestaande functie van studentenhuisvesting blijft behouden en is daarmee in harmonie met de bestaande functies in de Grote Pieter Potstraat.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat een bouwaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen de facto de algemene beleidslijn voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.

 

Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 1 parkeerplaats.

 

De parkeerbehoefte wordt bepaald op de uitbreiding en of functiewijziging tov de afgeleverde vergunning in 2014.

De laatst vergunde toestand zijn 26 studentenkamers en 1 studio. Deze werden niet conform de vergunning uitgevoerd.

Deze nieuwe aanvraag behandelt de wijzigingen tov de laatste vergunning.

Er worden 23 studentenkamers en 2 studio’s voorzien.

1 bijkomende studio ? parkeerbehoefte = 1.

De werkelijke parkeerbehoefte is 1.

 

De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0.

 

 ‘Dit perceel betreft een hoekperceel. De grootte en/of vorm van het perceel laten het bouwen van het aantal te realiseren plaatsen niet toe.’

 

Het (bijgestelde) aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 1.

 

Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 1.

Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen van 15 december 2014. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 1 plaats.

 

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

Het bouwvolume van de aanvraag wijzigt niet. Een beoordeling inzake schaal of ruimtegebruik is niet van toepassing.

 

Visueel-vormelijke elementen

Het betreft een hoekgebouw met twee voorgevels. De voorgevels van de aanvraag wijzigen niet. Het straatbeeld wordt niet aangetast.

 

Cultuurhistorische aspecten

Het pand van de aanvraag werd vastgesteld als bouwkundig erfgoed waardoor advies van onroerend erfgoed werd gevraagd. Het advies luidt als volgt: ’Het is een sterk verbouwd en gecementeerd (wit geschilderd) hoekhuis.  Enkel de typologische opbouw, de blauwe hardstenen deuromlijsting, de gewelfde kelders en de kleine toegang in de Haarstraat doen vermoeden dat het pand ooit een rijk historisch verleden heeft gekend. In het midden van de 20st eeuw werd het pand grondig verbouwd bij de herbestemming tot rust –en verzorgingstehuis.  De interne draagstructuur werd gewijzigd (betonnen vloeren), de ruimtes heringedeeld, een extra dakverdieping geplaatst boven op het mansardedak, aanpassing van de vensteropeningen, het plaatsen van wit pvc schrijnwerk met roosters en een nieuwe gevelbezetting.  In 2014 werd het herbestemd en verbouwd tot studentenhuis. Het pand heeft een ondersteunende stadslandschappelijke waarde. De geplande regularisatie van het aantal studentenkamers houdt voldoende rekening met de erfgoedwaarde van het complex.  De buitenschil blijft ongewijzigd. 

Gelet op bovenstaande argumenten wordt over deze aanvraag een gunstig advies uitgebracht.’

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

De studio op het gelijkvloers, die een collectieve ruimte vervangt, is groot genoeg en voldoet aan de geldende regels. Het behouden van de collectieve keuken aan de collectieve tuin op het gelijkvloers en de 2de, 3de en 4de verdieping voorzien van een nieuwe collectieve ruimte met keuken betreft een meerwaarde en verbetert het gebruiksgenot van het pand. Het rechtzetten van de geleden bouwinbreuk kan positief worden geadviseerd. Het centraal plaatsen van de brandladder (zie bijgeleverde foto’s), i.p.v. aan de rechterzijde zoals in de vergunde toestand, heeft geen negatieve invloed op de veiligheid van de kamers. Mits voldaan aan de voorwaarden voldoet de aanvraag aan de actuele eisen inzake hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot.  

 

 

Advies aan het college

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

 

1.      de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;

2.      na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

 

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

21 juni 2018

Volledig- en ontvankelijk

4 juli 2018

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

2 september 2018

Verslag GOA

10 augustus 2018

naam GOA

Helia Dezhpoor

 

Onderzoek

Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is volgende voorwaarden strikt na te leven:


Algemene voorwaarden

De algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken, strikt na te leven.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1.      de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen  op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;

2.      na uitvoering van de werken te voldoen  aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.