Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
1° de gemeentelijke projecten;
2° andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse Regering of de deputatie bevoegd is.
Voorafgaand aan de beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar, dat bij dit besluit is gevoegd.
Stedenbouwkundige lasten
Artikel 75 Decreet betreffende de omgevingsvergunning bepaalt dat de vergunningverlener lasten kan verbinden aan omgevingsvergunningen.
De stedenbouwkundige last kan de vorm aannemen van een louter financiële last of een realisatie in natura door de ontwikkelaar. In elk geval kan ingespeeld worden op maatschappelijke noden en behoeften op buurt- en wijkniveau.
Het is aan de vergunningverlenende overheid om te bepalen of een louter financiële last aan de ontwikkelaar wordt opgelegd of een realisatie in natura door de ontwikkelaar wordt geëist. De inkomsten voor de stad van stedenbouwkundige lasten moeten vanuit de regelgeving een expliciete bestemming krijgen met een link in de nabijheid van het project. Bij beslissing van de lasten moet dit meteen vastgelegd worden.
Met toepassing van de principes uit het kaderbesluit van 9 maart 2018 inzake stedenbouwkundige ontwikkelingskosten (jaarnummer 2203) wordt het maximale bedrag voor de stedenbouwkundige last vastgesteld op 63.780,00 euro.
Een stedenbouwkundige last onder de vorm van een financiële bijdrage is verantwoord voor de heraanleg van het openbaar domein op de Tunnelplaats en aanpalende omgeving. Dit draagt bij in het creëren van een betere ruimtelijke beleving en uitstraling van de stad naar toeristen, die gebruik zullen maken van het hotel.
Aan de aanvrager wordt bijgevolg een financiële last opgelegd ten bedrage van 63.780,00 euro dat door de stad zal aangewend worden voor de heraanleg van het openbaar domein op de Tunnelplaats en aanpalende omgeving.
Het omgevingsvergunningsdecreet van 25 april 2014, meermaals gewijzigd, en haar uitvoeringsbesluiten bepalen dat niemand zonder voorafgaande omgevingsvergunning een project dat onderworpen is aan vergunningsplicht mag uitvoeren, exploiteren, verkavelen of veranderen.
Artikel 4.2.20 §1, eerste tot derde lid van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening: het college is bevoegd om aan een vergunning lasten te verbinden.
Artikel 2, §2 van de gemeentelijke stedenbouwkundige verordering van 28 april 2014 (bouwcode), goedgekeurd bij besluit van de deputatie van 9 oktober 2014: het college toetst een project aan de sociale en economische gevolgen en verbindt desnoods de gepaste stedenbouwkundige lasten aan de stedenbouwkundige vergunning.
Er werd een aanvraag tot omgevingsvergunning ingediend bij het college, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet. Aanvrager: Tunnelplaats nv, Jan van Gentstraat 7 bus 402, 2000 Antwerpen. De aanvraag omvat het omvormen van studentenhuisvesting naar hotel.
De inning van de stedenbouwkundige ontwikkelingslast verloopt via een verkoopfactuur aan Tunnelplaats NV, Jan Van Gentstraat 7 bus 402, 2000 Antwerpen voor een bedrag van 63.780,00 euro. Deze wordt verstuurd binnen de zes maanden na de start der werken.
De ontvangst wordt bij het eerstvolgende budgetproces ingeschreven op doelstelling 1SWN040401. Deze middelen zullen aangewend worden voor wegenwerken in de Generaal Belliardstraat en onmiddellijke omgeving, gepland in 2020 en aangerekend op doelstelling 1SAN020101P07531. Het budgetverbruik wordt opgevolgd via de subsidiefiche ANT23_SOK_Tunnelplaa. Deze fiche zal worden opgemaakt.
De betrokken wijk is ANT23, de doelstelling is 02: zich verplaatsen en mobiliteit.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is volgende voorwaarden na te leven:
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;
2. er dient voldaan te worden aan de vereiste brandveiligheidsnormen waarnaar het Vlaamse Logiesdecreet verwijst;
3. bovenop de basis- en algemene uitbatingsvoorwaarden van een toeristisch logies, moet voldaan zijn aan een aantal bijkomende voorwaarden om de benaming ‘hotel’ te mogen dragen. Hiervoor kan advies bij Toerisme Vlaanderen opgevraagd worden;
4. er dient indoordekking voorzien te worden conform het voorwaardelijk gunstig advies van de ASTRID veiligheidscommissie;
5. de drempel ter hoogte van buitendeuren mag maximum 2 cm hoog zijn ten opzichte van het peil van het voetpad;
6. alle deuren naar en in aangepaste hotelkamers dienen een netto vrije doorgangsbreedte van minimum 90 cm te hebben;
7. de deuren tot de badkamer in aangepaste hotelkamers en de nieuwe inkomdeur vanaf de straat tot kern c moeten naast de deur (aan klinkzijde) een vrije wand en vloerbreedte van minimum 50 cm hebben (aan beide kanten van de deur, binnen en buiten);
8. de trappen die de publieke hotelfuncties ontsluiten (incl. vluchttrappen) moeten aan beide zijden voorzien zijn van leuningen die aan begin en einde 40 cm verder doorlopen. Tussen de leuningen moet de trap minimum 100 cm breed zijn;
9. de balie in de lobby van het hotel moet uitgevoerd worden met een verlaagd onderrijdbaar gedeelte conform artikel 28 van de verordening toegankelijkheid;
10. bij aangepaste toiletten dient de afstand tussen de voorzijde van het toilet en de achterwand min. 70 cm te bedragen. De spoelbak dient vlak naast het toilet te worden afgewerkt. De opklapbare beugel moet op de achterste wand worden geplaatst net naast de spoelbak. In functie van het gebruik is het aangeraden aan beide zijdes van het toilet een steunbeugel te voorzien;
11. de ruwbouwmaten van aangepaste badkamers met douche, toilet en wastafel moeten bruto minimum 2,4 m x 2,45 m bedragen (netto: 2,35 m x 2,4 m) indien de deur zich in de korte zijde bevindt. Afwijkingen hierop zijn mogelijk indien men voldoet aan de voorwaarden beschreven in de artikels 31 en 32 van de verordening toegankelijkheid. De aangepaste badkamers dienen te worden ingericht conform de artikels 29/2 en 32 van de verordening toegankelijkheid;
12. er moeten voldoende fietsenstallingen voorzien worden voor het personeel van het hotel (minimum 1/3 werknemers);
13. alle fietsenstallingen moeten voorzien worden op niveau -1, zoals reeds gesteld in de voorwaarden in de vergunning van 2014;
14. laden en lossen moet gebeuren via de ondergrondse parking, of via het woonerf Zwedenstraat. Hierbij mag het andere verkeer niet gehinderd worden;
15. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen;
Uitsluitingen
16. parkeerplaats 25 wordt uitgesloten uit de vergunning en de rijweg in de bocht dient te worden ingericht conform de vergunning uit 2014, zoals in rood aangeduid op de plannen.
Het college beslist dat de omgevingsvergunning ingaat op 16 november 2018 voor onbepaalde duur.
De financieel directeur regelt de financiële aspecten als volgt:
|
Omschrijving |
Bedrag |
Boekingsadres |
Bestelbon |
|
Tunnelplaats NV Jan Van Gentstraat 7 bus 402 2000 Antwerpen NBE 0501.635.302 |
63.780,00 EUR |
budgetplaats: 5150500000 budgetpositie: 150600 functiegebied: 1SWN040401A00000 subsidie: ANT23_SOK_Tunnelplaa fonds: Intern begrotingsprogramma: 1SA010600 budgetperiode: 2019 |
/ |