2018_CBS_10738 - Omgevingsvergunning - Gewone procedure - Autonoom Gemeentebedrijf Stedelijk Onderwijs Antwerpen, Alfons Schneiderlaan zonder nummer (zn) te 2100 Deurne-Antwerpen - Dossiernummer OMV2018093993/NR - Goedkeuring

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is volgende voorwaarden na te leven:

Stedenbouwkundige voorwaarden

1. de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1^e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;

2. de bijgevoegde voorwaarden van Aquafin/Riolink te volgen;

3. de bijgevoegde voorwaarden van Proximus te volgen;

4. conform bouwcode artikel 26 moet binnen het gebouw een locatie voor afvalverzameling te voorzien die voldoet aan de vereisten;

5. voorwaarde conform advies Mobiliteit:

5.1. de fietsstalplaatsen moeten overdekt zijn. Indien de fietsenstalling niet mee in het afgesloten terrein van de school is opgenomen moet deze afgesloten kunnen worden;

5.2. als de sportballon niet wordt uitgevoerd, of  als de sportballon wordt afgebroken voor de tijdelijke school, moeten 13 parkeerplaatsen worden voorzien;

6. de school mag niet worden verlicht met buitenverlichting buiten de gebruiksuren, tenzij het aangepaste verlichting betreft voor vleermuizen.

7. conform verordening toegankelijkheid moeten de trappen leuningen aan beide zijden hebben die doorlopen op de bordessen, en die voorbij de eerste en laatste trede minimaal 40 centimeter horizontaal doorlopen.

8. De voorwaarden conform advies van de afdeling Ontwerp en Uitvoering:

8.1. Aan de schoolzijde is er geen voetpad aanwezig, wel een fietspad. De bereikbaarheid voor voetgangers is dus minimaal. Het fietspad is om te vormen tot gemengde zone ter hoogte van de school. De aanvraag vereist de inrichting van een strook met afgeschuinde boordsteen om de toegang tot de nieuwe poorten mogelijk te maken en aanpassingen aan het Openbaar Domein.

8.2. Tussen de straatbomen worden waterdoorlatende klinkers voorzien. Aangezien het hier een tijdelijke school van maximaal 2 jaar betreft, is dit wel zeer ingrijpend voor de straatbomen. Er mag slechts ter plaatse van de brandweertoegangen een halfverharding (split) voorzien worden. En dit in plaats van op het terrein, de gebruiker van deze plek zou namelijk telkens het fietspad moeten kruisen wat tijdens drukke momenten tot gevaarlijke situaties kan leiden.

8.3. De planning van de aanvraag en alles buiten de eigendomsgrens, deel uit makend van Openbaar Domein, dient afgestemd te worden met de consulent van het openbaar domein van het district Deurne, en de (her)aanleg zelf gebeurt via Stadsontwikkeling – Dienst Beheer & Onderhoud. De bouwheer zal voor de werken contact opnemen met Stadsontwikkeling – Dienst Beheer & Onderhoud, Postadres aangetekende zending: Grote Markt 1, 2000 Antwerpen, tel. 03 338 84 07, herstellingopenbareruimte@antwerpen.be, betreffende opmaak plaatsbeschrijving en herstellingen openbaar domein na afloop van de bouwwerken. Meer informatie vindt u op: https://www.antwerpen.be/nl/info/52d5052439d8a6ec798b4a7e/schade-aan-openbaar-domein-of-aanpassing-na-werken

9. Voorwaarden conform advies Archeologie:

9.1. Het programma van maatregelen horende bij bekrachtigde archeologienota dient uitgevoerd te worden (https://loket.onroerenderfgoed.be/archeologie/notas/archeologienotas/8027)

9.2. De bouwheer laat werfcontroles door de archeologen van de stedelijke dienst archeologie toe.

10. De voorwaarden conform advies van de afdeling Groen en Begraafplaatsen:

10.1. De bestaande bomen, zowel in de Alfons Schneiderlaan als op de hondenweide zelf, dienen beschermd te worden tijdens de werken, dwz dat er hekken worden rond geplaatst om beschadiging van de kruin en materiaalopslag aan de stam te voorkomen.

10.2. Voor de halfverharding rond het gebouw dienen er zo weinig mogelijk boomwortels gekapt te worden.

10.3. Bij een te behouden boom moeten volgende zaken in acht genomen worden:

• In het ontwerp van de gebouwen en de volledige infrastructuur errond, mag er niets voorzien worden waardoor de wortels of kroon van de boom  onaanvaardbaar moeten  beschadigd worden, noch nu, noch in de  toekomst. Praktisch gezien wil dit zeggen dat het ontwerp niet mag leiden tot noodzaak om:
• het bestaande maaiveld af te graven of op te hogen in de wortelzone van de te behouden boom;
• graafwerken uit te voeren waarbij wortels dikker dan 5 cm moeten doorgestoken worden en/of waarbij 20 % van het totale  wortelpakket moet verwijderd worden;
• de boom drastisch te snoeien. (d.w.z. hoger opkronen dan het huidig eindbeeld of toppen of kandelaren of verwijderen van takken dikker dan 8 cm).
• Als er werken (zowel  bouwwerken, als werken aan de infrastructuur errond) worden uitgevoerd, moet de te behouden boom beschermd worden. Zowel wortels als kroon moeten beschermd worden. De wortelzone van de boom moet beschermd worden om verdichting van de bodem en/of oppervlakkige beschadiging van de wortels te voorkomen. Op vlak van bescherming voor de wortelzone zijn er twee mogelijkheden:
• Er is voldoende ruimte om de wortelzone volledig af te sluiten: dan moeten er werfhekkens geplaatst die aan elkaar vast gemaakt zijn, zodat ze niet, of in ieder geval moeilijk, te verplaatsen zijn. De grootte van de wortelzone wordt idealiter bepaald door onderzoek; als onderzoek om een of ander reden niet kan, moet men er vanuit gaan dat de wortelzone even groot is als de diameter van de kroonprojectie  + 2 m.
• In die volledig afgebakende zone mag niets gebeuren. (niet graven,  niet stockeren, geen afvalwater of spoelwater lozen, ….)
• Er is niet voldoende ruimte om de wortelzone volledig af te sluiten: dan moeten er beschermingsmaatregelen op maat opgesteld worden, zodat de ruimte onder de boom toch geheel of gedeeltelijk kan gebruikt worden zonder dat er schade berokkend wordt.
• Om uitdroging van de wortelzone te voorkomen tijdens een droogzuiging van de werf, moet water worden gegeven aan de boom, tenzij bodemonderzoek zou uitwijzen dat dit niet nodig is.
• Naast de wortelzone moeten ook de stam en de  kroon beschermd worden. Als de wortelzone volledig kan afgeschermd worden, zijn de stam en het onderste deel van de kroon uiteraard ook ineens afgeschermd. Kan de wortelzone niet volledig afgeschermd worden, dan moeten voor het beschermen van de stam en onderste deel van de kroon ook beschermingsmaatregelen op maat opgesteld worden.
• Om schade aan het bovenste deel van de kroon te voorkomen moet de  aannemer, als hij een kraan gaat gebruiken,  een voldoende hoge kraan voorzien.  Als de kraan rond draait met een last eraan, mag niets de top van de boom raken. De aannemer mag ook geen snoeiwerken uitvoeren om ruimte te krijgen voor een kraan of voor om het even welke machine of stelling of … .
• Het is aangewezen om voor de nodige onderzoeken en voor het opstellen van beschermingsmaatregelen op maat, een gecertificeerd boomverzorger te raadplegen. 

10.4. Bij het aanplanten van een nieuwe boom moet het aspect duurzaamheid nagestreefd worden. Duurzaam aanplanten wil o.a. zeggen dat voor de nieuwe boom een groeiplaats moet voorzien worden die ondergronds voldoende geschikt doorwortelbaar volume heeft om zijn natuurlijke grootte en leeftijd te kunnen halen, en waar  er ook bovengronds voldoende ruimte is voor zijn natuurlijke grootte.

11. De voorwaarden conform advies van de Lokale Politie – afdeling openbare orde – cel Voetbal:

11.1. Op wedstrijddagen dient de werf volledig en degelijk afgesloten te worden (met structureel hekwerk of met in de grond verankerde herashekkens). Losliggend puin en werfmateriaal mogen in de nabije omgeving van het stadion niet als mogelijke projectielen gebruikt kunnen worden.

11.2. Buiten de omheinde werf zelf mogen geen bouwmaterialen en/of bouwafval opgestapeld liggen.

11.3. Contact op te nemen met de Lokale Politie – afdeling openbare orde – cel Voetbal inzake de werfplanning, de omheining/bescherming van de gebouwen en de inname van parkeerplaatse.

Geldigheidsduur

12. De handelingen waarvoor vergunning is verleend, mogen niet langer dan 2 jaar na de datum waarop de huidige vergunning een definitief en niet langer voor administratief beroep vatbaar karakter verkrijgt, in stand blijven. Conform advies INTER is een afwijking voor een lift enkel toegestaan op voorwaarde de termijn niet verlengd kan worden. Na het verstrijken van de geldigheidsduur van de vergunning moet de begunstigde het terrein herstellen in de staat waarin het zich bevond vóór de tenuitvoerlegging van de vergunning van bepaalde duur.

De brandweervoorwaarden zoals opgenomen in het advies met kenmerk BW/BO/2018/G.01741.DE.0002 dienen strikt nageleefd te worden.

Het college beslist dat de omgevingsvergunning ingaat op 7 december 2018. De handelingen waarvoor vergunning is verleend, mogen niet langer dan 2 jaar na de datum waarop de huidige vergunning een definitief en niet langer voor administratief beroep vatbaar karakter verkrijgt, in stand blijven. Conform advies INTER is een afwijking voor een lift enkel toegestaan op voorwaarde de termijn niet verlengd kan worden. Na het verstrijken van de geldigheidsduur van de vergunning moet de begunstigde het terrein herstellen in de staat waarin het zich bevond vóór de tenuitvoerlegging van de vergunning van bepaalde duur.

Het college beslist de plannen, waarvan een overzicht bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.