Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: |
OMV_2018096322 |
Gegevens van de aanvrager: |
de heer Johan De Backer met als adres Jos Craeybeckxlaan 34 te 2180 Ekeren (Antwerpen) |
Ligging van het project: |
Jos Craeybeckxlaan 34 te 2180 Ekeren (Antwerpen) |
Kadastrale gegevens: |
afdeling 35sectie F nr. 292H3 |
Vergunningsplichten: |
Stedenbouwkundige handelingen. |
Voorwerp van de aanvraag: |
slopen van een woning en bouwen van een eengezinswoning |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 8/11/1976: vergunning (803#4505) voor het bouwen van een landhuis met garage.
Laatst vergunde toestand
- de laatst vergunde toestand is gelijk aan de bestaande toestand.
Bestaande toestand
- het perceel, waarop de eengezinswoning gebouwd is, ligt op de hoek van de Jos Craeybeckxlaan met Geestenspoor;
- het pand bestaat uit één bouwlaag onder gering hellend dak met de nok haaks op de straat;
- de toegang tot de woning bevindt zich in de Jos Craeybeckxlaan;
- de voorgevel in de Jos Craeybeckxlaan is uitgevoerd in een wit geschilderde gevelsteen en heeft wit schrijnwerk;
- de bouwdiepte vanaf de voorgevellijn in de Jos Craeybeckxlaan bedraagt 15 meter;
- de voorgevel in Geestenspoor is grotendeels aan het zicht onttrokken door een draadafsluiting met een haag en hoge bomen.
Inhoud van de aanvraag
- het betreft de afbraak van een bestaande woning en de bouw van een nieuwe eengezinswoning met één slaapkamer;
- de toegang tot de woning met de inrit van de garage bevindt zich in de Jos Craeybeckxlaan, de noordoostelijke gevel;
- alle gevels zijn uitgevoerd in een grijze baksteen en hebben grijze, aluminium, ramen;
- op de gelijkvloerse verdieping van de noordoostelijke gevel ligt van links naar rechts een bureauruimte, de inkomhal en de garage;
- de gelijkvloerse verdieping van de noordoostelijke gevel heeft een bouwbreedte van 14,10 meter;
- de bouwdiepte bedraagt 14,80 meter;
- enkel op de rechterhelft is een eerste verdieping gebouwd;
- rechts springt de garage en het volume erboven 1,50 meter in ten opzichte van de voorgevellijn;
- de eerste verdieping heeft een licht hellend dak uitgevoerd in zink en bedekt met zonnepanelen;
- de achtergevelbouwlijn, de zuidwestelijke gevel, is zonder in- of uitsprongen;
- de kroonlijsthoogte bedraagt 6 meter en de nokhoogte 7 meter;
- de nok loopt parallel aan het Geestenspoor;
- de voorgevel aan Geestenspoor, de noordwestelijke gevel, is op de gelijkvloerse verdieping een blinde gevel, op de raamopening in de garage na;
- de nieuwe woning heeft een grondoppervlakte van 203,33 vierkante meter;
- de oprit, het pad rond de woning en het terras achteraan zijn bestraat met tegels.
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
Advies |
Vlaamse Vervoermaatschappij - De Lijn |
7 september 2018 |
25 september 2018 |
Voorwaardelijk gunstig |
Toetsing voorschriften
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het goed is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s’
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
Het gewestplan kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar PLANNING > Plannen > Bestemmingsplan > Gewestplan
De aanvraag ligt in de verkaveling EK/1971/V/0114/WV, goedgekeurd op 5 augustus 1971, meer bepaald in lot(en) 7.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de verkavelingsvergunning.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)
De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Overwelven waterlopen: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake het overwelven of inbuizen van niet geklasseerde waterlopen en waterlopen van 3de categorie (verder genoemd verordening overwelven waterlopen), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 26 januari 2009 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 4 juni 2009.
(De verordening overwelven waterlopen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘overwelven waterlopen’)
De verordening overwelven waterlopen is niet van toepassing op de aanvraag.
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘bouwcode’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):
Sectorale wetgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Beoordeling afwijkingen van de voorschriften
De aanvraag vertoont een afwijking ten aanzien van het voorschrift inzake de levendige plint. De zijgevel van de woning, gericht naar het Geestenspoor, beschikt niet over raamopeningen in leefruimtes. Gelet echter op het feit dat de woning hoofdzakelijk gericht is naar de Jos Craeybeckxlaan en aan deze gevelzijde wel over vermelde raamopeningen beschikt, dat de zijde aan het Geestenspoor dient beschouwd te worden als een zijgevel met de daaraan gekoppelde zijtuin en privacy en dat het een woning betreft met een ruime voortuin die de sociale controle naar de straat toe sterk beperkt door de afstand tot aan de rooilijn, kan gefundeerd afgeweken worden van dit specifieke artikel en wordt aan het college dan ook geadviseerd vermelde onregelmatigheid te bekrachtigen.
Functionele inpasbaarheid
De aanvraag betreft louter het optrekken van een nieuwe eengezinswoning en gelet op het in overeenstemming zijn van deze functie met de bestemmingsvoorschriften van de van kracht zijnde verkaveling is er in deze dan ook effectief sprake van een correcte functionele inpasbaarheid.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat een bouwaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen de facto de algemene beleidslijn voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.
Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 1 parkeerplaatsen. Voor projecten tot 5 wooneenheden geldt een parkeerbehoefte van 1 plaats per woning. Gelet op het feit dat de aanvraag het optrekken van 1 eengezinswoning betreft is de werkelijke parkeerbehoefte hier dan ook 1. |
De plannen voorzien in 2 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen. De voorziene garage voorziet voldoende plaats voor het stallen van 2 wagens. |
Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 2. Dit aantal is toereikend. |
Het (bijgestelde) aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 1 – 2 = -1 -> 0. Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 1 – 2 = - 1 -> 0. Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen. Het bijgestelde aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 1 – 2 = - 1 -> 0. |
Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen van 5 juni 2017. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 0 plaatsen. |
Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid
De aanvraag voorziet een inplanting, bouwdiepte en –hoogte die allen in overeenstemming zijn met de voorschriften dienaangaande van de van kracht zijnde verkaveling waardoor het advies inzake schaal en ruimtegebruik gunstig is.
Visueel-vormelijke elementen
De geplande materialisatie voldoet geheel aan de voorschriften daaromtrent van de van kracht zijnde verkaveling waardoor het advies voor dit deelaspect van de aanvraag gunstig is.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. tijdens en na de afbraak van de werken rekening te houden met de halte en het wachthuisje. Als het wachthuisje tijdens de werken een probleem zou zijn, dan moet de Stad Antwerpen hiervan op de hoogte gebracht worden aangezien het wachthuisje van het District Ekeren is en zij eventueel dit tijdelijk een veiliger onderkomen kunnen geven.
2. na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap |
Datum |
Indiening aanvraag |
20 augustus 2018 |
Volledig- en ontvankelijk |
7 september 2018 |
Start openbaar onderzoek |
13 september 2018 |
Einde openbaar onderzoek |
12 oktober 2018 |
Gemeenteraad voor wegenwerken |
geen |
Uiterste beslissingsdatum |
21 december 2018 |
Verslag GOA |
3 december 2018 |
naam GOA |
Martijn Coppoolse |
De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Startdatum |
Einddatum |
Schriftelijke bezwaar-schriften |
Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften |
Petitie-lijsten |
Digitale bezwaar-schriften |
13 september 2018 |
12 oktober 2018 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is volgende voorwaarden strikt na te leven:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken, strikt na te leven.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. tijdens en na de afbraak van de werken rekening te houden met de halte en het wachthuisje. Als het wachthuisje tijdens de werken een probleem zou zijn, dan moet de Stad Antwerpen hiervan op de hoogte gebracht worden aangezien het wachthuisje van het District Ekeren is en zij eventueel dit tijdelijk een veiliger onderkomen kunnen geven.
2. na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.
Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.