Samenstelling
Aanwezig
Bart De Wever, burgemeester;
Koen Kennis, schepen;
Caroline Bastiaens, schepen;
Ludo Van Campenhout, schepen;
Claude Marinower, schepen;
Marc Van Peel, schepen;
Nabilla Ait Daoud, schepen;
Fons Duchateau, schepen;
Sven Cauwelier, algemeen directeur
Afwezig
Serge Muyters, korpschef
Secretaris
Sven Cauwelier, algemeen directeur
Voorzitter
Bart De Wever, burgemeester
2018_CBS_09262 - Omgevingsvergunning - Gewone procedure - Design & Engineering nv, D'Herbouvillekaai zn, 2020 Antwerpen - Dossiernummer OMV2018071750/NR - Goedkeuring
Motivering
Regelgeving: bevoegdheid
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
1° de gemeentelijke projecten;
2° andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse Regering of de deputatie bevoegd is.
Argumentatie
Voorafgaand aan de beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Juridische grond
Het omgevingsvergunningsdecreet van 25 april 2014, meermaals gewijzigd, en haar uitvoeringsbesluiten bepalen dat niemand zonder voorafgaande omgevingsvergunning een project dat onderworpen is aan vergunningsplicht mag uitvoeren, exploiteren, verkavelen of veranderen.
Aanleiding en context
Er werd een aanvraag tot omgevingsvergunning ingediend bij het college, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Aanvrager: Design & Engineering nv, Herrmann-Debrouxlaan 40-10 te 1160 Oudergem. De aanvraag omvat het bouwen van een incubator voor duurzame chemie (Blue Gate).
Besluit
Het college van burgemeester en schepenen beslist:
Artikel 1
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.
Artikel 2
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is volgende voorwaarden na te leven:
Stedenbouwkundige voorwaarden
- de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;
- de bijgevoegde voorwaarden van Infrax strikt na te leven;
- de bijgevoegde voorwaarde van Proximus strikt na te leven;
- de gang “C1”, tussen het atrium en de kantoren op de 3de verdieping, zo uit te voeren dat er een vrije doorgangsbreedte van 1,20 meter (na afwerking) gegarandeerd wordt;
- een vrije en vlakke wand- en vloerbreedte te voorzien van 50 cm naast de deuren bij: labo L2 (linksboven op grondplan gelijkvloers), labo’s L2 (linksboven en rechtsonder op plan 1+), labo L2 en vergaderlokaal V2 (linksboven en rechtsonder op plan 2+), K1 (rechts op plan 3+).
- de aansluiting aan openbaar domein te bespreken met ontwerper en bouwheer infrastructuur;
- onmogelijk maken dat gemotoriseerd verkeer op het fietspad langs de talud terecht kunnen komen.
- in de fietsenstalling moet één van de twee blokken voorzien worden van een etagesysteem om het aantal benodigde stallingen te halen. Het is niet toegelaten om beide blokken van een etagesysteem te voorzien, omwille van het feit dat niet alle fietsen daarin passen. In een etagesysteem bedraagt de afstand tussen de fietsen minstens 50cm hart op hart om comfortabel te kunnen stallen;
- het atrium en de vergaderlokalen op de tweede verdieping niet in te richten als permanente werplekken of andere verblijfsfuncties;
- RWA en DWA moeten volledig gescheiden tot op de rooilijn worden gebracht. De vergunningsaanvrager dient een externe toezichtmogelijkheid op beide aansluitingen te voorzien, conform het advies van Aquafin;
- gravitaire kelderaansluitingen zijn niet toegelaten. Indien er afvoerpunten van het gebouw (bijv. klokrooster) lager gelegen zijn dan het straatniveau t.h.v. de leiding dient de aansluiting beveiligd te worden tegen terugstroming. Dit kan door aan te sluiten via een terugslagklep of pomp. Een terugslagklep dient te worden geplaatst in de aankomende leidingen en niet in de infrastructuur van de rioolbeheerder, conform het advies van Aquafin;
- de aansluiting op de riolering dient te gebeuren op een diepte van 80 cm onder het straatniveau. Afwijkingen hiervan kunnen eventueel toegelaten worden mits een gemotiveerde aanvraag, conform het advies van Aquafin.
Artikel 3
Het college beslist dat de omgevingsvergunning ingaat op 19 oktober 2018 voor onbepaalde duur.
Artikel 4
Het college beslist de plannen, waarvan een overzicht bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.
Artikel 5
Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.