Terug

2018_CBS_09244 - Omgevingsvergunning - OMV_2018090612. Belgiëlei 154. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 19/10/2018 - 09:00 digitaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Caroline Bastiaens, schepen; Ludo Van Campenhout, schepen; Claude Marinower, schepen; Marc Van Peel, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Fons Duchateau, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Serge Muyters, korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2018_CBS_09244 - Omgevingsvergunning - OMV_2018090612. Belgiëlei 154. District Antwerpen - Goedkeuring 2018_CBS_09244 - Omgevingsvergunning - OMV_2018090612. Belgiëlei 154. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Interne adviezen

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ monumentenzorg

5 september 2018

21 september 2018


Toetsing voorschriften

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het goed is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s’

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

Het gewestplan kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar PLANNING > Plannen > Bestemmingsplan > Gewestplan

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.      

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

  • Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
    (De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)
    De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
  • Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
    (De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)
    De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.

Algemene bouwverordeningen

  • Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
    (De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
    De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

  • Overwelven waterlopen: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake het overwelven of inbuizen van niet geklasseerde waterlopen en waterlopen van 3de categorie (verder genoemd verordening overwelven waterlopen), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 26 januari 2009 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 4 juni 2009.
    (De verordening overwelven waterlopen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘overwelven waterlopen’)
    De verordening overwelven waterlopen is niet van toepassing op de aanvraag.
  • Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
    (De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘bouwcode’)
     De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend punt:
    •   Artikel 21Minimale hoogte van ruimten: de “playroom” in de kelder zoals vermeld in “doorsnede AA” heeft slechts een hoogte van 2 meter < 2.60 meter.

Sectorale wetgeving

  • MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
    Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
  • Watertoets: overeenkomstig artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
    Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
  • Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
    (De kwaliteitsnormen  voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
    De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.

Omgevingstoets

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

Beoordeling afwijking van de voorschriften

De aanvraag wijkt af van artikel 21 van de bouwcode inzake de minimale plafondhoogte in verblijfsruimten. Volgens de snede in de aangevraagde plannen bevindt zich een speelkamer in de kelder in een ruimte die een plafondhoogte heeft van slechts 2 meter. Deze plafondhoogte is onvoldoende. Het grondplan van de kelder beschrijft deze ruimte echter als bergruimte. Er is dus onduidelijkheid over de functie van deze ruimte. In voorwaarde bij de vergunning wordt opgelegd om de kelder niet te bestemmen als verblijfsruimte.

Functionele inpasbaarheid

De Belgiëlei wordt hoofdzakelijk gekenmerkt door één - en meergezinswoningen in gesloten bebouwing. De bestaande eengezinswoning blijft behouden en is functioneel inpasbaar in de omgeving.

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

Vanuit stedenbouwkundig oogpunt kan ingestemd worden met het volume en het programma zoals voorgesteld. Het voorgestelde project komt inzake het aantal bouwlagen en de bouwdiepte overeen met de algemene configuratie van de aanwezige bebouwing in de omgeving. De geplande uitbreidingswerken aan de achtergevel zijn niet storend voor de omgeving. Door de tuinzone opnieuw open en groen te maken wordt de woonkwaliteit sterk verhoogd.

Visueel-vormelijke elementen

De aanpassingen aan de achtergevel volgen uit de herinrichting van het pand. Het beoogde materiaalgebruik (witte bepleistering met witte aluminium ramen) en raamopeningen voor de achtergevel zijn stedenbouwkundig aanvaardbaar.

Cultuurhistorische aspecten

Vermits de werken gesitueerd zijn in een pand dat is opgenomen in de inventaris van het bouwkundig erfgoed, moet de impact van de aanvraag op de erfgoedwaarde van de in de aanvraag betrokken constructies en de omgeving beoordeeld worden en staat de wenselijkheid van behoud voorop. In dat kader werd volgend advies verleend door de stedelijke dienst monumentenzorg:

Inleiding

Het pand is vastgesteld als bouwkundig erfgoed sinds 14/09/2009.

Art. 5 §1 van de stedenbouwkundige verordening – bouwcode dd. 25 oktober 2014 zegt dat voor gebouwen opgenomen in de inventaris van bouwkundig erfgoed en gebouwen gelegen in CHE-gebied de wijziging van de bestaande toestand van elk gebouw of constructie onderworpen wordt aan de wenselijkheid van het behoud. Het behoud van de elementen met culturele, historische en/of esthetische waarde primeert boven de andere voorschriften. Dit geldt zowel voor het exterieur, als het interieur.

Bovendien schrijft art. 5§2 voor dat de beschrijvende nota van de bouwaanvraag voldoende informatie moet bevatten over het cultuurhistorisch profiel van de aanwezige elementen zodat de stedelijke dienst monumentenzorg deze kan afwegen. Het voorstel voldoet hieraan.

Beoordeling

A.  Cultuurhistorische waardestelling

De aanvraag heeft betrekking op een neoclassicistisch burgerhuis van drie traveeën en drie bouwlagen, uit tweede helft 19e eeuw. Beraapte lijstgevel met centraal balkon op zware consoles. Gevelbeëindiging met panelenfries en gekorniste kroonlijst op gekoppelde, langgerekte consoles. Begane grond met doorlopende banden, brede puilijst, borstwering van derde bouwl. met versierde panelen. Rechth. vensters in geriemde omlijsting met oren, op derde verdieping met sluitsteen. Rechthoekige deur in rechtse travee.

Het object/ complex is beeldbepalend.  Een object/complex is beeldbepalend wanneer voor het exterieur de stedenbouwkundige, architecturale of esthetische waarde hoog zijn. Bebouwing die de uitstraling van het plangebied bepaalt. Vanuit architecturaal oogpunt kan ze als representatief beschouwd worden voor de omgeving en vertoont ze een stedenbouwkundige samenhang met de ontstaansgeschiedenis van de wijken en verkavelingen. De architectuur binnen deze categorie wordt gekenmerkt door een hoge context- en ensemblewaarde en maakt vaak deel uit van gehelen. Ook waardevolle architectuur waarvan het oorspronkelijke ontwerp door aanpassingen werd aangetast maar waarvan het initiële idee nog leesbaar is behoort tot deze categorie.

B.  Afweging

Men wenst het zwembad te slopen om zo opnieuw een tuin te creëren met verbinding naar de kelderruimte.

Er wordt in de traphal een huislift geplaatst. Achteraan de woning wordt een veranda geplaatst. De tussenverdieping wordt vanaf de eerste verdieping plaatselijk verbreed. Er gebeuren een aantal interne wijzigingen en het buitenschrijnwerk in de voorgevel wordt vervangen door wit aluminium schrijnwerk (de informatie op de plannen en in de nota spreken elkaar tegen).

De geplande werken hebben slechts beperkte impact op de erfgoedwaarde. Tijdens een vorige verbouwingscampagne werden er intern reeds ingrepen uitgevoerd die deels de kenmerkende opbouw van het burgerhuis verstoorden. De voorgevel is door zijn opbouw en ornamentiek nog wel een kenmerkend voorbeeld voor neoclassicistische burgerhuizen in de 19e eeuwse gordel rond Antwerpen. Het nieuwe aluminium schrijnwerk werkt dan ook door zowel zijn materialisatie als indeling storend voor de beeldbepalende lijstgevel.  Als voorwaarde zal opgelegd worden dat het nieuwe buitenschrijnwerk in de voorgevel moet voorzien worden in hout, met een t-verdeling. Onze dienst beschikt over typedetails. Detailtekeningen dienen voorgelegd te worden aan onze dienst voor plaatsing. Ook de voordeur dient in hout te worden uitgevoerd en een aangepaste vormgeving te krijgen die de architecturale waarde van de voorgevel versterkt in plaats van er afbreuk aan te doen.”

Vanuit stedenbouwkundig oogpunt worden de aandachtspunten van de dienst monumentenzorg integraal bijgetreden en opgenomen als voorwaarden bij de vergunning.

Bodemreliëf

Het overdekt zwembad in de achtertuin wordt verwijderd en de tuin wordt hersteld als buitenruimte op volle grond. Dit komt sterk ten goede aan de natuurlijke infiltratie van regenwater op het perceel.

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

De woning voldoet aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot. De geplande verbouwingswerken zijn niet storend voor de omgeving en in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening van de plaats.

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezinswoning waarbij de functie en het aantal woongelegenheden ten opzichte van het bestaande ongewijzigd blijven.

Advies aan het college

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

  1. het buitenschrijnwerk in de voorgevel (ramen en voordeur) dient in (geschilderd) hout te worden uitgevoerd, met historische profilering en T-indeling. Detailtekeningen moeten worden voorgelegd aan de stedelijke dienst monumentenzorg voor plaatsing, zowel van de ramen als van de voordeur;
  2. de kelder niet te gebruiken als verblijfsruimte;
  3. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

16 augustus 2018

Volledig- en ontvankelijk

5 september 2018

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

4 november 2018

Verslag GOA

15 oktober 2018

naam GOA

Brenda Dierckx

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het intergraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

Projectnummer:

OMV_2018090612

Gegevens van de aanvrager:

mevrouw Malle Raizy Berger met als adres Consciencestraat 5 te 2018 Antwerpen

Ligging van het project:

Belgiëlei 154 te 2018 Antwerpen

Kadastrale gegevens:

afdeling 6 sectie F nr. 1346K4

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen.

Voorwerp van de aanvraag:

verbouwen van een eengezinswoning


Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

Relevante voorgeschiedenis

-        18/07/2014: vergunning (3582#4141) voor regularisatie van een eengezinswoning.

Laatst vergunde toestand

-        neoclassicistisch burgerhuis van drie traveeën en drie bouwlagen onder zadeldak.

Bestaande toestand

-        idem laatst vergunde toestand.

Inhoud van de aanvraag

-        supprimeren van het overdekte zwembadvolume om de tuinzone opnieuw open te maken;

-        voorzien van een gelijkvloerse uitbreiding met een nieuwe bouwdiepte van 19 meter;

-        verhogen van zowel linker als rechter scheimuur ter hoogte van de uitbreiding;

-        uitbreiden van het badkamervolume op de eerste verdieping;

-        voorzien van een nieuwe uitbreiding aansluitend op de rechter buur op de tweede verdieping;

-        aanpassen van de achtergevel aan de nieuwe interne indeling;

-        de uitbreidingen worden uitgevoerd in een lichte gevelbepleistering en aluminium buitenschrijnwerk;

-        de voorgevel blijft ongewijzigd behoudens het vervangen van het buitenschrijnwerk naar witte houten ramen.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is:

  1. het buitenschrijnwerk in de voorgevel (ramen en voordeur) dient in (geschilderd) hout te worden uitgevoerd, met historische profilering en T-indeling. Detailtekeningen moeten worden voorgelegd aan de stedelijke dienst monumentenzorg voor plaatsing, zowel van de ramen als van de voordeur;
  2. de kelder niet te gebruiken als verblijfsruimte;
  3. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.
  4. de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken, strikt na te leven; 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.