Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Interne adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ monumentenzorg |
1 augustus 2018 |
6 augustus 2018 |
Toetsing voorschriften
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het goed is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s’
Het gewestplan kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar PLANNING > Plannen > Bestemmingsplan > Gewestplan
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
Algemene bouwverordeningen
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
Sectorale wetgeving
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid
Het bestaande en vergunde bouwvolume blijft grotendeels ongewijzigd. De beperkte gelijkvloerse uitbreiding ten opzichte van de vergunde plannen is niet storend voor de omgeving en in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening van de plaats.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
Alle verblijfsruimten blijven voorzien van de vereiste woonkwaliteit door de aanwezigheid van voldoende hoge plafonds, grote raamopeningen en een goed contact met de tuin.
De aangevraagde verbouwing voldoet aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot.
Visueel-vormelijke elementen
Zowel de na-isolatie en bepleistering van de achtergevel, als de nieuwe glazen constructie in zwart aluminium zijn visueel-vormelijk aanvaardbaar. Deze materialisatie komt overeen met de gangbare afwerking in de omgeving. De gelijkvloerse uitbouwen aan de achtergevels kennen een grote verscheidenheid wat het materiaalgebruik betreft.
Cultuurhistorische aspecten
Vermits de werken gesitueerd zijn in een zone die volgens het gewestplan werd ingekleurd als een woongebied met culturele, historische en/of esthetische waarde en het pand bovendien is opgenomen in de inventaris van het bouwkundig erfgoed moet de impact van de aanvraag op de erfgoedwaarde van de in de aanvraag betrokken constructies en de omgeving beoordeeld worden en staat de wenselijkheid van behoud voorop. Dit geldt zowel voor het exterieur als het interieur. In dat kader werd volgend een gunstig advies verleend door de stedelijke dienst monumentenzorg:
“De aanvraag heeft betrekking op een pand dat deel uitmaakt van een eenheidsbebouwing, Walvisstraat 37-49, 53. Deze eenheidsbebouwing werd vastgesteld als bouwkundig erfgoed dd 14/09/2009. De volledige huizenrij werd gerealiseerd naar typeplannen van architect Ernest Dieltiëns uit de jaren 1880, waarmee hij overal in de wijk Zurenborg huizenrijen realiseerde.
Alle huizen tellen twee tot drie traveeën en twee bouwlagen onder zadeldaken. Door de afwisseling van de indeling en decoratie van de gevels, wordt een heel levendig ensemble gecreëerd. Dergelijke huizenrijen maken de eigenheid uit van de wijk Zurenborg.
De kern van het symmetrisch opgebouwde ensemble wordt gevormd door de nummers 37-41. Het hogere centrale huis is opgetrokken in neo-Vlaamserenaissance-stijl, en wordt geflankeerd door twee identieke, gespiegelde neoclassicistische woningen. Nummer 39 heeft een rode bakstenen gevel met verhoogde halsgevel met vleugelstukken, balusters, panelen en siervazen. Rechthoekige en rondboogvensters, eerstgenoemde op tweede bouwlaag gekoppeld met deelzuilen.
Nummers 37 en 41 zijn neoclassicistische burgerhuizen van drie traveeën en twee bouwlagen. Bepleisterde en beschilderde lijstgevels met klassieke gevelbeëindiging, centraal balkon en gekoppelde vensters op bovenverdieping. Dakvensters verhoogd met fantasietop. Decoratieve panelen en schijfmotieven.
Het pand heeft een stadslandschappelijke waarde. Conform artikel 5§1 van de stedelijke bouwcode wordt uitgegaan van het behoud van volume, schaal, korrel, materialen en architectuur. Interne verbouwingswerken zijn mogelijk na evaluatie van de te vrijwaren erfgoedrelicten.
Men wenst de gelijkvloerse uitbouw en entresol op de verdieping aan te passen. Vanuit oogpunt monumentenzorg geen bezwaar. De erfgoedwaarde van het pand worden voornamelijk gedefinieerd door het beeldbepalende voorhuis. Dit blijft onveranderd.”
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezinswoning waarbij de functie en het aantal woongelegenheden ten opzichte van het bestaande ongewijzigd blijven.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
Procedurestap |
Datum |
Indiening aanvraag |
12 juli 2018 |
Volledig- en ontvankelijk |
1 augustus 2018 |
Start openbaar onderzoek |
geen |
Einde openbaar onderzoek |
geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken |
geen |
Uiterste beslissingsdatum |
30 september 2018 |
Verslag GOA |
11 september 2018 |
naam GOA |
Brenda Dierckx |
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Openbaar onderzoek
De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Schriftelijke bezwaarschriften |
Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften |
Petitielijsten |
Digitale bezwaarschriften |
0 |
0 |
0 |
0 |
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer : |
OMV_2018082462 |
Gegevens van de aanvrager: |
Tom en Heidi De Baenst - Landuyt met als adres Walvisstraat 41 te 2018 Antwerpen |
Ligging van het project: |
Walvisstraat 41 te 2018 Antwerpen |
Kadastrale gegevens: |
afdeling 6 sectie F nr. 1283C3 |
Vergunningsplichten: |
stedenbouwkundige handelingen. |
Voorwerp van de aanvraag: |
verbouwen van een eengezinswoning |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 9/7/1988: vergunning (18#67648) voor binnenverbouwingen.
Laatst vergunde toestand
- eengezinswoning in gesloten bebouwing;
- hoofdvolume van drie bouwlagen onder plat dak;
- een entresol-achterbouw van 2 bouwlagen en gelijkvloerse eetkamer met grote lichtkoepel;
- een gelijkvloerse uitbouw voor de keuken, 2 meter in het verlengde van de entresol.
Bestaande toestand
- hoofdgebouw conform laatste vergunning;
- de uitbouw van de keuken werd uitgevoerd als perceelsbrede glazen veranda met een diepte van 1m70;
- de scheidingsmuren aan weerszijden van deze veranda werden verhoogd.
Inhoud van de aanvraag
- het vervangen van de bestaande veranda;
- het uitvoeren van de nieuwe veranda in zwart aluminium en met hogere verticale schuifdeuren;
- het uitvoeren van het dak in een flauwer hellend dak als voorheen;
- regulariseren van scheidingsmuurwijzigingen aan weerszijden van de veranda;
- isoleren en bepleisteren van de achterbouw.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is:
Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.