Terug

2018_CBS_08334 - Omgevingsvergunning - OMV_2018039744. Poorthoflaan 46. District Ekeren - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 21/09/2018 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Caroline Bastiaens, schepen; Ludo Van Campenhout, schepen; Claude Marinower, schepen; Marc Van Peel, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Fons Duchateau, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Serge Muyters, korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2018_CBS_08334 - Omgevingsvergunning - OMV_2018039744. Poorthoflaan 46. District Ekeren - Goedkeuring 2018_CBS_08334 - Omgevingsvergunning - OMV_2018039744. Poorthoflaan 46. District Ekeren - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 Adviezen

Er werden geen adviezen gevraagd.

Toetsing voorschriften

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het goed is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s’

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

Het gewestplan kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar PLANNING > Plannen > Bestemmingsplan > Gewestplan

De aanvraag ligt in de verkaveling EK/1964/V/4/WV, goedgekeurd op 13 juli 1964, meer bepaald in lot(en) 32.

De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verkavelingsvergunning op volgend punt:

  • artikel 1.02 Bijgebouwen I:

De maximaal toegelaten bouwdiepte is 13 m met een maximale bouwhoogte van 3,50 m in de zone voor bijgebouwen. De nieuwe bouwdiepte zal 13 m bedragen maar op het dak van het nieuwe volume wordt een terras ingericht en hiervoor worden de scheidsmuren in de zone voor bijgebouwen opgetrokken tot 4,65 m.  Deze hoogte wijkt af van de voorschreven 3,50 m. 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

  • Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
    (De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)
    De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

  • Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
    (De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)
    De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.

Algemene bouwverordeningen

  • Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
    (De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
    De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

  • Overwelven waterlopen: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake het overwelven of inbuizen van niet geklasseerde waterlopen en waterlopen van 3de categorie (verder genoemd verordening overwelven waterlopen), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 26 januari 2009 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 4 juni 2009.
    (De verordening overwelven waterlopen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘overwelven waterlopen’)
    De verordening overwelven waterlopen is niet van toepassing op de aanvraag.

  • Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
  • (De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘bouwcode’)
  • De aanvraag wijkt af op volgende punten:
  • artikel 16 Technische uitsprongen:
    de buitenunit van de airco-installatie bevindt zich niet binnen het maximaal toegelaten bouwvolume aangezien deze voorbij de maximale bouwlijn van 13 m geplaatst is en bijkomend respecteert de plaatsing de minimale afstand niet die 2 m ten opzichte van de zijdelingse perceelsgrenzen bedraagt;
  • artikel 27 Open ruimte:
    verhardingen in de voortuin moeten beperkt worden tot de strikt noodzakelijke toegangen. In tegenstelling tot slechts een toegangspad naar de voordeur en een oprit met een maximale breedte van 3 m naar de garage werd de voortuin zonder vergunning volledig verhard.

De achtertuin dient eveneens zo veel mogelijk onverhard te zijn en maximaal groen aangeplant te worden en voor tuinen met een oppervlakte groter dan 60 m² wordt de verharding beperkt tot maximaal 1/3de van de totale oppervlakte. Samen met de twee aanwezige bergingen bedraagt de totale oppervlakte van de verharding in deze zone echter ongeveer 60 m² hetgeen beduidend meer is dan 1/3de van de totale oppervlakte van 130 m²;

  • artikel 35 Afvoerkanalen en uitlaten van alle gassen:
    Afvoerkanalen in gevels zijn slechts toegelaten indien het de afvoer van waterdampen of rookgassen van type C-toestellen betreft; op basis van de beschikbare informatie betreft het hier echter een houtkachel waardoor de afvoer bovendaks dient te gebeuren;
  • artikel 36: Zonnepanelen en zonnecollectoren:

de zonder vergunning geplaatste zonnepanelen zijn hoger dan 1 m ten opzichte van de dakrand waardoor de plaatsing effectief vergunningsplichtig is; het dossier levert aangaande betreffende panelen echter onvoldoende eenduidige informatie aan om te kunnen oordelen of de constructie voldoet aan de geldende voorschriften. 

Sectorale wetgeving

  • MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
    Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
  • Watertoets: overeenkomstig artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
    Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
  • Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
    (De kwaliteitsnormen  voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
    De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.

Omgevingstoets

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

Beoordeling afwijkingen van de voorschriften

Er werden in de aanvraag geen afwijkingen geconstateerd waarover wordt geoordeeld dat aan het college dient geadviseerd te worden ze te bekrachtigen.

Functionele inpasbaarheid

De aanvraag beoogt de verbouwing en uitbreiding van een bestaande eengezinswoning gelegen binnen een van kracht zijnde verkaveling. Gelet op de overeenstemming van deze functie met de specifiek geldende bestemmingsvoorschriften is er in deze effectief sprake van een correcte functionele inpasbaarheid.

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezinswoning waarbij de functie en het aantal woongelegenheden ten opzichte van het bestaande ongewijzigd blijven.

Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid

De voorgestelde uitbreiding op het gelijkvloers is ruimtelijk beperkt en aanvaardbaar en voldoet bovendien aan de geldende voorschriften van de van kracht zijnde verkaveling. Het optrekken van de scheidsmuren hierboven tot een hoogte van 4,65 m, hetgeen vereist is om het gebruik van het dakterras te kunnen garanderen, is dat echter niet. Zo blijkt er in de gehele bouwrij van de Poorthoflaan ter hoogte van de eerste verdieping geen enkele wettelijk vergunde uitbreiding aanwezig te zijn tot op vermelde bouwdiepte van 13 m, hetgeen in dit specifieke geval bij benadering gelijk staat aan de op te trekken scheidsmuren. Dergelijke verhoging zal hetzelfde effect hebben op de naburige panden en percelen als een volwaardige gebouwde uitbreiding: een effectief onaanvaardbare wegname van licht en uitzicht in de aanpalende leefruimtes. Bovendien is de geplande bouwdiepte van deze scheidsmuren niet in overeenstemming met de geldende voorschriften van de van kracht zijnde verkaveling, die op dit niveau een maximale bouwdiepte van 9 m opleggen. Het advies inzake schaal en ruimtegebruik is dan ook zonder meer gunstig voor de gelijkvloerse uitbreiding, doch ongunstig voor het optrekken van de scheidsmuren ter hoogte van de eerste verdieping en bijgevolg eveneens voor het uitbreiden van het terras.

Visueel-vormelijke elementen

De geplande werken situeren zich geheel aan de achterzijde van de woning waardoor zij niet zichtbaar zijn vanop het openbaar domein. Desalniettemin zijn de gebruikte materialen, zandkleurige gevelsteen, wit kunststof schrijnwerk en zink voor de dakafvoeren, in harmonie met de materialisatie van het bestaande gebouwdeel en met de meerderheid van de bebouwing in de onmiddellijke omgeving. Het advies voor dit deelaspect van de aanvraag is zonder meer eenduidig gunstig.

Advies aan het college

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

  1. de verharding in de voortuin dient deels verwijderd te worden en te worden beperkt tot slechts een onderhoudspad langsheen de voorgevel met een breedte van maximaal 1,50 m, een toegangspad vanaf het openbaar domein naar de voordeur met een breedte van maximaal 1,50 m en een oprit naar de garage met een breedte van maximaal 3 m. De rest van de voortuin dient onverhard en groen te worden aangelegd;
  2. het deel van de voortuin waar zich noch het toegangspad noch de oprit bevinden dient ter hoogte van het openbaar domein te worden afgesloten door middel van een levende afsluiting, een muurtje of een hek met een hoogte van maximum 1 m;
  3. de verharding van de achtertuin dient deels verwijderd te worden zodat de opgetelde verharding, inclusief de oppervlakte van de twee tuinbergingen, maximaal 40 m² bedraagt (= 1/3de van de totale tuinoppervlakte);
  4. de tegen de achtergevel geplaatste buitenunit van de airco-installatie dient inpandig voorzien te worden;
  5. het afvoerkanaal op de eerste verdieping in de achtergevel dient verplaatst te worden zodat de uitlaat zich minimaal 1 m bovendaks het hoofdgebouw bevindt;
  6. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.

Uitsluitingen

  1. de zonder vergunning geplaatste zonnepanelen zijn hoger dan 1 m ten aanzien van de dakrand en de plaatsing ervan is dus vergunningsplichtig. Op basis van de aangeleverde informatie kan echter niet geoordeeld worden of vermelde panelen voldoen aan de geldende voorschriften – bijgevolg worden zij dan ook uit de vergunning uitgesloten;
  2. het optrekken van dat deel van de scheidsmuren dat zich boven de maximaal opgelegde hoogte van 3,50 m bevindt wordt uitgesloten uit de vergunning;
  3. het uitbreiden van het dakterras wordt uitgesloten uit de vergunning.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

3 april 2018

Volledig- en ontvankelijk

3 mei 2018

Start 1e openbaar onderzoek

9 mei 2018

Einde 1e openbaar onderzoek

7 juni 2018

Start 2e openbaar onderzoek

1 juni 2018

Einde 2e openbaar onderzoek

30 juni 2018

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

14 oktober 2018

Verslag GOA

11 september 2018

naam GOA

Christel Bogaerts

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Onderzoek

De aanvraag werd onderworpen aan 2 openbare onderzoeken.

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

Startdatum

Einddatum

Schriftelijke bezwaar-schriften

Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften

Petitie-lijsten

Digitale bezwaar-schriften

9 mei 2018

7 juni 2018

0

0

0

0

1 juni 2018

30 juni 2018

1

0

0

0


Bespreking van de bezwaren

Bezwaren uit vorige openbare onderzoeken over de aanvraag, die nog relevant zijn, worden hier ook besproken.

In de loop van het openbaar onderzoek werd één bezwaarschrift ingediend, dat zich als volgt laat samenvatten:

  1. 1. Verminderde woonkwaliteit: door het optrekken van de scheidsmuur tot een hoogte van 4,65 m, dit tot op een bouwdiepte van 13 m, wordt de inval van natuurlijk daglicht geblokkeerd in de keuken en leefruimte van de aangrenzende panden, met een afname van belevingswaarde tot gevolg. Bijkomend wordt ook het uitzicht vanuit de ruimtes op de eerste verdieping naar de groene omgeving toe eenzijdig belemmerd.

Beoordeling:

De voorgestelde uitbreiding op het gelijkvloers is ruimtelijk beperkt en aanvaardbaar en voldoet bovendien aan de geldende voorschriften; het optrekken van de scheidsmuur tot een hoogte van 4,65 m, hetgeen vereist is om het gebruik van het dakterras te kunnen garanderen, is dat echter niet. Zo blijkt er in de gehele bouwrij van de Poorthoflaan geen enkele wettelijk vergunde uitbreiding aanwezig te zijn tot op vermelde bouwdiepte van 13 m, hetgeen in dit specifieke geval bij benadering gelijk staat aan de op te trekken scheidsmuren. Dergelijke verhoging zal hetzelfde effect hebben op de naburige panden en percelen als een volwaardige gebouwde uitbreiding: een effectief onaanvaardbare wegname van licht en uitzicht in de aanpalende leefruimtes. Bovendien is de geplande bouwdiepte van deze scheidsmuren niet in overeenstemming met de geldende voorschriften van de van kracht zijnde verkaveling, die een maximale bouwdiepte van 9 m opleggen.

Het bezwaar is gegrond.

  1. 2. Verminderde privacy: door het aanbrengen van een perceelsbreed terras op de eerste verdieping zal de inkijk naar de aanpalende tuinen een onherstelbare schending van de privacy teweegbrengen.

Beoordeling:

Alle panden in de wijk en de verkaveling beschikken over een ruime tuin waarvan het gebruik eenvoudigweg gegarandeerd kan worden door een interne of externe verticale circulatie, ook al bevinden de leefruimtes zich hier doorgaans op de eerste verdieping; er is dan ook geen reden om het gebruik van een buitenruimte op de eerste verdieping te maximaliseren, aangezien dit als effect een wezenlijk onaanvaardbare inkijk heeft in de omringende tuinen. Bovendien beschikt slechts een beperkt aantal van de omringende panden over een terras op de eerste verdieping en indien dit wel het geval is, is dit zeer beperkt in omvang. Een terras met de omvang zoals in de aanvraag is dus onder geen beding kenmerkend.

Het bezwaar is gegrond.

  1. 3. Beperkte stabiliteit: er wordt in de aanvraag nergens gespecificeerd onder welke vorm de scheidsmuur zou worden opgetrokken maar het bestaande deel hiervan is hiervoor niet geschikt aangezien het onvoldoende gefundeerd is, hetgeen stabilisatieproblemen met zich kan meebrengen.

Beoordeling:

Dit aspect is louter van burgerrechtelijke aard en de uitsluitende verantwoordelijkheid van de uitvoerende ontwerper maar dit is in se geen stedenbouwkundige aspect en het is derhalve niet onderworpen aan een beoordeling dienaangaande.

Het bezwaar is ongegrond.

  1. 4. Foutieve informatie in de aanvraag: de aanvraag levert geen of foutieve informatie aan aangaande het zonder vergunning geheel verharden van de voortuin (dit is in strijd met artikel 27 van de Antwerpse bouwcode en door het perceelsbreed verharden wordt de indruk gewekt dat er in de voortuin parkeerplaatsen zijn voor 2 wagens naast elkaar, waardoor aan de linkerzijde een breedte van 3,50 m wordt weggenomen om op straat te parkeren), het zonder vergunning geheel verharden van de achtertuin (eveneens in strijd met artikel 27), een misleidende optekening van de grootte van de achtertuin waarbij het achterste en niet verharde deel geen wezenlijk deel uitmaakt van de eigendom maar gepacht wordt van de N.M.B.S. en het niet optekenen van de zonder vergunning aangebrachte uitlaat van een afvoerkanaal aan de achtergevel, dewelke onsmakelijke geuren uitstoot naar de naburige tuinen.

Beoordeling:

Uit de aangeleverde informatie blijkt inderdaad dat er voor het geheel verharden van de voortuin in het verleden geen vergunning werd verleend, dat dit het parkeren op straat nadelig beïnvloedt en dat bijgevolg een aanpassing dienaangaande dient te worden opgenomen in de voorwaarden van een eventuele vergunning. Wat de achtertuin betreft kan niet eenduidig gecontroleerd worden of de beweringen inzake volledige verharding uit het bezwaarschrift correct zijn wegens het ontbreken van bewijsmateriaal maar aangezien mede uit de kadastrale gegevens blijkt dat de opgetekende maatvoering van de tuin wel degelijk exact is (en er geen sprake is van een aangrenzend gepacht deel) kan worden aangenomen dat er geen misleiding plaatsvond inzake de verhouding tussen verhard en onverhard deel. Weliswaar blijkt echter de verharde oppervlakte effectief niet te voldoen aan vermeld artikel 27; het maximum bedraagt ongeveer 40 m² daar waar dit nu ruim 61 m² blijkt te zijn. Ook dit dient in de voorwaarden van een eventuele vergunning te worden opgenomen. Ten slotte blijkt vermeld afvoerkanaal niet correct te zijn geplaatst aangezien artikel 35 van de Antwerpse bouwcode stipuleert dat dit voor dit type van verbranding bovendaks dient te gebeuren. Betreffende zal eveneens in de voorwaarden van een eventuele vergunning worden opgenomen.

Het bezwaar is ten dele gegrond.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

Projectnummer :

OMV_2018039744

Gegevens van de aanvrager:

de heer Gunther VAN STAEY met als adres Poorthoflaan 46 te 2180 Ekeren (Antwerpen)

Ligging van het project:

Poorthoflaan 46 te 2180 Ekeren (Antwerpen)

Kadastrale gegevens:

afdeling 35 sectie F nr. 252P

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen.

Voorwerp van de aanvraag:

uitbreiden van het gelijkvloers van een eengezinswoning en voorzien van een dakterras op deze uitbreiding

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

Relevante voorgeschiedenis

  • 12/07/1964: vergunning (196419) voor een verkaveling; 
  • 14/01/1999: vergunning (872#1164) voor het bouwen van een eengezinswoning.

Laatst vergunde toestand

  • eengezinswoning bestaande uit 3 bouwlagen onder plat dak;
  • de gevels zijn opgebouwd in zandkleurige gevelsteen met wit kunststof schrijnwerk en een witte sectionaalpoort in de garage; 
  • de kroonlijsthoogte bedraagt 8,50 m;
  • de bouwdiepte bedraagt 10,50 m aan de linkerzijde en 9 m aan de rechterzijde, telkens over alle 3 de bouwlagen; 
  • op de 1ste verdieping bevindt zich een balkon aan de rechterzijde, tegen de achtergevel, tot 10,50 m bouwdiepte. 

Bestaande toestand

  • op het gelijkvloers aan de achtergevel werd een raamopening verder opengemaakt tot op vloerniveau en werd de bestaande achterdeur hier bij in geïntegreerd;
  • op het dak werden haaks op de straat zonnepanelen geplaatst;
  • de rest van de woning is conform de laatste vergunning.

Inhoud van de aanvraag

  • het uitbreiden van een eengezinswoning door het toevoegen van een nieuw volume achteraan op het gelijkvloers; 
  • de nieuwe bouwdiepte van het gelijkvloers zal 13 m bedragen en komt even ver als het volume van de buur aan de linkerzijde;
  • het reeds bestaande dakterras wordt verder uitgebreid op het gehele dak van het nieuwe volume;
  • de scheidsmuren met de linker- en rechterbuur worden opgetrokken tot een hoogte van 4,65 m;
  • de rest van de woning blijft ongewijzigd.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij:

  • de bespreking van de ingediende bezwaren zoals geformuleerd in het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt deze beoordeling tot zijn eigen standpunt 
  • het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is:

  1. de algemene voorwaarden die aan de vergunning gehecht zijn er er integraal deel van uitmaken, strikt na te leven;
  2. de verharding in de voortuin dient deels verwijderd te worden en te worden beperkt tot slechts een onderhoudspad langsheen de voorgevel met een breedte van maximaal 1,50 m, een toegangspad vanaf het openbaar domein naar de voordeur met een breedte van maximaal 1,50 m en een oprit naar de garage met een breedte van maximaal     3 m. De rest van de voortuin dient onverhard en groen te worden aangelegd;
  3. het deel van de voortuin waar zich noch het toegangspad noch de oprit bevinden dient ter hoogte van het openbaar domein te worden afgesloten door middel van een levende afsluiting, een muurtje of een hek met een hoogte van maximum 1 m;
  4. de verharding van de achtertuin dient deels verwijderd te worden zodat de opgetelde verharding, inclusief de oppervlakte van de twee tuinbergingen, maximaal 40 m² bedraagt (= 1/3de van de totale tuinoppervlakte);
  5. de tegen de achtergevel geplaatste buitenunit van de airco-installatie dient inpandig voorzien te worden;
  6. het afvoerkanaal op de eerste verdieping in de achtergevel dient verplaatst te worden zodat de uitlaat zich minimaal 1 m bovendaks het hoofdgebouw bevindt;
  7. na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.

Uitsluitingen

  1. de zonder vergunning geplaatste zonnepanelen zijn hoger dan 1 m ten aanzien van de dakrand en de plaatsing ervan is dus vergunningsplichtig. Op basis van de aangeleverde informatie kan echter niet geoordeeld worden of vermelde panelen voldoen aan de geldende voorschriften – bijgevolg worden zij dan ook uit de vergunning uitgesloten;
  2. het optrekken van dat deel van de scheidsmuren dat zich boven de maximaal opgelegde hoogte van 3,50 m bevindt wordt uitgesloten uit de vergunning;
  3. het uitbreiden van het dakterras wordt uitgesloten uit de vergunning.

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.