Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijk omgevingsambtenaar.
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college van burgemeester en schepenen conform artikel 4.7.17 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar dat bij dit besluit is gevoegd.
De aanvraag handelt over het aanleggen van twee parkeerplaatsen met bijhorende oprit in de zijtuinstrook. Dd 9 maart 2018 werd een vergunning afgeleverd door het college van burgemeester en schepenen voor het bouwen van een eengezinswoning met uitsluiting van het aanleggen van een oprit en parkeerstroken in de zijtuinstrook, wegens niet conform met de verkavelingsvergunning. Een afwijking kon niet toegestaan worden wegens het niet houden van een openbaar onderzoek. Voor deze nieuwe aanvraag werd een openbaar onderzoek gehouden waarbij geen bezwaren ingediend werden. De parkeerstroken en oprit bevinden zich in de strook voor hoofdgebouwen en is bedoeld voor het voorzien van een garage. De autostalplaats neemt hier de functie waar van een garage of carport, deze kunnen in een later stadium nog steeds voorzien worden. Parkeerplaatsen in de zijtuinstrook zijn conform met artikel 30 – ‘autostalplaatsen en autoparkeerplaatsen’ – van de bouwcode §3 – ‘inrichting’ – 2° iv).
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Interne adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
stadsontwikkeling/ mobiliteit |
12 juli 2018 |
19 juli 2018 |
Toetsing voorschriften
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
Het gewestplan kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar PLANNING > Plannen > Bestemmingsplan > Gewestplan
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verkavelingsvergunning. Er werd overeenkomstig artikel 4.4.1 van de Vlaamse codex ruimtelijke ordening van 8 mei 2009 een afwijking gevraagd op de voorschriften van de verkaveling (het bijzonder plan van aanleg).
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
Algemene bouwverordeningen
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
Sectorale wetgeving
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Beoordeling afwijkingen van de voorschriften
De aanvraag wijkt af van de verkavelingsvoorschriften artikel 1.3 ‘bestemming niet-bebouwde percelen’. In de voorgaande vergunning (ref.2017/3114) werd de oprit uitgesloten van vergunning. In toepassing van de Codex artikel 4.4.1 kunnen afwijkingen op verkavelingsvoorschriften niet worden toegestaan voor wat onderandere betreft de bestemming en het aantal bouwlagen. Een oprit behoort niet tot de hoofdbestemming ‘eengezinswoning’ of tot de nevenbestemming ‘functies complementair aan het wonen, zoals kantoorfunctie, vrij beroep en dienstverlening’. Een oprit kan dus enkel voorzien worden indien deze toegang verleent tot het gebouw. Bijgevolg wordt voorgesteld aan het college om de oprit te weigeren.
Functionele inpasbaarheid:
De oprit bevindt zich in de zijtuinstrook van een recent vergunde nieuwbouw halfopen eengezinswoning in een verkaveling voor halfopen eengezinswoningen. De functie van de woning wijzigt niet.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid:
In de achtertuin wordt een tuinberging met fietsstalling voorzien op 1m van de perceelsgrenzen. De tuinberging is qua inplanting aanvaardbaar, maar het is onduidelijk uit de plannen en snedes hoe het volume wordt vormgegeven. Als voorwaarde in de vorige vergunning werd opgelegd deze tuinberging uit te voeren conform de afmetingen in de verkavelingsvoorschriften artikel 2.2. ‘voorschriften bijgebouwen’, deze voorwaarde blijft van toepassing.
Visueel-vormelijke elementen:
De voorgestelde waterdoorlatende materialen voor oprit en paden zijn aanvaardbaar.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen:
De aanvraag is in strijd met de verkavelingsvoorschriften. Aan het college wordt voorgesteld de aanvraag te weigeren.
Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de inhoud van de aanvraag geen impact heeft op de parkeerbehoefte.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te weigeren, hoofdzakelijk omwille van afwijking op artikel 1.3 ‘bestemming niet-bebouwde percelen’ van de verkavelingsvoorschriften.
Procedurestap |
Datum |
Indiening aanvraag |
19 juni 2018 |
Volledig- en ontvankelijk |
10 juli 2018 |
Start openbaar onderzoek |
16 juli 2018 |
Einde openbaar onderzoek |
14 augustus 2018 |
Gemeenteraad voor wegenwerken |
geen |
Uiterste beslissingsdatum |
23 oktober 2018 |
Verslag GOA |
12 september 2018 |
naam GOA |
Helia Dezhpoor |
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijste
Startdatum |
Einddatum |
Schriftelijke bezwaar-schriften |
Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften |
Petitie-lijsten |
Digitale bezwaar-schriften |
16 juli 2018 |
14 augustus 2018 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer : |
OMV_2018075302 |
Gegevens van de aanvrager: |
Bjorn Caenen met als contactadres het hoefke 34 te 4641EG Ossendrecht |
Ligging van het project: |
Neerhoefstraat 16 te 2040 Antwerpen (Antwerpen) |
Kadastrale gegevens: |
afdeling 19 sectie C nr. 87B2 |
Vergunningsplichten: |
Stedenbouwkundige handelingen. |
Voorwerp van de aanvraag: |
aanleggen van twee parkeerplaatsen in de zijtuinstrook |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
Laatst vergunde toestand
Bestaande toestand
Inhoud van de aanvraag
Het college sluit zich gedeeltelijk aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist om de omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager die ertoe gehouden is: