Terug

2018_CBS_08353 - Omgevingsvergunning - OMV_2018086544. Kluizeveldenstraat 224. District Merksem - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 21/09/2018 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Caroline Bastiaens, schepen; Ludo Van Campenhout, schepen; Claude Marinower, schepen; Marc Van Peel, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Fons Duchateau, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Serge Muyters, korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2018_CBS_08353 - Omgevingsvergunning - OMV_2018086544. Kluizeveldenstraat 224. District Merksem - Goedkeuring 2018_CBS_08353 - Omgevingsvergunning - OMV_2018086544. Kluizeveldenstraat 224. District Merksem - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

Adviezen

Er werden geen adviezen gevraagd. 

Toetsing voorschriften 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het goed is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009. 

Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s’ 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.) 

Het gewestplan kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar PLANNING > Plannen > Bestemmingsplan > Gewestplan 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling. 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan. 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

  • Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
    (De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)

De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

  • Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
    (De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)

De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.

Algemene bouwverordeningen

  • Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
    (De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)

De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

  • Overwelven waterlopen: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake het overwelven of inbuizen van niet geklasseerde waterlopen en waterlopen van 3de categorie (verder genoemd verordening overwelven waterlopen), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 26 januari 2009 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 4 juni 2009.
    (De verordening overwelven waterlopen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘overwelven waterlopen’)

De verordening overwelven waterlopen is niet van toepassing op de aanvraag.

  • Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
    (De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘bouwcode’)

De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend punt:

  • Artikel 38 Groendaken: de uitbreiding op de eerste verdieping is niet voorzien van een groen dak.

Sectorale wetgeving

  • MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.

Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

  • Watertoets: overeenkomstig artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.

Het voorliggende project ligt deels in een overstromingsgevoelig gebied, maar de dakoppervlakte en verharde oppervlakte verminderd zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt. 

  • Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
    (De kwaliteitsnormen  voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)

De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode. 

Omgevingstoets 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening 

Functionele inpasbaarheid

Voorliggende aanvraag omvat geen functiewijziging. De bestaande functie van eengezinswoning blijft behouden en is daarmee in harmonie met de kenmerkende woonfuncties in de Kluizeveldenstraat. 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat een bouwaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein). 

De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen de facto de algemene beleidslijn voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen. 

Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 1 parkeerplaats.

Bij projecten tot 5 wooneenheden 1 parkeerplaats per wooneenheid. Er verdwijnt één inpandige parkeerplaats.

De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.

Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0 .

‘Voorliggende aanvraag heeft betrekking op een pand met een perceelsbreedte van minder dan of gelijk aan 8 m. Volgens art. 12, §3, 1° (Levendige plint) is een toegangspoort voor een autobergplaats niet toegelaten.’

Het (bijgestelde) aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 1 .

Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 1 – 0 = 1 .

Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen.

Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen van 15 december 2014. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 1 plaats.

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

Achteraan de woning wordt op de gelijkvloerse verdieping de achterbouw afgebroken. Op de eerste verdieping wordt aan de linkerzijde een volume bijgebouw, even diep als de linker buur.

Door deze uitbouw en de verschillende daken, een zadeldak en een plat dak, ontstaat een atypische volume in de omgeving. Echter laat de omgeving een derde bouwlaag toe. Deze kan in de toekomst dus worden gerealiseerd, waardoor de atypische vorm verdwijnt. De aanvraag is ruimtelijk aanvaardbaar. 

Visueel-vormelijke elementen

De inpandige garage wordt vervangen door een slaapkamer en een badkamer. Hierdoor verdwijnt in de voorgevel de garagepoort en wordt deze vervangen door een raam met borstwering. De nieuwe gevelmaterialen bestaan uit blauwe hardsteen, wit geglazuurde gevelsteen, aluminium buitenschrijnwerk en grijs gevelpleisterwerk. Deze materialen passen binnen de omgeving waarop de aanvraag betrekking heeft en zijn dus aanvaardbaar. 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Uit de plannen is niet duidelijk op te maken of de rechter scheimuur op de eerste verdieping al of niet wordt opgehoogd. Het ophogen van deze scheimuur tot een diepte van 15,27 m zorgt voor schaduwhinder bij de rechterbuur. Enkel het ophogen tot 30 cm boven het nieuwe platte dak, conform artikel 34 van de bouwcode, is toegelaten. Dit wordt meegenomen naar de voorwaarden. 

Advies aan het college 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden. 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

  1. de platte daken van de uitbreiding aan te leggen als een groendak of een regenwaterput voorzien, conform artikel 38 van de bouwcode;
  2. de rechter scheimuur na 10 m bouwdiepte niet verder ophogen dan enkel de verplichte 30 cm, conform artikel 34 van de bouwcode;
  3. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen;                                                                                       

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

11 juli 2018

Volledig- en ontvankelijk

30 juli 2018

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

28 september 2018

Verslag GOA

13 september 2018

naam GOA

Martijn Coppoolse

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd. 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

1

0

0

0

Bespreking van de bezwaren

  1. 1.     Geen licht en zicht of geen privacy: Bezwaarindiener stelt vast dat er op de eerste verdieping wordt aangebouwd deels tot aan de achtergevel van het pand 222. Er wordt een raam voorzien in de nieuwe gevel evenwijdig aan de scheimuur, rechtover die van de keuken van bezwaarindiener, waardoor diens privacy geschonden wordt. Volgens de architect zou de scheimuur worden verhoogd met 2m om die inkijk te verhinderen. Echter dit neemt de lichtinval weg van dit raam.

Beoordeling:

De afstand van de muur (en het raam) worden voorzien op meer dan 1,90 meter van de scheimuur en voldoen aan de minimale eisen met betrekking tot privacy, zoals opgenomen in het burgerlijk wetboek. Voor het ophogen van de scheimuur achter de achtergevellijn geldt dat dit alleen is toegestaan indien dit constructief functioneel noodzakelijk  is. Gezien de afstand van het raam is dit niet het geval. Het verlagen van de scheimuur zal worden opgenomen als voorwaarde voor vergunning. Het bezwaar is deels gegrond. 

  1. 2.     Aanpassingen aan raam en functie ruimtes: Bezwaarindiener stelt dat er overleg is geweest met de aanvrager en dat er akkoord met de buur zou zijn om een kleiner raam te plaatsen (zoals een val of kiep raam) op een hoogte, dat er niet kan gekeken worden, maar wel licht en verluchting kan geven. De aanvrager zou de badkamer naar die plaats verhuizen ipv. van ernaast.

Beoordeling: Bovenstaande zou betekenen dat de ruimte die nu als badkamer is ingetekend alleen als berging mag worden gebruikt. Het inrichten en gebruiken als verblijfsruimte van de in de plannen ingetekende badkamer is niet mogelijk, omwille van het ontbreken van een raam ten behoeve van licht en lucht. Echter maakt de veronderstelling van bezwaarmaker gewen deel uit van de vergunningsaanvraag en kan dus niet inhoudelijk worden beoordeeld. Het bezwaar is ongegrond.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet. 

Projectnummer :

OMV_2018086544

Gegevens van de aanvrager:

de heer Haji Sidiqi met als adres Kluizeveldenstraat 224 te 2170 Merksem (Antwerpen)

Ligging van het project:

Kluizeveldenstraat 224 te 2170 Merksem (Antwerpen)

Kadastrale gegevens:

afdeling 40 sectie C nr. 80F20

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen.

Voorwerp van de aanvraag:

verbouwen van een eengezinswoning

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen 

Relevante voorgeschiedenis

-       03/09/1945: vergunning (1974#6615) voor veranderingswerken;

-       06/01/1950: vergunning (1974#8086) voor bouwen duivenhok;

-       31/01/1996: weigering (1974#1238) voor verbouwing (maken badkamer na afbraak duivenhok). 

Laatst vergunde toestand

-       eengezinswoning bestaande uit twee bouwlagen onder een hellend dak. 

Bestaande toestand

-       de bestaande toestand wijkt af op de plannen van 1996 met betrekking tot de uitwerking van de achterbouw en het hellend dak.

Inhoud van de aanvraag

-       afbraak van de niet vergunde achterbouw;

-       de nieuwe gelijkvloerse bouwdiepte bedraagt 15,27 meter;

-       regulariseren van de dakconstructie;

-       verwijderen van de garage en herinrichten van de gelijkvloerse verdieping;

-       voorzien van een uitbreiding op de eerste verdieping tegen de linker perceelgrens met een bouwdiepte van 15.27 meter;

-       aanpassen van de voorgevel aan de nieuwe interne indeling voorzien van aluminium buitenschrijnwerk;

-       de nieuwe achterbouw wordt uitgevoerd in een grijze bepleistering tevens voorzien van aluminium buitenschrijnwerk. 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij:

  • de bespreking van de ingediende bezwaren zoals geformuleerd in het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt deze beoordeling tot zijn eigen standpunt ;
  • het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is:

  1. de platte daken van de uitbreiding aan te leggen als een groendak of een regenwaterput voorzien, conform artikel 38 van de bouwcode;
  2. de rechter scheimuur na 10 m bouwdiepte niet verder ophogen dan enkel de verplichte 30 cm, conform artikel 34 van de bouwcode;
  3. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen;
  4. de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken, strikt na te leven.

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.