Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijk omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
Advies |
brandweer/ risicobeheer/ preventie |
7 september 2018 |
5 oktober 2018 |
Voorwaardelijk gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
stadsontwikkeling/ mobiliteit |
7 september 2018 |
11 september 2018 |
Onafhankelijke Diensten/dienst Strategische Coördinatie/Loketwerking/Stadsloketten/Huisnummeringsteam |
7 september 2018 |
7 september 2018 |
Toetsing voorschriften
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het goed is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s’.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de stedelijke agglomeratie van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Kleine Ring en respectievelijk de reservatiestrook voor de aanleg van lijninfrastructuur (de A102) tussen Merksem en Wommelgem, de R11 tussen Wommelgem en Mortsel, de oostelijke grens van Mortsel en Hove en de reservatiestrook voor pijpleidingen tussen Hove/Kontich en Hemiksem.
In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:
- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;
- de eigen aard van het betrokken gebied;
- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.
Het gewestplan kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar PLANNING > Plannen > Bestemmingsplan > Gewestplan
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Overwelven waterlopen: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake het overwelven of inbuizen van niet geklasseerde waterlopen en waterlopen van 3de categorie (verder genoemd verordening overwelven waterlopen), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 26 januari 2009 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 4 juni 2009.
(De verordening overwelven waterlopen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘overwelven waterlopen’)
De verordening overwelven waterlopen is niet van toepassing op de aanvraag.
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘bouwcode’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):
Sectorale wetgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Beoordeling afwijkingen van de voorschriften
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:
Functionele inpasbaarheid
Voorliggende aanvraag omvat geen functiewijziging. De bestaande functie van meergezinswoning blijft behouden en is daarmee in harmonie met de kenmerkende woonfuncties in de De Bruynlaan.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat een bouwaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen de facto de algemene beleidslijn voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.
Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 1 parkeerplaatsen. De parkeerbehoefte wordt bepaald op de uitbreiding. Een bestaande meergezinswoning wordt uitgebreid met een bijkomende verdieping waar 1 één-slaapkamerappartement bijkomt. Bij projecten tot 5 wooneenheden is de parkeernorm 1. De werkelijke parkeerbehoefte is 1 x 1 = 1 parkeerplaats. |
De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen. |
Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0. In een aantal gevallen genereert een aanvraag een werkelijke parkeerbehoefte maar kunnen de plaatsen om volgende stedenbouwkundige redenen niet (volledig) gerealiseerd worden: ‘Voorliggende aanvraag heeft betrekking op een pand met een perceelsbreedte van minder dan of gelijk aan 8 m. Volgens art. 12, §3, 1° (Levendige plint) is een toegangspoort voor een autobergplaats niet toegelaten.’ |
Het (bijgestelde) aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 1. Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 1. Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen. Echter kan de berekende parkeerbehoefte van het nieuwe project worden verminderd met het aantal parkeerplaatsen van de laatst vergunde toestand dat reeds afgewenteld werd op het openbaar domein. Dit op voorwaarde dat realisatie niet mogelijk is. Bijgevolg kan de parkeerbehoefte van de vergunde toestand in mindering gebracht worden voor 0 parkeerplaatsen. De aanvraag betreft immers een vermeerdering van het aantal woongelegenheden. Het bijgestelde aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 1. |
Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen van 5 juni 2017. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 1 plaatsen. |
Fietsvoorzieningen
Voor het bijkomende één-slaapkamerappartement is er een fietsparkeerbehoefte van 1 x (1 + 1) = 2 fietsenstallingen. In de inkomhal wordt een berging voorzien waar 2 fietsen in passen. De aanvraag voldoet hiermee aan de bepalingen van de bouwcode.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
In voorliggende aanvraag wordt de bestaande drie bouwlagen hoge hoofdbouw behouden en aangevuld met een nieuwe daklaag en een uitbreiding tot een bouwdiepte van 17 meter over alle bouwlagen. De voorgestelde bouwdiepte is verenigbaar met de goede ruimtelijke ordening. Na de uitbreiding blijft er voldoende ruimte over op het gelijkvloers om een kwalitatieve tuinzone te behouden. Het extra bouwvolume bevindt zich tussen de bestaande 4 bouwlagen hoge hoofdbouwen van beide buren en heeft bijgevolg geen negatieve gevolgen voor de bezonning van de naastgelegen percelen.
De nieuwe daklaag herbergt een bijkomende woongelegenheid, de draagkracht van het pand noch van de omgeving wordt echter met deze vermeerdering van het aantal woongelegenheden overschreden.
Visueel-vormelijke elementen
Hoewel de materialen en kleurstelling van de nieuwe gevels in overeenstemming zijn met de stedelijke context van het perceel en zich inpassen in de omgeving, is de overgang in de voorgevel tussen het bestaande volume en de nieuwe daklaag te abrupt. De kroonlijst wordt verwijderd waardoor de zinken daklaag en de onderbouw uit rood metselwerk zichtbaar in hetzelfde gevelvlak liggen en daardoor in schril contrast staan tot elkaar. De raamgeleding van de onderbouw wordt weliswaar overgenomen maar de raamopeningen in de nieuwe daklaag worden veel hoger uitgevoerd, waar het in de rede ligt dat de afmetingen van de ramen in de daklaag ondergeschikt zijn in afmetingen aan die van de gevel De vormgeving van de daklaag moet bijgevolg hernomen worden, mede hierdoor wordt de aanvraag geweigerd.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
De nieuwe bouwhoogte –en diepte zijn, gelet op de gelijkaardige aanpalende volumes, stedenbouwkundig aanvaardbaar. Het perceel is echter 5,51 m breed en achteraan rechts worden smalle en diepe terrassen voorzien. Hierdoor krijgen de centraal voorziene bureauruimtes op de eerste en tweede verdiepingen onvoldoende rechtstreekse lichtinval, aangezien ze alleen een raamopening hebben op de kop van de terrassen.
Bovendien worden deze terrassen tot op de rechter perceelgrens en gelijk met de achtergevel van het rechts aanpalende pand uitgevoerd, waardoor storende zichten worden gecreëerd naar de aangrenzende eigendommen. Het is aangewezen een afstand van 0,60 m tussen de terrassen en de achtergevel van het rechts aanpalende pand of de perceelgrens te respecteren.
Uit voorgaande blijkt dat de voorgestelde uitbreiding van het bouwvolume en het vermeerderen van het aantal woongelegenheden tot 4 op zich aanvaardbaar is, maar dat door de vormgeving van de achtergevel en de indeling van de appartementen achteraan er te weinig woonkwaliteit wordt geboden in het centrale gedeelte en er een ontoelaatbaar nadeel met betrekking tot de privacy voor het naburige perceel wordt gegenereerd.
De aanvraag voldoet niet aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot. De geplande werken zijn storend voor de omgeving en niet in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening van de plaats. De aanvraag wordt bijgevolg geweigerd.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te weigeren, hoofdzakelijk omwille van:
Procedurestap |
Datum |
Indiening aanvraag |
21 augustus 2018 |
Volledig- en ontvankelijk |
7 september 2018 |
Start openbaar onderzoek |
geen |
Einde openbaar onderzoek |
geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken |
geen |
Uiterste beslissingsdatum |
6 november 2018 |
Verslag GOA |
15 oktober 2018 |
naam GOA |
Martijn Coppoolse |
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het intergraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Schriftelijke bezwaarschriften |
Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften |
Petitielijsten |
Digitale bezwaarschriften |
0 |
0 |
0 |
0 |
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: |
OMV_2018074582 |
Gegevens van de aanvrager: |
BVBA Dynamica Real Estate met als contactadres Frans Van Hombeeckplein 33 te 2600 Berchem (Antwerpen) |
Ligging van het project: |
De Bruynlaan 68 te 2610 Wilrijk (Antwerpen) |
Kadastrale gegevens: |
afdeling 43 sectie A nr. 5P4 |
Vergunningsplichten: |
Stedenbouwkundige handelingen. |
Voorwerp van de aanvraag: |
verbouwen van een meergezinswoning met vermeerdering van het aantal woongelegenheden |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- er zijn geen vergunningen te vinden in de archieven.
Laatst vergunde toestand
- niet van toepassing.
Bestaande toestand
- het pand bestaat uit 3 bouwlagen onder plat dak;
- de voorgevel is afgewerkt in een rode gevelsteen en heeft wit houten schrijnwerk met een bruine houten inkomdeur;
- per bouwlaag is er een appartement met 1 slaapkamer;
- het hoofdvolume heeft een bouwdiepte van 12 meter en een gevelbreedte van 5,51 meter;
- achteraan links springt een volume uit waarin zich de slaapkamers bevinden;
- dit volume brengt de totale bouwdiepte op 15,06 meter en beslaat 3,26 meter van de totale 5,51 meter achtergevelbreedte;
- het appartement op de gelijkvloerse verdieping heeft toegang tot een tuin van ongeveer 74 vierkante meter;
- de appartementen op de eerste en tweede verdieping hebben een terras van ongeveer 2,5 vierkante meter naast de uitspringende slaapkamer;
- de kroonlijsthoogte bedraagt 9,74 meter.
Inhoud van de aanvraag
- het betreft de verbouwing en uitbreiding van een meergezinswoning;
- er wordt een vierde bouwlaag toegevoegd waardoor de nieuwe kroonlijsthoogte op 12,50 meter komt;
- in de voorgevel wordt dit nieuwe volume afgewerkt in een antracietkleurige zink en het houten schrijnwerk wordt vervangen door zwart aluminium schrijnwerk;
- het schrijnwerk in het nieuwe volume is verdiepingshoog;
- de achtergevel wordt op de gelijkvloerse verdieping gelijkgetrokken met die van de buren waardoor de bouwdiepte op 17 meter komt;
- de hele achtergevel wordt wit bepleisterd met zwart aluminium schrijnwerk;
- intern wordt in het gelijkvloerse appartement de slaapkamer naar de straatkant geplaatst waardoor er toegang naar de tuin komt via de leefruimte achteraan;
- op de eerste, tweede en derde verdieping wordt er rechts een hap uit het bouwvolume genomen van 2,15 meter breed op 3,85 meter diep om terrassen te creëren;
- het nieuwe dakvolume herbergt een appartement van 67 vierkante meter met één slaapkamer.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist om de omgevingsvergunning te weigeren.