Terug

2018_CBS_07235 - Omgevingsvergunning - OMV_2018070174. Edmond Cretsstraat 25. District Hoboken - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 10/08/2018 - 09:00 digitaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Caroline Bastiaens, schepen; Ludo Van Campenhout, schepen; Claude Marinower, schepen; Marc Van Peel, schepen; Fons Duchateau, schepen; Anne Baré, waarnemend algemeen directeur

Afwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Serge Muyters, korpschef; Sven Cauwelier, algemeen directeur
2018_CBS_07235 - Omgevingsvergunning - OMV_2018070174. Edmond Cretsstraat 25. District Hoboken - Goedkeuring 2018_CBS_07235 - Omgevingsvergunning - OMV_2018070174. Edmond Cretsstraat 25. District Hoboken - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

Adviezen

Er werden geen adviezen gevraagd.

Toetsing voorschriften

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het goed is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s’

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

Het gewestplan kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar PLANNING > Plannen > Bestemmingsplan > Gewestplan

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

           De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

  • Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
    (De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)
    De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
  • Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
    (De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)
    De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.

Algemene bouwverordeningen

  • Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
    (De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
    De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

  • Overwelven waterlopen: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake het overwelven of inbuizen van niet geklasseerde waterlopen en waterlopen van 3de categorie (verder genoemd verordening overwelven waterlopen), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 26 januari 2009 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 4 juni 2009.
    (De verordening overwelven waterlopen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘overwelven waterlopen’)
    De verordening overwelven waterlopen is niet van toepassing op de aanvraag.
  • Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
    (De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘bouwcode’)
    De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):
    •  artikel 12 Levendige plint

de ruimte op het gelijkvloers die aan de straatzijde grenst moet een  verblijfs-, horeca-, kantoor- of handelsruimte bevatten met een raamopening straatzijde zodat er voldoende contact is tussen gebruiker woning en straat. De ruimte die grenst aan de straat is ingevuld als berging.

  • artikel 21 Minimale hoogte van ruimten

de minimale hoogte van een leefruimte moet 2,60 meter bedragen. De ruimte waar het salon wordt voorzien heeft een binnen hoogte van 2,30 meter.

  • artikel 34  Stabiliteit en scheidingsmuren

er moet een dakopstand van 30 cm voorzien worden die uitgevoerd is in niet brandbaar materiaal.  Het plat dak komt op dezelfde hoogte als dak buur waardoor de opstand niet voorzien is.

Sectorale wetgeving

  • MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
    Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
  • Watertoets: overeenkomstig artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
    Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
  • Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
    (De kwaliteitsnormen  voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
    De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.

Omgevingstoets

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

Functionele inpasbaarheid

De aanvraag heeft betrekking op een eengezinswoning in gesloten bebouwing van één bouwlaag onder een schuin dak. De omgeving van de Edmond Cretsstraat wordt gekenmerkt door een mix van één- en meergezinswoning in gesloten bebouwing. De functie van ééngezinswoning wijzigt niet. Bijgevolg blijft de functie inpasbaar in zijn omgeving.

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De aanvrager wenst het bestaande plat dak achteraan volledig te vernieuwen. Door de bestaande trap af te breken en een nieuwe glazen traphal te plaatsen achter het hoofdvolume wordt de interne indeling aangepast. Dit brengt een beperkte volume-uitbreiding met zich mee die, gezien de toename van de algemene leefkwaliteit, aanvaardbaar is. Centraal op het gelijkvloers wordt een kleine patio gecreëerd, om meer licht en lucht in het hart van de woning te brengen. Het ontpitten wordt vanuit stedenbouwkundig oogpunt positief beoordeeld.

Beoordeling afwijkingen van de voorschriften

De bestaande berging aan de straatzijde blijft behouden. De aanvraag wijkt hiermee af van de Bouwcode artikel 12. Deze ruimte zou volgens het principe van de levendige plint een verblijfs-, horeca-, kantoor- of handelsruimte moeten bevatten met een raamopening aan de straatzijde zodat er voldoende contact is tussen de gebruiker van de woning en de straat. Gezien deze berging reeds in huidige toestand aanwezig is en gebruikt wordt als fietsenberging, kan hiervan afgeweken worden. Bovendien werd tussen de keuken en de berging reeds een glazen wand aangebracht die doorzicht geeft naar de achterliggende woonruimte.

Daarnaast wijkt het voorgestelde plan af van artikel 21 van de bouwcode met betrekking tot  minimale hoogtes van ruimten. De minimale hoogte van een leefruimte moet 2,60 meter bedragen. De ruimte waar het salon wordt voorzien heeft een binnen hoote van slechts 2,30 meter. Wederom, gezien dit vandaag reeds de bepaalde hoogte was en er geen gegevens zijn over de laatst vergunde toestand, kan ook hier van worden afgeweken. De algemene constructie van de woning blijft immers ongewijzigd. Er wordt louter een binnentuin gecreëerd en een trappenhal verplaatst.

De aanvraag wijkt af van artikel 34 van de Bouwcode m.b.t. stabiliteit en scheidingsmuren: er moet een dakopstand van 30 cm voorzien worden die uitgevoerd is in niet brandbaar materiaal.  Het plat dak komt op dezelfde hoogte als dak buur waardoor de opstand niet voorzien is. Gezien een verhoging van de scheidingsmuren een openbaar onderzoek zou vergen wordt als voorwaarde in de vergunning opgelegd dat, omwille van brandveiligheidsredenen, de dakbekleding aan bepaalde eisen moet voldoen (zie voorwaarden).

Visueel-vormelijke elementen

De voorgevel, opgetrokken in bruine baksteen en blauwgrijs houten buitenschrijnwerk, blijft ongewijzigd. Het rode pannendak wordt vervangen door rode leien en er worden 16 zonnepanelen op aangebracht langs voorgevelzijde. De bestaande dakramen verdwijnen hierdoor. De voorgevel blijft in harmonie met de bebouwde omgeving.

De bestaande achtergevel, in roodbruine baksteen en houten buitenschrijnwerk, wordt aangepast aan de nieuwe interne indeling. De achtergevel wordt bezet. Ook langs de achterzijde worden de rode pannen vervangen door rode leien. Er worden langs de achterzijde nieuwe dakramen voorzien, overeenkomstig de interne veranderingswerken. De uitvoering en gebruikte materialen zijn in harmonie met de gebouwde omgeving en stedenbouwkundig aanvaardbaar.

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

De geplande verbouwingswerken verhogen de lichtinval in de woning, hetgeen de leefkwaliteit ten goede komt. De aanvraag voldoet aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot. De geplande verbouwingswerken zijn niet storend voor de omgeving en in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening van de plaats.

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Parkeerparagraaf niet van toepassing

Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezinswoning waarbij de functie en het aantal woongelegenheden ten opzichte van het bestaande ongewijzigd blijven.

Advies aan het college

Stedenbouwkundige handelingen

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

  1. De dakbekleding valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of komt voor op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.).

       2.  Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de lementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

8 juni 2018

Volledig- en ontvankelijk

21 juni 2018

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

20 augustus 2018

Verslag GOA

2 augustus 2018

naam GOA

Brenda Dierckx

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

Aanleiding en context

De aanvraag

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

Projectnummer :

OMV_2018070174

Gegevens van de aanvrager:

mevrouw Rita Vanmaekelbergh met als adres Edmond Cretsstraat 25 te 2660 Hoboken (Antwerpen)

Ligging van het project:

Edmond Cretsstraat 25 te 2660 Hoboken (Antwerpen)

Kadastrale gegevens:

afdeling 37 sectie C nr. 436F5

Vergunningsplichten:

stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

verbouwen van een eengezinswoning

Omschrijving aanvraag

Stedenbouwkundige handelingen

Relevante voorgeschiedenis

  • geen voorgeschiedenis;

Laatst vergunde toestand

  • geen  informatie;

Bestaande toestand

  • een pand in gesloten bebouwing bestaande uit 1 bouwlaag onder een schuin dak;
  • het pand is ingedeeld als een eengezinswoning.

Inhoud van de aanvraag

  • het bestaande platte dak wordt volledig vernieuwd en het pand wordt heringedeeld;
  • achter de voorgevel blijft de bestaande berging behouden;
  • de bestaande trap wordt verwijderd en er wordt een nieuwe  trap geplaatst;
  • de nieuwe traphal wordt geplaatst achter het hoofdvolume en wordt in een glazen koker gestoken;
  • hierdoor is er een kleine volume uitbreiding;
  • voor het binnentrekken van meer licht en lucht wordt in de helft van de  gelijkvloerse ruimte een binnentuin voorzien.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is:

  1. de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken, strikt na te leven;
  2. de dakbekleding valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of komt voor op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.).
  3. na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.