De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Schriftelijke bezwaarschriften |
Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften |
Petitielijsten |
Digitale bezwaarschriften |
0 |
0 |
0 |
0 |
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Er werd een aanvraag tot omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer : |
OMV_2018054285 |
Gegevens van de aanvrager: |
Run Invest met als contactadres Lucas Henninckstraat 7 te 2610 Wilrijk (Antwerpen) |
Ligging van het project: |
Kempenlandstraat 6 te 2660 Hoboken (Antwerpen) |
Kadastrale gegevens: |
afdeling 36 sectie B nr. 62X3 |
Vergunningsplichten: |
stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag |
bouwen van een meergezinswoning met vijf appartementen |
Stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
Laatst vergunde toestand
Bestaande toestand
Inhoud van de aanvraag
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
Advies |
brandweer/ risicobeheer/ preventie |
12 juni 2018 |
10 juli 2018 |
Voorwaardelijk gunstig |
Fluvius |
12 juni 2018 |
13 juni 2018 |
Geen advies |
Interne adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
stadsontwikkeling/ mobiliteit |
12 juni 2018 |
14 juni 2018 |
DL adresbeheer (huisnummers) |
12 juni 2018 |
20 juni 2018 |
Toetsing aan de voorschriften
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het goed is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s’
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de stedelijke agglomeratie van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Kleine Ring en respectievelijk de reservatiestrook voor de aanleg van lijninfrastructuur (de A102) tussen Merksem en Wommelgem, de R11 tussen Wommelgem en Mortsel, de oostelijke grens van Mortsel en Hove en de reservatiestrook voor pijpleidingen tussen Hove/Kontich en Hemiksem.
In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:
- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;
- de eigen aard van het betrokken gebied;
- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.
Het gewestplan kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar PLANNING > Plannen > Bestemmingsplan > Gewestplan
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
Algemene bouwverordeningen
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
Sectorale wetgeving
geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Beoordeling afwijkingen van de voorschriften
Het aangevraagde is niet in overeenstemming met art 6, 29 en 30 van de bouwcode.
De strijdigheden omtrent het referentiebeeld , de voorzieningen van fietsenstalplaatsen en de autostalplaatsen tonen aan dat de draagkracht van het perceel wordt overschreden. Gelet op het voorgaande wordt geconcludeerd dat er geen afwijkingen kunnen worden toegestaan en dat aanvraag niet in aanmerking komt voor vergunning.
Functionele inpasbaarheid
De stedenbouwkundige aanvraag voor een nieuwbouw meergezinswoning is qua bestemming verenigbaar met het stedelijk weefsel van het desbetreffende bouwblok, zijnde woongebied.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat een bouwaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen de facto de algemene beleidslijn voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.
Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 5 parkeerplaatsen. De parkeerbehoefte wordt bepaald op de uitbreiding en of functiewijziging. Er worden 5 appartementen gebouwd op een braakliggend stuk grond. Bij projecten tot 5 wooneenheden is de parkeernorm 1 De werkelijke parkeerbehoefte is 5 x 1 = 5 parkeerplaatsen |
De plannen voorzien in 3 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen. De achterliggende plaats wordt niet meegeteld omdat niet autonoom toegankelijk is. |
Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 5 Het plan voorziet niet in (minstens) het aantal te realiseren plaatsen. Vanuit het oogpunt van goede ruimtelijke ordening is dit onaanvaardbaar. Er dient gezocht naar een oplossing op eigen terrein. Niet vatbaar voor vergunning |
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
De aanvraag werd eveneens voorgelegd aan de stedelijke dienst mobiliteit ter advies omtrent de fietsparkeerbehoefte::
“De fietsparkeerbehoefte is:
1 x 4-slaapkamerappartement = 5 fietsen
2 x 2-slaapkamerappartement = 6 fietsen
2 x 1-slaapkamerappartement = 4 fietsen
15 fietsen
Er wordt een ruimte voorzien met 11 bruikbare fietsparkeerplaatsen. Er ontbreken er nog 4. De plaatsen ingetekend achter de parkeerplaats kunnen niet meetellen omdat de fietsen niet uit de garage te rijden zijn zonder dat de wagen verzet moet worden.”
De aanvraag voorziet niet in de minimale stalplaatsen wat betreft de fietsen. Dit zal hinder veroorzaken voor de omgeving aangezien deze fietsen dan op het openbaar domein gestald zullen worden. Gezien het ontwerp wordt voorzien van 2 toegangspoort voor autostaplaatsen, waarvan 1 dubbele poort, is het wenselijk om de enkele poort rechtsreeks toegankelijk te maken voor het stallen van de fietsen.
Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid
In toepassing van artikel 6 van de bouwcode dient het gebouw zodanig te worden ontworpen zodat het in overeenstemming is met de kenmerken van de omgeving. De Kempenlandstraat kenmerkt zich door bel-etage-gezinswoningen en meergezinswoning. In de aanvraag wordt de gevel ontworpen met vier uitkragende terrassen aan de voorgevel die dienen als buitenruimtes voor de appartementen op de verdieping. In deze straat beschikt het overgrote deel van de gevels niet over uitkragende terrassen. De linkerbuur met huisnummer 4A wordt dan ook als uitzondering beschouwd, aangezien deze als enige in de straat over een zeer klein uitkragend terras aan de voorgevel beschikt. De aangevraagde terrassen zorgen ervoor dat de voorgevel van het nieuwbouwproject zich niet inpast in de straat. De gevelcompositie komt overeen met een gevel die men als achtergevel zou verwachtten in dergelijke omgeving.
Er wordt dan ook voorgesteld de terrassen inpandig te voorzien aan de voorzijde of de achterzijde. Het bouwvolume zoals aangevraagd met een gelijkvloerse bouwdiepte van 17m, een eerste verdieping van 15m en een 2de verdieping van 13m betreft het stedenbouwkundig maximaal toelaatbaar bouwvolume. Indien de uitkragende terrassen verdwijnen zal dit binnen het maximaal volume opgelost moeten worden. Dit zal onvermijdelijk invloed hebben op de oppervlakte en dus de woonkwaliteit van de appartementen op de verdiepingen. Het voorzien van nog kleinere appartementen in functie van de buitenruimte is vanuit stedenbouwkundig oogpunt niet wenselijk. Het programma zoals voorgesteld beschikt hierdoor over onvoldoende draagkracht.
Bovendien wordt ook opgemerkt dat het gelijkvloerse appartement over onvoldoende leefkwaliteit beschikt. Het ontwerp van het gelijkvloerse 4 -slaapkamerappartement met het slaapgedeelte gesitueerd over de gehele achtergevel verhindert de zichten of toegang tot de grote tuinzone vanuit de leefruimtes. De kwaliteiten van deze grote tuinzone worden op deze manier onvoldoende benut.
Gelet op het voorgaande kan vanuit stedenbouwkundig oogpunt niet ingestemd worden met het voorgestelde programma. Door het bouwen van 5 woonentiteiten met uitkragende terrassen aan de voorgevel die eveneens niet beantwoorden aan de opgelegde parkeerbehoefte en fietsbehoefte wordt de draagkracht van de site duidelijk overschreden. De aanvraag wordt ongunstig geadviseerd.
Visueel-vormelijke elementen
De voorgevel wordt afgewerkt in een licht rode gevelsteen en aluminium schrijnwerk en de terrassen worden van een gelakte borstwering voorzien. Met uitzondering van de terrasbalustrade past het materiaalgebruik zich goed in de omgeving.
Advies aan het college
Stedenbouwkundige handelingen
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te weigeren, hoofdzakelijk omwille van:
* het ontbreken van voldoende parkeerplaatsen en fietsenstalplaatsen conform de voorschriften van de bouwcode;
* de voorgevel met uitkragende terrassen komt niet overeen met het kenmerkend straatbeeld.
Standpunt van het college
Argumentatie
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
.../…
Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 5. In de aanvraag worden reeds 2 garages voorzien. Deze ingreep is aanvaardbaar en voorziet een aantal stalplaatsen wat aanvaardbaar is gelet op het aantal wooneenheden. Aangezien het dossier herwerkt dient te worden valt het aan te bevelen om de 3 nuttige parkeerplaatsen te behouden en indien mogelijk de ontbrekende ook. Indien niet mogelijk dient er conform de bouwcode een argumentatie toegevoegd te worden aan het dossier waarom de plaatsen niet gerealiseerd worden. Indien het aantal wooneenheden gewijzigd wordt naar beneden, zal de voorliggende parkeeroplossing meer tegemoetkomen aan artikel 30 van de bouwcode gelet op een lagere parkeerbehoefte. |
Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 2. Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 5-3=2. Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen. Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen van 29 mei 2017. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 2 plaatsen. |
Inzake fiets en auto volgt het college de gemeentelijke omgevingsambtenaar niet en geeft volgende argumentatie mee:
Er wordt een ruimte voorzien met 11 bruikbare fietsparkeerplaatsen. Dit aantal is voldoende voor het aantal appartementen dat voorzien is op de verdiepen. Het gelijkvloers appartement beschikt over een ruime garage waar zowel een wagen, alsook de 5 fietsen voor het grote appartement gestald kunnen worden. Het is wel zo dat dit suboptimaal is aangezien de wagen een smalle doorgang geeft in de garage. Aangezien het dossier geweigerd wordt inzake o.a. de indeling van appartementen, valt het aan te bevelen om bij de heruitwerking alle fietsen een plaats te geven die vlot toegankelijk is, ofwel in 2 bergruimtes of 1 centrale.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap |
Datum |
Indiening aanvraag |
23 mei 2018 |
Volledig- en ontvankelijk |
12 juni 2018 |
Opening openbaar onderzoek |
geen |
Afsluiten openbaar onderzoek |
geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken |
geen |
Verslag GOA |
24 juli 2018 |
naam GOA |
Brenda Dierckx |
Het college sluit zich gedeltelijk aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie. Inzake de fiets- en autoparkeerplaatsen voert het een gewijzigde argumentatie op.
Het college beslist om de omgevingsvergunning te weigeren.