Terug

2018_CBS_07245 - Omgevingsvergunning - OMV_2018073799. Mechelsesteenweg 271. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 10/08/2018 - 09:00 digitaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Caroline Bastiaens, schepen; Ludo Van Campenhout, schepen; Claude Marinower, schepen; Marc Van Peel, schepen; Fons Duchateau, schepen; Anne Baré, waarnemend algemeen directeur

Afwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Serge Muyters, korpschef; Sven Cauwelier, algemeen directeur
2018_CBS_07245 - Omgevingsvergunning - OMV_2018073799. Mechelsesteenweg 271. District Antwerpen - Goedkeuring 2018_CBS_07245 - Omgevingsvergunning - OMV_2018073799. Mechelsesteenweg 271. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

Adviezen

Interne adviezen

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ monumentenzorg

28 juni 2018

4 juli 2018

Toetsing voorschriften

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het goed is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s’

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

Het gewestplan kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar PLANNING > Plannen > Bestemmingsplan > Gewestplan

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

  • Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
    (De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)
     
    De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

  • Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
    (De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)

    De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening toegankelijkheid op volgend punt:
    • Artikel 18: de toegang tot de terrassen dient drempelloos te worden voorzien.

Algemene bouwverordeningen

  • Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
    (De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
     
    De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

  • Overwelven waterlopen: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake het overwelven of inbuizen van niet geklasseerde waterlopen en waterlopen van 3de categorie (verder genoemd verordening overwelven waterlopen), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 26 januari 2009 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 4 juni 2009.
    (De verordening overwelven waterlopen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘overwelven waterlopen’)
    De verordening overwelven waterlopen is niet van toepassing op de aanvraag.
  • Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
    (De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘bouwcode’)

    De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de bouwcode.

Sectorale wetgeving

  • MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
     
    Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
  • Watertoets: overeenkomstig artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
     
    Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
  • Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
    (De kwaliteitsnormen  voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
     
    De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.

Omgevingstoets

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De inrichting van dakterrassen betekent een meerwaarde voor het gebruiksgenot van de bewoners en optimaliseert het ruimtegebruik van het gebouw. De terrassen zijn niet storend voor de privacy en in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening van de plaats.

Cultuurhistorische  en visueel-vormelijke aspecten

Gezien het pand opgenomen is in de inventaris van het bouwkundig erfgoed werd het advies ingewonnen van de stedelijke dienst monumentenzorg. Dit advies is gunstig en laat zich als volgt lezen:

“Inleiding

Naar aanleiding van uw vraag om advies, kan ik u melden dat de werken gesitueerd zijn in een pand dat is opgenomen in de inventaris van het bouwkundig erfgoed, vastgesteld bij besluit van de administrateur-generaal van 28 november 2014. Voor gebouwen opgenomen in de inventaris wordt de wijziging van de bestaande toestand van elk gebouw en/of constructie onderworpen aan de wenselijkheid van behoud.  Het behoud van de elementen met historische, stedenbouwkundige, architecturale, bouwhistorische en/of esthetische waarde primeert boven de andere voorschriften. Dit geldt zowel voor het exterieur, als het interieur.

Conform art. 5§2 van de stedenbouwkundige verordening – bouwcode dd. 25 oktober 2014 moet de beschrijvende nota van de bouwaanvraag voldoende informatie bevatten over het cultuurhistorisch profiel van de aanwezige elementen zodat vergunningverlenende overheid deze kan afwegen.

Aan de beschrijvende nota werd een cultuurhistorische motiveringsnota toegevoegd.  Gezien de aard en de omvang van de werken is een CHE-rapport niet gevraagd.  De aanvraag voldoet dan aan artikel 5§2.

Beoordeling

De aanvraag heeft betrekking op het kantoorgebouw voor het voormalige E.B.E.S., waaruit later het energiebedrijf Electrabel is ontstaan. Het kantoorgebouw is een hoogbouw van 1958-59 naar ontwerp van Léon Stynen in samenwerking met Hugo Van Kuyck. De brede sokkel werd gevormd door de begane grond (opslag + tentoonstellingsruimte) en de eerste bouwlaag (klantenonthaal), waarbij initieel een deel van het huidige gelijkvloers aan de zijde van de Lamorinièrestraat behoorde tot het openbaar domein.  De buitenruimte liep dus onder het gebouw door. Bovenop de sokkel staat een rechthoekig torengebouw van elf verdiepingen (administratie). De gevels kennen een doorgedreven rationaliteit met rechthoekige muuropeningen en brede doorlopende glaspartijen ter hoogte van de trapzaal. Het gebouw is een voorbeeld van vernieuwende architectuur op dat moment, met als nieuw concept alle activiteiten van een bepaald bedrijf te centraliseren. Stynen en Van Kuyck kregen de opdracht een gebouw te ontwerpen dat aan het personeel comfortabele werkomstandigheden bood en voor de klanten een snelle bediening kon leveren.

Onderzoek naar de oorspronkelijke plannen en een artikel uit 1960 hebben uitgewezen dat Stynen en Van Kuyck met het gebouw een doorgedreven rationaliteit en moderniteit wilden realiseren, zowel voor wat betreft de gevelopbouw, als voor de structuur en de interne verdeling. Die planmatige rationaliteit is vandaag gedeeltelijk verloren gegaan maar recente bouwaanvragen vroegen om herstel van deze onoordeelkundige ingrepen. 

Het object is beeldbepalend omdat de stedenbouwkundige, architecturale en/of esthetische waarde hoog is. De door de architecten beoogde rationaliteit en moderniteit zijn nog aanwezig, vooral voor het torenvolume. Het gebouw bepaalt nog steeds sterk de uitstraling van de omgeving. Vanuit architecturaal en stedenbouwkundig oogpunt kan ze als representatief beschouwd worden voor de moderne principes van de ontwerpers. Het gebouw wordt gekenmerkt door een hoge contextwaarde omdat het zich net afzet tegen de conventionele stedenbouwkundige omgeving. Aan deze waardevolle architectuur werd het oorspronkelijke ontwerp door aanpassingen aangetast maar het initiële idee is wel nog afleesbaar.

Het project werd voorbesproken met de stedelijke dienst Monumentenzorg en wordt voldoende gemotiveerd in de aanvraag. De inplanting van de dakterrassen respecteert het initiële gedachtengoed van de ontwerpers.  De aanpassingen zijn niet zichtbaar vanop de straat.”

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Uit de aanvraag kan niet afgeleid worden of de toegangen tot de terrassen voldoen aan de verordening toegankelijkheid. Om het gebruiksgenot van alle gebruikers te garanderen wordt in voorwaarde bij deze vergunning opgelegd om de toegangen drempelloos uit te voeren. De nodige ingrepen hiervoor moeten voorgelegd worden aan de dienst monumentenzorg.

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

de aanvraag heeft geen impact heeft op de parkeerbehoefte.

Advies aan het college

Stedenbouwkundige handelingen

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

  1. de toegangen tot de terrassen drempelloos uit te voeren. De nodige ingrepen hiervoor moeten voorgelegd worden aan de dienst monumentenzorg.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

16 juni 2018

Volledig- en ontvankelijk

28 juni 2018

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

27 augustus 2018

Verslag GOA

3 augustus 2018

naam GOA

Karel Bauwens

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Onderzoek

Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

Projectnummer :

OMV_2018073799

Gegevens van de aanvrager:

GOING EAST met als adres Ridder van Parijsstraat 18 te 2170 Merksem (Antwerpen)

Ligging van het project:

Mechelsesteenweg 271 te 2018 Antwerpen

Kadastrale gegevens:

afdeling 6 sectie F nr. 1354X9

Vergunningsplichten:

stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

aanleggen van dakterrassen


Omschrijving
aanvraag

Stedenbouwkundige handelingen

Relevante voorgeschiedenis

  • 30/04/2014: vergunning (2014498) voor het verbouwen en herbestemmen van een gedeelte van een bestaand kantoorgebouw tot supermarkt;
  • 21/04/2017: vergunning (2017249) voor het uitbreiden van een dakvolume op de WATT-toren.

Laatst vergunde toestand

  • hoog kantorencomplex op de hoek van de Mechelsesteenweg en de Lamorinièrestraat;
  • op het gelijkvloers is een supermarkt voorzien;
  • onder het volledige gebouw is een ondergrondse parkeerplaats ingericht.

Bestaande toestand

  • idem laatst vergunde toestand.

Inhoud van de aanvraag

  • aanleggen van enkele dakterrassen op de bestaande daken van de Oude Electrabel-toren in functie van het nieuwe bedrijvencentrum Watt;
  • inrichten van een dakterras met netto-oppervlakte van 113 m² op de eerste verdieping ter hoogte van de oostzijde van de toren;
  • aanleggen van een dakterras met een netto-oppervlakte van 48 m² op de tweede verdieping aan de westzijde van de toren;
  • voorzien van een dakterras met een netto-oppervlakte van 120 m² op de tweede verdieping aan de straatzijde en het voorzien van nieuw aluminium buitenschrijnwerk in functie van de bereikbaarheid van het terras;
  • de voorgevel en overige verdiepingen blijven ongewijzigd en maken geen deel uit van de aanvraag.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is:

  1. de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken, strikt na te leven;
  2. de toegangen tot de terrassen drempelloos uit te voeren. De nodige ingrepen hiervoor moeten voorgelegd worden aan de dienst monumentenzorg.

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.