2019_IP_00007 - Interpellatie van raadslid Ilse van Dienderen: Wanneer een klimaatbegroting voor Antwerpen?

Het klimaat staat volop in de actualiteit. Deze interpellatie peilt naar de stand van zaken van het stedelijke klimaatbeleid.

In het bestuursakkoord wordt verwezen naar het Burgemeestersconvenant. Op de website van deze Covenant of the Mayors vinden we dat Antwerpen haar actieplan heeft ingediend. Waar het aan ontbreekt, is het sluitstuk van het plan, nl. een dwingend systeem om doelstellingen en resultaten te monitoren en bij te sturen. Een vrijblijvende emissie-inventaris is daarvoor niet voldoende.

Om dat te kunnen doen, is een klimaatbegroting het instrument bij uitstek. Een klimaatbegroting is zoals een ‘centen-begroting’; het koppelt prognoses over kostprijs aan strategische, tactische en operationele doelstellingen m.b.t. klimaat en dat op jaarbasis. Op die manier wordt vermeden dat noodzakelijke acties worden uitgesteld tot op het einde van de afgesproken plantermijn. De klimaatbegroting legt ook emissiebudgetten vast per sector (zoals omschreven in het burgemeesterconvenant : de toegelaten emissies voor gemeentegebouwen, diensten, woningen, gemeentelijke openbare verlichting, energieproductie en vervoer). Zo’n klimaatbegroting maakt komaf met vrijblijvend  en  uitgesteld  klimaatbeleid.  Net als voor een centen-begroting en rekening, wordt jaarlijks bepaald wat het voorbije jaar uitgegeven/uitgestoten is en wat het volgend jaar nog kan uitgegeven/uitgestoten worden. En net zoals de begroting, is het aan de gemeenteraad om ieder jaar een klimaatbegroting goed te keuren. Zo kan de gemeenteraad de vinger aan de pols houden en de realisatie van de doelstellingen opvolgen. In Amsterdam gebeurt dit al. En zij formuleren het als volgt: “Prudent klimaatbeleid wordt daarmee even vanzelfsprekend als prudent financieel beleid. Prudent klimaatbeleid kent dus ook baten en lasten, een overzicht van uitgaven (uitstoot) en ontvangsten (mitigerende omstandigheden) en een CO2 begin- en eindbalans.”

Vraagstelling

Daarmee kom ik tot volgende vragen:

- Wat is de stand van zaken van de uitvoering van het Klimaatplan 2015-2020 dat de stad bij de Burgemeesterconvenant heeft ingediend?

- Welke besluiten trekt het college uit de al dan niet behaalde resultaten? De kans is reëel dat met het eerste plan het ‘laaghangend fruit geplukt werd en dat het behalen van de meer ambitieuze doelstellingen van het tweede plan een stuk lastiger wordt. Is er in die zin een evaluatie van de werkwijze rond het Klimaatplan 2015-2020, die als insteek kan dienen voor het nieuw op te maken klimaatplan? Welke waren de successen? Welke zijn de uitdagingen?

- Hoe staat het met de voorbereiding van het Klimaatplan 2020-2025, de opvolger van het huidige klimaatplan,  en met de uitvoering van de tweede burgemeestersconvenant met doelstellingen tegen 2030? Hoe wordt de opmaak van het nieuwe klimaatplan aangepakt? Wat is de interne organisatie hierrond?

- Welk participatief traject voorziet het college bij de opmaak van dit nieuwe klimaatplan?

- De opmaak van dit klimaatplan is de gelegenheid bij uitstek om hier een klimaatbegroting aan te koppelen. Kan het college het instrument van een klimaatbegroting onderzoeken om jaarlijks, tezamen met de begroting, ter bespreking voor te leggen op de gemeenteraad?