Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: |
OMV_2018130951 |
Gegevens van de aanvrager: |
NV ELIA ASSET met als adres Keizerslaan 20 te 1000 Brussel |
Ligging van het project: |
Straalstraat 51 te 2170 Merksem (Antwerpen) |
Kadastrale gegevens: |
afdeling 40sectie C nrs. 251W2, 251H2 en 251R2 |
Vergunningsplichten: |
stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: |
verplaatsen van een oorlogsgedenkteken |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 14/09/2009: vaststelling bouwkundig erfgoed Electriciteitsmaatschappij De Schelde (inventaris onroerend erfgoed, ID 11538);
- inventaris bouwkundig erfgoed Oorlogsgedenkteken (ID 304955).
Laatst vergunde toestand
- oorlogsgedenkteken ter ere van de op 6 en 7 september 1944 door de Duitse troepen gefusilleerde arbeiders van de achterliggende elektriciteitscentrale van de Société d’Electricité de l’Escaut;
- volledig in blauwe hardsteen uitgevoerd oorlogsmonument, geplaatst tegen een bakstenen afsluitmuur.
Bestaande toestand
- het oorlogsgedenkteken situeert zich op de perceelsgrens langs de steeds drukker wordende Straalstraat waar veel vrachtwagenverkeer passeert;
- ten gevolge van de inplanting langs de straat staat het publiek dat de herdenkingsplechtigheden van de gefusilleerde arbeiders bijwoont, steeds op straat tijdens de plechtigheden.
Inhoud van de aanvraag
- verplaatsen van het gedenkteken in zijn geheel en het aanleggen er rond van een groene zone;
- de groenzone en het gedenkteken zullen zich achter een afsluiting bevinden, van waar beide zichtbaar blijven voor het publiek, en enkel tijdens de jaarlijkse herdenking wordt het terrein opengesteld voor het publiek;
- de site waar het gedenkteken zich bevindt en zal blijven bevinden, is een kritieke infrastructuur van het Belgische hoogspanningsnet en moet bijgevolg afgesloten blijven.
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Interne adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ monumentenzorg |
5 december 2018 |
4 januari 2019 |
Toetsing voorschriften
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een gebied voor gemeenschapsuitrusting en openbare nutsvoorziening. Onder gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen dient te worden begrepen voorzieningen die gericht zijn op de bevordering van het algemeen belang en die ten dienste van de gemeenschap worden gesteld. De idee van dienstverlening (verzorgende sector) aan de gemeenschap is derhalve rechtstreeks aanwezig. Artikel 4.4.8.van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening schrijft voor dat in gebieden die op de gewestplannen zijn aangewezen als gebied voor gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen, handelingen van algemeen belang en de daarmee verbonden activiteiten te allen tijde kunnen worden toegelaten, ongeacht het publiek of privaatrechtelijk statuut van de aanvrager of het al dan niet aanwezig zijn van enig winstoogmerk. Als gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen kunnen eveneens worden beschouwd een school, een voor het publiek toegankelijke toegangsweg tot een vergund gebouwencomplex in een gebied voor gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen en neveninrichtingen naast een autosnelweg. Alhoewel in een gebied voor gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen in principe geen gebouwen met een woonfunctie zijn toegelaten, heeft de Raad van State bovendien niettemin geoordeeld dat service-flats voor bejaarden kunnen worden vergund in dergelijk gebied. Ook een nomadenkamp werd door de Raad van State beschouwd als een gemeenschapsvoorziening en openbare nutsvoorziening. (Artikel 17 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
(Ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar PLANNING > Plannen > Bestemmingsplan > Gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)
De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Overwelven waterlopen: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake het overwelven of inbuizen van niet geklasseerde waterlopen en waterlopen van 3de categorie (verder genoemd verordening overwelven waterlopen), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 26 januari 2009 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 4 juni 2009.
(De verordening overwelven waterlopen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘overwelven waterlopen’)
De verordening overwelven waterlopen is niet van toepassing op de aanvraag.
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘bouwcode’)
De aanvraag is in overeenstemming met de bouwcode.
Sectorale wetgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
De aanvraag omvat het verplaatsen van een herdenkingsmonument. Het monument staat aan de straatzijde en wordt verplaatst ca. 10 m verder op het perceel. Het perceel wordt aangelegd als een parkje, een rustmoment. Het perceel ligt in een gebied voor gemeenschapsvoorziening en openbaar nut, de aanvraag is functioneel inpasbaar.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de inhoud van de aanvraag geen impact heeft op de parkeerbehoefte.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
Centraal krijgt het monument een nieuwe locatie met een in mozaïekkeien verharde zone (ca. 150 m²), met gebogen betonnen afboording. Het overige gedeelte zal worden aangelegd met plantvakken. Zowel de plantvakken als de verharding wordt op hetzelfde niveau aangelegd als huidige situatie en kent dus geen reliëfwijziging.
Cultuurhistorische aspecten
De aanvraag is voor advies gestuurd naar de bedrijfseenheid stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ monumentenzorg. De dienst geeft volgende beoordeling:
“Naar aanleiding van uw vraag om advies, kan ik u melden dat het relict is opgenomen in de inventaris van het bouwkundig erfgoed, vastgesteld bij besluit van de administrateur-generaal van 28 november 2014. De vaststelling van de inventaris van het bouwkundig erfgoed van 28 november 2014 zorgt ervoor dat er voor het eerst een éénduidige en overzichtelijke lijst van het gebouwd patrimonium in Vlaanderen bepaald is. Opname in de vastgestelde inventaris van het bouwkundig erfgoed betekent voor elk van de erfgoedobjecten dat zij een vorm van vrijwaring voor de toekomst genieten.
De wijziging van de bestaande toestand van elk gebouw en/of constructie wordt onderworpen aan de wenselijkheid van behoud. Het behoud van de elementen met historische, stedenbouwkundige, architecturale, bouwhistorische en/of esthetische waarde primeert boven de andere voorschriften. Dit geldt zowel voor het exterieur, als het interieur.
Conform art. 5§2 van de stedenbouwkundige verordening – bouwcode dd. 25 oktober 2014 moet de beschrijvende nota van de bouwaanvraag voldoende informatie bevatten over het cultuurhistorisch profiel van de aanwezige elementen zodat vergunningverlenende overheid deze kan afwegen.
Beoordeling
A. Cultuurhistorische waardestelling
Volledig in blauwe hardsteen en door het steenhouwersatelier Clément Jonckheer uitgevoerd oorlogsmonument naar ontwerp van Max Winders, ter ere van de op 6 en 7 september 1944 door de Duitse troepen gefusilleerde arbeiders van de achterliggende elektriciteitscentrale van de Société d’ Electricité de l'Escaut. Max Winders en Clément Jonckheer stonden ook in voor het in 1948-1950 uitgevoerde ontwerp van het Heldenmonument op de begraafplaats van Merksem, dat naast de in Merksem gefusilleerde arbeiders ook de gesneuvelde soldaten, weerstanders, politieke gevangenen en zeelieden van beide oorlogen huldigt.
Met een toenemende behoefte aan stroom in Antwerpen, ook voor particulieren, werd op 8 augustus 1905 de Société d’ Electricité de l’ Escaut (Electriciteitsmaatschappij der Schelde) gesticht, met als belangrijkste aandeelhouders de Generale Maatschappij van België, de Compagnie Electrique Anversoise, de Compagnie Générale des Tramways en de Compagnie Mutuelle des Tramways. In 1906-1908 richtte de maatschappij een elektriciteitscentrale op in Merksem -de eerste gemeente die een vergunning afsloot-, en die de productie en distributie van stroom binnen de Antwerpse agglomeratie tot doel had. De site wordt vandaag beheerd door Elia. Op 6 september 1944 werden meer dan twintig arbeiders die de Merksemse elektriciteitscentrale in de moeilijke oorlogsomstandigheden draaiende hielden, gefusilleerd door Duitse troepen. Op 7 september viel nog een bijkomend slachtoffer. Merksem bevond zich tussen 4 september en 2 oktober van dat jaar in de vuurlinie tussen de Duitsers in het fort van Merksem, en de Canadese en Engelse troepen aan het Schijnpoort en later aan de huidige Bisschoppenhoflaan in Deurne.
De aanleiding van de aanval op de centrale is niet helemaal zeker, maar was naar verluidt een gevolg van een bezetting van de site door weerstanders uit Deurne, waarbij drie Duitse soldaten om het leven zouden gekomen zijn. Het aantal slachtoffers dat viel op 6 en 7 september varieert afhankelijk van de bron van 21 tot 23; op de gedenkplaat zijn er 22 weergegeven. August Nuyts wordt door andere bronnen niet opgegeven als slachtoffer. Op 13 oktober 1944 werden de slachtoffers met militaire eer overgebracht naar de begraafplaats en daar op het ereperk begraven. Het monument tegen de afsluitmuur van de elektriciteitsmaatschappij werd ingehuldigd op 6 september 1945, precies een jaar na de feiten.
Het oorlogsmonument is geplaatst tegen een bakstenen afsluitmuur waarvan aan straatzijde nog slechts één travee bewaard is, voorzien van een lage plint en dekstenen in betonsteen. Tussen de pilasters is de muur gecementeerd en geschilderd in een lichtblauwe kleur die aansluit bij de blauwe gefrijnde steen van het oorlogsmonument.
Driedelige basis gevat tussen een getrapte sokkel en pilasters, en een kroonlijst met fries van eiken- en hulstbladeren, waarop centraal in hoogreliëf het opschrift "IN MEMORIAM". De gedenkplaat tegen de centrale risaliterende travee is gedragen door vier geprofileerde consoles, bovenaan op de kop versierd met een meandermotief in vlakreliëf, en onderaan gedrapeerd met een guirlande. Onder de vermelding "HIER VIELEN TROUW AAN HUN PLICHT" in alfabetische volgorde de namen van de 22 slachtoffers, beëindigd met de tekst "IN DIENST DER CENTRALE MERKSEM/ IN WILDE WOEDE/ DOOR DEN VIJAND NEDERGESCHOTEN OP/ 6 SEPTEMBER 1944". Onderaan de rechtse sokkel zijn de namen van de ontwerper en de uitvoerder geïnscribeerd.
B. Afweging
De geplande werken werden voorbesproken met het Agentschap Onroerend Erfgoed en teruggekoppeld met de stedelijke dienst monumentenzorg. De aanvraag voldoet aan artikel 5§1 en 5§2 van de stedelijke bouwcode.
Deze oordeelde dat door de verplaatsing het gedenkmonument beter beschermd zou zijn en dat er een opportuniteit is voor herstel van de huidige kleine schade.
Volgende randvoorwaarden werden geformuleerd:
Het gedenkmonument mag de site niet verlaten.
Het gedenkmonument dient toegankelijk te blijven voor publiek.
Het gedenkmonument dient identiek en stabiel opgesteld te worden.”
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
Het huidige oorlogsgedenkteken situeert zich op de perceelsgrens langs de steeds drukker wordende Straalstraat waar veel vrachtwagenverkeer passeert. Ten gevolge van deze inplanting staat het publiek steeds op straat tijdens de plechtigheden.
Door de verplaatsing op het perceel kan de herdenking veiliger verlopen. Door de verplaatsing en de afbraak van het achterliggend volume wordt de zichtbaarheid vanaf de uitgang voor voertuigen van de technische diensten verhoogd en dus veiliger gemaakt. Dit is aanvaardbaar.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. Het gedenkmonument mag de site niet verlaten.
2. Het gedenkmonument dient toegankelijk te blijven voor publiek op de gebruikelijke jaarlijkse gedenkmomenten;
3. Het gedenkmonument dient identiek en stabiel opgesteld te worden.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap |
Datum |
Indiening aanvraag |
16 november 2018 |
Volledig- en ontvankelijk |
5 december 2018 |
Start openbaar onderzoek |
geen |
Einde openbaar onderzoek |
geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken |
geen |
Uiterste beslissingsdatum |
3 februari 2019 |
Verslag GOA |
4 januari 2019 |
naam GOA |
Christel Bogaerts |
Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is volgende voorwaarden strikt na te leven:
Algemene voorwaarden
De algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken, strikt na te leven.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. Het gedenkmonument mag de site niet verlaten.
2. Het gedenkmonument dient toegankelijk te blijven voor publiek op de gebruikelijke jaarlijkse gedenkmomenten;
3. Het gedenkmonument dient identiek en stabiel opgesteld te worden.
Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.