Terug
Gepubliceerd op 29/04/2019

2019_CBS_03507 - Omgevingsvergunning - OMV_2019014862. Nachtegaalstraat 33. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 26/04/2019 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Tom Meeuws, schepen; Fons Duchateau, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Ludo Van Campenhout, schepen; Glenn Verspeet, plaatsvervangend korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2019_CBS_03507 - Omgevingsvergunning - OMV_2019014862. Nachtegaalstraat 33. District Antwerpen - Goedkeuring 2019_CBS_03507 - Omgevingsvergunning - OMV_2019014862. Nachtegaalstraat 33. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

1.      de gemeentelijke projecten;

2.      andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2019014862

Gegevens van de aanvrager:

BVBA Herbots & Andries met als adres Hertendreef 49 te 2900 Schoten

Ligging van het project:

Nachtegaalstraat 33 te 2060 Antwerpen

Kadastrale gegevens:

afdeling 5sectie E nr. 508P9

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen.

Voorwerp van de aanvraag:

verbouwen van een meergezinswoning met vier appartementen

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          03/12/1937: vergunning (18#9161) voor binnenveranderingen.

Geacht vergunde toestand

-          meergezinswoning met vier wooneenheden.

Bestaande toestand

-          het pand bestaat uit vier bouwlagen en een aanbouw van drie bouwlagen, allen onder platte daken;

-          het gebouw is ingericht als meergezinswoning met vier appartementen;

-          op elke verdieping is een appartement voorzien waarvan twee met 1 slaapkamer en twee met 2 slaapkamers;

-          het appartement op de benedenverdieping beschikt over de tuin, de appartementen op de verdiepingen hebben geen buitenruimte;

-          de voorgevel bestaat uit een beige gevelsteen, een plint in natuursteen en sierelementen in natuursteen;

-          het buitenschrijnwerk is voorzien in groen geschilderd hout op het gelijkvloers en wit geschilderd hout op de verdiepingen.

Inhoud van de aanvraag

-          intern verbouwen van het pand;

-          voorzien van een inpandig terras voor de appartementen op de verdiepingen;

-          op de eerste en tweede verdieping wordt een buitenruimte voorzien van 7,20m², hiervoor wordt een extra raamopening gemaakt in de zijgevel van de aanbouw;

-          op de derde verdieping wordt een buitenruimte voorzien van 2,5m²; hiervoor wordt het dak van de bestaande kleine uitbouw weggehaald;

-          de kelder wordt heringericht en er wordt een gemeenschappelijk afvalberging en fietsenberging voorzien;

-          de voorgevel wordt hersteld, al het buitenschrijnwerk wordt vervangen in wit geschilderd hout met een soortgelijk profiel.

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

brandweer/ risicobeheer/ preventie

8 maart 2019

5 april 2019

Voorwaardelijk gunstig

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

stadsontwikkeling/ mobiliteit

8 maart 2019

12 maart 2019

stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ monumentenzorg

8 maart 2019

17 april 2019

stadsontwikkeling/ vergunningen/ stedenbouwkundige vergunningen/ geacht vergund

8 maart 2019

8 maart 2019

 

Toetsing voorschriften

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP 2060, goedgekeurd op 20 december 2012. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: artikel 1 zone voor wonen - (wo).

 

(Ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Overwelven waterlopen: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake het overwelven of inbuizen van niet geklasseerde waterlopen en waterlopen van 3de categorie (verder genoemd verordening overwelven waterlopen), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 26 januari 2009 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 4 juni 2009.
(De verordening overwelven waterlopen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘overwelven waterlopen’)
De verordening overwelven waterlopen is niet van toepassing op de aanvraag.
 

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘bouwcode’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend punt:

  • artikel 13: Ondergrondse en bovengrondse uitsprongen:
    het dakterras op de derde verdieping is niet begrepen onder een hoek van 45° ten opzichte van de rechter erfscheiding.

 

Sectorale wetgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
 

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
 

-          Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.

 

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > OVERIGE REGELGEVING)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

Het pand is ingericht als een vergund geachte meergezinswoning met 4 woongelegenheden. Voorliggende aanvraag omvat geen functiewijziging. De bestaande functie van meergezinswoning blijft behouden en is daarmee in harmonie met de kenmerkende woonfuncties in de Nachtegaalstraat.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De werken beperken zich binnen het bestaande en vergunde volume en beogen geen aanpassing van het aantal woongelegenheden waardoor zowel schaal als ruimtegebruik gerespecteerd blijven.

 

Cultuurhistorische aspecten - Visueel-vormelijke elementen

Het pand maakt deel uit van een reeks beeldbepalende panden waarvan vandaag enkel het rechterbuurpand, nr. 35 is opgenomen in de inventaris. Een herinventarisatie van de wijk 2060 dient nog te gebeuren.

Om bovenstaande redenen werd het advies ingewonnen van de stedelijke dienst monumentenzorg. Dit advies is voorwaardelijk gunstig:

‘Cultuurhistorische waardestelling:

Eclectisch burgerhuis uit het eerste kwart van de 20ste eeuw. Witbakstenen parement met blauwe hardstenen balkons, doorlopende waterlijsten en geriemde omlijstingen. Rechthoekige vensteropeningen. Bewaard houten schrijnwerk.

De burgerwoning voldoet aan de typische planopbouw uit deze periode met een enfiladestructuur van stijlkamers bezijden een traphal. Over het interieur is niets gekend. Klassiek bevatten deze woningen lambrisering, schouwen, lijstplafonds, lijst- en stucwerk en binnenschrijnwerk. Op basis van het plan bestaande toestand bleven de schouwen alleszins bewaard.

 

Het complex in kwestie heeft een beeldbepalende stadslandschappelijke waarde in de Nachtegaalstraat. Het behoort tot de authentieke bebouwing, nl. vroeg 20ste-eeuwse burgerwoningen. Dezelfde vorm en structuur als moment van ontstaan zijn nog afleesbaar. Bovendien werd het pand samen met het linkerpand opgetrokken. Het behoud van dit ensemble staat voorop gelet op het behoud van het karakter van de Nachtegaalstraat.

 

Afweging:

Men wenst het pand te verbouwen. De voorgevel wordt gerestaureerd. Het oorspronkelijk geschilderd houten schrijnwerk wordt vervangen naar oorspronkelijk, model, materiaal en profilering. Er worden inpandige terrassen voorzien in de entresol.

 

Het pand heeft een stadslandschappelijke waarde. Enerzijds wordt er ingezet op het behoud van volume, schaal en korrel. Anderzijds is bijzondere aandacht voor de gevel.

Gezien de architecturale en esthetische waarde van het herenhuis worden voorwaarden opgelegd m.b.t. buitenschrijnwerk in de voorgevel en het gevelparement:

-          de voordeur dient bewaard;

-          het schrijnwerk dient naar oorspronkelijk model, materiaal en profilering te worden vervangen. Detailtekeningen aan te leveren aan onze dienst.

 

Vanuit oogpunt monumentenzorg dient er ook aandacht te gaan naar de indeling en de interieurelementen van het voorhuis. Het ontbreken van foto’s van het interieur maakt dat de impact op de mogelijk nog waardevolle interieurelementen niet kan afgewogen worden. Op het gelijkvloers lijken de schouwen bewaard. Vanaf de eerste verdieping wijzigt de planindeling en worden de aanwezige schouwen verwijderd. Mogelijk gaat het om oorspronkelijke en waardevolle erfgoedkenmerken die bewaard dienen te blijven. Graag terugkoppeling met de stedelijke dienst monumentenzorg voor de start van de werken.’

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

De gelijkvloerse achtergevel wordt voorzien van grote ramen naar de aangrenzende stadstuin. Hierdoor wordt het contact tussen de verblijfsruimtes van het gelijkvloers appartement en de buitenruimte versterkt, wat de woonkwaliteit ten goede komt.

Er wordt opgemerkt dat er onvoldoende vrije hoogte wordt bekomen boven de nieuwe interne trappen naar de entresol in de appartementen op de eerste -en tweede verdieping. Conform de goede praktijk wordt dan ook in de voorwaarden opgelegd dat de plafonds en de wanden boven de trappen structureel zodanig dienen te worden aangepast dat een minimale vrije hoogte boven de trapneuzen van 2,20 m wordt bekomen, zoals in rood aangeduid op de plannen.

Mits het naleven van de gestelde voorwaarden voldoet de meergezinswoning aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot.

Het dakterras op de derde verdieping creëert storende zichten naar de aangrenzende eigendommen. Bijgevolg zal worden opgelegd het terras te beperken in afstand tot de buur.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

De parkeerparagraaf is niet van toepassing gezien de aanvraag geen vermeerdering van het aantal woongelegenheden ten opzichte van de bestaande en vergunde of vergund geachte situatie inhoudt.

Er wordt een fietsenstalling ingericht in de kelder. Om deze te bereiken moet een bocht van 180° gemaakt worden in de smalle gang op het gelijkvloers . Dit is niet mogelijk met fietsen, de voorgestelde fietsenstalling is dus onbereikbaar. Het is niet mogelijk een bereikbare fietsenberging op het gelijkvloers of in de kelder te voorzien zonder aanpassingen aan de interne indeling van het gelijkvloers appartement of de trap naar de kelder. De fietsenstalling wordt bijgevolg uitgesloten uit de vergunning, zoals in rood aangeduid op de plannen.

 

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1.      de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;

2.      de voordeur te bewaren;

3.      het schrijnwerk naar oorspronkelijk model, materiaal en profilering te vervangen en detailtekeningen aan te leveren aan de stedelijke dienst monumentenzorg;

4.      de plafonds en de wanden boven de nieuwe trappen op de eerste –en tweede verdieping naar de entresol structureel zodanig aan te passen dat een minimale vrije hoogte boven de trapneuzen van 2,20 m wordt bekomen, zoals in rood aangeduid op de plannen;

5.      het terras te beperken tot op 60cm afstand van de rechterbuur;

6.      na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.

Uitsluitingen

7.      de fietsenstalling in de kelder.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

6 februari 2019

Volledig- en ontvankelijk

7 maart 2019

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

6 mei 2019

Verslag GOA

17 april 2019

naam GOA

Wim Van Roosendael

 

Onderzoek

Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is volgende voorwaarden strikt na te leven:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken, strikt na te leven.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1.      de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;

2.      de voordeur te bewaren;

3.      het schrijnwerk naar oorspronkelijk model, materiaal en profilering te vervangen en detailtekeningen aan te leveren aan de stedelijke dienst monumentenzorg;

4.      de plafonds en de wanden boven de nieuwe trappen op de eerste –en tweede verdieping naar de entresol structureel zodanig aan te passen dat een minimale vrije hoogte boven de trapneuzen van 2,20 m wordt bekomen, zoals in rood aangeduid op de plannen;

5.      het terras te beperken tot op 60cm afstand van de rechterbuur;

6.      na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.

Uitsluitingen

7.      de fietsenstalling in de kelder.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.