2019_CBS_02916 - Omgevingsvergunning. Advies hogere overheid. Gunstig advies - OMV_2018130086. Transcontinentaalweg 10-12. District Antwerpen - Goedkeuring

Er werd bij de deputatie een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend. De aanvraag wordt behandeld volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

De deputatie verzoekt het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar om:

- een openbaar onderzoek te houden;

- advies uit te brengen.

Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Voorgeschiedenis

Stedenbouwkundige voorgeschiedenis

- Op 9 september 1985 verleende het college een stedenbouwkundige vergunning (referentie: 18/66143/B/19859) voor een complex van burelen, loodsen en garages, gelegen Transcontinentaalweg 10 te Antwerpen;

- Op 23 juli 1996 verleende het college een stedenbouwkundige vergunning (referentie: HV/1996/5-96/B/0014) voor de uitbreiding van de reinigingsbaan + verbouwingen, gelegen Transcontinentaalweg 12 te Antwerpen.

Voorgeschiedenis milieu

Op 6 mei 2010 verleende de deputatie van de provincie Antwerpen een milieuvergunning voor het verder exploiteren na verandering van een bedrijf voor tankreiniging en containerherstelling, voor een termijn verstrijkend op 6 mei 2030. Nadien werden nog diverse vergunningen verleend voor veranderingen.

Inhoud van de aanvraag

Het voorwerp van de aanvraag betreft in hoofdzaak een uitbreiding van de stikstofopslag en een bijstelling van de geldende voorwaarden voor de openingsuren en de lozing van bedrijfsafvalwater.

Aangevraagde rubrieken

Aangevraagde bijstelling bijzondere milieuvoorwaarden uit vergunning of meldingsakte

Aangevraagde bijstelling bijzondere milieuvoorwaarden in afwijking van algemene of sectorale voorwaarden

Adviezen

Externe adviezen

Toetsing voorschriften

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het goed is gelegen in het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Afbakening zeehavengebied Antwerpen (Besluit van de Vlaamse regering van 30 april 2013), binnen de afbakeningslijn.

De gebieden binnen de afbakeningslijn behoren tot het zeehavengebied Antwerpen.

Met uitzondering van de deelgebieden waarvoor in dit plan voorschriften werden vastgelegd, blijven de op het ogenblik van de vaststelling van dit plan bestaande bestemmings- en inrichtingsvoorschriften onverminderd van toepassing.

Het goed is volgens voornoemd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan bestemd als Gebied voor zeehaven- en watergebonden bedrijven.

Zulk gebied is bestemd om te functioneren als Vlaams havengebied als onderdeel van de haven van Antwerpen. Het is bestemd voor zeehavengebonden en zeehavengerelateerde industriële en logistieke activiteiten en distributie-, opslag- en overslagactiviteiten die gebruikmaken van en aangewezen zijn op de zeehaveninfrastructuur.

Alle handelingen die nodig of nuttig zijn voor de realisatie van de bestemming en voor de exploitatie van de haven en de bedrijven zijn toegelaten.

Daartoe worden ook de volgende werken, handelingen, voorzieningen, en wijzigingen gerekend:

- de aanleg en het onderhoud van infrastructuur die nodig is voor de toegankelijkheid of voor verbindingen langs de waterzijde en langs de landszijde;

- het laguneren of op een andere wijze bergen of verwerken van baggerspecie.

Daarnaast is de ontwikkeling, het herstel en de instandhouding van tijdelijke ecologische infrastructuur toegelaten.

In het gebied zijn eveneens gebouwen of lokalen voor bewakingspersoneel toegelaten.

In het gebied zijn kantoorgebouwen niet toegelaten, tenzij ze noodzakelijk zijn voor en een inherent onderdeel zijn van de exploitatie van haven en industriële activiteiten. De bestaande kantoorgebouwen kunnen behouden blijven binnen het bestaande bouwvolume op het moment van definitieve vaststelling van dit gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan. Uitbreidingen zijn niet toegelaten.

Over het goed loopt eveneens volgens het voornoemd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan een overdruk met als aanduiding Hoogspanningsleiding. In het gebied, aangeduid met deze overdruk, zijn alle handelingen toegelaten voor de aanleg, de exploitatie en de wijzigingen van een hoogspanningsleiding en haar aanhorigheden. De aanvragen voor vergunningen voor een hoogspanningsleiding en aanhorigheden worden beoordeeld rekening houdend met de in grondkleur aangegeven bestemming.

De in grondkleur aangegeven bestemming is van toepassing voor zover de aanleg, de exploitatie en wijzigingen van de bestaande hoogspanningsleiding niet in het gedrang worden gebracht.

De aanvraag dient beoordeeld te worden aan de hand van de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan.

De aanvraag is in overeenstemming met de bestemming en de voorschriften van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

Voor een straal van 500 meter rond het goed is het voormelde GRUP tevens van toepassing. Hier geldt eveneens voornamelijk het bestemmingsvoorschrift Gebied voor Zeehaven- en watergebonden bedrijven. De spoorwegen ten westen van het goed hebben als bestemming Gebied voor spoorinfrastructuur. Voor de Noorderlaan ten westen van de spoorwegen geldt het bestemmingsvoorschrift Gebied voor verkeers- en vervoersinfrastructuur. Parallel met de Noorderlaan en ten zuiden van het goed lopen overdrukken met als aanduiding Leidingenstraat. Ten noordwesten van het goed geldt voor het gebied tussen de spoorwegen en de Noorderlaan het bestemmingsvoorschrift Zone voor permanente ecologische infrastructuur ‘met medegebruik’.

Ten noorden van het goed is het gewestplan Antwerpen nog van toepassing met – voor de Bospolder – het bestemmingsvoorschrift Natuurgebied.

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

Hemelwater: Het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.

De gewestelijke verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag daar de nieuwe constructies een oppervlakte hebben kleiner dan 40 m².

Toegankelijkheid: Het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid.

De gewestelijke verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.

Omgevingstoets

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

De aanvraag betreft de uitbreiding van de opslag van gasolie en de uitbreiding van de stikstoftorens. Voor de opslag van gasolie wordt een nieuwe bovengrondse dubbelwandige gasolietank geplaatst met een inhoud van 2.500 liter. Voor de verdeling van de gasolie aan de generatoren wordt eveneens een verdeelslang voorzien. Voor het uitbreiden van de stikstoftorens wordt de stikstoftoren met een waterinhoudsvermogen van 10.385 liter vervangen door een stikstoftoren met een waterinhoudsvermogen van 26.200 liter. De nieuwe stikstoftoren heeft een grondoppervlakte van circa 34 m² en een maximale hoogte van circa 12 meter.

Volgens het Besluit van de Vlaamse regering tot bepaling van handelingen waarvoor geen stedenbouwkundige vergunning nodig is, is de plaatsing van constructies binnen het gebied voor zeehaven- en watergebonden bedrijven met grondoppervlakte kleiner dan 200 m² en hoogte lager dan 20 meter, binnen bepaalde randvoorwaarden vrijgesteld van stedenbouwkundige vergunningsplicht. Voor de plaatsing van de gasolietank en de nieuwe stikstoftoren lijkt aan de randvoorwaarden voldaan te zijn.
Tevens is volgens het Besluit van de Vlaamse regering tot bepaling van handelingen waarvoor geen stedenbouwkundige vergunning nodig is, de volledige afbraak van vrijstaande bouwwerken of constructies, binnen bepaalde randvoorwaarden vrijgesteld van stedenbouwkundige vergunningsplicht. Voor de afbraak van de bestaande stikstoftoren lijkt eveneens aan de randvoorwaarden voldaan te zijn.

De aanvraag is verenigbaar met de ruimtelijke context van het havengebied waarbinnen deze aanvraag is gesitueerd. Er is geen bezwaar vanuit stedenbouwkundig oogpunt.

Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen en activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu

Cotac Belgium biedt verschillende services aan transportfirma’s waaronder het inwendig reinigen van recipiënten voor het transport van diverse vloeibare en vaste stoffen en het uitvoeren van herstellingswerken aan tankwagens en trailers.

Met deze aanvraag wenst de exploitant een bijkomende opslag van stikstof te laten vergunnen. Stikstof wordt op het bedrijf gebruikt voor het verwijderen van zuurstof uit lege tanks en om de waterdamp in de tankatmosfeer te reduceren (‘spoelen op dauwpunt’). Men is reeds vergund voor de opslag van 21.885 liter stikstofgas in twee stikstoftorens van 10.385 liter en 11.500 liter. Voor de stikstoftoren van 10.385 liter wordt nu geopteerd voor een groter model met een inhoudsvolume van 26.200 liter waardoor de totale opslag van stikstof op 37.700 liter komt. Door de grote vraag naar de stikstofspoelingen is de huidige stikstoftoren immers te klein geworden waardoor de toren te vaak hervuld moet worden.

Er wordt een nieuwe gasolietank aangevraagd voor de opslag van 2.500 liter witte gasolie. De opslag gebeurt in een bovengrondse, dubbelwandige houder voorzien van lekdetectie en wordt opgesteld op een vloeistofdichte vloer. Er wordt ook een verdeelslang bij deze houder voorzien.

De totale geïnstalleerde drijfkracht van de luchtcompressoren, koelinstallaties en luchtcompressoren aanwezig op de site bedraagt 332,70 kW. Aangezien men vergund is voor 398 kW wordt een vermindering met 65,3 kW aangevraagd. Voor de metaalbewerkingstoestellen wordt een uitbreiding met 1,6 kW aangevraagd tot een totale geïnstalleerde drijfkracht van 27,6 kW. Voor wat betreft de stookinstallaties is er een vermindering met 455 kW ten gevolge van de verwijdering van een aantal stookinstallaties. Het totaal nominaal thermisch ingangsvermogen van de aanwezige stookinstallaties bedraagt nog 6.825 kW.

In het aanvraagdossier wordt gesteld dat ontvetten van metalen in baden niet meer gebeurt op het bedrijf. Deze activiteit kan uit de vergunning geschrapt worden. Verder is een van de vergunde laboratoria, meer bepaald het labo waar geen afvalwater eigen aan de laboratoriumtechnieken gegenereerd wordt, niet langer aanwezig. Het andere labo, waar wel afvalwater eigen aan de laboratoriumtechnieken gegenereerd wordt, wordt nog wel geëxploiteerd.

In de rubriekentabel van het aanvraagdossier wordt voor het labo indelingsrubriek 24.1 gebruikt. Deze rubriek is bedoeld voor laboratoria met een uitsluitend didactisch doel. Indelingsrubriek 24.2 lijkt eerder van toepassing.

In het laatste vergunningsbesluit, verleend door de deputatie op 19 april 2018, werd het perceelnummer 15-A514K niet opgenomen. De bijhorende vergunningsaanvraag bevatte wel de inrichtingen en activiteiten die op dit perceel worden uitgevoerd. De exploitant vraagt om dit perceel expliciet mee op te nemen in de vergunning.

Het aanvraagdossier bevat een verzoek tot bijstelling van enkele voorwaarden:

- De bijzondere voorwaarde die stelt dat ‘In afwijking van de bepalingen vervat in artikel 5.2.1.2.§3 van titel II van VLAREM mag de aanvoer van afvalstoffen gebeuren van 06.00 uur tot 22.00 uur gedurende de week en van 08.30 uur tot 17.00 uur op zaterdag.’;

- artikel 5.15.0.6,§1 van titel II van het VLAREM: ‘Onverminderd de bepalingen van hoofdstuk 4.5. zijn rustverstorende werkzaamheden verboden op werkdagen tussen 19.00 uur en 07.00 uur alsmede op zon- en feestdagen, tenzij anders vermeld in de omgevingsvergunning voor de exploitatie van de ingedeelde inrichting of activiteit.’

- artikel 4.2.2.1.1.4 van titel II van het VLAREM: ‘De temperatuur van het geloosde bedrijfsafvalwater mag 30 °C niet overschrijden; mits uitdrukkelijk in de vergunning opgenomen, is bij een buitentemperatuur van 25 °C of meer of bij een koelwaterinname met een temperatuur van 20 °C of meer evenwel een overschrijding tot 35 °C toegestaan, in zoverre hierdoor de temperatuur, vermeld in de milieukwaliteitsnormen voor het ontvangende oppervlaktewater niet wordt overschreden.’;

- bijzondere voorwaarde voor de lozing van 40 µg/l xylenen.

De exploitant wenst de aanvoer van afvalstoffen uit te breiden naar 24 uur op 24 uur, 7 dagen op 7 dagen. Door deze uren aan te passen wenst men tegemoet te komen aan de transportsector die op die manier de spits kan vermijden en wenst men al te anticiperen op de verwachte verkeerschaos naar aanleiding van de werken voor de Oosterweelverbinding. De gevraagde bijstelling voor de werkuren van de herstellingsdiensten moet ook in dit licht gezien worden.

Gelet op de ligging in industriegebied, kunnen deze gevraagde bijstellingen verleend worden. De geldende geluidsnormen blijven echter onverminderd van toepassing.

Er werd een overschrijding van norm van temperatuur vastgesteld in een schepstaal genomen op 1 augustus 2018. De temperatuur bedroeg 31,8 °C en overschreed dus de norm van 30 °C.

De gevraagde bijstelling, waar bij een buitentemperatuur van 25 °C of meer de temperatuur van het geloosde bedrijfsafvalwater tot 35 °C mag bedragen, kan worden verleend.

Naar aanleiding van een aanmaning van de afdeling Handhaving van het departement Omgeving betreffende een overschrijding van het indelingscriterium voor xylenen, wordt een aangepaste lozingsnorm van 40 µg/l xylenen aangevraagd. In een monster genomen op 21 maart 2018 werd immers een concentratie van 16,9 µg/l xylenen aangetroffen terwijl het indelingscriterium slechts 4 µg/l bedraagt. De exploitant stelt dat het afvalwater zeer afwisselend is van samenstelling en dat dit eigen is aan de sector tankreiniging.

De parameter ‘xylenen’ betreft geen prioritaire (gevaarlijke) stof. Een norm tot 10 maal het indelingscriterium (10 x 4 µg/l = 40 µg/l) zou toegestaan kunnen worden. Er wordt wel opgemerkt dat deze vraag blijkbaar gebaseerd is op slechts één meetresultaat en dit resultaat minder dan de helft van de gevraagde norm bedraagt. Het is aan de Vlaamse Milieumaatschappij om te oordelen of de gevraagde lozingsnorm daarom niet moet beperkt worden.

Advies van het college

Gunstig advies te verlenen voor de aanvraag tot omgevingsvergunning.

Geadviseerde rubrieken 

De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

Een informatievergadering was niet vereist en werd niet gehouden.