Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: |
OMV_2019038284 |
Gegevens van de aanvrager: |
Ludo Janssens namens de heer Amaury Hendrickx met als adres Clemensstraat 5 te 2580 Putte |
Ligging van het project: |
Kastanjelaan 11 te 2610 Wilrijk (Antwerpen) |
Kadastrale gegevens: |
afdeling 42sectie B nr. 225W |
Vergunningsplichten: |
stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: |
regulariseren van de bestaande toestand en verbouwen van een villa |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 05 november 1973: vergunning (222#3631) voor het slopen van een woning;
- 05 november 1973: vergunning (222#3633) voor het bouwen van een woning.
Vergunde/vergund geachte toestand
- vrijstaande villa in pseudo-Tudorstijl, gelegen in de conventie Della Faille;
- 2 bouwlagen onder een combinatie van wolfs- en schild- en platdak;
- de bouwdiepte bedraagt 16,7m en de bouwbreedte 23,6m;
- de onderbouw is opgetrokken in klampsteen, het portaal in witte hardsteen, de bovenbouw in witte pleister in donkergrijs houten stijl- en regelwerk. Rustieke platte tegelpannen vormen de dakbedekking. Het schrijnwerk werd voorzien in eik.
Huidige toestand
- de grootte van het volume werd aangepast;
- zijgevel links: er werden 2 autostalplaatsen voorzien in plaats van 3 en de dienstinkom werd verplaatst. De keukenuitbouw werd verkleind;
- aan de zijgevel rechts: raamopeningen werden niet uitgevoerd;
- het dakvolume werd aangepast;
- er werd een grotere kelder voorzien;
- er werden verschillende interne werken gewijzigd en/of niet uitgevoerd.
Gewenste toestand
- vrijstaande villa in pseudo-Tudorstijl met 2 woonunits voor inwonend personeel;
- 2 bouwlagen onder een gecombineerd dakvolume.
Inhoud van de aanvraag
- (deels) regulariseren van de bestaande toestand (aanpassingen aan het bouwvolume, nieuwe toestand garage/stalplaatsen, verschillende gevelwijzigingen, aanpassingen aan het dakvolume, …);
- extra wijzigingen aan het dakvolume (o.a. nieuwe dakkapellen);
- voorzien van extra raamopeningen in de gevels;
- bijbouwen van een portiek/overdekte inkom met schoorsteen aan de voorgevel;
- aanpassen van de gevels;
- uitbouwen van een erker op het gelijkvloers aan de achterzijde;
- roodbruin kaleien van de bestaande paramentsteen;
- voorzien van donker houten en aluminium buitenschrijnwerk;
- uitvoeren van interne verbouwingen;
- voorzien van 2 woonunits en een leef- en ontspanningsruimte op de tweede verdieping;
- regulariseren van een ontspanningsruimte in de kelder;
- plaatsen van een zwembad van 5x10m;
- aanleggen van nieuwe verhardingen in de voor-, zij- en achtertuin.
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Interne adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ monumentenzorg |
17 april 2019 |
10 mei 2019 |
Toetsing voorschriften
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
(Ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar PLANNING > Plannen > Bestemmingsplan > Gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)
De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Overwelven waterlopen: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake het overwelven of inbuizen van niet geklasseerde waterlopen en waterlopen van 3de categorie (verder genoemd verordening overwelven waterlopen), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 26 januari 2009 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 4 juni 2009.
(De verordening overwelven waterlopen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘overwelven waterlopen’)
De verordening overwelven waterlopen is niet van toepassing op de aanvraag.
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘bouwcode’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:
een septische put met een minimale inhoud van 2300l dient te worden gerealiseerd.
Sectorale wetgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
- Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > OVERIGE REGELGEVING)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het Rooilijndecreet.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Beoordeling afwijkingen van de voorschriften
Het ontwerp wijkt af van de bouwcode op volgende artikels:
- Artikel 21 - De lounge ruimte in de kelder heeft een vrije hoogte van 2,30 m, in plaats van de vereiste 2,60 m voor verblijfsruimtes. Deze ruimte heeft bijgevolg, mede door de te beperkte lichtinval (zie bespreking afwijking art. 24), onvoldoende woonkwaliteit. Een afwijking kan niet worden toegestaan en de lounge ruimte in de kelder kan enkel als berging worden toegelaten. Dit zal als voorwaarde worden gekoppeld aan de vergunning.
Op basis van volgende motivering worden de wijzigingen aan de tweede verdieping ongunstig geadviseerd en uitgesloten van vergunning:
- Artikel 24 - De lounge in de kelderruimte, de slaapkamer van unit 2, de hobbykamer, fitnessruimte en kitchenette van unit 1, beschikken niet over openingen die voldoende daglicht en zicht toelaten. Licht en lucht zijn basiskwaliteiten van verblijfsruimtes. Samen met de afwijkende vrije hoogte (artikel 21) doet dit besluiten dat het inrichten van een lounge in de kelder, en de interne en functionele wijzigingen aan de tweede verdieping, worden uitgesloten van vergunning.
- Artikel 27- Voorliggende aanvraag is strijdig met artikel 27 van de Bouwcode dat oplegt dat tuinen zoveel mogelijk groen en onverhard te houden. Het voorzien van voldoende groen is belangrijk voor de infiltratie van regenwater in de bodem en is daarnaast ook noodzakelijk voor het behoud van het parkkarakter van de wijk Della Faille. Van dit voorschrift kan bijgevolg niet afgeweken worden. In de zijtuin aan de linkerzijde worden twee parkeerplaatsen ingericht. Een bijkomende parkeerplaats op de oprit is aanvaardbaar, gezien in de woning het aantal parkeerplaatsen van 3 naar 2 vermindert. Het is echter niet aanvaardbaar dat 2 bijkomende parkeerplaatsen, met bijhorende verharding, worden ingericht in de tuinzone. Deze parkeerplaatsen, op een korte afstand tot de perceelsgrens, kunnen overlast met zich meebrengen die hinderlijk is voor de buren. Bijgevolg wordt opgelegd dat de verharding in de zijtuin moet worden beperkt tot de strikt noodzakelijke toegangen tot de garages, de woning en de achtertuin, conform de rode aanduiding op het inplantingsplan.
- Artikel 43 - Op het plan van de kelder staat geen septische put ingetekend. Omdat bij deze verbouwing het afvoerstelsel van afval- en hemelwater wordt aangepast, dient conform artikel 43 van de Bouwcode een septische put te worden voorzien. Dit wordt opgelegd als voorwaarde in de vergunning.
Functionele inpasbaarheid
Op het plan van de tweede verdieping worden 2 woonunits ingetekend. De woning kan met de voorgestelde indeling beschouwd worden als een eengezinswoning. In de verklarende nota van de architect wordt verduidelijkt dat het gaat om logement voor au pairs en de plannen tonen dat de kamers via speelkamer en de traphal verbonden zijn met de woning.
Om te voorkomen dat de woning alsnog wordt opgedeeld, zou, indien de units worden vergund, worden opgelegd dat deze één en ondeelbaar zijn met de rest van de woning en de woning niet voor deling vatbaar is.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezinswoning waarbij de functie en het aantal woongelegenheden ten opzichte van het bestaande ongewijzigd blijven.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
De voorgestelde aanpassingen aan het volume van de woning zijn vanuit ruimtelijk oogpunt aanvaardbaar en inpasbaar in de omgeving.
Wat het zwembad betreft, wordt opgemerkt dat de inplanting, op 2,36 m van de perceelsgrens, niet in overeenstemming is met de conventie Della Faille die een afstand van 4 m voorschrijft. Deze afstand is belangrijk voor het behoud van het groene karakter van de wijk Della Faille, en in het bijzonder het uitzicht op groen vanaf de straat.
Als voorwaarde wordt opgelegd dat het zwembad moet worden ingeplant op minstens 4m ten opzichte van de perceelsgrenzen.
Cultuurhistorische aspecten
Gezien het pand is opgenomen in de inventaris van het bouwkundig erfgoed, werd advies gevraagd aan de stedelijke dienst monumentenzorg. De dienst adviseert het volgende:
“Naar aanleiding van uw vraag om advies, kan ik u melden dat uw pand wordt vermeld in de inleiding van de inventaris van het bouwkundig erfgoed, vastgesteld bij besluit van de administrateur-generaal van 29 maart 2019. De wijziging van de bestaande toestand van elk gebouw en/of constructie wordt onderworpen aan de wenselijkheid van behoud. Het behoud van de elementen met historische, stedenbouwkundige, architecturale, bouwhistorische en/of esthetische waarde primeert boven de andere voorschriften. Dit geldt zowel voor het exterieur, als het interieur.
Conform art. 5§2 van de stedenbouwkundige verordening – bouwcode dd. 25 oktober 2014 moet de beschrijvende nota van de bouwaanvraag voldoende informatie bevatten over het cultuurhistorisch profiel van de aanwezige elementen zodat vergunningverlenende overheid deze kan afwegen.
Beoordeling
A. Cultuurhistorische waardestelling
De aanvraag heeft betrekking op een pand gelegen in de Nieuw-Parkwijk “Den Brandt”, een residentieel villapark in 1910 aangelegd op de gronden van de familie Della Faille de Waerloos. De conventie die naar aanleiding van de verkaveling werd afgesloten tussen de stad Antwerpen en de NV Extensions et Entreprises Anversoises, bepaalt de stedenbouwkundige voorschriften.
De Kastanjelaan telt vandaag in totaal veertien percelen, de hoeken met de Della Faillelaan en de Berkenlaan inbegrepen. Homogeen van typologie, wordt het straatbeeld bepaald door een aaneenschakeling van vrijstaande landhuizen met voortuintjes, die in drie fasen tot stand kwamen. Tijdens de ontstaansfase van de wijk werden twee percelen bebouwd in beaux-artsstijl, waaronder het perceel op nummer 11. Na de sloop van deze villa in 1973 kwam de huidige villa L. Glass in de plaats, een later ontwerp van Frans Laporta (1907-2002) in pseudo-Tudorstijl.
Laporta tekende voor verschillende traditionalistische villaprojecten in de onmiddellijke omgeving. Een vroeg voorbeeld is de villa uit 1938 in traditionalistische stijl aan de Eglantierlaan 15, gebaseerd op de Engelse landhuisbouw in ‘Modern Georgian’-stijl uit het begin van de twintigste eeuw, die op zijn beurt teruggreep naar de classicerende country houses uit de 17de en 18de eeuw. In de jaren veertig bouwde hij aan de Acacialaan 10 (1941), de Ahornenlaan 33 (1948) en verbouwde hij in 1946 oudere villa’s aan de Groenenborgerlaan 150 en de Sorbenlaan 30. In de jaren vijftig was hij de ontwerper voor Beukenlaan 30 (1955), Dennenlaan 1 (1957) en Della Faillelaan 52 (1959). Na meer dan 10 jaar kwam Laporta terug in beeld voor de villa aan Kastanjelaan 11.
Kenmerkende materiaalpolychromie van bak- en natuursteen in combinatie met houtbouw, het door elkaar toepassen van stijl- en regelwerk, ruwe beraping, decoratieve metselverbanden en leien schaliën zorgt voor het plastische karakter van de informele, ogenschijnlijk organisch gegroeide volumes met complexe dakconstructies, aangevuld door levendige details als boogvensters, erkers, dakkapellen en schoorstenen. Typisch is ook de dominante inplanting van de ruim bemeten traphal in de kern van de woning.
Vrijstaande villa van drie bij twee traveeën en twee bouwlagen onder complex overkragend schilddak met dakkapellen. Asymmetrisch van opzet, beantwoorden opbouw en volumetrie van de villa aan het pittoreske streven van dit type landhuisbouw. Rood baksteenmetselwerk in halfsteens verband voor de plint, houten boograam links en driezijdige erker op natuurstenen plint aan de rechterzijde, oplopend tot de licht uitkragende bovenbouw in pseudovakwerk. Tegelpannen als dakbedekking. De centrale deurtravee is uitgewerkt als oplopende risaliet in Franse natuursteen met centrale inkomdeur onder tudorboog en op beide verdiepingen twee rijen vensters met typerende kleine roedeverdeling, eveneens onder tudorboog.
Het pand is beeldondersteunend in de straat en de wijk. Als laat werk van architect Laporta getuigt het van een behoudsgezinde, traditionalistische aanpak die teruggrijpt naar vroegere bouwfases in de villawijk. Door de combinatie van allerlei elementen uit de vormentaal van de Britse cottagestijlen, creëert Laporte hier een pseudo-tudorstijl.
B. Afweging
Op basis van het aangeleverde plannenmateriaal is duidelijk dat het ontwerp voor de verbouwing verder bouwt op de beeldtaal van de cottage-stijl, waarbij gevels en daken nog complexer worden uitgewerkt met in- en uitspringende volumes.
Hoewel de hoog oplopende schoorsteen kenmerkend is voor de vormentaal van de cottagestijl, en aansluit bij de bestaande schoorsteen, is de prominente plaatsing van de hoog oplopende schoorsteen in de voorgevel voor de traphal echter atypisch, zowel naar het exterieur (gevelopbouw) als het interieur, waarmee er geen functionele verbinding lijkt te zijn. De voorgestelde luifel compromitteert de verticaliserende werking en het symmetrische basisontwerp van de centrale deurtravee.
De stedelijke dienst monumentenzorg adviseert gunstig, op voorwaarde dat de plaatsing van de nieuwe schoorsteen en de luifel bij de voordeur wordt herzien.
Voorwaarde:
Herziening van de inplanting van de nieuwe schoorsteen en de luifel bij de voordeur.”
Het advies van de dienst monumentenzorg wordt onderschreven. De nieuwe schoorsteen en luifel bij de voordeur worden uitgesloten van vergunning. Een nieuw voorstel kan besproken worden met de dienst monumentenzorg en de dienst omgevingsvergunningen.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
De aangevraagde interne wijzigingen aan de woning (met uitzondering van de wijzigingen op de tweede verdieping) vergroten het wooncomfort in grote mate. De woning voldoet aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en veiligheid.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. de loungeruimte in de kelder mag enkel als berging worden gebruikt;
2. de verharding in de linkse zijtuin te beperken tot de strikt noodzakelijke toegangen tot de garages, de woning en de achteruin. Zie rode aanduiding op het inplantingsplan;
3. het zwembad dient te worden ingeplant op minstens vier meter van de perceelsgrenzen;
4. een septische put moet worden voorzien, conform artikel 43 van de Bouwcode;
5. na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.
Uitsluitingen
1. de interne wijzigingen en functionele invulling (unit 1, unit 2, hobbykamer) van de tweede verdieping worden uitgesloten van vergunning. Enkel de functies, volgens de configuratie zoals vergund in 1973, zijn toegelaten;
2. de nieuwe schoorsteen en luifel bij de voordeur worden uitgesloten van vergunning.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap |
Datum |
Indiening aanvraag |
28 maart 2019 |
Volledig- en ontvankelijk |
17 april 2019 |
Start openbaar onderzoek |
geen |
Einde openbaar onderzoek |
geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken |
geen |
Uiterste beslissingsdatum |
16 juni 2019 |
Verslag GOA |
28 mei 2019 |
naam GOA |
Brenda Dierckx |
Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is volgende voorwaarden strikt na te leven:
Algemene voorwaarden
De algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. de loungeruimte in de kelder mag enkel als berging worden gebruikt;
2. de verharding in de linkse zijtuin te beperken tot de strikt noodzakelijke toegangen tot de garages, de woning en de achteruin. Zie rode aanduiding op het inplantingsplan;
3. het zwembad dient te worden ingeplant op minstens vier meter van de perceelsgrenzen;
4. een septische put moet worden voorzien, conform artikel 43 van de Bouwcode;
5. na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.
Uitsluitingen
1. de interne wijzigingen en functionele invulling (unit 1, unit 2, hobbykamer) van de tweede verdieping worden uitgesloten van vergunning. Enkel de functies, volgens de configuratie zoals vergund in 1973, zijn toegelaten;
2. de nieuwe schoorsteen en luifel bij de voordeur worden uitgesloten van vergunning.
Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.