Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: |
OMV_2019000220 |
Gegevens van de aanvrager: |
de heer Joeri van Disseldorp met als contactadres Piep-in-'t-Riet 13 te 2040 Berendrecht (Antwerpen) |
Ligging van het project: |
Piep-in-'t-Riet 13 te 2040 Berendrecht (Antwerpen) |
Kadastrale gegevens: |
afdeling 19sectie C nr. 82B2 |
Vergunningsplichten: |
Stedenbouwkundige handelingen. |
Voorwerp van de aanvraag: |
verbouwen en uitbreiden van een eengezinswoning |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 30/10/1997: vergunning (804#200) voor het bouwen van acht eengezinswoningen.
Laatst vergunde toestand en bestaande toestand
- Een eengezinswoning met twee bouwlagen onder een zadeldak;
- De kroonlijsthoogte bedraagt 6 meter en de nokhoogte bedraagt 9 meter;
- De gevels van de woning zijn bepleisterd in een witte kleur.
Inhoud van de aanvraag
- verbouwen en uitbreiden van een eengezinswoning;
- de aanbouw komt over de gehele breedte van de woning;
- de bouwdiepte van de aanbouw bedraagt 4 meter zodat de totale bouwdiepte 11,65 meter;
- de bouwhoogte van de aanbouw bedraagt 3 meter en wordt afgewerkt met een plat dak;
- de achtergevel van de aanbouw wordt in een witte kleur bepleisterd zoals de bestaande achtergevel van de woning.
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Er werden geen adviezen gevraagd.
Toetsing voorschriften
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
(Het gewestplan kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar PLANNING > Plannen > Bestemmingsplan > Gewestplan.)
De aanvraag ligt in de verkaveling BD/1997/V/0001, goedgekeurd op 22 september 1997, meer bepaald in lot(en) 10.
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verkavelingsvergunning 1997/11 op volgend punt:
- afwijken op de maximaal mogelijke vloerterreinindex.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)
De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Overwelven waterlopen: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake het overwelven of inbuizen van niet geklasseerde waterlopen en waterlopen van 3de categorie (verder genoemd verordening overwelven waterlopen), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 26 januari 2009 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 4 juni 2009.
(De verordening overwelven waterlopen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘overwelven waterlopen’)
De verordening overwelven waterlopen is niet van toepassing op de aanvraag.
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘bouwcode’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op de volgende punten:
Sectorale wetgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Beoordeling afwijkingen van de voorschriften
De aanvraag wijkt af van de goedgekeurde verkavelingsvoorschriften 1997/11.
De gevraagde uitbreiding overschrijdt de maximaal toegestane vloerterreinindex (V/T). Maar de verkaveling is ouder dan 15 jaar, waardoor volgens de Codex Ruimtelijke Ordening kan afgeweken worden mits openbaar onderzoek. Het openbaar onderzoek werd gevoerd, en leverde geen bezwaren van de omwonenden op. Zodus is deze uitbreiding van de woning als principe aanvaardbaar.
De aanvraag wijkt af van de bouwcode artikel 24 “minimale lichtinval en luchttoevoer”.
Door een aanbouw te voorzien, krijgt de achterliggende keuken met leefruimte minder rechtstreekse lichtinval en verluchting. Om voldoende licht en lucht te garanderen, wordt als voorwaarde opgelegd dat de raamopening met schuifraam tussen het bestaande gelijkvloers en de nieuwe aanbouw moet opengemaakt worden door het schrijnwerk te verwijderen.
De aanvraag wijkt af van de bouwcode artikel 34.3 “stabiliteit en scheidingsmuren” en artikel 38 “groendaken”.
Er is geen opstaande dakrand van 30cm hoog voorzien. Dit is nodig voor het beperken van brandoverslag. Maar het verhogen van de dakrand op de perceelsgrenzen vereist een nieuwe bevraging van de omwonenden, waarvoor een nieuwe bouwaanvraag moet worden ingediend. Bovendien zou het betekenen dat de kroonlijsthoogte van 3m zou verhoogd worden, waardoor de mogelijkheid tot het bouwen zonder architect zou vervallen.
Bijkomend is het nieuwe platte dak groter dan 20m², waardoor een groendak verplicht is. De verplichting voor een groendak zou kunnen vervallen indien een voldoende grote hemelwaterput aanwezig is. Maar op de plannen en in de aanvraag is niet duidelijk of er een put aanwezig is.
Daarom wordt opgelegd om een groendak te voorzien op het nieuwe platte dak van de aanbouw. Rondom moet een onbrandbare strook van 30cm breed tussen de vegetatie van het groendak en de dakrand voorzien worden, met een reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2. Daarbij mag de kroonlijst niet verhogen, mag de scheimuurhoogte op de perceelsgrenzen niet verhogen, en mag de binnenhoogte niet lager dan 2.60m vrije binnenhoogte.
Functionele inpasbaarheid
De woonfunctie in deze eengezinswoning blijft behouden.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
De uitbreiding heeft een kroonlijsthoogte van 3m, diepte van 4m, en wordt perceelsbreed gebouwd met een breedte van 6.46m. De aanbouw biedt een aanzienlijke extra woonoppervlakte en woonkwaliteit bij deze woning.
Visueel-vormelijke elementen
De achtergevel wordt opengemaakt met een quasi gevelbreed schuifraam met zicht op de tuin. De constructie is houtskelet met een buitenafwerking in witte crépi. Het type schrijnwerk is niet bekend.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezinswoning waarbij de functie en het aantal woongelegenheden ten opzichte van het bestaande ongewijzigd blijven.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
Mits voldaan aan de voorwaarden voldoet de aanvraag aan de goede ruimtelijke ordening.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen;
2. conform bouwcode artikel 24 moet de raamopening met schuifraam tussen het bestaande gelijkvloers en de nieuwe aanbouw opengemaakt worden door het schrijnwerk te verwijderen;
3. conform bouwcode artikel 34.3 en 38 moet een groendak voorzien worden op het nieuwe platte dak van de aanbouw. Rondom moet een onbrandbare strook van 30cm breed tussen de vegetatie van het groendak en de dakrand voorzien worden, met een reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2. Daarbij mag de kroonlijst niet verhogen, mag de scheimuurhoogte op de perceelsgrenzen niet verhogen, en mag de binnenhoogte niet lager dan 2.60m vrije binnenhoogte.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap |
Datum |
Indiening aanvraag |
2 januari 2019 |
Volledig- en ontvankelijk |
29 januari 2019 |
Start openbaar onderzoek |
4 februari 2019 |
Einde openbaar onderzoek |
5 maart 2019 |
Gemeenteraad voor wegenwerken |
geen |
Uiterste beslissingsdatum |
14 mei 2019 |
Verslag GOA |
23 april 2019 |
naam GOA |
Helia Dezhpoor |
De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Startdatum |
Einddatum |
Schriftelijke bezwaar-schriften |
Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften |
Petitie-lijsten |
Digitale bezwaar-schriften |
4 februari 2019 |
5 maart 2019 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is volgende voorwaarden strikt na te leven:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken, strikt na te leven.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen;
2. conform bouwcode artikel 24 moet de raamopening met schuifraam tussen het bestaande gelijkvloers en de nieuwe aanbouw opengemaakt worden door het schrijnwerk te verwijderen;
3. conform bouwcode artikel 34.3 en 38 moet een groendak voorzien worden op het nieuwe platte dak van de aanbouw. Rondom moet een onbrandbare strook van 30cm breed tussen de vegetatie van het groendak en de dakrand voorzien worden, met een reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2. Daarbij mag de kroonlijst niet verhogen, mag de scheimuurhoogte op de perceelsgrenzen niet verhogen, en mag de binnenhoogte niet lager dan 2.60m vrije binnenhoogte.
Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.