Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: |
OMV_2019021326 |
Gegevens van de aanvrager: |
NV MEDITERRANEAN SHIPPING COMPANY BELGIUM met als adres Noorderlaan 127A te 2030 Antwerpen |
Gegevens van de exploitant: |
NV MEDITERRANEAN SHIPPING COMPANY BELGIUM met als adres Noorderlaan 127A te 2030 Antwerpen |
Ligging van het project: |
Bremenstraat 3 2030 Antwerpen |
Kadastrale gegevens: |
afdeling 7 sectie G nr. 1543F2 |
Inrichtingsnummer: |
20190219-0061 (MSC Belgium nv) |
Vergunningsplichten: |
Stedenbouwkundige handelingen. Exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten. |
Voorwerp van de aanvraag: |
Verbouwen en exploiteren van een kantoorgebouw en magazijn |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- Op 24 april 1964 verleende het college een stedenbouwkundige vergunning (18/46272/B/19641620816) voor een depot.
- Op 2 juli 1965 verleende het college een stedenbouwkundige vergunning (18/47548/B/1965239) voor een magazijn, stapelplaats.
- Op 15 oktober 1965 verleende het college een stedenbouwkundige vergunning (18/48044-1902/B/1965238) voor een magazijn.
- Op 2 augustus 1968 verleende het college een stedenbouwkundige vergunning (18/51367-5222/B/1968229) voor de verbouwing tot kantoor.
- Op 15 mei 1970 verleende het college een stedenbouwkundige vergunning (18/52933/B/1970465) voor de uitbreiding van burelen.
- Op 8 september 1994 verleende het college een stedenbouwkundige vergunning (HV/1996/5-93/B/1703) voor een opslagplaats voor gevaarlijke stoffen.
- Op 9 november 1995 verleende het college een stedenbouwkundige vergunning (5-95/B/1075) voor het bijbouwen van kantoorruimte.
- Op 12 oktober 2000 verleende het college een stedenbouwkundige vergunning (AN5/2000/B/0097) voor het uitbreiden van een kantoorcomplex van een overslagbedrijf.
Inhoud van de aanvraag
De aanvraag betreft:
- het afbreken van een loods;
- het verbouwen van een kantoorgebouw;
- het verbouwen van een magazijn.
Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten
Aangevraagde rubrieken
Rubriek |
Omschrijving |
Gevraagd voor |
3.2.2°a) |
het lozen van meer dan 600 m³ per jaar huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, wanneer het lozingspunt gelegen is in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan; |
1.250 m³/jaar |
12.2.1° |
transformatoren (gebruik van) met een individueel nominaal vermogen van 100 kVA tot en met 1.000 kVA; |
1 x 800 kVA |
16.3.1.1° |
inrichtingen voor het fysisch behandelen van gassen (samenpersen – ontspannen) - koelinstallaties voor het bewaren van producten, luchtcompressoren, warmtepompen en airconditioninginstallaties, met een totale geïnstalleerde drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW. |
110 kW |
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
Advies |
brandweer/ risicobeheer/ preventie |
15 maart 2019 |
15 april 2019 |
Voorwaardelijk gunstig |
Havenbedrijf Antwerpen |
15 maart 2019 |
11 april 2019 |
Voorwaardelijk gunstig |
lokale politie/ verkeerspolitie (LP/VK/SE) |
15 maart 2019 |
9 april 2019 |
Geen bezwaar |
Water-link (AWW) |
15 maart 2019 |
5 april 2019 |
Voorwaardelijk gunstig |
Toetsing voorschriften
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het goed is gelegen in het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Afbakening zeehavengebied Antwerpen (Besluit van de Vlaamse regering van 30 april 2013), binnen de afbakeningslijn.
De gebieden binnen de afbakeningslijn behoren tot het zeehavengebied Antwerpen.
Met uitzondering van de deelgebieden waarvoor in dit plan voorschriften werden vastgelegd, blijven de op het ogenblik van de vaststelling van dit plan bestaande bestemmings- en inrichtingsvoorschriften onverminderd van toepassing.
Het goed is volgens voornoemd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan bestemd als Grensgebied met het grootstedelijk gebied – omgeving Noorderlaan.
Het gebied is bestemd voor zeehaven- en watergebonden bedrijven zoals omschreven in lid 1 van artikel R1. en voor de bestaande bedrijven of activiteiten die aanwezig zijn in dit gebied op het moment van definitieve vaststelling van dit gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan. De bestaande bedrijven of activiteiten kunnen blijven bestaan tot de stopzetting. De handelingen die nodig zijn om een bestaand bedrijf of activiteit te bestendigen zijn toegelaten voor zover zij beperkt zijn tot het behoud binnen het bestaande bouwvolume op het moment van definitieve vaststelling van dit gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan. Andere verbouwingen of uitbreidingen zijn niet toegelaten.
In het gebied zijn kantoorgebouwen niet toegelaten, tenzij ze noodzakelijk zijn voor en een inherent onderdeel zijn van de exploitatie van haven en industriële activiteiten. De bestaande kantoorgebouwen kunnen behouden blijven binnen het bestaande bouwvolume op het moment van definitieve vaststelling van dit gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan. Uitbreidingen zijn niet toegelaten.
De aanvraag dient beoordeeld te worden aan de hand van de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan.
De aanvraag is in overeenstemming met de bestemming en de voorschriften van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.
Voor een straal van 500 meter rond de aanvraag is het voormelde GRUP tevens van toepassing. Hier gelden voor de terreinen langs de Noorderlaan het bestemmingsvoorschrift Grensgebied met het grootstedelijk gebied – omgeving Noorderlaan en voor de terreinen ten zuiden van de Vosseschijnstraat het Gebied voor Zeehaven- en watergebonden bedrijven. Voor het 3de Havendok geldt het bestemmingsvoorschrift Gebied voor waterweginfrastructuur. Binnen de afbakening zeehavengebied heeft de Noorderlaan op circa 230 meter ten noorden van de aanvraag de bestemming Gebied voor verkeers- en vervoersinfrastructuur. Evenwijdig met de Noorderlaan loopt een overdruk met als aanduiding Leidingstraat. Op circa 120 meter ten oosten van de aanvraag loopt een overdruk met als aanduiding Hoogspanningsleiding.
Op circa 250 meter ten noorden van de aanvraag zijn binnen de afbakening van het grootstedelijk gebied Antwerpen, bepaald in het gelijknamig gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan, de bestemmingen van het gewestplan Antwerpen nog van toepassing, met bestemmingen Woongebied, Bufferzone, Bestaande hoogspanningsleiding, Bestaande snelverkeerswegen en Bestaande autosnelweg.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
Hemelwater: Het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.
De gewestelijke hemelwaterverordening is niet van toepassing op de aanvraag.
Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid.
De gewestelijke verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Sectorale wetgeving
MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
Watertoets: overeenkomstig artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project veroorzaakt geen toename aan bebouwde of verharde oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid – visueel-vormelijke elementen
De voorliggende aanvraag betreft het verbouwen van een magazijn en kantoorgebouw en het afbreken van een loods, gelegen ten noorden van het 3de Havendok.
Het bestaande magazijn met een totale oppervlakte van circa 10.600 m² wordt opgedeeld in twee aparte magazijnen door het plaatsen van een scheidingsmuur. Het magazijn dat deel uitmaakt van voorliggende aanvraag heeft een oppervlakte van circa 2.400 m² en bevindt zich tegen het kantoorgebouw. De bestaande refter, het sanitair en de kleedruimtes op het gelijkvloers en de bureaus op de verdieping, aan de oostzijde in het magazijn, worden afgebroken. De bestaande hoogspanningscabine blijft behouden. Tevens worden binnenin het magazijn twee nieuwe volumes gecreëerd met een vrije hoogte van circa 2,5 meter. Deze volumes worden opgetrokken in metselwerk en ingericht met kleedkamers, een droogruimte, een EHBO-lokaal en een opslagruimte voor computers. Op niveau -1 wordt eveneens nog een opslagruimte voorzien die toegankelijk is via de inkomhal in het kantoorgebouw.
Ten slotte worden in de noordgevel de rolpoorten vervangen en worden twee nieuwe openingen gemaakt voor twee buitendeuren in aluminium. Ten noorden van het magazijn wordt een helling in beton voorzien.
Het bestaande kantoorgebouw ten noorden van het magazijn staat in de huidige situatie leeg en heeft bouwtechnische gebreken waardoor er door de aanvrager beslist wordt om het kantoorgebouw volledig te renoveren. Het kantoorgebouw betreft twee bouwlagen met een oppervlakte van circa 300 m² en een derde bouwlaag met een oppervlakte van circa 800 m². De tweede verdieping steunt gedeeltelijk op betonnen kolommen; de ruimte eronder doet dienst als overdekte laad- en loszone.
De raamopeningen in de drie gevels worden verlaagd tot op vloerniveau. Tevens worden op de tweede verdieping nieuwe raamopeningen voorzien. Al het buitenschrijnwerk wordt vervangen. Het kantoorgebouw wordt volledig geïsoleerd en afgewerkt met lichtgrijze-bruine steenstrips. Hierdoor komt de gevelbekleding 14 tot 16 centimeter naar voren. De plint wordt voorzien in blauwe hardsteen.
Het dak wordt eveneens geïsoleerd en voorzien van een nieuwe dakbedekking. Op het dak wordt rondom de technische installatie een roosterwerk in gegalvaniseerd staal voorzien.
Aan de oostzijde van het kantoorgebouw wordt een nieuwe brandtrap in gegalvaniseerd staal geplaatst. Deze brandtrap dient geplaatst te worden om te voldoen aan de brandnormering.
Er worden eveneens interne geschiktmakingswerken gepland, vrijgesteld van vergunningsplicht, waarbij er ook op elke verdieping bij de kantoren een kleine keuken wordt ingericht.
Aansluitend bij de keuken op de tweede verdieping wordt op het dak van het magazijn een dakterras aangelegd van circa 20 m².
Aan de noordzijde van het bestaande magazijn, ten oosten van het kantoorgebouw, wordt een loods afgebroken daar deze niet meer in gebruik is. Deze loods bestaat uit één bouwlaag en heeft een oppervlakte van circa 208 m². De loods is opgetrokken in een staalstructuur waarbij de wanden en het dak bestaan uit gemoffelde geprofileerde staalplaten in een donkergrijze kleur. Na afbraak blijft de bestaande betonverharding behouden.
Opgemerkt wordt dat op de bijgevoegde plannen gevelpubliciteit aangegeven is op de westelijke gevel. Dit is echter geen onderwerp van de aanvraag. Andere plannen en informatie over deze publiciteitsinrichting ontbreken immers. Indien deze gevelpubliciteit toch voorzien zal worden, is hiervoor een nieuwe omgevingsvergunningsaanvraag vereist.
Mobiliteitsimpact (o.a. toetsing parkeerbehoefte)
In de overdekte zone, die aldus niet langer voor het laden en lossen van vrachtwagens lijkt te zullen worden gebruikt, worden 14 nieuwe parkeerplaatsen voor auto’s voorzien. Volgens de aanvrager wordt er voldaan aan de parkeerbehoefte aangezien de bestaande parking aan de overzijde van de straat eveneens gebruikt kan worden.
Er is geen parkeergelegenheid voor vrachtwagens aangegeven op de plannen. Er komt ter plaatse van de loods die wordt afgebroken net ten oosten van de overdekte ruimte wel ruimte vrij tussen de voorliggende openbare weg en de gevel van het magazijn langs de Bremenstraat. De bouwheer dient op eigen terrein de nodige (organisatorische) acties te ondernemen met het oog op een vlotte interne verkeersdoorstroming, opdat er geen hinder op de openbare weg ontstaat.
Schaal – ruimtegebruik – bouwdichtheid
De aanvraag betreft het verbouwen van een reeds bestaand kantoorgebouw en magazijn en de sloop van een niet historisch of architecturaal waardevolle constructie in industriegebied. Er wordt aldus geen vrije ruimte ingenomen. De aanvraag is in overeenstemming en verenigbaar met de ruimtelijke context van het havengebied waarbinnen deze aanvraag is gesitueerd.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
Er werd advies ingewonnen bij het Havenbedrijf Antwerpen als gebiedsbeheerder. Dit advies is voorwaardelijk gunstig.
Gelet op de aard van de aanvraag werd het advies ingewonnen van de brandweer/risicobeheer/preventie. Dit advies is voorwaardelijk gunstig.
Wegens de situering van de aanvraag in de directe nabijheid van een hoofdwaterleiding werd tevens het advies ingewonnen van de beheerder van deze leiding. Het advies van Water-Link is voorwaardelijk gunstig.
De voorwaarden uit deze adviezen, gericht op het vrijwaren van de integriteit van omgevende infrastructuren, met het oog op de beperking van de hinder van de geplande werkzaamheden en met het oog op de veiligheid, kunnen integraal aan deze vergunning worden gehecht.
Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen of activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu
De ingedeelde inrichtingen of activiteiten zijn louter en alleen in de derde klasse ingedeeld, de exploitatie ervan is dus meldingsplichtig.
Er wordt voldaan aan artikel 5.4.3, §3 van het DABM betreffende verbods- en afstandregels.
De gemelde exploitatie is meldingsplichtig en niet verboden.
Advies aan het college
Aan het college wordt voorgesteld om de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
De gevelpubliciteit maakt geen deel uit van voorliggende aanvraag. Indien gevelpubliciteit geplaatst wordt, is hiervoor een nieuwe omgevingsvergunningsaanvraag vereist.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
- De voorwaarden uit het advies van het Havenbedrijf Antwerpen dienen strikt nageleefd te worden;
- De voorwaarden uit het advies van brandweer/risicobeheer/preventie dienen strikt nageleefd te worden;
- De voorwaarden uit het advies van Water-Link dienen strikt nageleefd te worden;
- De bouwheer dient op eigen terrein de nodige (organisatorische) acties te ondernemen met het oog op een vlotte interne verkeersdoorstroming, opdat er geen hinder op de openbare weg ontstaat.
Geadviseerde brandweervoorwaarden
Geadviseerde rubrieken
Rubriek |
Omschrijving |
Geadviseerd voor |
3.2.2°a) |
het lozen van meer dan 600 m³ per jaar huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, wanneer het lozingspunt gelegen is in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan; |
1.250 m³/jaar |
12.2.1° |
transformatoren (gebruik van) met een individueel nominaal vermogen van 100 kVA tot en met 1.000 kVA; |
1 x 800 kVA |
16.3.1.1° |
inrichtingen voor het fysisch behandelen van gassen (samenpersen – ontspannen) - koelinstallaties voor het bewaren van producten, luchtcompressoren, warmtepompen en airconditioninginstallaties, met een totale geïnstalleerde drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW. |
110 kW |
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap |
Datum |
Indiening aanvraag |
19 februari 2019 |
Volledig- en ontvankelijk |
15 maart 2019 |
Start openbaar onderzoek |
geen |
Einde openbaar onderzoek |
geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken |
geen |
Uiterste beslissingsdatum |
14 mei 2019 |
Verslag GOA |
25 april 2019 |
naam GOA |
Bieke Geypens |
De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Schriftelijke bezwaarschriften |
Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften |
Petitielijsten |
Digitale bezwaarschriften |
0 |
0 |
0 |
0 |
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is volgende voorwaarden strikt na te leven:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken, strikt na te leven.
Stedenbouwkundige voorwaarden
- De voorwaarden uit het advies van het Havenbedrijf Antwerpen dienen strikt nageleefd te worden;
- De voorwaarden uit het advies van brandweer/risicobeheer/preventie dienen strikt nageleefd te worden;
- De voorwaarden uit het advies van Water-Link dienen strikt nageleefd te worden;
- De bouwheer dient op eigen terrein de nodige (organisatorische) acties te ondernemen met het oog op een vlotte interne verkeersdoorstroming, opdat er geen hinder op de openbare weg ontstaat.
Brandweervoorwaarden
Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.
De vergunning omvat thans volgende rubrieken:
Rubriek |
Omschrijving |
Gecoördineerd |
3.2.2°a) |
het lozen van meer dan 600 m³ per jaar huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, wanneer het lozingspunt gelegen is in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan; |
1.250 m³/jaar |
12.2.1° |
transformatoren (gebruik van) met een individueel nominaal vermogen van 100 kVA tot en met 1.000 kVA; |
1 x 800 kVA |
16.3.1.1° |
inrichtingen voor het fysisch behandelen van gassen (samenpersen – ontspannen) - koelinstallaties voor het bewaren van producten, luchtcompressoren, warmtepompen en airconditioninginstallaties, met een totale geïnstalleerde drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW. |
110 kW |