Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Aangezien verkavelingen niet voorkomen op de Vlaamse of provinciale lijst, is het college bevoegd voor de vergunning.
De gemeenteraad besliste in zitting van 25 november 2019 (jaarnummer 699) om:
Het college neemt kennis van onderstaand verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
Advies |
POVC Antwerpen |
25 juni 2019 |
10 september 2019 |
Voorwaardelijk gunstig |
POVC Antwerpen |
22 oktober 2019 |
2 december 2019 |
Voorwaardelijk gunstig |
brandweer/ risicobeheer/ preventie |
25 juni 2019 |
24 juli 2019 |
Ongunstig |
brandweer/ risicobeheer/ preventie |
18 september 2019 |
9 oktober 2019 |
Voorwaardelijk gunstig |
lokale politie/ verkeerspolitie (LP/VK/SE) |
25 juni 2019 |
4 juli 2019 |
Geen bezwaar |
lokale politie/ verkeerspolitie (LP/VK/SE) |
17 september 2019 |
3 oktober 2019 |
Geen bezwaar |
Fluvius |
25 juni 2019 |
9 oktober 2019 |
Voorwaardelijk gunstig |
Fluvius |
18 september 2019 |
9 oktober 2019 |
Voorwaardelijk gunstig |
Aquafin nv |
25 juni 2019 |
3 oktober 2019 |
Voorwaardelijk gunstig |
Aquafin nv |
18 september 2019 |
3 oktober 2019 |
Voorwaardelijk gunstig |
Telenet |
25 juni 2019 |
17 oktober 2019 |
Voorwaardelijk gunstig |
Telenet |
18 september 2019 |
17 oktober 2019 |
Voorwaardelijk gunstig |
Proximus |
25 juni 2019 |
9 juli 2019 |
Voorwaardelijk gunstig |
Proximus |
18 september 2019 |
23 september 2019 |
Voorwaardelijk gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
ondernemen en stadsmarketing/ business en innovatie |
25 juni 2019 |
9 juli 2019 |
ondernemen en stadsmarketing/ business en innovatie |
17 september 2019 |
Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag |
stadsbeheer/ groen en begraafplaatsen |
25 juni 2019 |
28 juni 2019 |
stadsbeheer/ groen en begraafplaatsen |
17 september 2019 |
Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag |
stadsbeheer/ stadsreiniging - sorteerstraatjes |
25 juni 2019 |
10 juli 2019 |
stadsbeheer/ stadsreiniging - sorteerstraatjes |
17 september 2019 |
Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag |
stadsontwikkeling/ energie en milieu Antwerpen |
25 juni 2019 |
Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag |
stadsontwikkeling/ mobiliteit |
17 september 2019 |
17 september 2019 |
stadsontwikkeling/ mobiliteit |
25 juni 2019 |
28 juni 2019 |
stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ archeologie |
25 juni 2019 |
25 juni 2019 |
stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ archeologie |
17 september 2019 |
8 oktober 2019 |
stadsontwikkeling/ ontwerp en uitvoering/ ontwerpers |
25 juni 2019 |
26 juni 2019 |
stadsontwikkeling/ ontwerp en uitvoering/ ontwerpers |
17 september 2019 |
13 november 2019 |
stadsontwikkeling/ ruimte |
17 september 2019 |
30 september 2019 |
stadsontwikkeling/ ruimte (advies inzake grond- en pandendecreet) |
25 juni 2019 |
30 september 2019 |
stadsontwikkeling/ vergunningen/ dienst milieuvergunningen |
25 juni 2019 |
19 juli 2019 |
stadsontwikkeling/ vergunningen/ dienst milieuvergunningen |
17 september 2019 |
18 september 2019 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woonuitbreidingsgebied. De woonuitbreidingsgebieden zijn uitsluitend bestemd voor groepswoningbouw zolang de bevoegde overheid over de ordening van het gebied niet heeft beslist, en zolang, volgens het geval, ofwel die overheid geen besluit tot vastlegging van de uitgaven voor de voorzieningen heeft genomen, ofwel omtrent deze voorzieningen geen met waarborgen omklede verbintenis is aangegaan door de promotor.
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het bijzonder plan van aanleg BPA nr. 30 bis Neerland, goedgekeurd bij ministerieel besluit van 26 oktober 2007. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: 4.1. zone voor wegenis, 4.2. zone voor voetwegen, 5.2 zone voor groen met ecologische waarde, 5.3. zone voor groen met recreatieve waarde, 5.4. zone voor buffergroen, 10. zone voor gestapelde woningen en 11. zone voor geclusterde woningen.
(Ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP) en bijzondere plannen van aanleg (BPA) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar PLANNING > Plannen > Bestemmingsplan > Gewestplan.)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van het bijzonder plan van aanleg op volgende punten:
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
Algemene bouwverordeningen
Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de verordening voetgangersverkeer.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
Sectorale wetgeving
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Beoordeling afwijkingen van de voorschriften
De aanvraag wijkt op verschillende punten af van het BPA nr. 30 bis Neerland. Deze afwijkingen worden omschreven in het onderdeel ‘toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen’ van dit verslag.
Overeenkomstig artikel 4.4.1 van de VCRO kunnen na het voeren van een openbaar onderzoek beperkte afwijkingen op de stedenbouwkundige voorschriften worden toegestaan.
Er worden geen afwijkingen aangevraagd voor wat betreft de bestemming, de maximaal mogelijke vloerterreinindex en het aantal bouwlagen.
Zone voor openbare wegenis
De afwijkingen in de zone voor wegenis worden aanvaard omdat hier wordt gekozen om aan te sluiten op bestaande breedtes en materialisatie:
Groenzones
De vastgestelde afwijkingen in de groenzones zijn reeds vastgelegd met de groendienst. De aangepaste beplanting komt voort uit een actuele visie met een focus op onderhoudsarme beplanting.
Zone voor gestapelde woningen
Zone voor geclusterde woningen
De afwijkingen op artikel 13 en 27 van de bouwcode zijn ook vermeld als afwijking op het van kracht zijnde BPA. Op de opmerkingen over bovengrondse uitsprongen en open ruimte is reeds een afwijking toegelaten.
De aanvraag wijkt af op artikel 10 van de verordening hemelwater. Conform deze voorschriften dient er een volume van 170685,5 liter infiltratievoorziening aanwezig te zijn. Ook in het advies van de Vlaamse Milieumaatschappij betreffende het integraal waterbeleid is dit vermeld. Conform dit advies zal er aanbevolen worden om de infiltratie te maximaliseren en de RWA-leidingen te vervangen door infiltratieleidingen indien de nog uit te voeren infiltratieproeven dit niet tegenspreken, en indien de grondwaterstand dit toelaat. Bij het plannen van de werkzaamheden moet rekening gehouden worden met de locatie van de infiltratievoorzieningen en deze dient vrij gehouden te worden van zware belastingen om bodemverdichting te vermijden en om de infiltratiecapaciteit van dit deel van het terrein maximaal te vrijwaren tijdens de werken.
Functionele inpasbaarheid
De verkavelingsaanvraag voorziet een mix aan woonentiteiten bestaande uit meergezinswoningen en private woningen, eventueel met een complementaire functie, gekaderd binnen een zone voor openbaar domein/wegenis. Het ontwerp ligt wat functies betreft volledig in lijn van de bestemmingsvoorschriften vastgelegd in het van toepassing zijnde BPA “Neerland 30 bis – Herzieningen en uitbreiding”. Omwille van deze reden geeft de Provinciale Omgevingsvergunningscommissie een gunstig advies. Bijgevolg kan in alle redelijkheid worden gesteld dat de aanvraag functioneel inpasbaar is.
Mobiliteitsimpact
De Provinciale Omgevingsvergunningscommissie heeft de mobiliteitsimpact beoordeeld aan de hand van het ingediende MOBER. Deze beoordeling wordt integraal overgenomen.
Het projectgebied is gelegen langs de Krijgslaan in het Antwerpse district Wilrijk. Het gebied ligt ongeveer centraal tussen de A12 in het westen en de E19 in het oosten. Voor gemotoriseerd verkeer zal de volledige ontsluiting van de ondergrondse parkeergarage (volgens de normen van de Bouwcode 324 parkeerplaatsen) en pleinen binnen het projectgebied via een interne weg verlopen die aansluit op de bestaande bezoekersparking langs de Krijgslaan. Via deze gedeelde toegang zal het gemotoriseerd verkeer enkel een ontsluiting op de Krijgslaan hebben. Voor voetgangers en fietsers worden er wel meerdere toegangen en doorsteken voorzien, evenals een fietspad aan de zuidzijde van de Krijgslaan waar momenteel geen voorzieningen voor trage weggebruikers aanwezig zijn. De aanvraag is vergezeld van een MOBER. De bijkomende verkeersgeneratie van het programma wordt geschat op 84 extra bewegingen tijdens het drukste ochtendspitsuur en 125 extra bewegingen tijdens het drukste avondspitsuur. Als conclusie wordt er in het MOBER gesteld dat: “Deze extra voertuigen zullen het projectgebied bereiken via ofwel het kruispunt N177 x Krijgslaan ofwel het kruispunt N106 Doornstraat x Krijgslaan. Doordat het extra verkeer via beide kruispunten zal rijden zal de verkeerstoename niet leiden tot een overschrijding van de capaciteit op een van beide kruispunten. De toename van het verkeer heeft op beide kruispunten een verwaarloosbaar effect. Ook ter hoogte van de toegang tot het projectgebied zijn er geen capaciteitsproblemen. Het verkeer op de Krijgslaan zal vlot blijven verlopen. Wat verkeersveiligheid en verkeersleefbaarheid betreft zal het project de kans op ongevallen niet verhogen. Ook de oversteekbaarheid blijft op eenzelfde niveau als tijdens de huidige situatie, aangezien er ter hoogte van lichtengeregelde kruispunten of zebrapaden kan worden overgestoken.”
Uit het MOBER valt af te leiden dat de mobiliteitsimpact van de aanvraag aanvaardbaar is en geen significant negatief effect teweeg brengt op de verkeersafwikkeling in de omgeving.
Het parkeeraanbod van 324 parkeerplaatsen wordt volledig voorzien in een ondergrondse parking. Voor bewoners en werknemers vormt dit geen probleem, aangezien zij toegang kunnen krijgen tot de parking (bv. doormiddel van een badge). Aangezien het hier niet over een publieke parking gaat, zouden bezoekers normaal geen toegang hebben tot de parking, hoewel de nodige parkeerplaatsen worden voorzien. Er dient dan ook een toegangssysteem voorzien te worden waardoor bezoekers ook toegang hebben tot de voor hen noodzakelijke voorziene parkeerplaatsen in de ondergrondse parking op -1, afgescheiden van de private parkings. Bovendien moet hierover duidelijke informatie voorzien worden bij de inkom van het projectgebied. Dit zal als voorwaarde worden opgenomen.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
Het verkavelingsontwerp richt zich wat schaal, ruimtegebruik en bouwdichtheid betreft naar het van kracht zijnde BPA. Bijgevolg kan er worden gesteld dat de aanvraag geen schaalbreuk teweeg brengt met de omgeving en dat het ruimtegebruik en de bouwdichtheid aanvaardbaar is.
Visueel-vormelijke elementen
Het goedgekeurde Beeldkwaliteitsplan opgemaakt d.d. 04/02/2019 maakt integraal deel uit van de verkavelingsvoorschriften. Dit document legt de gewenste materiële en visuele kwaliteit van de nieuwe woonontwikkeling vast. Het ontwerp voor de wijk is gebaseerd op het idee van een rurale, dorpse woonontwikkeling rond grotere en kleinere pleinen. Lage muurtjes, tuinen en paden die door de groene omgeving lopen scheppen een informele sfeer. Van hieruit opent de bebouwing lange zichten in het omliggende parklandschap. Het voorgestelde materiaalgebruik en de vormentaal is niet storend in de ruimtelijke context en kan bijgevolg worden aanvaard.
Toegelaten materialen voor de op te richten gebouwen zijn gevelmetselwerk in aardetinten en eventueel secundaire elementen in beton, natuursteen en hout. Het schrijnwerk moet voorzien worden in hout, staal of aluminium. Borstweringen zijn ofwel massief uitgevoerd in primaire of secundaire gevelmaterialen, of als hekwerken in staal of hout voorzien.
Bergplaatsen zijn gematerialiseerd in baksteen, aansluitend op de gebouwen waar zij bij horen, of in hout (onbehandeld / natuurlijk vergrijzend), of in een combinatie van beide. Het schrijnwerk is in hout of staal.
De voorgestelde materialen zijn hedendaags en stedenbouwkundig aanvaardbaar.
De stedelijke groendienst legt via een advies volgende voorwaarde op:
De stedelijke dienst ontwerp en uitvoering legt via een advies volgende voorwaarden op:
Cultuurhistorische aspecten
Er werd conform de regelgeving een archeologienota opgemaakt in het kader van deze vergunningsaanvraag. Deze geeft aan dat een voortzetting van het archeologisch onderzoek is genoodzaakt in het noordelijk en centraal gedeelte van het projectgebied.
Het projectgebied van de verkaveling bevindt zich buiten een archeologisch vastgestelde zone met een oppervlakte boven 3000 m² (ca 56000 m²). Volgens het Onroerenderfgoeddecreet van 2 juli 2013, artikel 5.4.1 is hiervoor een archeologienota verplicht.
De archeologienota werd ingediend door Raap op 15/11/2018 en door het agentschap Onroerend Erfgoed bekrachtigd op 26/11/2018. Het bijhorende programma van maatregelen beval een vervolgonderzoek met ingreep in de bodem in de vorm van een proefsleuvenonderzoek aangevuld met verkennend of waarderend booronderzoek (https://loket.onroerenderfgoed.be/archeologie/notas/archeologienotas/9262).
De stedelijke dienst archeologie omschrijft nog volgende voorwaarden in hun advies:
Deze zullen integraal worden overgenomen.
Bodemreliëf
Op het totale gebied is een hoogteverschil van circa 3 meter aanwezig, afhellend vanaf de Krijgslaan richting het park. Het terrein wordt zacht geterrasseerd: de wegen en paden worden in helling aangelegd (gemiddeld circa 1,5%), de publieke pleinen en private kavels zijn op plateaus aangelegd en nagenoeg horizontaal.
In het noordelijk gedeelte dat aansluit op de Krijgslaan is bestaand groen aanwezig met enkele grote bomen (o.a. Gewone esdoorn). In overleg met de Groendienst van de stad Antwerpen zal tijdens de uitvoeringsfase bepaald worden welke bomen behouden blijven en welke verwijderd moeten worden (bvb. niet-inheemse). In het zuidelijk gedeelte is door gebrek aan onderhoud over de jaren heen een ruigte ontstaan bestaande uit wilde struiken en kleine bomen. Deze zullen volledig verwijderd worden.
Gezien het hellend karakter van het terrein zijn regelmatig muurtjes nodig om hoogteverschillen op te vangen. Deze keermuren zijn maximaal op de bouwpercelen voorzien en maken dus deel uit van het privatief domein. Enkel waar binnen het publiek domein hoogteverschillen moeten worden opgevangen, zijn deze muurtjes ook in het publiek domein aanwezig. Deze muurtjes zullen worden uitgevoerd met gebakken kleiklinkers (al dan niet met een kern in beton).
Rekening houdend met de leembodem en de kwelstromen in deze zone wordt gekozen voor vocht-tolerante soorten die ook in het park van Eden gebruikt werden.
Op het centrale plein wordt gekozen voor Prunus avium: een soort met opvallende lentebloei.
Enkele meerstammige bomen en struiken zorgen voor gelaagdheid.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
In deze projectontwikkeling moet door de bouwheer een volledige sorteerstraat, type systeem Antwerpen, worden aangelegd. Het aantal te voorziene containers van deze sorteerstraat zal berekend worden door de dienst SB/SR/OSS op basis van het maximum mogelijke aantal bewoners van het project. De bouwheer dient voor de plaatsing een uitvoeringsplan aan te maken en voor te leggen ter goedkeuring aan de dienst SB/SR/OSS. Ook de plaatsing van de sorteerstraat dient te gebeuren volgens de aanwijzingen van de dienst SB/SR/OSS.
De stedelijke dienst milieuvergunning geeft een voorwaardelijk gunstig advies met volgende afweging en voorwaarden: ‘Door de verkaveling zullen op het projectgebied 42 loten voor eengezinswoningen en 7 loten voor meersgezinswoningen.
Bij de realisatie van de gebouwen en wegenis zal bemaling noodzakelijk zijn. Volgens de aanvrager kan nog niet ingeschat worden wat de noodzakelijke diepte en het debiet zal zijn, noch uit welke waterlaag het grondwater gewonnen wordt. Dit zal verder uitgewerkt worden in de desbetreffende projecten.
Bij het realiseren van de verschillende bouwblokken binnen deze verkaveling zal, weliswaar gespreid in tijd, een groot debiet grondwater opgepompt moeten worden. De aanvrager geeft aan deze bemalingen uit te werken in de verschillende projecten afzonderlijk. De noodzaak op een gecoördineerde aanpak door de ontwikkelaar dringt zich op om te vermijden dat voorbij gegaan wordt aan de cumulatieve effecten die de opeenvolgende bemalingen voor de verschillende projecten zullen hebben. De bemalingen nodig voor het realiseren van alle projecten binnen de verkavelingen dienen bij voorkeur op voorhand en in hun totaliteit bekeken te worden, niet afzonderlijk per project. Hierbij dient niet alleen nagegaan te worden hoe het opgepompte debiet per project beperkt kan worden, maar ook hoe en waar het opgepompte water geretourneerd zal worden in de ondergrond (technische voorzieningen, werfplanning, hydraulische studie). Elke vorm van lozing van op de openbare riool dient steeds vermeden te worden, en gelet op de specifieke waterhuishouding in het te verkavelen gebied en het zuidelijker gelegen Park Van Eden, is een geïntegreerde aanpak noodzakelijk. Het globaal plan met betrekking tot de grondwaterbemaling kan vervolgens als leidraad dienen voor de afzonderlijke projectaanvragen.
De ontwikkelaar laat voor de start van de ontwikkeling van de wooneenheden door een deskundige een globale studie (voor heel voorliggende verkaveling) opmaken waarin voor het totaal van de bemalingen binnen deze verkaveling gekeken wordt:
Deze voorwaarden worden integraal overgenomen.
Aangegane verbintenissen
Een overeenkomst betreffende de lastvoorwaarden dient afgesloten te worden tussen de stad en de verkavelaar. Deze overeenkomst moet conform zijn aan het typecontract, goedgekeurd met raadsbesluit van 26 oktober 2015 (jaarnummer 576).
Riolering
Water is een belangrijk element voor het gebied Neerland en zeer specifiek voor de zone B/D, dit door de aanwezigheid van ondergrondse waterstromen en het voorkomen kwelwater. Het maaiveld loopt hellend af van het noorden naar het zuiden maar de dieperliggende waterdichte kleilaag heeft een mindere helling waardoor deze in het zuiden veel minder diep onder het maaiveld ligt dan aan de noordrand. De grondwaterstromingen worden daardoor als het ware naar de oppervlakte geduwd en bij hoge grondwaterstand komt het water aan de oppervlakte als kwelwater.
In het zuidelijk gelegen Park Van Eden is de aanwezigheid van het kwelwater volledig geïntegreerd en is er een meerwaarde mee gecreëerd. Op de rand van het projectgebied aan het Park Van Eden is er echter destijds onvoldoende rekening gehouden met dit kwelwater wat resulteert in een te nat landschap wat nadelig is voor de aanwezige beplanting (de boomgaard) en de gebruikers.
Het huidig ontwerp biedt een oplossing aan dit probleem door de aanleg van een wadi specifiek voor dit kwelwater.
Het concept van ‘zichtbaar water’ is verder ook doorgetrokken in het beheer van het regenwater: langsheen gebouwen en wegen/paden worden wadi’s aangelegd die maximaal zullen worden aangesproken voor de opvang van regenwater van de verharde oppervlaktes (zowel wegenis als gebouwen). De wadi’s fungeren daarbij als buffer en infiltratievoorziening. Allemaal zijn ze ook uitgerust met een overstort die is aangesloten op het nieuw aan te leggen RWA rioleringsstelsel. Ook de verharde oppervlaktes die, om technische redenen, niet kunnen afwateren in een wadi, zijn aangesloten op dit RWA rioleringsstelsel.
Het RWA rioleringsstelsel stuurt het regenwater uiteindelijk naar het reeds bestaande wadi stelsel ten westen van het projectgebied. Bij het ontwerp en dimensionering van dit wadi stelsel is destijds rekening gehouden met deze aansluiting vanuit het projectgebied B/D.
Het afvalwater binnen de bouwzone wordt opgevangen door rioleringsbuizen die via drie rioolaansluitingen uitmonden in de bestaande riolering van de Gallaitlaan.
Wegenis
De toegangsweg vanaf de Krijgslaan tot de inrit van de parkeergarage wordt aangelegd in asfalt. Het buurtplein (berijdbaar voor afvalophaling en leveringen) wordt uitgevoerd in uitgewassen beton. De wegen (3 meter breed, toegelaten voor vergunningshouders) zijn uitgevoerd in geborsteld beton, aansluitend op de padenstructuur in het park. Verbrede stroken voor reddingsvoertuigen worden in betongrasdallen (gevuld met porfier en ingezaaid met bloemenmengsel) en grindgazon voorzien. Alle andere fiets- en voetpaden (1,5 tot 2 meter breed) worden in gestabiliseerd porfier aangelegd.
Alle bestratingen (behalve de toegangsweg) zijn primair bedoeld voor fietsers en voetgangers, om een zo volledig mogelijk doorwaadbaarheid van het projectgebied te garanderen.
Ter plaatse van paden die slechts een breedte hebben van 2,00 meter, zal de berijdbaarheid voor de brandweer worden gerealiseerd door een aanliggende strook van 2,00 meter grasbetontegels of versterkt gras (zie plan).
Op plaatsen waar deze voor de brandweer berijdbare stroken zijdelings verder doorlopen in klassieke graszones, zullen elementen worden aangebracht (bv. boomstronken) om de grens van de berijdbare zone duidelijk te maken.
Op plaatsen waar paden zijn uitgerust met paaltjes om toegang voor gemotoriseerd onmogelijk te maken, zullen de nodige breekpalen worden geplaatst volgens de richtlijnen van de brandweer.
Advies aan het college
Aan het college wordt voorgesteld om de omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde voorwaarden
Lasten
Vooraleer onderhavige verkavelingsvergunning kan worden uitgevoerd dient de verkavelaar:
Dit houdt in dat zolang aan deze beide opschortende voorwaarden, waarvan voor de laatste, de naleving volledig rust op de verkavelaar zelf, niet voldaan is, de verkavelaar niet kan overgaan tot de uitvoering van de verkregen verkavelingsvergunning en tot de verkoop van de kavels in de zin van artikel 4.2.16 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.
Standpunt college
Het college sluit zich grotendeels aan bij het verslag van de gemeentelijk omgevingsambtenaar. Echter wenst het college de optie open te houden om parkeermogelijkheid te voorzien op het maaiveld voor een deel van het bezoekersparkeren, bij voorkeur in een pocketparking in de omgeving van de Krijgslaan.
Procedurestap |
Datum |
Indiening aanvraag |
27 mei 2019 |
Volledig- en ontvankelijk |
25 juni 2019 |
Start 1e openbaar onderzoek |
4 juli 2019 |
Einde 1e openbaar onderzoek |
2 augustus 2019 |
Beslissing aanvaarding wijzigingsaanvraag |
16 september 2019 |
Start 2e openbaar onderzoek |
19 september 2019 |
Einde 2e openbaar onderzoek |
18 oktober 2019 |
Gemeenteraad voor wegenwerken |
25 november 2019 |
Uiterste beslissingsdatum |
22 december 2019 |
Verslag GOA |
5 december 2019 |
naam GOA |
Wim Van Roosendael |
Wijzigingslus
De aanvrager heeft een verzoek ingediend om zijn oorspronkelijke aanvraag te wijzigen.
Dit verzoek werd aanvaard, waardoor de wijzigingen mee beoordeeld worden. De wijzingen zijn zodanig dat er een nieuw openbaar onderzoek werd gehouden en eventuele adviezen opnieuw werden gevraagd.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
De aanvraag werd onderworpen aan 2 openbare onderzoeken.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Startdatum |
Einddatum |
Schriftelijke bezwaar-schriften |
Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften |
Petitie-lijsten |
Digitale bezwaar-schriften |
04/07/2019 |
02/08/2019 |
24 |
0 |
1 |
18 |
19/09/2019 |
18/10/2019 |
3 |
0 |
0 |
4 |
Bespreking van de bezwaren
Bezwaren uit vorige openbare onderzoeken over de aanvraag, die nog relevant zijn, worden hier ook besproken.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: |
OMV_2019064857 |
Gegevens van de aanvrager: |
NV Triple Living met als contactadres Michel De Braeystraat 55 te 2000 Antwerpen |
Eigenaars: |
stad Antwerpen met als adres Grote Markt 1 te 2000 Antwerpen en Autogemb Autonoom Gemeentebedrijf voor Vastgoedbeheer en Stadsprojecten - VESPA met als adres Paradeplein 25 te 2018 Antwerpen |
Ligging van het project: |
Krijgslaan ZN te 2610 Wilrijk (Antwerpen) |
Kadastrale gegevens: |
afdeling 44 sectie D nrs. 0, 370T14, 370S14, 371A en 372 |
Vergunningsplichten: |
verkavelen van gronden |
Voorwerp van de aanvraag: |
verkavelen van een terrein in 42 loten voor eengezinswoningen en 7 loten voor meergezinswoningen met ondergrondse parking, en het aanleggen van het openbaar domein |
Omschrijving aanvraag
Voorgeschiedenis
Op 25 juni 2003 keurde het college (jaarnummer 6290) de structuurschets Neerland goed. Op 18 december 2006 stelde de gemeenteraad het bijzonder plan van aanleg (BPA) 30bis “Neerland” definitief vast (jaarnummer 2693). Op 26 oktober 2007 vond de goedkeuring via ministerieel besluit van het bijzonder plan van aanleg (BPA) 30bis “Neerland” plaats. De uitvoering van het open ruimtegebied 'Neerland' gebeurt in een aantal opeenvolgende stappen. Het projectgebied is opgedeeld in 6 deelprojecten:
De ontwerpopdracht voor de nieuwe bebouwing en de infrastructuur voor bouwzone B/D werd na een ontwerpwedstrijd toegewezen aan het ontwerpteam 'Triple Living – Fris in het landschap – Hama architecten – Johannes Norlander Arkitektur' vertegenwoordigd door Triple Living als projectontwikkelaar.
Er werd een beeldkwaliteitsplan opgemaakt waarin een concrete visie voor het projectgebied werd uitgewerkt, welke gunstig werd beoordeeld door de Welstandscommissie op 9 september 2018 en dat werd toegevoegd aan deze aanvraag. Voorliggende aanvraag is een vertaling van dit ontwerp en het beeldkwaliteitsplan in een verkaveling.
Het college van burgemeester en schepenen besliste op 27 januari 2017 (jaarnummer 832) om voor de verkoop onder voorwaarden van de projectgebieden B en D geen stedenbouwkundige ontwikkelingskosten op te leggen gelet op de verplichting tot de realisatie van 60 sociale woningen en de historische dading afgesloten op 6 juni 2006 (gemeenteraad 27 maart 2006, jaarnummer 526).
Het definitief ontwerp van het openbaar domein werd voorgesteld op de Commissie Openbaar Domein op 8 oktober 2018. Het ontwerp werd door de COD goedgekeurd met enkele opmerkingen. Het dossier werd vervolgens goedgekeurd door het college van burgemeester en schepenen op 9 november 2018 (jaarnummer 9877).
De gemeenteraad besliste op 24 juni 2019 om de opstart van de procedure tot aanvraag voor de gedeeltelijke afschaffing van de voetweg 23 in het district Wilrijk goed te keuren. Over het voornemen tot gedeeltelijke afschaffing van voetweg nr. 23 te Antwerpen, atlasgemeente Wilrijk, werd een openbaar onderzoek georganiseerd van 18 juli 2019 tot en met 16 augustus 2019. Tijdens de periode van het openbaar onderzoek werden geen bezwaren ontvangen. Op 31 oktober 2019 besliste de deputatie dat de voetweg kan worden afgeschaft.
Bestaande toestand
Het project ‘Neerland B/D’ bevindt zich te Wilrijk langs de Krijgslaan, ten oosten van de bouwvelden ‘Neerland A’.
Het projectgebied is gelegen aan de zuidelijke stadsrand van Antwerpen, net buiten de voormalige fortengordel. Het wordt in het noorden begrensd door de Krijgslaan en de wijk Duivelshoek en in het zuiden door het natuur- en parklandschap Park van Eden, een erkend natuurreservaat. Het projectgebied ligt ruwweg centraal tussen de A12 in het westen en de E19 in het oosten.
Het beschermd natuurgebied Groen Neerland grenst in het oosten aan het projectgebied. In het westen grenzend aan het projectgebied bevindt zich bouwzone A van het bijzonder plan van aanleg. De deelzones A1-6 worden ontwikkeld voor vrijemarktwoningen, de deelzones A7-9 voor sociale woningen. Er is een menging van meergezinswoningen en eengezinswoningen.
De Krijgslaan is uitgerust met een breed voetpad langs de noordzijde van de rijweg. Aan de zijde van het projectgebied is geen voetpad voorzien. De Krijgslaan is uitgerust met een dubbelrichtingsfietspad langs de noordzijde van de rijweg. Vanuit de Krijgslaan is één ontsluitingsweg naar bouwzone B/D voorzien. De bebouwing langs de Krijgslaan wordt door een menging van kleinschalige rijhuizen en eerder grootschalige appartementsgebouwen gekenmerkt. De wijk ten noorden van de Krijgslaan kenmerkt zich door een bouwblokkenstructuur van hoofdzakelijk rijhuizen met enkele tuinwijkfragmenten en buurtpleintjes.
Het terrein is nagenoeg onbebouwd. Er worden een restant van een gebouwtje en een verharding verwijderd. In het noordelijke gedeelte dat aansluit op de Krijgslaan is bestaand groen aanwezig met enkele grote bomen (onder andere gewone esdoorn). Het terrein is lang gebruikt als landbouwgrond. In het noordelijke gedeelte (ter hoogte van de Krijgslaan) bevonden zich destijds ook een aantal kleine volkstuintjes. Na de opmaak van het bijzonder plan van aanleg en de aanleg van het Park van Eden is het perceel onbeheerd achtergebleven. De jonge bomen en struiken die in de noordelijke zone aanwezig waren, zijn daarbij ondertussen uitgegroeid tot grote volwaardige bomen. In de zuidelijke zone hebben struiken zich fel ontwikkeld en vormen samen met andere woekerende planten een bijna ondoordringbaar geheel.
Uit het digitale hoogtemodel van het gebied blijkt dat de terreinhelling overwegend in de richting noordwest-zuidoost verloopt. Op het totale gebied is een hoogteverschil van ongeveer 3 meter aanwezig, afhellend vanaf de Krijgslaan richting het park.
Inhoud van de aanvraag
Het college sluit zich grotendeels aan bij de bespreking van de ingediende bezwaren onder de punten 1 tot en met 5 en 8 tot en met 13 zoals geformuleerd in het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het college sluit zich grotendeels aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het college beslist de omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden goed te keuren en af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is volgende voorwaarden strikt na te leven:
Voorwaarden
Lasten
Vooraleer onderhavige verkavelingsvergunning kan worden uitgevoerd dient de verkavelaar:
Dit houdt in dat zolang aan deze beide opschortende voorwaarden, waarvan voor de laatste, de naleving volledig rust op de verkavelaar zelf, niet voldaan is, de verkavelaar niet kan overgaan tot de uitvoering van de verkregen verkavelingsvergunning en tot de verkoop van de kavels in de zin van artikel 4.2.16 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.
Het college beslist het bijgevoegd verkavelingsplan en de bijgevoegde verkavelingsvoorschriften goed te keuren.
Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.