Terug
Gepubliceerd op 26/08/2019

2019_CBS_06798 - Omgevingsvergunning - OMV_2019074588. Tweemontstraat 5. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 23/08/2019 - 09:00 digitaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Tom Meeuws, schepen; Ludo Van Campenhout, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Jinnih Beels, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Fons Duchateau, schepen; Glenn Verspeet, plaatsvervangend korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2019_CBS_06798 - Omgevingsvergunning - OMV_2019074588. Tweemontstraat 5. District Antwerpen - Goedkeuring 2019_CBS_06798 - Omgevingsvergunning - OMV_2019074588. Tweemontstraat 5. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

1.      de gemeentelijke projecten;

2.      andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2019074588

Gegevens van de aanvrager:

zie exploitant

Gegevens van de exploitant:

Bedrijfsbouw en Projectbouw Verelst nv, Klein Boom 15 te 2580 Putte

Ligging van het project:

Tweemontstraat 5 te 2100 Deurne-Antwerpen

Kadastrale gegevens:

afdeling 27 sectie A nrs. 134S19, 134S12, 134C11, 134D11 en 134R9

Inrichtingsnummer:

20180810-0011 (Bemaling project Timeless te Deurne)

Vergunningsplichten:

Exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten.

Voorwerp van de aanvraag:

Bronbemaling technisch noodzakelijk voor het uitvoeren van bouwkundige werken.

 

Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten

 

Inhoud van de aanvraag

De aanvraag betreft de verlenging van de aanvraag voor een bemaling voor de aanleg van een ondergrondse parking, gelegen tussen de Van Cortbeemdelei en de Tweemontstraat te Deurne.

 

Aangevraagde rubrieken

Rubriek

Omschrijving

Gevraagd voor

3.4.2°

het lozen van meer dan 2 m³/uur tot maximaal 100 m³/uur bedrijfsafvalwater;

90,00 m³/uur

3.6.3.2°

afvalwaterzuiveringsinstallaties, met inbegrip van het lozen van het effluentwater en het ontwateren van de bijhorende slibproductie voor de behandeling van bedrijfsafvalwater met een effluent van meer dan 5 m³/uur tot en met 50 m³/uur;

49,40 m³/uur

53.2.2°b)2°

bronbemaling, met inbegrip van terugpompingen van onbehandeld en niet-verontreinigd grondwater in dezelfde watervoerende laag, die technisch noodzakelijk is voor ofwel de verwezenlijking van bouwkundige werken, ofwel de aanleg van openbare nutsvoorzieningen gelegen in een ander gebied dan de gebieden vermeld in punt 1 met een netto opgepompt debiet van meer dan 30.000 m³ per jaar en de verlaging van het grondwaterpeil bedraagt meer dan vier meter onder het maaiveld.

379.296,00 m³/jaar

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

Vlaamse Milieumaatschappij, grondwaterbeheer

3 juli 2019

1 augustus 2019

Ongunstig

 

Intern advies

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

stadsontwikkeling/ vergunningen/ stedenbouwkundige vergunningen

3 juli 2019

5 juli 2019

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

 

(Ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar PLANNING > Plannen > Bestemmingsplan > Gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bestemmings- en inrichtingsvoorschriften van het gewestplan Antwerpen.

 

De aanvraag is conform de afgeleverde stedenbouwkundige vergunning 2017270 van 19 mei 2017 voor het slopen van bestaande bebouwing en het bouwen van 60 sociale huurappartementen en 3 particuliere appartementen.

Opgelet: Een omgevingsvergunning vervalt van rechtswege als de verwezenlijking van de vergunde stedenbouwkundige handelingen niet wordt gestart binnen de twee jaar of wanneer de vergunde gebouwen niet winddicht zijn binnen de vijf jaar.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening. Het betreft louter een tijdelijke bemaling in functie van de geplande bouwwerken.

 

Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen of activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu

 

Het project werd voor de eerste keer vergund op 23 november 2018 voor een periode van 10 maanden (OMV_2018096826). Met deze aanvraag wenst de exploitant een verlenging van zijn vergunning te verkrijgen. Tot op heden is de bemaling nog niet opgestart. Op 18 februari 2019 werd de bemaling kortstondig opgezet om de nodige stalen te nemen voor analyse van het bemalingswater. Na de staalnames werd de bemaling terug stopgezet.

Het bemalingsconcept is, op de filterlijnen na, niet veranderd ten opzichte van de vorige vergunningsaanvraag  en ziet er als volgt uit:

Voor de bouw van het project Timeless, dient er uitgegraven te worden tot 3,65 meter onder de nulpas van de nieuwbouw. Voor de liftputten dient te worden uitgegraven tot 4,70 meter en voor de uitgraving van de onderschoeiingen ter hoogte van de bestaande gebouwen dient te worden uitgegraven tot 4,95 meter (Tweemontstraat) en 5,25 meter (Van Cortbeemdelei). Door de aanwezigheid van slappe stoorlagen in de bovenste toplaag zal om stabieltechnische redenen tijdens de uitvoering beslist worden om de bouwput eventueel dieper uit te graven tot -4,45 mRef  waarna deze zal heropgevuld worden tot -3,65 mRef met een grondverbeteraar.

 

mArch

mRef

m-mv

mTAW

Nulpas gebouw

10.42

0.00

-0.72

4.72

Maaiveld

9.70

-0.72

0.00

4.00

Algemene uitgraving

6.77

-3.65

2.93

1.07

Tijdelijke uitgraving voor vervangen slappe laag

5.97

-4.45

3.73

0.27

Uitgraving liftputten

5.72

-4.70

3.98

0.02

Niveau onderschoeiing Tweemontstraat

5.47

-4.95

4.23

-0.23

Niveau onderschoeiing Van Cortbeemdelei

5.17

-5.25

4.53

-0.53

Grondwaterniveau

8.70

-1.72

1.00

3.00

Vergelijking niveau architectuurplannen (mArch), nulpas gebouw (mRef) en gemiddeld maaiveld.

De bemaling kan worden uitgevoerd door 4 dieptebronnen te plaatsen met een filterstelling tussen 12 en 20 m-mv (-12,72 en -20,72 mRef) ter hoogte van elke hoek van de onderschoeiingen. Bijkomend worden er klassieke gravitaire filterlijnen geplaatst, met filters op een onderlinge tussenafstand van 5 meter, waarbij de bemalingsfilters worden aangezet op 10 m-mv (-9,72 mRef) en 8 meter filterlengte hebben. De filters worden geplaatst aan de buitenkant van de Berlinerwand behalve ter hoogte van de onderschoeiingen waar de filterlijn geplaatst zal worden aan de binnenkant van de bouwput op circa 2 meter afstand van de onderschoeiingen. De omtrek van de bouwput bedraagt circa 210 meter, wat overeenkomt met circa 42 bemalingsfilters.

Uit de proefbemaling is gebleken dat het grondwater verontreinigd is waardoor er een waterzuiveringsinstallatie moet geplaatst worden. Aangezien de verontreiniging zich voornamelijk op het zuid/zuidwestelijk deel van het terrein bevindt, zullen er 3 strengen voorzien worden waarbij het bemalingswater van 2 strengen via de waterzuivering zullen lopen en geloosd wordt ter hoogte van de Van Cortbeemdelei en het water van de 3de streng rechtstreeks geloosd wordt in de riolering ter hoogte van de Merksemsesteenweg/Tweemontstraat. Het bemalingswater na zuivering en zonder zuivering dient te allen tijde aan de indelingscriteria te voldoen.De samenstelling van de waterzuivering werd aan de aanvraag toegevoegd.

Als gevolg van de verlaging van het grondwater ter hoogte van de bouwput zal er in de omgeving eveneens een grondwaterverlaging optreden. Door het verlagen van de waterdruk kunnen zettingen optreden. De algemeen aanvaarde grenswaarde van 20 mm theoretische absolute zetting wordt bij de maximaal verwachte grondwaterverlaging van 4,03 meter (-5,75 mRef) niet overschreden.  De theoretische absolute zetting van het maaiveld bedraagt in dit geval voor de minst gunstige sondering (D19) 10,2 mm.

De plaatsing van de onderschoeiingen, de liftput en de vloerplaat zal circa 3 maanden in beslag nemen. Na het beëindigen van deze werken worden de dieptebronnen uitgeschakeld en wordt er alleen nog op de filterbemaling onttrokken. De bemaling zal in totaal 10 maanden duren.

De bemaling wordt onderverdeeld in verschillende fases:

-        Fase 1 - 30 dagen: Voor de uitgraving van de onderschoeiingen wordt bemaald tot -5,45 mRef (Tweemontstraat) en -5,75 mRef (Cortbeemdelei) door middel van 4 dieptebronnen en de filterlijnen. Gelijktijdig wordt ook begonnen aan de algemene uitgraving. Hiervoor zal uitgegraven worden tot -3,65 mRef.

-        Fase 2 – 30 dagen: Indien de ondergrond om stabieltechnische redenen vervangen dient te worden, moet er bemaald worden tot -4,95 mRef door middel van 4 dieptebronnen en de filterlijnen. Na deze werken zal het grondwaterpeil terug mogen stijgen tot -4,15 mRef (noodzakelijk bemalingspeil voor de algemene uitgraving).

-        Fase 3 – 30 dagen: Voor de uitgraving van de 3 liftputten wordt bemaald tot -5,20 mRef door middel van de 4 dieptebronnen en de filterlijnen.

-        Fase 4 – 210 dagen: Voor het plaatsen van de kelderverdieping, gelijkvloers en eerste verdieping wordt er bemaald tot -4,15 mRef met enkel de filterlijnen.

 

Het bemalingsdebiet tijdens fase 1 bedraagt 75 m³/uur (of 1.800 m³/dag), verdeeld over 4 dieptebronnen (48 m³/uur) en de bemalingsfilters (26 m³/uur). Tijdens fase 2 bedraagt het totale stationaire bemalingsdebiet 55 m³/uur (of 1.320 m³/dag), verdeeld over de 4 dieptebronnen (26 m³/uur) en de bemalingsfilters (29 m³/dag). Tijdens fase 3 bedraagt het totale stationaire bemalingsdebiet 58 m³/uur (of 1.392 m³/dag), verdeeld over de 4 dieptebronnen (24 m³/dag) en de bemalingsfilters (34 m³/dag). Het stationaire bemalingsdebiet tijdens fase 4 bedraagt 36 m³/uur (of 864 m³/dag) verdeeld over de bemalingsfilters.

Volgens de rubriekentabel worden volgende debieten aangevraagd:

Rubrieknummer

Aangevraagd debiet

3.4.2

90 m³/uur

3.6.3.2

49,4 m³/uur

 

Na telefonisch contact met het studiebureau blijkt dit een vergissing en blijven de debieten uit de oorspronkelijke aanvraag geldig:

Rubrieknummer

Aangevraagd debiet

3.4.2

45,75 m³/uur

3.6.3.2

44,25 m³/uur

 

Over een bemalingsperiode van 10 maanden of 300 dagen bedraagt het totale opgepompte volume grondwater 320.286 m³. De invloedstraal van de bemaling (maximale grondwaterverlaging van 0,10 meter) bedraagt maximaal 390 meter in fase 1,470 meter in fase 2,515 meter in fase 3 en 440 meter in fase 4.

Zettingen

Als gevolg van de verlaging van het grondwater ter hoogte van de bouwput zal er in de omgeving eveneens een verlaging van het grondwater optreden. Door het verlagen van de waterdruk kunnen er zettingen optreden. De algemeen aanvaardde grenswaarde van 20 mm theoretisch absolute zetting wordt bij de maximaal verwachte grondwaterverlaging van -5,75 mRef niet overschreden.

Bodemonderzoeken

Aangezien er een groot aantal OBO’s, BBO’s en BSP (59) binnen de invloedstraal van de bemaling van het project Timeless vallen, werd er aan de exploitant gevraagd te onderzoeken welke verontreinigingen mogelijks beïnvloed worden door de bemaling. 

Er werd reeds een gefaseerd bodemsaneringsproject uitgevoerd (verontreiniging met benzeen, xyleen, ethylbenzeen en minerale olie) op de projectsite zelf die bestond uit een ontgraving, ondersteund met een bemaling. De resultaten van het influentstaal toonden slechts een beperkte overschrijding van de lozingswaarden (benzeen 14 µg/l). De verontreiniging op het bronperceel (134V15) zal pas later gesaneerd worden.

OVAM is reeds op de hoogte van het huidige bemalingsconcept. Aangezien de verontreiniging gelegen is aan de perceelgrens en er bemalingsfilters voorzien worden ter hoogte van deze grens, kan er verontreinigd grondwater opgepompt worden. Indien er maatregelen worden getroffen om de verontreiniging op te volgen, is de verspreiding op het bronperceel voor OVAM geen probleem.

Er werd nagegaan of de grondwaterhandeling al dan niet een invloed heeft op eventuele aanwezige bodemverontreinigingen conform de ‘Technische richtlijn grondwaterbehandelingen: grondwateronttrekkingen- en bemalingen; dd. 2012).

Volgende uitgangsprincipes werden gehanteerd:

-        Indien het meest recente bodemonderzoek dateert van voor 2010, wordt er verondersteld dat er geen relevante grondwaterverontreiniging (meer) aanwezig is. Het betreft hier voornamelijk dossiers met enkel een oriënterend bodemonderzoek zonder vervolgtraject, dossiers zonder saneringsplicht of sites waar reeds een bodemsanering heeft plaatsgevonden;

-        Voor dossiers waar de verwachte grondwaterdaling kleiner is dan 30 cm wordt verondersteld dat de bemaling geen grotere invloed heeft dan een natuurlijke seizoenale grondwaterschommeling. Bijkomend was deze grens gerelateerd aan een voldoende kleine verplaatsing van het grondwater onder invloed van de bemaling.

 

10 dossiers werden weerhouden en bijkomende gegevens bij OVAM opgevraagd. Op basis van deze rapporten kon besloten worden (volgens de technische richtlijn van OVAM) dat er slechts op 7 locaties een relevante grondwaterverontreiniging aanwezig is, waar de bemaling van het nieuwbouwproject Timeless mogelijk een invloed kan op hebben.

Voor de overgebleven 7 dossiers werd de verplaatsing van de verontreiniging berekend. Bij 3 dossiers (OVAM-dossiers 61524, 22922, 25277) werd een verplaatsing van de verontreiniging kleiner dan 1 meter bekomen waardoor kan gesteld worden dat de bemaling geen onacceptabele impact zal hebben. Voor de OVAM-dossiers 50379, 9392, 3886, 82602 vindt er respectievelijk een verplaatsing van de verontreiniging plaats van 6,47 m, 12,63 m, 24,4 m en 13,4 m.

Voor al de bovenstaande dossiers werd geoordeeld dat de bemaling geen onacceptabele impact zal hebben op de verontreiniging.

Toch moet het bovenstaande met enige voorzichtigheid bekeken worden aangezien de beoordeling gebaseerd is op verschillende veronderstellingen (zie de ‘uitgangsprincipes’ hoger vermeld) en onduidelijkheden (ontbrekende gegevens in verband met restverontreiniging, ontbreken van een afperking van de verontreiniging,…). Tevens wordt er geoordeeld dat als de verplaatsing van de verontreiniging van de omliggende percelen niet reikt tot de projectsite de impact acceptabel is. Verplaatsingen van verontreinigingen kunnen echter nabijgelegen percelen contamineren.

De exploitant dient volgende maatregelen te nemen:

-        Voor streng 1 en 2 is reeds geweten dat er overschrijdingen van de indelingscriteria volgens Vlarem II bijlage 2.3.1 zijn. Voor deze strengen zal er dan ook een waterzuivering moeten geplaatst worden om te kunnen voldoen aan deze indelingscriteria. Het bemalingswater van streng 3 voldoet momenteel aan de lozingsnormen. Er dient echter een goede opvolging van de kwaliteit van het bemalingswater van streng 3 te gebeuren. Indien de lozingsnormen volgens Vlarem II worden overschreden, dient ook dit water via de waterzuivering te lopen. Het debiet van het geloosde bemalingswater na zuivering mag 50 m³/uur niet overschrijden. Op het moment dat de bemaling wordt opgestart (na circa 30 minuten), dient er een staal genomen te worden van het bemalingswater en geanalyseerd te worden op het SAP en de parameters van de voorwaarden van lozing op oppervlaktewater vermeld in Vlarem II. Nadien wordt er gedurende een maand of tot stabilisatie van de toestand wekelijks een staal van het bemalingswater genomen en geanalyseerd. Na stabilisatie van de toestand wordt maandelijks een staal van het bemalingswater genomen en geanalyseerd. Indien het bemalingswater verontreinigdlijkt te zijn, zal een waterzuiveringsinstallatie moeten geplaatst worden;

-        om de spreiding van de verontreinigingen te monitoren en in te grijpen indien de monitoring een verspreiding bevestigd, wordt er voorgesteld om het effect van de bemaling op te volgen door de stijghoogte in een aantal peilbuizen tussen de bemaling en de huidige gekende locaties van de verontreiniging op te volgen. Tevens dient ook de grondwaterkwaliteit bepaald te worden. De stijghoogte dient opgemeten te worden voor (1) de opstart van de bemaling, (2) na opstart van de bemaling 3x per week gedurende 1 maand of tot een stationaire toestand bereikt wordt, nadien (3) wekelijks. Als uit de monitoring blijkt dat er ontoelaatbare verspreiding wordt opgemeten, dan zullen er flankerende maatregelen moeten worden toegepast onder de vorm van een tegenbemaling. Indien dit als te risicovol wordt beschouwd, dient te bouwput tussen waterkerende wanden te worden uitgevoerd. Dit dient opgevolgd te worden door een

erkend bodemsaneringsdeskundige.

 

Gezien de aanwezige verontreinigingen en de stedelijke omgeving is een retourbemaling niet mogelijk en dient het bemalingswater via de riolering geloosd te worden. De exploitant heeft een saneringscontract met Aquafin aan de aanvraag toegevoegd dat geldig is tot 18 oktober 2019. Dit contract dient bijgevolg verlengd te worden.

VMM Afvalwater had in eerste instantie ongunstig geadviseerd wegens het ontbreken van het saneringscontract met Aquafin en informatie betreffende de waterzuivering. In extremis heeft de exploitant deze informatie nog aangeleverd en heeft VMM zijn advies mondeling omgezet naar voorwaardelijk gunstig met als voorwaarde dat het saneringscontract met Aquafin in orde moet zijn vóór de start van de bemaling.

MER-screening:

Aangezien de milieuvergunningsaanvraag betrekking heeft op een activiteit die voorkomt op de lijst van bijlage III (rubriek10j) werken voor het onttrekken of kunstmatig aanvullen van grondwater, die niet zijn opgenomen in bijlage I of II) bij het besluit van de Vlaamse Regering d.d. 1 maart 2013 inzake de nadere regels van de project-m.e.r.-screening werd het aanvraagdossier tijdens het ontvankelijk- en volledigheidsonderzoek getoetst  aan de criteria van bijlage II van het Decreet Algemene Bepalingen Milieubeleid. Hierbij werd geoordeeld werd dat het project niet MER-plichtig is. De nota werd aanvaard.

 

Advies aan het college

 

Advies over de ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Mits voldaan wordt aan de voorgestelde vergunningsvoorwaarden, is deze aanvraag in overeenstemming met de Vlarem wetgeving. Vanuit milieutechnisch oogpunt wordt voorwaardelijk gunstig advies gegeven de vergunning te verlenen. De vergunning wordt toegekend voor een periode van 10 maanden.

 

Geadviseerde rubrieken

Rubriek

Omschrijving

Geadviseerd voor

3.4.2°

het lozen van meer dan 2 m³/uur tot maximaal 100 m³/uur bedrijfsafvalwater;

45,75 m³/uur

3.6.3.2°

afvalwaterzuiveringsinstallaties, met inbegrip van het lozen van het effluentwater en het ontwateren van de bijhorende slibproductie voor de behandeling van bedrijfsafvalwater met een effluent van meer dan 5 m³/uur tot en met 50 m³/uur;

44,25 m³/uur

53.2.2°b)2°

bronbemaling, met inbegrip van terugpompingen van onbehandeld en niet-verontreinigd grondwater in dezelfde watervoerende laag, die technisch noodzakelijk is voor ofwel de verwezenlijking van bouwkundige werken, ofwel de aanleg van openbare nutsvoorzieningen gelegen in een ander gebied dan de gebieden vermeld in punt 1 met een netto opgepompt debiet van meer dan 30.000 m³ per jaar en de verlaging van het grondwaterpeil bedraagt meer dan vier meter onder het maaiveld.

379.296,00 m³/jaar

 

Geadviseerde bijzondere milieuvoorwaarden

1.

de startdatum en datum van stopzetting van de bemaling worden doorgegeven aan de afdeling vergunningen (milieuvergunningen@antwerpen.be) met vermelding van OMV_2019074588;

2.

het debiet van het geloosde bemalingswater na zuivering mag 50 m³/uur niet overschrijden;

3.

het lozingswater dient volgens volgend plan gemonitord te worden:

  • bij de start van de bemaling (na circa 30 minuten)
  • nadien wekelijks tot stabilisatie van de bemaling
  • na stabilisatie maandelijks

De resultaten worden telkens na analyse bezorgd aan de afdeling vergunningen;

4.

om de spreiding van de verontreinigingen te monitoren en in te grijpen indien de monitoring een verspreiding bevestigd, dient men het effect van de bemaling op te volgen door de stijghoogte in een aantal peilbuizen tussen de bemaling en de huidige gekende locaties van de verontreiniging op te volgen. Tevens dient ook de grondwaterkwaliteit bepaald te worden. De stijghoogte dient als volgt opgemeten te worden:

  •  voor de opstart van de bemaling
  •  na opstart van de bemaling 3x per week gedurende 1 maand of tot een stationaire toestand bereikt wordt
  • na stabilisatiewekelijks.

Als uit de monitoring blijkt dat er ontoelaatbare verspreiding wordt opgemeten, dan zullen er flankerende maatregelen moeten worden toegepast onder de vorm van een tegenbemaling. Indien dit als te risicovol wordt beschouwd, dient te bouwput tussen waterkerende wanden te worden uitgevoerd. Dit dient opgevolgd te worden door een erkend bodemsaneringsdeskundige. De resultaten worden telkens na analyse/meting bezorgd aan de afdeling vergunningen;

5.

Vóór de start van de bemaling bezorgt de exploitant het saneringscontract afgesloten met Aquafin geldig voor de duur van de bemaling.

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

21 juni 2019

Volledig- en ontvankelijk

3 juli 2019

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

1 september 2019

Verslag GOA

13 augustus 2019

naam GOA

Bieke Geypens

Onderzoek

Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist dat de omgevingsvergunning ingaat op 23 september 2019 (de vervaldatum van de lopende vergunning) voor een periode van 10 maanden.

Artikel 3

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is volgende voorwaarden strikt na te leven:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Bijzondere milieuvoorwaarden

1.

de startdatum en datum van stopzetting van de bemaling worden doorgegeven aan de afdeling vergunningen (milieuvergunningen@antwerpen.be) met vermelding van OMV_2019074588;

2.

het debiet van het geloosde bemalingswater na zuivering mag 50 m³/uur niet overschrijden;

3.

het lozingswater dient volgens volgend plan gemonitord te worden:

  • bij de start van de bemaling (na circa 30 minuten);
  • nadien wekelijks tot stabilisatie van de bemaling;
  • na stabilisatie maandelijks.

De resultaten worden telkens na analyse bezorgd aan de afdeling vergunningen;

4.

om de spreiding van de verontreinigingen te monitoren en in te grijpen indien de monitoring een verspreiding bevestigd, dient men het effect van de bemaling op te volgen door de stijghoogte in een aantal peilbuizen tussen de bemaling en de huidige gekende locaties van de verontreiniging op te volgen. Tevens dient ook de grondwaterkwaliteit bepaald te worden. De stijghoogte dient als volgt opgemeten te worden:

  • voor de opstart van de bemaling;
  • na opstart van de bemaling 3x per week gedurende 1 maand of tot een stationaire toestand bereikt wordt;
  • na stabilisatie wekelijks.

Als uit de monitoring blijkt dat er ontoelaatbare verspreiding wordt opgemeten, dan zullen er flankerende maatregelen moeten worden toegepast onder de vorm van een tegenbemaling. Indien dit als te risicovol wordt beschouwd, dient te bouwput tussen waterkerende wanden te worden uitgevoerd. Dit dient opgevolgd te worden door een erkend bodemsaneringsdeskundige. De resultaten worden telkens na analyse/meting bezorgd aan de afdeling vergunningen;

5.

Vóór de start van de bemaling bezorgt de exploitant het saneringscontract afgesloten met Aquafin geldig voor de duur van de bemaling.

Artikel 4

De vergunning omvat thans volgende rubrieken:

Rubriek

Omschrijving

Gecoördineerd

3.4.2°

het lozen van meer dan 2 m³/uur tot maximaal 100 m³/uur bedrijfsafvalwater;

45,75 m³/uur

3.6.3.2°

afvalwaterzuiveringsinstallaties, met inbegrip van het lozen van het effluentwater en het ontwateren van de bijhorende slibproductie voor de behandeling van bedrijfsafvalwater met een effluent van meer dan 5 m³/uur tot en met 50 m³/uur;

44,25 m³/uur

53.2.2°b)2°

bronbemaling, met inbegrip van terugpompingen van onbehandeld en niet-verontreinigd grondwater in dezelfde watervoerende laag, die technisch noodzakelijk is voor ofwel de verwezenlijking van bouwkundige werken, ofwel de aanleg van openbare nutsvoorzieningen gelegen in een ander gebied dan de gebieden vermeld in punt 1 met een netto opgepompt debiet van meer dan 30.000 m³ per jaar en de verlaging van het grondwaterpeil bedraagt meer dan vier meter onder het maaiveld.

379.296,00 m³/jaar

Artikel 5

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.