Terug
Gepubliceerd op 26/08/2019

2019_CBS_06593 - Omgevingsvergunning - OMV_2019073127. Hopland 40 . District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 23/08/2019 - 09:00 digitaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Tom Meeuws, schepen; Ludo Van Campenhout, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Jinnih Beels, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Fons Duchateau, schepen; Glenn Verspeet, plaatsvervangend korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2019_CBS_06593 - Omgevingsvergunning - OMV_2019073127. Hopland 40 . District Antwerpen - Goedkeuring 2019_CBS_06593 - Omgevingsvergunning - OMV_2019073127. Hopland 40 . District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

1.      de gemeentelijke projecten;

2.      andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2019073127

Gegevens van de aanvrager:

NV INTERPARKING met als adres Brederodestraat 9 te 1000 Brussel

Ligging van het project:

Hopland 40 te 2000 Antwerpen (Antwerpen)

Kadastrale gegevens:

afdeling 3sectie C nr. 375K2

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen.

Voorwerp van de aanvraag:

plaatsen van nieuwe balustrade en buitentrap bij parkeergarage

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

 

-          04/08/1950: vergunning (18#27064) voor het oprichten van een garagegebouw;

-          06/11/1951: vergunning (18#28702) voor het bouwen van een parkeerhelling;

-          19/12/1952: vergunning (18#30143) voor het bouwen van een trapafsluiting;

-          21/04/1961: vergunning (18#41583) voor verbouwing.

 

Vergunde/vergund geachte toestand

 

-          parkeergarage bestaande uit 2,5 bouwlagen voorzien van platte daken met lichtstraten;

-          de ingang bevindt zich in Hopland 40 maar de het gebouw is hoofdzakelijk zichtbaar (gevel) in de Langegang.

 

Huidige toestand

 

-          parkeergarage bestaande uit 2,5 bouwlagen voorzien van platte daken met lichtstraten;

-          de ingang bevindt zich in Hopland 40 maar de het gebouw is hoofdzakelijk zichtbaar (gevel) in de Langegang.

 

Gewenste toestand

 

-          voorzien van een vaste buitentrap tussen 2 dakvlakken;

-          het voorzien van balustrades op alle dakranden en scheimuren ter beveiliging van de werknemers die instaan voor het uitvoeren van onderhoudswerken aan het dak.

Inhoud van de aanvraag

 

-          plaatsen van een balustrade op de randen van de platte daken van de parking;

-          plaatsen van een buitentrap tussen 2 verschillende dakvlakken;

-          de trap en balustrade worden uitgevoerd in gegalvaniseerd staal:

  • balustrade met hoogte van 120 cm en 3 horizontale tussenschotten;
  • trap met bordes.  

 

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

brandweer/ risicobeheer/ preventie

27 juni 2019

24 juli 2019

Voorwaardelijk gunstig

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ monumentenzorg

27 juni 2019

22 juli 2019

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Binnenstad, goedgekeurd op 26 april 2012. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: culturele, historische en/of esthetische waarde, overdruk - detailhandel (dh), artikel  4:   zone voor wonen - (wo4) en artikel  8:   zone voor publiek domein - (pu).

(Ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

De aanvraag is in overeenstemming met het ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

 

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)


De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)


De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

 

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)


De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

 

-          Overwelven waterlopen: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake het overwelven of inbuizen van niet geklasseerde waterlopen en waterlopen van 3de categorie (verder genoemd verordening overwelven waterlopen), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 26 januari 2009 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 4 juni 2009.
(De verordening overwelven waterlopen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘overwelven waterlopen’)


De verordening overwelven waterlopen is niet van toepassing op de aanvraag.

 

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 (goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014) en goedgekeurd op 1 maart 2018.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘bouwcode’)


De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):

  • Artikel 34 Stabiliteit en scheidingsmuren:

De verhoging van de scheimuren wordt niet uitgevoerd in massief, ongeperforeerd materiaal. Ze hebben geen dikte van 0,18 meter.
 

Sectorale wetgeving

 

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.


Het project valt niet onder bijlage III van het project-MER-besluit. Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

 

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.


Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

 

-          Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)


De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.

 

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen.
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > OVERIGE REGELGEVING)


Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
 

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

De aanvraag betreft geen wijziging van de functie van het parkeergebouw zelf en eveneens geen wijziging van het gebruik van de platte daken. De functionele inpasbaarheid is hierdoor ongewijzigd ten opzichte van de vergunde toestand.
 

Cultuurhistorische aspecten

Gelet op de ligging van het perceel in CHE-gebied volgens het RUP Binnenstad werd er advies gevraagd aan de dienst stadsontwikkeling/onroerend erfgoed/monumentenzorg. Zij hebben principieel geen bezwaar tegen de werken aangezien er geen impact is op de erfgoedwaarde van de site.

 

Visueel-vormelijke elementen

Ondanks de werken geen invloed hebben op het straatbeeld, nog de erfgoedwaarde  zijn ze wel zichtbaar vanuit alle achtergevels van het bouwblok. De totale lengte van de balustrade betreft meer dan 100 meter. De visuele impact van de balustrades kan bijgevolg aanzienlijk worden genoemd. Door het plaatsen van de balustrades op de perceelsgrenzen, verhogen bovendien de reeds hoge opgaande scheimuren. Gelet op de grote bebouwingsdichtheid van het bouwblok is een verdere verhoging van de scheimuren vanuit ruimtelijk oogpunt niet aanvaardbaar.  Bovendien kan gesteld worden dat voor het onderhoud van het dak geen permanente balustrades vereist zijn en dat voor deze werken zou gewerkt kunnen worden met tijdelijke valbeveiliging.

Gelet op bovenstaande zal het plaatsen van de balustrades worden uitgesloten uit de vergunning.
Wat betreft de vaste trap tussen de 2 dakvlakken wordt geoordeeld dat de ruimtelijk impact beperkt is. Deze werken zijn dan ook aanvaardbaar.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Het ophogen van scheimuren met een balustrade zoals voorzien in de aanvraag is eveneens in strijd met artikel 34 van de bouwcode. Dit artikel stelt dat scheidingsmuren moeten worden uitgevoerd in massief, ongeperforeerd materiaal en steeds een minimale dikte moeten hebben van 0,18 meter. Dit is hier niet het geval.

Echter omwille van de zowel de visuele als ruimtelijke impact op de omliggende percelen is het ophogen van de scheimuren niet aanvaardbaar.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de inhoud van de aanvraag geen impact heeft op de parkeerbehoefte.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1.      de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.

 

Uitsluitingen

 

2.      het plaatsen van de balustrades;

3.      wijzigingen aan de toegangen tot de platte daken ten opzichte van de vergunde toestand.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

4 juni 2019

Volledig- en ontvankelijk

27 juni 2019

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

26 augustus 2019

Verslag GOA

8 augustus 2019

naam GOA

Katrine Leemans

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

1

0

0

0

 

Bespreking van de bezwaren

Tijdens de periode van de bevraging van de omwonenden werd 1 bezwaarschrift ingediend, die zich als volgt laat samenvatten:

 

1.      Wijzigingen mangat plat dak: De bezwaarindiener merkt op dat het mangat op het laagste platte dak niet werd opgetekend en leidt hieruit af dat er geen wijzigingen aan gebeuren.

Beoordeling:

Het klopt dat de toegangen naar de platte daken niet zijn opgetekend op de plannen.

Op de tekening BA_GEBOUW_G_N_0_ZIJGEVEL is de bestaande dakkoepel wel opgetekend. Het is niet duidelijk of er wijzigingen worden aangevraagd aan de toegangen naar de platte daken. Wijzigingen aan de toegangen tot het platte dak ten opzichte van de vergunde toestand zullen bijgevolg worden uitgesloten uit de vergunning.

Het bezwaar is gegrond.

2.      Onduidelijkheid plaatsing balustrade: De bezwaarindiener merkt op dat, door de schaal van de plannen, het niet duidelijk is waar de balustrade zal worden bevestigd. De bezwaarindiener merkt op dat het bevestigen van de balustrade aan de zijde van de buurpanden in strijd is met de bepalingen van het burgerlijk wetboek. De bezwaarindiener vraagt om in de voorwaarden van de vergunning op te nemen dat de balustrade op de platte daken zelf moeten worden bevestigd.

Beoordeling:

Het klopt dat op de plannen niet is aangeduid waar en op welke manier de balustrade wordt bevestigd. Of al dan niet akkoord wordt gegaan met de bevestiging van de balustrade aan de zijde van de buurpanden is echter niet stedenbouwkundig van aard. Vanuit ruimtelijk oogpunt is het verhogen van de scheimuren op eender welke manier niet aanvaardbaar door de reeds grote hoogte van de huidige scheimuren. Het plaatsen van de balustrades zal dan ook worden uitgesloten uit de vergunning.

Het bezwaar is ongegrond.

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij:

 

-          de bespreking van de ingediende bezwaren zoals geformuleerd in het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt deze beoordeling tot zijn eigen standpunt;

-          het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

 

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is volgende voorwaarden strikt na te leven:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1.      de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.

 

Uitsluitingen

 

2.      het plaatsen van de balustrades;

3.      wijzigingen aan de toegangen tot de platte daken ten opzichte van de vergunde toestand.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.