Terug
Gepubliceerd op 16/12/2019

2019_CBS_10003 - Omgevingsvergunning - OMV_2019096977. Boomsesteenweg 501-503, Kernenergiestraat 14-16. District Wilrijk - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 13/12/2019 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Ludo Van Campenhout, schepen; Fons Duchateau, schepen; Karim Bachar, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Serge Muyters, korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2019_CBS_10003 - Omgevingsvergunning - OMV_2019096977. Boomsesteenweg 501-503, Kernenergiestraat 14-16. District Wilrijk - Goedkeuring 2019_CBS_10003 - Omgevingsvergunning - OMV_2019096977. Boomsesteenweg 501-503, Kernenergiestraat 14-16. District Wilrijk - Goedkeuring

Motivering

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

 

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

1.      de gemeentelijke projecten;

2.      andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2019096977

Gegevens van de aanvrager:

BVBA SRW met als adres Pierstraat 231 te 2550 Kontich

Gegevens van de exploitant:

NV SCANCAR met als adres Bisschoppenhoflaan 525 te 2100 Deurne-Antwerpen

Ligging van het project:

Boomsesteenweg 501-503, Kernenergiestraat 14-16 te 2610 Wilrijk-Antwerpen

Kadastrale gegevens:

afdeling 44 sectie D nrs. 326W2 en 326D3

Inrichtingsnummer:

20190729-0043 (Scancar NV)

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen. Exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten. Kleinhandelsactiviteiten.

Voorwerp van de aanvraag:

het herinrichten van de bestaande Gman-Vanmossel site

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          14/09/2012: vergunning (20125120) verbouwen van een bestaande garage;

-          08/05/2015: vergunning (2015521) regulariseren herinrichting van een bestaande autogarage.

Vergunde toestand

-          pand van 1 bouwlaag onder plat dak in open bebouwing;

-          het pand omvat een showroom met administratief gedeelte, een stockageruimte en een atelier voor reparatie en onderhoud van wagens.

Huidige toestand

-          pand van 1 bouwlaag onder plat dak in open bebouwing;

-          het pand omvat een showroom met administratief gedeelte, een stockageruimte en een atelier voor reparatie en onderhoud van wagens.

Gewenste toestand

-          interne opsplitsing van het pand in functie van 2 concessies voor 2 automerken;

-          wijziging van de gevels, de carwash, de parking achteraan en de hoogspanningscabine.

Inhoud van de aanvraag

-          herinrichting van de GMAN-Van Mosselsite;

-          Opel Gman blijft gevestigd in het linkse deel van het gebouw dat nagenoeg ongewijzigd blijft;

-          Volvo Scancar vestigt zich in het rechtse gedeelte van het gebouw waar zowel de voor-als achtergevel wordt gewijzigd;

-          achter het gebouw wordt de carwash vervangen en wordt een parking ingericht;

-          de inpandige hoogspanningscabine wordt vervangen door een buitencabine aan de voorgevel.

 

Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten

 

Voorgeschiedenis

Op 19 november 2010 verleende het college een vergunning aan Gaspar Motors Antwerpen voor het uitbaten van een herstelwerkplaats voor motorovertuigen, geldig tot 19 november 2030 (AN2010/399).

 

Aangevraagde rubrieken

 

Rubriek

Omschrijving

Gevraagd voor

3.2.2°a)

het lozen van meer dan 600 m³ per jaar huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, wanneer het lozingspunt gelegen is in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan;

750,00 m³/jaar

3.4.1°a)

het lozen van maximaal 2 m³/uur bedrijfsafvalwater zonder gevaarlijke stoffen in concentraties hoger dan de indelingscriteria, vermeld in artikel 3 van bijlage 2.3.1 van Vlarem II;

1,84 m³/uur

6.4.1°

opslagplaatsen voor brandbare vloeistoffen met een totale opslagcapaciteit van 200 liter tot en met 50.000 liter uitgezonderd de gezamenlijke opslag van minder dan 5 ton gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige brandstoffen bij de woonfunctie van een onroerend goed dat hoofdzakelijk als woongelegenheid wordt gebruikt;

12.000,00 l

12.2.1°

transformatoren (gebruik van) met een individueel nominaal vermogen van 100 kVA tot en met 1.000 kVA;

1x 630,00 kVA

15.2.

werkplaatsen voor het nazicht, het herstellen en het onderhouden van motorvoertuigen (inclusief carrosseriewerkzaamheden), andere dan bedoeld in rubriek 15.3 en 15.5;

10 hefbruggen

15.4.1°

niet-huishoudelijke inrichtingen voor het wassen van voertuigen en hun aanhangwagens, wanneer volledig gelegen in industriegebied;

20 wagens/dag

16.3.1.1°

inrichtingen voor het fysisch behandelen van gassen (samenpersen – ontspannen) - koelinstallaties voor het bewaren van producten, luchtcompressoren, warmtepompen en airconditioninginstallaties, met een totale geïnstalleerde drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW;

27,00 kW

17.3.2.1.1.1°b)

opslag van gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen met een vlampunt hoger dan of gelijk aan 55°C met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 100 kg tot en met 20 ton als de inrichting niet hoort bij de woonfunctie van een onroerend goed dat hoofdzakelijk als woongelegenheid wordt gebruikt;

0,78 ton

17.3.6.1°a)

opslagplaatsen voor schadelijke vloeistoffen en vaste stoffen op basis van etikettering gekenmerkt door het gevarenpictogram GHS07 met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 200 kg tot en met 20 ton als de inrichting volledig is gelegen in industriegebied;

1,45 ton

17.3.7.1°a)

opslagplaatsen voor vloeistoffen en vaste stoffen die op lange termijn gezondheidsgevaarlijk zijn (gevarenpictogram GHS08) met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 100 kg tot en met 20 ton, als de inrichting volledig is gelegen in industriegebied;

0,80 ton

17.3.8.1°

opslagplaatsen voor het aquatisch milieu gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen (gevarenpictogram GHS09) met een gezamenlijke opslagcapaciteit meer dan 100 kg ton tot en met 2 ton;

0,13 ton

17.4.

opslagplaatsen voor gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen, met uitzondering van deze vermeld onder rubriek 48, in verpakkingen met een inhoudsvermogen van maximaal 30 liter of 30 kg, voor zover de maximale opslag begrepen is tussen 50 kg of 50 liter en 5.000 kg of 5.000 liter;

5.000,00 l

29.5.7.2°a)1)

ontvetten van metalen of voorwerpen van metaal door middel van gehalogeneerde oplosmiddelen of oplosmiddelen met een vlampunt tot en met 55° C met een totaal inhoudsvermogen van de baden en de spoelbaden of van de opvangrecipiënten voor de opvang van de gebruikte chemicaliën als niet gebruikgemaakt wordt van behandelingsbaden en spoelbaden, van 10 liter tot en met 1.000 liter, wanneer de inrichting volledig is gelegen in een industriegebied.

200,00 l

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

Agentschap Innoveren en Ondernemen

17 oktober 2019

20 november 2019

Gunstig

Agentschap Wegen en Verkeer

17 oktober 2019

14 november 2019

Voorwaardelijk gunstig

AQUAFIN NV

17 oktober 2019

Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag

Geen tijdig advies ontvangen waardoor het geacht wordt gunstig te zijn

brandweer/ risicobeheer/ preventie

17 oktober 2019

30 oktober 2019

Voorwaardelijk gunstig

lokale politie/ verkeerspolitie (LP/VK/SE)

17 oktober 2019

29 oktober 2019

Geen bezwaar

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Onafhankelijke Diensten/ dienst Strategische Coördinatie/ Loketwerking/ Stadsloketten/ Huisnummeringsteam

17 oktober 2019

25 oktober 2019

ondernemen en stadsmarketing/ business en innovatie

28 november 2019

28 november 2019

stadsontwikkeling/ mobiliteit

17 oktober 2019

5 december 2019

stadsontwikkeling/ ontwerp en uitvoering/ ontwerpers

17 oktober 2019

28 oktober 2019

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een industriegebied. Deze zijn bestemd voor de vestiging van industriële of ambachtelijke bedrijven. Ze omvatten een bufferzone. Voor zover zulks in verband met de veiligheid en de goede werking van het bedrijf noodzakelijk is, kunnen ze mede de huisvesting van het bewakingspersoneel omvatten. Tevens worden in deze gebieden complementaire dienstverlenende bedrijven ten behoeve van de andere industriële bedrijven toegelaten, namelijk: bankagentschappen, benzinestations, transportbedrijven, collectieve restaurants, opslagplaatsen van goederen bestemd voor nationale of internationale verkoop. (Artikel 7 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

 

(Ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar PLANNING > Plannen > Bestemmingsplan > Gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening toegankelijkheid op volgende punten:

  • artikels 18 en 19 Niveauverschillen:
    het verschil tussen binnen en buiten in het rechtse gedeelte bedraagt 5cm en het is onduidelijk of er een aangepaste helling voorzien wordt;
  • artikel 28 Vaste inrichtingselementen:
    de  nieuwe receptieruimte moet voldoen aan artikel 28 van de verordening toegankelijkheid.

 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de bouwcode.
 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
 

-          Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
 

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > OVERIGE REGELGEVING)
De aanvraag is niet in overeenstemming met de bepalingen van het Rooilijndecreet.
 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

De bestemming carrosserie werkplaats, gecombineerd met een showroom, kantoren en bijbehorend magazijn is in overeenstemming met het gewestplan.

 

Ter hoogte van de Kernenergiestraat, wordt een naastgelegen perceel betrokken bij het geheel. De bestaande handcarwash wordt gesloopt en vervangen door parkeerplaatsen voor stockage (54), personeel (11) en bezoekers (5+1) voor de carrosserie werkplaats.

 

Bij eerder verleende stedenbouwkundige vergunningen in 2012 en 2015 werd geoordeeld dat de bestemming van het pand in overeenstemming was met de bestemmingsvoorschriften omdat er minder dan 25% van de totale oppervlakte van het gebouw voorzien was voor verkoop.

 

Een voorwaarde in de stedenbouwkundige vergunning van 2012 luidde letterlijk: ‘De verkoopsoppervlakte niet meer verder uit te breiden. De indeling van het gebouw heeft het maximale toelaatbare percentage aan oppervlakte voor commerciële activiteiten bereikt.

In 2015 was, binnen de totale oppervlakte van 8872 m², 2215m² oppervlakte voor verkoop voorzien. Dit komt overeen met 24,97% van de totale oppervlakte van het gebouw.

 

In de bestaande toestand is de oppervlakte voor verkoop in het gebouw uitgebreid tot 2.605 m². Deze oppervlakte wordt in voorliggende aanvraag verdeelt over twee concessies die na de opdeling van het pand aanwezig zullen zijn. Voor het linkse gedeelte in het pand wordt een verkoopsoppervlakte van 1.400 m² voorzien, voor het rechtse gedeelte 1.205 m². De bijhorende functies blijven behouden. Er wordt hierdoor 29,36% van de totale oppervlakte van het gebouw voorzien voor verkoop.

 

Deze toename is aanvaardbaar enkel op voorwaarde dat de parkeerplaatsen voor stockage op het bijkomend perceel in functie van de carrosserie werkplaats is.

Het gaat hier niet om oppervlakte in het gebouw, maar deze oppervlakte kan logischerwijs wel mee gerekend worden als nuttige oppervlakte in functie van de bedrijvigheid indien dit in functie van de carrosserie werkplaats is.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De omgeving kenmerkt zich door grote gebouwen met bovengrondse verharding, voor opritten en parkeren, in functie van de organisatie op het terrein. Het project is volledig inpasbaar binnen haar omgeving. Aan de zijde van de Kernenergiestraat wordt een carwash gesloopt en vervangen door een compact model. Op de nieuw aangelegde parkings voorziet men zo veel mogelijk groen. 90 van de 105 parkeerplaatsen zullen worden uitgevoerd in grastegels. Er wordt plaats voorzien voor zes bomen.

De aangevraagde werken zijn stedenbouwkundig aanvaardbaar.

 

Visueel-vormelijke elementen

De voorgevel van de nieuwe showroom zal bestaan uit wit gekleurd glas, met een toevoeging van blauw gekleurd glas in de rechterbovenhoek voor het logo van de concessiehouder.

Verder wordt er een samenhangende geheel gecreëerd in de voorgevel doormiddel van aanpassingen van enkele raamopeningen en het toevoegen van horizontaal geplaatste witte sandwichpanelen. Door de ingrijpende aanpassingen is er ook een duidelijk onderscheid tussen de twee merken die aanwezig zijn in het pand.

De afwerking van de achtergevel blijft ongewijzigd. Momenteel bestaat deze uit zwarte golfplaten verticaal geplaatst.

Voorgestelde materialisatie is aanvaardbaar in het straatbeeld.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat een bouwaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

Er is geen uitbreiding of functiewijziging. Een bestaande autoshowroom en werkplaats wordt heringericht in een bestaand gebouw. De BVO van het gebouw verandert niet. Een bestaande carwash wordt afgebroken en op die ruimte wordt parking bijgemaakt.

Er is bijgevolg geen parkeerbehoefte.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Omwille van de ligging langs een gewestweg en een autosnelweg is tijdens de procedure advies gevraagd aan het Agentschap voor Wegen en Verkeer. Het besluit in het advies luidt alsvolgt: ‘Om deze redenen adviseert het Agentschap Wegen en Verkeer gunstig onder volgende voorwaarden:

De hoogspanningscabine en de infiltratievoorziening worden buiten de bouwvrije strook geplaatst.

Er wordt 1 toegang langs de Boomsesteenweg afgesloten. De andere overblijvende toegang moet in breedte beperkt worden tot maximum 7m. De toegang wordt afgesloten conform onderstaande voorwaarden:

-          Indien de afsluiting uit een lage muur bestaat, moet deze muur een maximum hoogte van 0,75 meter hebben, waarop al dan niet een hekwerk komt; de totale hoogte mag 2,25 meter niet overschrijden. Boven 1,50 meter moet de afsluiting meer open dan gesloten delen vertonen.

-          Indien de afsluiting uit een groene haag bestaat, moet deze worden geplant op 0,50 meter achter de grens van het openbaar domein. De haag mag niet meer dan 1,50 meter stamhoogte hebben en moet jaarlijks vóór 15 april gesnoeid en tot deze hoogte teruggebracht worden.

-          De hekkens mogen bij het openen niet over het wegdomein draaien.

-          De afsluitingen aan de wegkruisingen en wegaansluitingen mogen het uitzicht niet benemen boven 0,75 meter hoogte.

De afmetingen van de nieuwe uithangborden ontbreken. Deze kunnen enkel toegestaan worden wanneer ze in verhouding tot de plannen worden uitgevoerd.’

 

Ook het advies van de stedelijke dienst mobiliteit handelt over aanpassingen in functie van verkeersveiligheid: ‘Het gebouw (vroeger totaal Opel) wordt gesplitst in Opel en Volvo. Beide delen gaan autonoom werken. Er worden dan ook aparte toe en uitgangen voorzien. Vanuit verkeersveiligheidsoogpunt wensen wij het aantal conflictpunten tussen privé en openbaar domein te minimaliseren. We hebben liever niet dat beide gebouwdelen eigen ingangen en uitgangen gaan krijgen, maar zouden die liever gecombineerd zien. De inritten zijn meer dan 9m breed. Dit moet beperkt worden tot de ruimte nodig voor het in/uitrijden.

De dienst mobiliteit geeft advies met volgende voorwaarden:

-          inritruimte aan de zijde van de Boomsesteenweg beperken tot een in/uitrit en versmallen (onderscheid tussen effectieve inrij en eventueel een rammelstrook voor de overbreedte nodig voor vrachtwagens);

-          voorzien van een gemeenschappelijke in/uitrit aan de zijde van de Kernenergiestraat. (in het midden van het perceel)

 

Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen of activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu

 

De huidige exploitatie door GMAN op het bedrijfsterrein omvat onder meer een showroom voor nieuwe en tweedehandswagens, administratieve ruimtes en herstelwerkplaatsen. In deze omgevingsvergunningsaanvraag wordt het bestaande langwerpige pand opgesplitst. Een deel van de bestaande showroom voor tweedehandswagens en van de stockageplaats voor wagens van GMAN wordt ingenomen door Volvo Scancar (1.205 m²), die er eveneens een garagebedrijf met showroom (aan- en verkoop) en herstelwerkplaatsen wil organiseren. De bestaande self-carwash wordt afgebroken om plaats te maken voor parkeer- en stockageruimte voor Volvo. Het project is gelegen in gebied voor industrie en ambachtelijke bedrijven. De exploitant meldt aan het college volgende ingedeelde inrichtingen of activiteiten:

-          lozen van huishoudelijk afvalwater in de openbare riolering – 750 m³/jaar;

-          lozen van bedrijfsafvalwater van de carwash en verontreinigd hemelwater – 1,84 m³/uur;

-          opslag van 7.200 liter motorolie en 4.800 liter afvalolie;

-          transformator – 630 kVA;

-          herstelwerkplaats met 10 hefbruggen;

-          wassen van voertuigen (roll-over en afspuitplaats) – 20 wagens/dag;

-          compressoren en airco’s – 27 kW;

-          opslag van allerhande gevaarlijke producten (remreiniger, ruitenvloeistof, koelvloeistof, reinigingsproducten, verven);

-          ontvetten van metalen – kuipinhoud van 200 liter

Een interne wasplaats wordt gebruikt voor het afspuiten van wagens (stockage) die buiten hebben gestaan (verwijderen van stof). Voor een grondigere reiniging is een roll-over carwash aanwezig. Per dag worden maximaal 20 wagens per dag gereinigd, evenredig verdeeld over de twee wasplaatsen. Het afvalwater van de wasplaatsen en de stalplaats voor geaccidenteerde voertuigen (niet overdekt) wordt afgeleid naar een KWS-afscheider, waarvan de overloop aansluit op de interne riolering. Voor de berekening van het debiet werd uitgegaan van een verbruik van 100 liter per wagen en 20 wagens per dag. De interne riolering sluit aan op de openbare riolering in de Kernenergiestraat en evacueert eveneens het huishoudelijk afvalwater.
Er lijkt geen controleput aanwezig waaruit een representatief staal van het effluent van de KWS-genomen kan worden. Deze dient voorzien te worden voordat het afvalwater in de interne riolering vermengd wordt met het huishoudelijke afvalwater.
 

Een tweede KWS-afscheider staat in voor het behandelen van potentieel verontreinigd hemelwater afkomstig van de parkeerplaatsen voor stockage, personeel en bezoekers. Bij zeer hevige regenval zou zo tot 1,6 m³/uur potentieel verontreinigd hemelwater afgevoerd moeten worden. Het effluent van deze KWS-afscheider is aangesloten op de infiltratiebekkens voor hemelwater. Gelet op het gevaar voor restverontreining in concentraties hoger dan de milieukwaliteitsnormen voor grondwater, is een lozing van het effluent in de infiltratievoorziening niet toegestaan.

 

Voor het reinigen van wagens wordt enkel gebruik gemaakt van leidingwater, niet van hemelwater. Volgens de exploitant is hemelwater moeilijk te gebruiken omdat verontreiniging krassen kan veroorzaken. Het gebruik van hemelwater is een bewezen best beschikbare techniek indien er voldoende dakoppervlakte aanwezig is (BBT car- en truckwash, 2002/IMS/R/192). Het regenwater kan via eenvoudige filtratie geschikt gemaakt worden voor gebruik in een roll-over of afspuitinstallatie. Het hemelwater is bovendien van nature zacht en dus ook bijzonder geschikt als spoelwater. Op jaarbasis zal op het deel van het dak behorende tot dit project tot 1.000 m³ hemelwater terecht komen. Ten minste een deel hiervan komt voor hergebruik in aanmerking. De gedeeltelijke herinrichting van het terrein dient aangegrepen worden om het hergebruik te voorzien.

 

De opslag van motorolie vindt plaats in drie bovengrondse houders van 2.400 liter. Daarnaast is een bovengrondse tank van 4.800 liter aanwezig. De tanks bevinden zich op de eerste verdieping en zijn dubbelwandig uitgevoerd, voorzien van lekdetectie en overvulbeveiliging. De opslag van de gevaarlijke producten vindt veelal plaats in kleine handelsverpakkingen. Deze opslag vindt plaats boven lekbakken. De exploitant voorziet absorberende korrels om bij calamiteiten gemorst product snel te immobiliseren. De vloer van de was- werkplaatsen zijn vloeistofdicht uitgevoerd. Gelet op de genomen maatregelen, is het risico op bodemverontreiniging aanvaardbaar.

 

Gelet op de ligging langsheen de Boomsesteenweg wordt aan die zijde geen geluidshinder verwacht. In de Kernenergiestraat bevinden zich wel appartementsgebouwen. De geplande en huidige activiteiten zijn sterk gelijkaardig. Er wordt geen grote toename van verkeersafwikkeling verwacht. De exploitatie vindt plaats op normale werkuren. De exploitant voorziet echter ook een dagelijkse nachtlevering aan een laad- en loszone achteraan het gebouw. ’s Nachts is het omgevingsgeluid aan de achterzijde sterk gedaald ten opzichte van overdag. Een nachtelijk levering kan dus voor mogelijk hinder zorgen voor de bewoners van de appartementsgebouwen in de Kernenergiestraat. De exploitant wordt er op gewezen dat alle rustverstorende werkzaamheden verboden zijn tussen 19.00 uur en 07.00 uur en op zon- en feestdagen. Als blijkt dat de nachtleveringen niet kunnen plaatsvinden zonder hinder, dient deze aangepast of gestopt te worden.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1.      de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;

2.      de voorwaarden in het advies van het Agentschap Wegen en Verkeer strikt na te leven;

3.      een gemeenschappelijke in/uitrit voor beide concessies te voorzien aan de zijde van de Kernenergiestraat (in het midden van het samengevoegd perceel in plaats van uiterst links) zoals in rood aangeduid op het inplantingsplan;

4.   de te supprimeren parkeerplaatsen voor de gemeenschappelijke in/uitrit aan de zijde van de Kernenergiestraat te verplaatsen naar de zijde van de Boomsesteenweg zoals in rood aangeduid op het inplaningsplan;

5.   de bouwheer zal voor de werken contact opnemen met Stadsontwikkeling – Dienst Beheer & Onderhoud,  tel. 03 338 84 07, betreffende de opmaak van een plaatsbeschrijving en de herstellingen van het openbaar domein na afloop van de bouwwerken. Meer informatie vindt u op: https://www.antwerpen.be/nl/info/52d5052439d8a6ec798b4a7e/schade-aan-openbaar-domein-of-aanpassing-na-werken;

6.    het volledige project te laten voldoen aan de verordening toegankelijkheid.

 

Advies over de ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Indien de algemene, sectorale en bijzondere milieuvoorwaarden nageleefd worden, kan de exploitatie plaatsvinden met een aanvaardbaar risico voor mens en milieu.

 

Geadviseerde rubrieken

 

Rubriek

Omschrijving

Geadviseerd voor

3.2.2°a)

het lozen van meer dan 600 m³ per jaar huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, wanneer het lozingspunt gelegen is in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan;

750,00 m³/jaar

3.4.1°a)

het lozen van maximaal 2 m³/uur bedrijfsafvalwater zonder gevaarlijke stoffen in concentraties hoger dan de indelingscriteria, vermeld in artikel 3 van bijlage 2.3.1 van Vlarem II;

1,84 m³/uur

6.4.1°

opslagplaatsen voor brandbare vloeistoffen met een totale opslagcapaciteit van 200 liter tot en met 50.000 liter uitgezonderd de gezamenlijke opslag van minder dan 5 ton gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige brandstoffen bij de woonfunctie van een onroerend goed dat hoofdzakelijk als woongelegenheid wordt gebruikt;

12.000,00 l

12.2.1°

transformatoren (gebruik van) met een individueel nominaal vermogen van 100 kVA tot en met 1.000 kVA;

1x 630,00 kVA

15.2.

werkplaatsen voor het nazicht, het herstellen en het onderhouden van motorvoertuigen (inclusief carrosseriewerkzaamheden), andere dan bedoeld in rubriek 15.3 en 15.5;

10 hefbruggen

15.4.1°

niet-huishoudelijke inrichtingen voor het wassen van voertuigen en hun aanhangwagens, wanneer volledig gelegen in industriegebied;

20 wagens/dag

16.3.1.1°

inrichtingen voor het fysisch behandelen van gassen (samenpersen – ontspannen) - koelinstallaties voor het bewaren van producten, luchtcompressoren, warmtepompen en airconditioninginstallaties, met een totale geïnstalleerde drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW;

27,00 kW

17.3.2.1.1.1°b)

opslag van gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen met een vlampunt hoger dan of gelijk aan 55°C met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 100 kg tot en met 20 ton als de inrichting niet hoort bij de woonfunctie van een onroerend goed dat hoofdzakelijk als woongelegenheid wordt gebruikt;

0,78 ton

17.3.6.1°a)

opslagplaatsen voor schadelijke vloeistoffen en vaste stoffen op basis van etikettering gekenmerkt door het gevarenpictogram GHS07 met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 200 kg tot en met 20 ton als de inrichting volledig is gelegen in industriegebied;

1,45 ton

17.3.7.1°a)

opslagplaatsen voor vloeistoffen en vaste stoffen die op lange termijn gezondheidsgevaarlijk zijn (gevarenpictogram GHS08) met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 100 kg tot en met 20 ton, als de inrichting volledig is gelegen in industriegebied;

0,80 ton

17.3.8.1°

opslagplaatsen voor het aquatisch milieu gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen (gevarenpictogram GHS09) met een gezamenlijke opslagcapaciteit meer dan 100 kg ton tot en met 2 ton;

0,13 ton

17.4.

opslagplaatsen voor gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen, met uitzondering van deze vermeld onder rubriek 48, in verpakkingen met een inhoudsvermogen van maximaal 30 liter of 30 kg, voor zover de maximale opslag begrepen is tussen 50 kg of 50 liter en 5.000 kg of 5.000 liter;

5.000,00 l

29.5.7.2°a)1)

ontvetten van metalen of voorwerpen van metaal door middel van gehalogeneerde oplosmiddelen of oplosmiddelen met een vlampunt tot en met 55° C met een totaal inhoudsvermogen van de baden en de spoelbaden of van de opvangrecipiënten voor de opvang van de gebruikte chemicaliën als niet gebruikgemaakt wordt van behandelingsbaden en spoelbaden, van 10 liter tot en met 1.000 liter, wanneer de inrichting volledig is gelegen in een industriegebied.

200,00 l

 

Geadviseerde bijzondere milieuvoorwaarden

1.

controleputten moeten worden voorzien om representatieve stalen te kunnen nemen van het effluent van de KWS-afscheiders;

2.

het effluent van de KWS-afscheider mag niet in de infiltratievoorziening geloosd worden; 

3.

de exploitant installeert een installatie voor het hergebruik van het hemelwater voor het reinigen van de voertuigen, afgestemd op de beschikbare dakoppervlakte;

4.

de nachtelijke leveringen mogen enkel doorgaan indien deze niet rustverstorend zijn.

 

Advies over de kleinhandelsactiviteiten

Op basis van doelstelling 1 t.e.m. 4 geven de diensten Investdesk en Bedrijvenloket gunstig advies voor het uitreiken van een omgevingsvergunning kleinhandelsactiviteiten tot het aanpassen van een handelsgeheel naar twee toonzalen voor de verkoop van auto’s aan de Boomsesteenweg 501-503, 2610 Wilrijk. De totale nettohandelsoppervlakte van 2.605 m² wordt verdeeld over een unit van 1.400 m² en een unit van 1.205 m². De totale nettohandelsoppervlakte dient gebruikt te worden voor de verkoop van andere producten (categorie 4 conform artikel 3 van het decreet Integraal Handelsvestigingsbeleid van 15 juli 2016).


Standpunt college 

Het college sluit zich grotendeels aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar. Terecht wordt opgemerkt dat het, in functie van de verkeersveiligheid, aangewezen is slechts één gecombineerde in- en uitrit aan de Boomsesteenweg te behouden en één bestaande in- en uitrit te supprimeren.

Echter merkt het college op dat wordt voorgesteld de rechtse in- en uitrit te behouden. De centrale in- en uitrit zou gesupprimeerd worden. Het college meent dat het, in functie van de verkeersveiligheid, beter is de centrale in- en uitrit te behouden. De stedelijke dienst mobiliteit heeft haar advies in deze zin ook bijgesteld:

“De ideale situatie is om de rechtse in-/uitgang aan de Boomsesteenweg te sluiten en enkel gebruik te maken van de ingang in het midden van het perceel. Indien dit niet mogelijk is omwille van bijvoorbeeld leveringen die langs het gebouw tot vanachter moeten rijden mag deze ingang enkel geopend worden bij leveringen en moet de materialisatie aangepast zijn aan sporadisch gebruik (bv grasdals).

Om te verduidelijken dat er fietsers in beide richtingen op het fietspad van de Boomsesteenweg rijden plaatst het bedrijf hiervoor een verkeersbord aan de uitrit.

Aan de zijde van de Kernenergiestraat is er bij voorkeur een gezamenlijke in/uitgang in het midden van het perceel.”

Het college sluit zich aan bij dit bijgestelde advies van de stedelijke dienst mobiliteit en past in die zin de voorwaarden aan.

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

26 september 2019

Volledig- en ontvankelijk

15 oktober 2019

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

14 december 2019

Verslag GOA

11 december 2019

naam GOA

Wim Van Roosendael en Bieke Geypens

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich grotendeels aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1.      de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;

2.      de voorwaarden in het advies van het Agentschap Wegen en Verkeer strikt na te leven;

3.      een gemeenschappelijke in/uitrit voor beide concessies te voorzien aan de zijde van de Kernenergiestraat (in het midden van het samengevoegd perceel in plaats van uiterst links) zoals in rood aangeduid op het inplantingsplan;

4.   de te supprimeren parkeerplaatsen voor de gemeenschappelijke in/uitrit aan de zijde van de Kernenergiestraat te verplaatsen naar de zijde van de Boomsesteenweg zoals in rood aangeduid op het inplantingsplan, tenzij de inrit op deze locatie noodzakelijk blijkt als toegang voor vrachtwagens;

5.   Aan de Boomsesteenweg de rechtse toegang:

      - indien deze toegang noodzakelijk blijkt voor vrachtwagens: fysiek af te sluiten zodat hier geen toegang is voor personenwagens, de verharding opbreken en vervangen door een materialisatie aangepast zijn aan sporadisch gebruik (bijv. grasdals). De poort mag enkel geopend worden in functie van vrachtwagens die genoodzaakt zijn deze toegang te gebruiken, en geen gebruik kunnen maken van de centrale toegang of de toegang aan de Kernenergiestraat.

      - indien toegang niet noodzakelijk voor vrachtwagens: deze groenstrook aan de straatkant doortrekken en in verlengde van de parkeerstrook grasdalparkeerplaatsen aanleggen.

6.   Aan de Boomsesteenweg de centrale toegang te gebruiken voor het in- en uitrijden van personenwagens en vrachtwagens en op eigen terrein verkeerssignalisatie te plaatsen die uitrijdende voertuigen attendeert op het dubbelrichtingsfietspad.  

7.    de bouwheer zal voor de werken contact opnemen met Stadsontwikkeling – Dienst Beheer & Onderhoud,  tel. 03 338 84 07, betreffende de opmaak van een plaatsbeschrijving en de herstellingen van het openbaar domein na afloop van de bouwwerken. Meer informatie vindt u op: https://www.antwerpen.be/nl/info/52d5052439d8a6ec798b4a7e/schade-aan-openbaar-domein-of-aanpassing-na-werken;

8.    het volledige project te laten voldoen aan de verordening toegankelijkheid.

 

Bijzondere milieuvoorwaarden

1.

controleputten moeten worden voorzien om representatieve stalen te kunnen nemen van het effluent van de KWS-afscheiders;

2.

het effluent van de KWS-afscheider mag niet in de infiltratievoorziening geloosd worden; 

3.

de exploitant installeert een installatie voor het hergebruik van het hemelwater voor het reinigen van de voertuigen, afgestemd op de beschikbare dakoppervlakte;

4.

de nachtelijke leveringen mogen enkel doorgaan indien deze niet rustverstorend zijn.

 

Brandweervoorwaarden

de voorwaarden uit het brandweeradvies met kenmerk BW/SF/2019/G.00341.WI.0013.

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.

 

De vergunning omvat thans volgende rubrieken:

 

Rubriek

Omschrijving

Gecoördineerd

3.2.2°a)

het lozen van meer dan 600 m³ per jaar huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, wanneer het lozingspunt gelegen is in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan;

750,00 m³/jaar

3.4.1°a)

het lozen van maximaal 2 m³/uur bedrijfsafvalwater zonder gevaarlijke stoffen in concentraties hoger dan de indelingscriteria, vermeld in artikel 3 van bijlage 2.3.1 van Vlarem II;

1,84 m³/uur

6.4.1°

opslagplaatsen voor brandbare vloeistoffen met een totale opslagcapaciteit van 200 liter tot en met 50.000 liter uitgezonderd de gezamenlijke opslag van minder dan 5 ton gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige brandstoffen bij de woonfunctie van een onroerend goed dat hoofdzakelijk als woongelegenheid wordt gebruikt;

12.000,00 l

12.2.1°

transformatoren (gebruik van) met een individueel nominaal vermogen van 100 kVA tot en met 1.000 kVA;

1x 630,00 kVA

15.2.

werkplaatsen voor het nazicht, het herstellen en het onderhouden van motorvoertuigen (inclusief carrosseriewerkzaamheden), andere dan bedoeld in rubriek 15.3 en 15.5;

10 hefbruggen

15.4.1°

niet-huishoudelijke inrichtingen voor het wassen van voertuigen en hun aanhangwagens, wanneer volledig gelegen in industriegebied;

20 wagens/dag

16.3.1.1°

inrichtingen voor het fysisch behandelen van gassen (samenpersen – ontspannen) - koelinstallaties voor het bewaren van producten, luchtcompressoren, warmtepompen en airconditioninginstallaties, met een totale geïnstalleerde drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW;

27,00 kW

17.3.2.1.1.1°b)

opslag van gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen met een vlampunt hoger dan of gelijk aan 55°C met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 100 kg tot en met 20 ton als de inrichting niet hoort bij de woonfunctie van een onroerend goed dat hoofdzakelijk als woongelegenheid wordt gebruikt;

0,78 ton

17.3.6.1°a)

opslagplaatsen voor schadelijke vloeistoffen en vaste stoffen op basis van etikettering gekenmerkt door het gevarenpictogram GHS07 met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 200 kg tot en met 20 ton als de inrichting volledig is gelegen in industriegebied;

1,45 ton

17.3.7.1°a)

opslagplaatsen voor vloeistoffen en vaste stoffen die op lange termijn gezondheidsgevaarlijk zijn (gevarenpictogram GHS08) met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 100 kg tot en met 20 ton, als de inrichting volledig is gelegen in industriegebied;

0,80 ton

17.3.8.1°

opslagplaatsen voor het aquatisch milieu gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen (gevarenpictogram GHS09) met een gezamenlijke opslagcapaciteit meer dan 100 kg ton tot en met 2 ton;

0,13 ton

17.4.

opslagplaatsen voor gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen, met uitzondering van deze vermeld onder rubriek 48, in verpakkingen met een inhoudsvermogen van maximaal 30 liter of 30 kg, voor zover de maximale opslag begrepen is tussen 50 kg of 50 liter en 5.000 kg of 5.000 liter;

5.000,00 l

29.5.7.2°a)1)

ontvetten van metalen of voorwerpen van metaal door middel van gehalogeneerde oplosmiddelen of oplosmiddelen met een vlampunt tot en met 55° C met een totaal inhoudsvermogen van de baden en de spoelbaden of van de opvangrecipiënten voor de opvang van de gebruikte chemicaliën als niet gebruikgemaakt wordt van behandelingsbaden en spoelbaden, van 10 liter tot en met 1.000 liter, wanneer de inrichting volledig is gelegen in een industriegebied.

200,00 l

 

Artikel 4

Het college beslist dat de omgevingsvergunning ingaat op 13 december 2019 voor onbepaalde duur.

Artikel 5

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.